2o6 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 30 October 1911.
Spreker kan zich wel voorstellen dat de heer van der
Kooi denkt dat de zaak niet klopt. De uren gedurende
welke de meisjes handwerksles krijgen, is de onder
wijzer vrij. Het hoofd heeft echter het recht de
onderwijzers aan de school te houden. Zij moeten
dan correctiewerk maken. Er wordt dan ook te veel
op gewezen dat de onderwijzers vrij zijn in het wezen
der zaak is dat niet het geval.
"Wat het lesgeven buiten de schooluren betreft, die
zaak zit zoo. Er wordt in onze gemeente meer hand
werksles 4 uren per week gegeven dan in andere
gemeenten. Daardoor vallen enkele uren buiten den
gewonen schooltijd en hiervoor bestaat eene afzonder
lijke regeling.
De Voorzitter vraagt of de heer Zandstra zijn voorstel
niet kan terugnemen om te zijner tijd een voorstel
tot wijziging der verordening in te dienen.
De heer Zandstra antwoordt dat hij, toen de her
ziening der salarisregeling der handwerkonderwijzer-
essen aan de orde was, niet op de hoogte van de
zaak was. Hij is dat nu wel.
In het belang der discussie, der begrooting en der
onderwijzeressen, zal hij later een voorstel tot her
ziening der bedoelde salarisregeling indienen. Thans
trekt hij zijn voorstel in.
De Voorzitter deelt mede dat de heer Zandstra diens
voorstel heeft ingetrokken. Het maakt derhalve geen
onderwerp van beraadslaging meer uit.
Yolgno's 202206 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Yolgno. 207. Instandhouding en huur van school
lokalen en onderwijzerswoningen f 5672.50.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Vonck vraagt hoe het in het vervolg zal
gaan met het schoollokaal voor de schipperskinderen.
Die waren verleden jaar in het hulpziekenhuis onder
gebracht. Spreker vraagt of het plan bestaat dit te
continueeren.
De Voorzitter antwoordt dat juist wordt onderzocht
in hoeverre er bezwaar bestaat dezen toestand te
bestendigen. Burgemeester en Wethouders hebben
het oog gericht op twee lokaliteiten ingeval zulks
niet mogelijk mocht blijken.
De heer Schoondermark (wethouder) hoopt dat het
het laatste jaar is dat de schipperskinderen op deze
wijze moeten worden ondergebracht. In den zomer
is het gebouw zelfs onvoldoende. Er is geen gang
om de kleeren op te hangen, die hangen in het lokaal
zelf. Als het volgende jaar school 4 klaar is zullen
Burgemeester en Wethouders voorstellen indienen tot
verplaatsing van den schippersschool.
Yolgno's 207215 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Volgno. 215a. Kosten van het gebruik van de kine
matograaf ten behoeve van het onderwijs f 210.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van der Kooi zegt dat men heeft gemeend
een post van 210.op de begrooting te moeten
brengen om de kinematograaf te gebruiken als leer
middel voor de lagere school. De verdediging dezer
uitgaaf moet zijn grond vinden in de aanschouwing
der beelden, die door de kinderen bij vend kunnen
worden opgenomen. Aanschouwing, ieder, die eenigs-
zins van nabij met de lagere school heeft kennis
gemaakt, weet het, is het middel, om de occasioneel
min of meer bewuste en vaag bewuste beelden,
waarmee de kinderhersentjes gevuld zijn bij hun
komst ter plaatse, waar men zich opzettelijk met de
verstandelijke opvoeding bolast te verhelderen, en
nieuwe beelden bij te brengen.
Occasioneel en opzettelijk onderwijs werken samen
om de beeldenrijkdom te vergrooten, het vormen van
voorstellingen en begrippen te bevorderen, tot het
vermogen ontstaat, om door innerlijke aanschouwing,
zelfstandig de voorraad beelden, voorstellingen en
begrippen te vermeerderen niet alleen, maar ook de
kunst is verkregen om anderen daarvan mondeling
of schriftelijk deelgenoot te kunnen maken. Als de
lagere school dat doel heeft bereikt kan men te
vreden zijn. Daar de tijd hiertoe echter veelal te
kort blijkt met de gemiddeld vatbare leerlingen,
moet ieder middel, dat daarvoor dienstbaar kan
worden gemaakt, en onder ons bereik valt, worden
aangegrepen.
„Het beste is voor onze kinderen nog niet goed
genoeg" heeft Lauwerse als zinspreuk op zijne nog
door niemand overtroffen verhalen voor de jeugd, en
in navolging daarvan roept spreker zijne medeleden
toelaat ons voor onze kinderen het allerbeste
nemen als leermeesters en leermiddelen wat we kun
nen vinden. Nimmer zal een uitgezet kapitaal zekerder
zijn van een ruim dividend.
Spreker meent echter te mogen betwijfelen of de
kinematograaf werkelijk als leermiddel mag worden
beschouwd. Een zestienjarige ervaring in den
besten tijd zijns levens, waarin hij met hart en ziel
zijn krachten heeft geschonken aan de verstandelijke
opvoeding der jeugd, en een zestienjarige ervaring
daarna, waarin hij steeds de meest hartelijke bewijzen
van vriendschap van ouders en leerlingen uit zijn
werktijd mocht ontvangen, geven hem de overtuiging
dat zijn paedagogische fouten niet zoo groot zijn
geweest, dat hij zich zelf de bevoegdheid moet ont
zeggen om, op deze plaats, een oordeel te durven
uitspreken, over de eischen, waaraan de aanschou
wingsmiddelen op de lagere school moeten voldoen.
De ondervinding leert, dat het voorwerp in natura
het beste aanschouwingsmiddel is en dus zooveel
mogelijk moet worden toegepast. Waar do mogelijk
heid daarvoor ontbreekt, neme men het natuurge
trouwe, ware beeld en trachte door opzettelijke
aandachtige aanschouwing daarvan een zoo duidelijke
I reproductie in de hersentjes der leerlingen over te
brengen, dat, als zij de kunst leeren verstaan om de
verkregen beelden aan anderen te toonen door woord
of geschrift of teekening, er geen naam behoeft go-
geven om duidelijk te maken wat er mee wordt be
doeld. Het stilstaande, zonder onnoodige bijvoegsels,
gegeven beeld is daarvoor bij het elementaire lagere
ouderwijs op zijn plaats, terwijl alle handelingen, die
men wenschte te aanschouwen, in natura worden
aanschouwd, tot tijd en wijle de techniek zulke vor
deringen heefc gemaakt dat ook deze, natuur en
waarheid getrouw, kunnen worden gegeven. Dat de
kinematograaf daaraan nog bij lange na niet kan vol
doen weet ieder, die wel voorstellingen in bioscoop
theaters heeft bijgewoond.
De kunst om eene aaneenschakeling van, als in
stilstand voorgestelde moment-opnamen, als eene han
deling voor te stellen, berust op de eigenschap van
het netvlies onzer oogen, dat tijd noodig is om een
beeld op te nemen, doch ook om het te doen ver
dwijnen. Van deze eigenschap, dat men den naam
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 30 October 1911. 257
gezichtsbedrog moet geven, maakt de kunst der
techniek gebruik om in een razend tempo eene met
kleinere of grootere tusschenruimten gedane moment
opnamen als eene doorloopende handeling aan het
oog te vertoonen. De veelheid van beelden, die in
zoo beperkten tijd door het oog worden opgenomen
en vaag in de hersens worden vastgelegd, moeten
daar, als er iets van overblijft, noodwendig een beeld
vormen dat het meest gelijkt op een goed gebladerde
popelkruin. Van een enkel op den voorgrond tredend,
en eenigen tijd aan het oog vertoond beeld zal iets,
dat werkelijk waarde heeft, blijven bestaan.
Het waardevolle beeld, dat de kinematograaf ons
kan bieden, kunnen we voor onze leerlingen beter
geven door de sciopticon of projectie-lantaarn, die bij
allen als bekend mag worden verondersteld. Een
bijgewoonde les, door een onzer onderwijzers met
het projecteeren van eigen opnamen, gaf ons, als
toeschouwers, de overtuiging, wat we ons ook niet
schaamden te verklaren, dat een aanschouwing in
natura als leermiddel hiermee in vele opzichten niet
kan concurreeren.
"Waar de projectie-lantaarn al een ruime plaats
inneemt bij het onderwijs en als een uitstekend leer
middel moet worden erkend, zullen we door de uit
getrokken som, inplaats van voor den kinematograaf,
voor het aanschaffen van 2 projectie-lantaarns en
een stel donkere gordijnen in één lokaal van iedere
school, en een jaarlijksche bijdrage van het halve
bedrag voor het opnemen van negatieven en het
maken van lantaarnplaatjes door daarvoor liefde ge
voelende onderwijzers, toe te staan, een zeer grooten
dienst bewijzen aan leerlingen en onderwijzers, en
binnen korte jaren zelfs, aan de belastingbetalers.
Uit de gevoelde behoefte aan beelden voor aan
schouwing en het niet volledig bekend zijn met wat
de projectie-lantaarn daarvoor kan bieden, moet men
de oorzaak zoeken, dat zelfs een hoofd van een onzer
scholen, in een lange rede, op een vergadering van
onderwijzers en autoriteiten, de kinematograaf daar
voor als geschikt gaat aanbevelen, welks geschiktheid
als leermiddel voor aanschouwing bij grondige kennis
making met de projecties eener goede sciopticon door
een bekwaam en derzake kundig onderwijzer geheel
in het niet zal verdwijnen. Met de meeste vrijmoedig
heid verzoekt spreker daarom aan de voorstellers van
dezen begrootingspost, om het woord „kinematograaf"
in „projectie-lantaarns" te veranderen, waarmee dan
de voorgestelde regeling zoo moet gewijzigd, dat
inplaats van de kinderen bij de in het bezit van den
bioscoop-directeur blijvende beelden, te brengen tegen
entrée, de door de onderwijzers voor de gemeente
vervaardigde beelden (die door jaarlijksche toename
een groote schat van uitstekend aanschouwings
materiaal zullen vormen, waardoor de uitgaven voor
platen aanzienlijk zal kunnen slinken), bij de leerlin
gen in school worden gebracht. Aarzelen de voor
stellers of de Raad om deze wijziging van gerechten
op ons menu te aanvaarden, dan gelieve men achter
kinematograaf in te voegen „en projectielantaarn",
opdat althans de post behouden blijve ten bate van
het onderwijs. Laat dan uw verlangen blijken om
in besloten kring of in vereeniging met belangheb
benden en belangstellenden, de groote waarde der
projectie-lantaarn voor de aanschouwing op de lagere
school te leeren kennen, dan hoopt en vertrouwt
spreker spoedig in staat te zijn daarvoor eene ge
schikte gelegenheid te kunnen aanbieden. En geef
daarna dan een definitieve uitspraak.
Na de motieven aangevoerd te hebben, waarom de
projectie-lantaarn verre de voorkeur verdient boven
de kinematograaf, hoopt spreker echter niet dat men
hem verdenkt, geen oog te hebben voor de schoone
overwinnengen der techniek, zooals de kinematograaf
ons geeft te aanschouwen. Deze kunst aan te moe
digen is ten volle een offer waard. Leerlingen, die
begrijpen, waarom voor de oogen der reizigers in
een trekschuit de oevers voorbijschuiven, in een snel
trein boomen en telegraafpalen voorbijvliegen, een
snel ronddraaiend wiel spaakloos lijkt en een rond-
geslingerden steen aan een dun touw een cirkel
vormt voor het oog, kunnen met vrucht en zonder
gevaar de bioscoop bezoeken. Door deze leerlingen
zorgvuldig en waarheid getrouw vervaardigde films
van het mooie en interessante, in natuur en kunst,
kinematografisch te doen genieten, zal men een surro
gaat schenken aan allen en op leeftijd gekomen zal
de nasmaak daarvan nog haar gunstige werking doen
gevoelen. Vooral in een land als het onze, dat
zoo wereldvermaard, beter wereldberucht, is om zijn
veelheid en slechtheid van surrogaten op stoffelijk
gebied is een surrogaat op geestelijk gebied geheel
op zijn plaats. Om dezelfde redenen waarom we op
stoffelijk gebied de beste surrogaten wél aanbevelen,
moeten we dit ook doen op geestelijk gebied. De
kinematograaf ter projectie van het beste wat in dezen
door bevoogde opvoedkundigen te vinden is en daarbij
door bevoegden wordt toegelicht, acht spreker dan
ook een uitstekend hulpmiddel bij het onderwijs aan
de hoogste klassen der lagere school en vooral bij
het herhalingsonderwijs. Bovendien is spreker over
tuigd, dat we, door dit hulpmiddel in dienst te
stellen van de school de kinematografische kunst
zullen bevorderen en haar, meer dan tot heden, dienst
baar maken aan de algemeene ontwikkeling.
Misschien beleven we het dan nog eens, dat voor
vallen als op 19 en 20 Sept. in den Haag, kinema-
tografisch-phonografisch, ter waarschuwing en correctie
worden vertoond aan personen, die zich bezig houden
met de behartiging van 's lands zaken. Direct en
indirect acht spreker naast de projectie-lantaarn de
kinematograaf van zooveel belang, dat eene verhoo
ging van den uitgetrokken post tot het dubbele bedrag
hem alleszins wenschelijk voorkomt. Mag spreker
het genoegen hebben, daarvoor den noodigen steun
te vinden, dan stelt hij voor, de post van 210.
op f 420.te brengen en Artikel 15 van Hoofdstuk
VIII, volgno. 215a, van de begrooting 1912 te
wijzigen in
Kosten voor het aanschaffen van 2 pro
jectie-lantaarns 110.
Kosten voor het vervaardigen van 200
lantaarnplaatjes100.
Kosten voor het gebruik van de kine
matograaf ten behoeve van het onderwijs 210.
Samen f 420.
De Voorzitter deelt mede dat door den heer van
der Kooi wordt voorgesteld
Volgno. 215a te lezen als volgt
Kosten voor het aanschaffen van 2 pro
jectielantaarns f 110.
Kosten voor het vervaardigen van lantaarn
plaatjes 100.
Kosten voor het gebruik van de kinemato
graaf ten behoeve van het onderwijs 210.
Samen 420.
Dit voorstel wordt ondersteund en maakt tegelijk
met de begrooting een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer G. W. Koopmans zal niet spreken overeen
surrogaat maar over een echt voorstel. Hij heeft het
voorstel ondersteund omdat hij liet, antwoord van den
wethouder wel wil hooren. Wanneer het voorstel
niet wordt ondersteund blijft dat antwoord achterwege.