Éiv
1
242 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 October 1909,
Voortgezet Woensdag 27 October.
aanbeveling verdient de leening reeds nu aan te gaan,
omdat het mogelijk is dat de rentestand wordt ver
hoogd. Nu wordt op 4 °/o leeningen ingeschreven
voor 101 101 en een fractie. Als men nog wat
wacht kan het tegenvallen.
De hoer Komter antwoordt dat Burgemeester en
Wethouders het met den heer Koopmans eens zijn.
Het plan om de rest der leening binnenkort uit te
geven, is al sedert 14 dagen gevormd. Het is de
bedoeling de storting te bepalen op 8 Januart 1910.
De inschrijving zal vermoedelijk binnen 2 a 8 weken
worden opengesteld. Alleen wordt nog overwogen
of het een Wf, of 4 leoning zal zijn.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgnos. 280291 worden ongewijzigd goedgekeurd
en volgno. 292, onvoorzien, tot na de behandeling der
inkomsten aangehouden.
De Voorzitter deelt mede, dat do heer Baart de la
Faille heeft verzocht terug te mogen keeren tot
volgno. 208jaarwedden van de genees- en heel
kundigen, belast met de behandeling der behoeftigen.
Hiertoe wordt besloten en de beraadslaging geopend.
De heer Baart de la Faille dankt voor de hem
geschonken gelegenheid om even op volgno. 208
terug te kunnen komen. Het vorig jaar heeft spreker
het denkbeeld geopperd, dat het tractement der stads-
geneesheeren te laag was, daar de werkzaamheden
zeer in omvang zijn toegenomen.
Waar nu deze salarissen geregeld zijn in de ver
ordening van den geneeskundigen dienst, heeft spreker
de eer het volgende voorstel te doen
de ondergeteekende stelt voor om art. 6 van de
verordening van den geneeskundigen dienst in dien
zin te wijzigen, dat het tractement van elk der drie
stads-gcneesheeren met 100. wordt verhoogd.
De Voorzitter deelt mede dat door den heer Baart
de la Faille een voorstel is ingediend vreemd aan
de orde van den dag, luidende
de Baad besluit om art. 6 van de verordening van
den geneeskundigen dienst in dien zin te wijzigen,
dat het tractement van elk der drie stadsgenees-
heeren met f 100.wordt verhoogd.
Spreker vraagt of de Baad dit voorstel in over
weging wenscht te nemen.
Hiertoe wordt besloten, waarna het in handen wordt
gestold van Burgemeester en Wethouders ten fine
van prae-advies.
INKOMSTEN.
Yolgno. 1. Batig slot der door den gemeenteraad
gesloten rekening over het dienstjaar 1908 zooverdaar
aan niet reeds eene bepaalde besternminu is qcgeven.
f 47657.73.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van Messel had aanvankelijk het voornemen
eene beschouwing te houden over art. 1 der Inkom
sten hij zal echter wegens het vergevorderde uur daar
van afzien. Tevens lag het in zijne bedoeling op
helderingen te vragen, omtrent de détailleering, der
verschillende posten. Op het laatste oogenblik zijn
spreker eenige inlichtingen verstrekt en zal hij zich
daar bij neerleggen, in de hoop, dat hij in zijne ver
wachtingen niet teleurgesteld zal worden.
Volgnos. 14 worden ongewijzigd vastgesteld.
Volgno. 5. Hoofdelijke Omslag naar het inkomen,
berekend naar 3.75 ten honderd van het totaal der cijfers
van aanslag f 292500.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Feddema vraagt of het niet mogelijk is dat
de kohieren vroeger gereed worden gemaakt. Als
dat kon, zou de ontvanger vroeger met de inning
kunnen beginnen en behoefde er niet zooveel geld
tijdelijk te worden geleend. Dit zou voordeelig voor
de gemeente zijn en gemakkelijker voor vele belasting
schuldigen.
De Voorzitter antwoordt dat Burgemeester en Wet
houders het kohier klaar hadden op 16 Februari en
dat het op 28 Februari in handen van den Baad is
gesteld. Het sectieonderzoek had plaats op 2, 3 en
8 Maart terwijl het kohier op 13 April is vastgesteld.
Hieruit blijkt dat er niet veel te vervroegen valt, of
er moest vóór den aanvang van het nieuwe dienst
jaar met het kohier worden begonnen. Dit verdient
echter geen aanbeveling.
Volgnos. 59 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Volgno. 10. Opbrengst van veergelden f 761.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer G. W. Koopmans vraagt of de pont bij het
Ziekenhuis niet om 10 uur 's avonds kan worden ge
sloten. Spreker acht langer openblijven niet nood
zakelijk. Uit aan spreker verstrekte inlichtingen is
hem gebleken, dat er in 14 dagen van 1011 uur
gemiddeld 5 personen zijn overgezet. De veerman
heeft dus niet veel werk na tien uur en lijdt daar
door veel koude, daar hij nergens beschutting heeft.
Spreker zou Burgemeester en Wethouders willen
verzoeken, om hem, ten minste voor de drie winter
maanden, verlof te geven 's avonds te 10 uur te sluiten.
Spieker heeft daarom de eer het volgend voorstel
te doen
de B.aad verzoekt Burgemeester en Wethouders
te bepalen, dat de pont bij het Ziekenhuis gedurende
de maanden November, December en Januari gesloten
mag worden 's avonds 10 uur.
De Voorzitter doet opmerken, dat er een pacht-
contract bestaat, waarin de uren van opening en
sluiting zijn opgenomen. Daarnaar heeft de pachter
ingeschreven. Bij de vaststelling der uren is er
rekening mee gehouden, dat er tegen 11 uur nog
treinen komen en gaan. Destijds heeft de pachter
ook al verzocht de pont om 10 uur te mogen vast
leggen.
Den Directeur der Gemeentewerken is toen opge
dragen zich op de hoogte te stellen van het verkeer.
Dit bleek van dien aard te zijn, dat Burgemeester
en Wethouders geen termen vonden om het verzoek
in te willigen.
X. T-"r
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 October 1909. 243
Voortgezet Woensdag 27 October.
Bij deze beslissing heeft zeer zwaar gewogen, be
halve de aankomst van treinen tegen 11 uur, ook het
sluitingsuur van openbare plaatsen. Spreker kan zich
best voorstellen, dat de pachter, nu hem de pacht is
gegund, vermindering van uren wenscht, doch voor
inwilliging van dien wensch vindt hij geen grond.
De heer G. W. Koopmans antwoordt dat de voor
zitter over het verband met den treinenloop heeft ge
sproken. Daar heeft echter de pont niets mee uit
te staan. Wat de andere gelegenheden, de café's
betreft, de menschen die na 10 uur uit een café komen
mogen om hem nat regenen. Spreker zag gaarne
eene gunstige beschikking op zijn verzoek.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het voorstel-Koopmans wordt verworpen met 12
tegen 10 stemmen.
Vóór stemmen de heerende Jong, Lautenbach,
J. Koopmans, G. W. Koopmans, Feddema, Fransen,
van Messel, Zandstra, Tijsma en Baart de la Faille.
Tegen de heerenWilhelmij, Oosterhoff, Burger,
Beucker Andreae, Hartelust, Berghuis, Beekhuis,
Komter, Menalda, Feitz, Schoondermark en Haver-
schmidt.
Volgnos. 1046 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Volgno. 47. Ontvangsten der exploitatie van de
gasfabriek.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Zandstra, die zijn voorstel niet zal toelich
ten, heeft de eer het volgend voorstel te doen
de ondergeteekende stelt voor Burgemeester en
Wethouders de gelegenheid te openen om aan de
gasfabriek dezen winter 1000 H.L. cokes voor kos-
tenden prijs voor on- en minvermogenden beschikbaar
te stellen.
De Voorzitter deelt mede dat door den heer Zandstra
een voorstel vreemd aan de orde van den dag is in
gediend, luidende
de ondergeteekende stelt voor Burgemeester en
Wethouders de gelegenheid te openen om aan de
gasfabriek dezen winter 1000 H.L. cokes voor kos-
tenden prijs voor on- en minvermogenden beschikbaar
te stellen. Spreker vraagt of de Baad dit voorstel
in overweging wenscht te nemen.
De heer Feddema is hiertoe niet genegen. Het zou
van de gascommissio te veel gevergd zijn te vragen
eene opgave te verstrekken van den kostenden prijs
der cokes. Dit is niet op te geven.
Wanneer de heer Zandstra b.v. zegt: stel 1000
H.L. beschikbaar voor 30 cent, dan weet de Baad
waar hij aan toe is. Het voorstel heeft geheel den
vorm van te zijn eene bedeeling, welke thuis behoort bij
de Armenkamer, zoodat, als het denkbeeld van den
heer Zandstra zou worden gevolgd, de cokes daar
heen moest worden gebracht. Spreker zal zich ver
klaren tegen het in overwoging nemen van het voorstel.
De heer Zandstra heeft niet de bedoeling de ge
meente te laten optreden als philantroop, en nog
minder om de on- en minvermogenden naar de Ar
menkamer te jagen. Er zijn menschen die weinig
koopkracht hebben, die daar niet thuis behooren. Op
hen mag het stempel der minderwaardigheid niet
worden gedrukt.
Wanneer spreker had voorgesteld tegen vermin
derden prijs, dan zou gevraagd zijn hoeveel die ver
mindering moet bedragen. Spreker had daarom willen
voorstellen aan Burgemeester en Wethouders een
crediet van 500.te verleenen.
De heer Feddema vraagt, wie tot de on- en min
vermogenden behooren. Moeten zij een briefje hebben
van den heer Zandstra of moet de minvermogendheid
uit den Hoofdelijken Omslag blijken Er zijn abso
luut geen gegevens wie al en wie niet in de termen
valt, aanspraak te hebben op dio goedkoope cokes.
De Voorzitter wijst er op dat men op deze wijze
voortgaande het voorstel reeds in overweging neemt.
De heer Fransen, die het woord vraagt, kan dit krij
gen, als hij wil vragen naar wat hem in de toelich
ting onduidelijk scheen, niet echter om over de mérites
van het voorstel te spreken.
De heer Zandstra meent dat tot de onvermogenden
behooren zij, die niet in den Hoofdelijken Omslag zijn
aangeslagen, tot de minvermogenden de aangeslagenen
in de le klasse.
De heer Fransen meent dat dit geen basis is. Er
zijn werklieden die 16.per week verdienen en
niet zijn aangeslagen. Het zou onbillijk zijn indien
dezen wel en zij die b.v. 12.verdienen en wel
aangeslagen zijn, er niet van mogen profiteeren.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met 18 tegen 4 stemmen wordt besloten het voor
stel in overweging te nemen.
Vóór stemmen de heerende Jong, Lautenbach,
Oosterhoff, J. Koopmans, G. W. Koopmans, Fransen,
van Messel, Hartelust, Zandstra, Berghuis, Beekhuis,
Tijsma, Komter, Menalda, Feitz, Schoondermark,
Baart de la Faille en Haverschmidt.
Tegen de heeren Wilhelmij, Feddema, Burger en
Beucker Andreae.
Wordt besloten het voorstel in handen te stellen
van Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-
advies.
Volgno. 47 wordt ongewijzigd aangenomen.
Volgno. 48. Ontvangsteyi der exploitatie van de ge-
meettlcreiniging. f 43500.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer G. W. Koopmans vraagt of de commissie
voor de verplaatsing voor het aschland ook kan mede-
deelen hoe ver de plannen tot verplaatsing zijn ge
vorderd.
De heer Besuijen is lid dezer commissie, heeft reeds
voor het lidmaatschap van een andere commissie be
dankt en den Baad de vrijheid gegeven een ander in
zijne plaats te benoemen. Zou de Baad het nu niet
wenschelijk achten om ook in dit geval den heer
Besuijen to verzoeken eveneens toe te staan om in
diens plaats oen ander lid te benoemen, opdat de
zaak haar beslag krijge
Do heer Baart de la Faille doet opmerken dat de
heer Besuijen spreker zelf heeft gevraagd of het niet
li
i
K||
llfli Ij
SÏ
pi'J
1 111
:l
witlik
jï r
'J
jljiRiv
Mji
.■•V f,