8 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Januari 1910.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen
te machtigen c. q. toestemming te verleenen tot splitsing
van erfpachtsrecht op bouwterreinen aan het Nieuwe
Kanaal.
Dit voorstel luidt
Het geval doet zich voor dat de eeuwigdurende
erfpacht, volgens de desbetreffende bepalingen indertijd
op een perceel grond aan het Nieuwe Kanaal, dat
sinds geheel met gebouwen is bezet, verleend, dezer
dagen onder den hamer komt. Voor die vervreem
ding is het van belang, en de met de veiling belaste
notaris heeft ons hierop reeds opmerkzaam gemaakt,
de mogelijkheid te scheppen dat de erfpacht van het
gansche terrein kan worden gesplitst in evenzoovele
onderdeelen als het aantal gebouwen, die elk een af
zonderlijken kooper zullen kunnen krijgen, bedraagt.
Terwijl, bleef de toestand onveranderd, de nieuwe
verkrijgers allen gezamenlijk als erfpachters van het
geheele terrein tegenover de gemeente zouden staan,
heeft de splitsing tengevolge dat het oorspronkelijke
recht om zoo te zeggen uiteenvalt in een aantal zelf
standige deelen, elk op zich zelf weer een volledig recht
vormende. Die bevoegdheid tot splitsing is bij de
bepalingen van uitgifte der Kanaalterreinen niet
gegevenwel daarentegen is zij voorzien bij de
erfpachtsvoorwaarden voor de gronden aan den
Hoekstersingel.
Met het oog op het bovenaangevoerde komt het
gewenscht voor dat, op den voet als het hier geregeld
is, eveneens eene regeling voor de Kanaalterreinen
worde gevonden, weshalve wij U in overweging geven
te besluiten
voor zoover een perceel grond, dat begrepen is of
geweest is in een plan van uitgifte van gronden aan
het Nieuwe Kanaal in eeuwigdurende erfpacht zal
worden of is xtitgegeven, of voor zoover een tot de
exploitatie van die gronden behoorend perceel bij
raadsbesluit in eeuwigdurende erfpacht zal worden
of is xxitgegeven, Burgemeester en Wethouders te
machtigen, om, indien de omstandigheden, te hunner
beoordeeling, daartoe aanleiding geven, op verzoek
van den erfpachter, of van alle rechthebbenden ge
zamenlijk, het recht in willekeurige deelen te splitsen,
onder de navolgende bepalingen
a. het verzoek tot splitsing wordt tot Bixrgemeester
en Wethouders gericht, die bij gunstige beschikking
tot de sxxb b bedoelde akte medewerken
b. nieuwe akten van erfpacht, die in plaats dei-
oorspronkelijke treden, worden ten koste van den
verzoeker of de verzoekers opgemaakt en in do open
bare registers overgeschreven voor ieder door splitsing-
te ontstaan deel voor zooveel mogelijk op de bestaande
voorwaarden, behoudens de gevolgen der splitsing en
de in verband met de splitsing noodzakelijk geachte
voorwaarden
c. mede zijn voor rekening van den verzoeker of
de verzoekers de kosten van do kadastrale uitmeting
der nieuw te ontstane deelen, alsmede van de ver
strekking van notariëelo afschriften der akten ten
behoeve van het gemeente-archief.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
De heer Baart de la Faille verlaat de vergadering.
De Raad gaat in comité-genoraal ter behandeling van:
5. Het derde suppletoir kohier ran den Hoofdelijken
Omslag, dienst 1009.
Na heropening wordt het derde suppletoir kohier
vastgesteld met een totaal van cijfers van aanslag,
van 329844 en tot een bedrag xler aanslagen van
3971.485.
6. rrae-advi.es van Burgemeester en Wethouders in
zake het adres van M. Meijer e. a., eigenaren van per-
ceelen Achter de Stienserlandbuurt, houdende bereidver
klaring aan de gemeente in eigendom over te dragen de
straten aldaaronder bijlevering van d« benoodigde rio-
leering enz. en betaling van een bedrag ad f 577.
voor het voortdurend onderhoud, alsmede voorstel tot
overneming van gedeelten der Landbuurt.
Dit prae-advies luidt als volgt
Bij Uw besluit van 9 November ld. (Handelingen
pag. 253) werd goedgevonden aan de eigenaren van
de straten in de Achter Landbuurt te doen weten,
dat zij tot 20 December 1909 de gelegenheid hadden
van hunne medewerking in den geest van het aan
de orde gestelde voorstel van Burgemeester en Wet
houders te doen blijken en dat overigens de gevolgen
hunner weigerachtige houding geheel voor hunne
rekening blevcD. In herinnering zij gebracht, dat
het verschil tusschen het gemeentebestuur en de
betrokkenen hierin was gelegen, dat dezen ongenegen
bleken bij de overdracht der straten, gerioleerd en
overigens in orde gemaakt als reeds was overeen
gekomen, bovendien voor het vooitdurend onderhoud
bij te betalen naar den maatstaf van j 1.per
strekkenden Meter straat of circa f 577.
Vóór den gestelden datum kwam de bereidverklaring-
der verschillende eigenaren in om de straten, met
inachtneming ook van den laatstgenoemden eisch,
aan de gemeente over te dragen.
Inmiddels is ook van sommige eigenaren van straten
in de eigenlijke Landbuurt de meest noordelijk
xrelegen oost-west strekkende straat van de bebou-
wing aldaar, met enkele zijstraatjes en met do ter
weerszijden gelegen huizenblokken van wie wij
bij ons vorig voorstel van 20 October mededeelden,
dat onkelen hunner bereid waren ook in dezen hunne
medewerking te verleenen, doch bij gebrek aan
samenwerking met anderen mot wie zij massale
eigendommen luidden, daartoe voorshands niet in
staat waren, een schrijven ontvangen, waarbij zij zich
bereid verklaren de bij hen in eigendom zijnde
straatgedeelten aan de gemeente af te staan onder
bijbetaling van oen bedrag van f 40.per woning,
waarvoor de gemeente de straat dan afdoende in
orde zal kunnen maken. Het betreft een 50-tal
woningen, op de met A gemerkte teekening van den
Directeur der Gemeentewerken, behoorende bij diens
over het adres uitgebracht advies van 3 December
1194/77, met roode arceering aangeduid. De Directeur
berekent dat, indien gelijke som van alle belangheb
benden in de Landbuurt zal worden vei-kregen, dus
ook met inbegrip van de 15 thans nog onwillig ge-
blevenen, de gemeente voor het alsdan verkregen
bedrag van 2000.de straten daar in behoorlijken
toestand kan brengen, terwijl er voor haar dan nog
een som overschiet voor het toekomstig onderhoud,
eveneens naar f 1.straatlengte berekend. Evenwel
is het niet noodig de verbeteringen hier uit to stellen
tot ook van do 15, die thans nog hunne medewerking
hebben onthouden, (de perceelen zijn op de teekening
met geel aangegeven), de vereischte toezegging is
ontvangen. De Directeur toch komt tot de slotsom,
en hij heeft dit op de teekening B aangegeven en
in de begrooting, oveneens met B aangeduid, uitge
cijferd, dat reeds dadelijk de gewillige eigenaren in
hoofdzaak zijn te helpen. De op de teekening B met
een rood kruis gemerkte daartoe behoorende 9 woningen
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Januari 1910. 9
kunnen echter tengevolge van het gemis aan samen
werking van voorliggenden niet worden aangesloten,
0 wat het eene meest westelijk gelegen met een kruis
1 aangeduide perceel aangaat, alleen wat de doortrek
king van het xiool betreft. Het komt dus ook hier
gewenscht voor, al worden daarin veel minder belang
hebbenden betrokken dan bij de Achter Landbuurt,
de aangeboden gelegenheid aan te grijpen en van
hen die zich daartoe bereid hebben verklaard de
■straten, onder bijbotaling van f 40.per perceel,
9 over te nemen. Ook hier evenwel blijft ons college
I diligent ten opzichte van hen die aan hunne aan-
■schrijving van 27 Maart 11. (zie het prae-advies van
20 October) niet wenschen te voldoen en zal het
evenmin hier voornemens zijn in deze met de gestelde
voorschriften strijdige houding te berusten.
Het is op grond van het voorafgaande dat wij,
onder overlegging der stukken, U in overweging
geven te besluiten
I. in onbezwaarden eigendom voor den prijs van
f 1.in totaal over te nemen van de na te noemen
^eigenaren de navolgende gedeelten straat aan de
Achter Stienser Landbuurt als
van W. Andringa de hem toebehoorende westelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 1085,
905, 906, 907 en 908
van P. F. de Boer de hem toebehoorende gedeelten
van het kad. perceel sectie D nos. 1209, gelegen ten
ruiden van de kad. perceelen sectie D nos. 1203,
1204, 1205, 1206, 1207 en 1208 en ten oosten van
laatstgenoemd perceelde noordelijke gedeelten van
de kad. perceelen sectie D nos. 1046, 1047, 1048,
1049, 1050 en 1051 en het oostelijk gedeelte van
laatstgenoemd perceelde zuidelijke gedeelten van
de kad. perceelen sectie D nos. 1266, 1267, 1268,
1274, 1275, 1284 en 1285 en het westelijk gedeelte
van eerst- en het oostelijk gedeelte van laatstgenoemd
perceelde noordelijke gedeelten van de kad. per
ceelen sectie D nos 1263, 1264, 1265, 1283, 1282,
1287 en 1286 en het westelijk gedeelte van eerst- en
het oostelijk gedeelte van laatstgenoemd perceel
het zuidelijk gedeelte van het kad. perceel sectie D
no. 890
van M. Meijer de hem toebehoorende zuidelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 1216,
1217, 1218, 1219, 1220 en 1221 en het westelijk ge
deelte van eerst- en het oostelijk gedeelte van laatst
genoemd perceel; de noordelijke gedeelten van de kad.
perceelen sectie D nos. 1210, 1211, 1212, 1213, 1214
en 1215 en het westelijk gedeelte van eerst- en het
oostelijk gedeelte van laatstgenoemd perceel de
zuidelijke gedeelten van de kad. perceelen sectie D
nos. 1067, 1068, 1069, 1070, 1071, 1072 en 1073 en
het westelijk gedeelte van eei'st- en het oostelijk ge
deelte van laatstgenoemd perceelde noordelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 1074,
1075, 1076, 1077, 1078, 1079 en 1080 en het westelijk
gedeelte van eerst- en het oostelijk gedeelte van
laatstgenoemd perceel
van E. van der Woude de hem toebehoorende
zuidelijke gedeelten van de kad. perceelen sectio D
nos. 1029, 1030, 1031. 1042. 1041 en 1040 en liet
westelijk gedeelte van eerst- en het oostelijk gedeelte
van laatstgenoemd perceelde noordelijke gedeelten
van de kad. perceelen sectie I) nos. 1026, 1027, 1028,
1037, 1038 en 1039 en het westelijk gedeelte van eerst
en hot oostelijk gedeelte van laatstgenoemd perceel
de zuidelijke gedeelten van dc kad. perceelen sectie
D nos. 882. 884, 885, 886 en 889
van A. Brantsma de hem toebehoorende noordelijke
gedeelten van het kad. perceel sectie D no. 979 en
de zuidelijke gedeelten van de kad. perceelen sectie
D nos. 987, 989 en 990
van A. (zich schrijvende) E. Boonstra de hem toe
behoorende noordelijke gedeelten van de kad. per
ceelen sectie D nos. 980, 981, 982, 983 en 984 en het
zuidelijk gedeelte van het kad. perceel sectie D no. 991
van C. Nijp het hem toebehoorende noordelijk
gedeelte van liet kad. perceel sectie D no. 985
van Sijke Bruinsma wed. J. Riemersma de haar
toebehoorende noordelijke en oostelijke gedeelten van
het kad. perceel sectio D no. 986
van H. Heinsius het hem toebehoorende zuidelijk
gedeelte van het kad. perceel sectio D no. 988
van W. Fi'anconi de hem toebehoorende zuidelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 992,
880, 881 en 888
van D. J. Bijlsma hot hem toebehoorende zuidelijke
gedeelte van het kad. perceel sectie D no. 993
van M. van der Zee de hem toebehoorende zuide
lijke en oostelijko gedeelten van het kad. perceel
sectio D no. 994
van Trijntje Feddema wed. J. G. Eizenga do haar
toebehoorende zuidelijke gedeelten van de kad. per
ceelen sectie D nos. 876, 877, 878 en 879
van R. .1. Visser de hom toebehoorende zuidelijke
gedeelten van do kad. perceelen sectie D nos. 883
en 887
van Anna Lucia Trip wed. J. Weijer c. s. het hun
toebehoorend zuidelijk gedeelte van het kad. perceel
sectie D no. 891
van H. W. Hoekstra het hem toebehoorend zuidelijk
gedeelte van het kad. perceel sectie D no. 892
van Jantje van der Vliet het haar toebehoorend
zuidelijk gedeelte van het kad. perceel sectie D no. 893
van T. J. Westerdijk de hem toebehoorende zuide-
lijko en oostelijke gedeelten van het kad. perceel
sectie D no. 894
van 11. Hardholt de hem toebehoorende zuidelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 922,
923, 924, 925, 926, 921 en 927 en het westelijk ge
deelte van eerst- en het oostelijk gedeelte van laatst
genoemd perceel;
van P. F. de Boer c. s. den toegangsweg tot de
Landbuurt, kad. bekend in sectie D no. 869
een en ander, gelijk op de bij het desbetreffende
adres behoorende teekening in roode kleur is aange
geven, onder voox-waarde dat de straten als boven
bedoeld nader naar genoegen van Burgemeester en
Wethouders vooraf in een toestand worden gebracht
als uitvoeriger in dat adres is omschreven en onder
bijbetaling aan do gemeente eener som van ƒ577.—
voor het voortdurend onderhoud dier straten, terwijl
de kosten van ovordracht, roiement, overschrijving enz.,
die van de kadastrale uitmeting en van de levering
van een notarieel afschrift der akte ten behoeve van
het gemeente-archief door de eigenaren moeten worden
gedragen
II. in onbezwaarden eigendom voor den prijs van
f 1-in totaal over te nemen van de na tepioemen
eigenaren de navolgende gedeelten straat aan de
Landbuurt als
van Trijntje Pieters Feddema wed. .T. G. Eizenga
het haar toebehoorend noordelijk gedeelte van het
kad. perceel sectio D no. 868
van Elizabeth Jaarsma de haar toebehoorende
noordelijke gedeelten van de kad. perceelen sectie
D nos. 833, 834 en 835
van de erven R. Elzer de hun toebehoorende ge
deelten gelegen ten noorden van de kad. perceelen
sectie D nos. 831 cn 832
van Anna Petronella van Dort wed. J. F. Höpcr
het haar toebehoorende gedeelte van het kad. perceel
sectie D no. 809, gelegen ten noorden van de kad.
perceelen sectie D nos. 810. 811, 812, 813, 814, 815,
816, 817, 818, 819, 820, 821, 822 en 823do oostelijke
gedeelten van de kad. perceelen sectie D nos. 735,
736, 73/, 739, 740, 741, 738 en 742 en de zuidelijke