b. in erfpacht gedeelten van de terreinen aan de
oostzijde van Oldegalileën
58 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 April 1911.
17. dat door Burgemeester en Wethouders provisio
neel zijn uitgegeven
a. in koop gedeelten van de terreinen aan de zuid
zijde van het Nieuwe Kanaal
pl.m. 325 M'. van blok XVIa aan M. Spandaw voor
pl.m. f 1625.
pl.m. 136 M2. van blok Xlle aan W. J. Zandstra
voor pl.m. 816.
pl.m. 86 M3. van blok VI aan S. Roosma, waarde
pl.m. f 559.canon ongeveer 22.36
pl.m. 81 M2. van blok V aan wed. Stienstra, waarde
pl.m. 486.canon ongeveer f 19.44
dat door hen is ingetrokken hun besluit betreffende
provisioneele gunning in erfpacht van bouwterrein
aan de oostzijde van Oldegalileën aan Tj. de Vries.
De mededeelingen 15—17 worden voor kennisgeving
aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht
1. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
inzake het adres van J. W. Nicolai en 20 andere
eigenaren en bewoners van perceelen aan den Dok-
kumertrekweg om daaraan de noodige herstellingen
te doen aanbrongen, alsmede op een vroeger inge
komen doch nog onafgedaan adres van het bestuur
van het St. Anthony gasthuis alhier, houdende, onder
bereidverklaring tot storting eener bijdrage in de
kosten, verzoek tot verbetering van den toestand aldaar
te willen overgaan.
2. Alsvoren op het adres van mej. Baukje de Boer
wed. J. Pitstra alhier, om restitutie van door haar
echtgenoot volgens hare meening te veel betaalde
grondpacht, tot een gezamenlijk bedrag van f 11.20.
De stukken 12 zullen in eene volgende verga
dering worden behandeld.
3. Alsvoren op het voorstel van de heeren Koop-
mans, Jansen (inmiddels overleden) en Lautenbach
tot invoering van een scheidsgerecht in deze gemeente
en voorstel tot vaststelling van eene verordening
voor zoodanige instelling.
Zal worden gedrukt als bijlage tot het raadsverslag,
bij de leden rondgezonden en te zijner tijd behandeld.
4. Alsvoren betreffende het adres van het Uit
voerend Comité voor de Huisvlijt-Tentoonstelling
alhier, houdende verzoek de in Mei van dit jaar voor
genomen tentoonstelling te steunen door deelneming
in het waarborgfonds.
5. Voordracht voor de benoeming van een onder
wijzer aan gemeenteschool no. 6, vacature H. J.
Westerhuis
1. H. S. Maurits te Oosterwolde 2. W. Hoekstra
te Tjalleberd3. D. Douma te Harlingen.
De stukken 4 en 5 zullen in eene volgende verga
dering worden behandeld.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van de voorwaarden van het raadsbesluit
d.d. 11 Januari 1910 no. 6R/5, betreffende de over
neming van straten aan de Achter Stienser Landbuurt.
7. Alsvoren om aan den heer D. H. Zijlstra op
zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als gymnastiek-
onderwijzer aan gemeenteschool no. 6, onder toe
kenning eener personeeïe toelage.
De stukken 67 hebben ter visie gelegen om nog
heden te worden behandeld.
8. Alsvoren om aan Pietertje Hazenberg wed.
J. Postmus, eervol ontslagen schoonmaakster der
gymnastiekschool no. 3, een jaarlijksch pensioen uit
de gemeentekas toe te kennen.
Zal in eene volgende vergadering worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling dor voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van twee onderwijzers aan gemeente
school no. 1, vacatures E. Braam en K. van Eek.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer Zandstra
zich op grond van het bepaalde bij artikel 46 der
Gemeentewet van medestemmen zal onthouden voor
zoover betreft de benoeming ter voorziening in de
vacature-E. Braam.
Voor de eerste vacature zijn uitgebracht 20 stommen,
te weten
op den heer P. v. d. Molen, 19 stemmen,
J. Okkinga 1 stem.
De heer P. v. d. Molen is alzoo benoemd.
Voor de tweede vacature zijn uitgebracht 21 stemmen
op den heer W. Schippers, die dus met algemeene
stemmen is benoemd.
2. Benoeming van een lid der Commissie tot wering
van schoolverzuim, ivegens periodieke aftreding van den
heer IJ. W. Tijsma.
Uitgebracht zijn 20 stemmen op den heer J. Feitsma,
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer J. Feitsma is alzoo benoemd.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
hel bestuur der Leeuwarder Industrie- en Huishoudschool
in gebruik af te staan het huis, plaatselijk gekwoteerd
Gouverneursplein no. 42.
Dit voorstel luidt als volgt
Reeds eenige jaren, sinds 1907, heeft de Leeuwarder
Industrie- en Huishoudschool met ons goedvinden
in gebruik het huis aan het Gouverneursplein,
vroeger bewoond door den heer Nauta. De inrichting
betaalt daarvoor f 100.per jaar, onderhoudskosten
en belasting voor hare rekening. Nu op haar ver
zoek dit gebruik van jaar op jaar wordt gecontinueerd,
komt het regelmatig voor dit niet verder te doen
buiten Uw medoweten en goedvinden, zoodat wij op
het thans wederom gedaan verzoek, om het gebruik,
dat 1 Mei a.s. afloopt, met een nieuw jaar te ver
lengen, de eer hebben U voor te stellen te besluiten
aan het bestuur der Leeuwarder Industrie- en
Huishoudschool voor het jaar 1 Mei 19111 Mei
1912 in gebruik af te staan het huis, plaatselijk ge
kwoteerd Gouverneursplein no. 42 alhier, kadastraal
sectie A no. 650, bekend als huishoudschool en erf,
ter grootte van 2.50 A., voor een som van f 100.
per jaar, onder bepaling dat het gebruik van jaar
tot jaar stilzwijgend zal worden gecontinueerd, indien
het door een van beide partijen niet vóór den 1
Januari is opgezegd en verder op de voorwaarden,
die Burgemeester en Wethouders geraden zullen
voorkomen.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Wilhelmij kan zich zeer goed vereenigen
met het voorstel van Burgemeester en Wethouders
om het bedoelde huis voor ƒ100.per jaar af te
staan aan eene inrichting, die voor Leeuwarden ge-
wenscht en goed is. Hij wil echter eene opmerking
maken.
De onderhoudskosten van het gebouw komen ten
laste der Industrie- en Huishoudschool. Het onder
houd echter laat veel te wenschen over. Nog onlangs
liep spreker met iemand over het Gouverneursplein,
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 April 1911. 59
die hem vroeg of daar midden in de stad een
onbewoonbaar verklaarde woning stond. De man had
gelijk zulks te vragen, want het gebouw is bijna ge
heel verveloos. Spreker acht het dan ook beneden
de waardigheid der gemeente om een dergelijk gebouw
midden in de stad te bezitten. Hij wil dit op de
een of andere manier verbeterd hebben.
Kan de Industrieschool het niet opknappen, dan
acht spreker het gewenscht dat de stad zulks doet.
De Voorzitter antwoordt dat bij Burgemeester en
Wethouders het voornemen bestaat het bestuur der
Industrie- en Huishoudschool te verzoeken het gebouw
uitwendig te verven.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van de instructie van den marktmeester der
veemarkt (gemeenteblad no. 21 van 1891.) (Bijlage no. 9.)
De onderdeelen IIII van het voorstel van Burge
meester en Wethouders en daarna het voorstel in
zijn geheel worden achtereenvolgens met algemeene
stemmen aangenomen.
5. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op
het verzoek van de Leeuwarder Coöperatieve Productie-
en Verbruiksvereeniging „Excelsior", om vergunning tot
het maken en houden van drie inritten in het trottoir
vóór haar gebouw aan de Groningerstraat.
Dit prae-advies luidt als volgt
Bij het aan Uwe Vergadering gericht adres, d.d.
27 Februari 1.1., dat om prae-advies in onze handen
werd gesteld, verzoekt de Leeuwarder Coöperatieve
Productie- en Verbruiksvereeniging „Excelsior" alhier,
vergunning tot het maken en houden van drie inritten
voor haar in aanbouw zijnd gebouw in het trottoir
aan de Groningerstraat.
Onzerzijds bestaat tegen de inwilliging van het
verzoek geen bezwaar, zoodat wij, onder overlegging
van de door ons ingewonnen adviezen van den ge
meentelijken Inspecteur voor het woningtoezicht en
den Directeur der gemeentewerken, de eer hebben U
voor te stellen te besluiten
aan de Leeuwarder Coöperatieve Productie- en
Verbruiksvereeniging „Excelsior" voornoemd en hare
rechtverkrijgenden vergunning te verleenen tot het
maken en tot wederopzeggens toe hebben van drie
inritten in het trottoir aan de Groningerstraat ten
behoeve van genoemd gebouw, de juiste plaats door
den Directeur der gemeentewerken aan te wijzen en
voorts onder bepaling, dat worden in acht genomen
de voorwaarden, gesteld bij raadsbesluit van 26 Ja
nuari 1909, no. 12R/10, voor zoover naar het oordeel
van Burgemeester en Wethouders toepasselijk, met
dien verstande, dat als termijn, waarop de recognitie,
ad ƒ3.ten kantore van den gemeenteontvanger
moet zijn betaald, worde gesteld 1 Mei, voor het eerst
1 Mei 1911.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
6. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op
het adres van A. K. W 'assenaar, alhier, om hem de
villa Baenseinna 12 November 1911 voor den tijd
van Jj2 jaar in huur af te staan tegen den tegenwoor-
digen huurprijs, althans tegen geen hooger bedrag dan
van f 425.per jaar.
Dit prae-advies luidt als volgt
Onder wederaanbieding van het, krachtens Uw
besluit van 14 dezer, om prae-advies in onze handen
gesteld adres van A. K. Wassenaar, hebben wij de
eer Uwer Vergadering te berichten, dat adressant,
gelijk U bekend is, zich vooraf tot ons had gewend met
verzoek te mogen vernemen of hij na 12 November
a.s. datum waarop de loopende termijn eindigt
de villa „Baens-Ein" voor dezelfde som 375.
per jaar en onder dezelfde voorwaarden, welke nu
gelden, voor 3 of 5 jaar opnieuw in huur zou kunnen
bekomen. Hierop deelden wij hem mede bereid te
zijn te bevorderen, dat door U een besluit zou worden
genomen hem die villa andermaal en wel voor 3x/2
jaar, alzoo tot 12 Mei 1915, te verhuren voor de som
van 500.per jaar, met bepaling dat na het ein
digen van den huurtijd de huur stilzwijgend wordt
geacht van jaar tot jaar verlengd te zijn, zoo zij niet
door een van de partijen zes maanden tevoren wordt
opgezegd en verder op de gewone voorwaarden wij
verzochten hem te verklaren of hij zich daarmede kon
vereenigen.
Nu bij zijn adres door adressant evenwel slechts
een huurprijs van hoogstens 425.wordt geboden,
een som die ons onvoldoende voorkomt, in verband
met Uwe uitspraak van 28 Februari 1.1., waarbij deze
plaats ongeschikt voor de stichting van een openbaar
slachthuis werd verklaard, zijn wij van oordeel, dat
zijn verzoek niet ingewilligd dient te worden, doch
tot openbare verhuring behoort te worden overgegaan.
Wij stellen U mitsdien voor te besluiten
a. adressant's verzoek af te wijzen
b. Burgemeester en Wethouders te machtigen de
villa „Baens-Ein" met ingang van 12 November 1911
voor een tijdvak van Wf2 jaar en vervolgeus voortaan,
zoo de omstandigheden dit geraden maken, in het
openbaar te verhuren.
Hierbij komt in behandeling een adres van den
heer A. K. Wassenaar, houdende verzoek om de
villa „Baens-Ein" tvederom te mogen huren voor
500.per jaar.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer G. W. Koopmans had gedacht dat van
Burgemeester en Wethouders, toen het besluit was
gevallen dat het terrein van Baens-ein niet voor
abattoir zoude worden gebruikt, een voorstel was
gekomen om de villa te verkoopen. Wanneer de
gemeente toch in geenen deele behoefte heeft aan
een dergelijk pand, is het bezit ervan zoo niet nadeelig,
toch lastig.
Spreker zou Burgemeester en Wethouders daarom
in overweging willen geven om de conditiën voor
de verhuring zoo te stellen dat zij, wanneer er even
tueel een goeden prijs wordt geboden, te allen tijde
de beschikking over de villa kunnen erlangen.
Wat de thans geboden huursom betreft, spreker
acht die redelijk. Hij zou den Raad daarom in over
weging willen geven het voorstel van Burgemeester
en Wethouders te verwerpen en de villa aan deu
heer A. K. Wassenaar te verhuren.
De heer Burger vraagt of de inmiddels door Burge
meester en Wethouders ontvangen brief hun ook aan
leiding geeft op het voorstel terug te komen.
De heer Komter (wethouder,) antwoordt dat Burge
meester en Wethouders pas heden kennis hebben
kunnen nemen van het schrijven van den heer A. K.
Wassenaar, zoodat door hen geen overleg is gepleegd.
Sprekers persoonlijke opinie is echter dat de om-