m
bi
1111
it
in
Vergadering van Dinsdag 14 November 1911.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 November 1911. 265
Tegenwoordig 21 leden, te weten de heeren
G. W. Koopmans, Boosman, Beucker Andreae, Tulp,
Tijsma, Fransen, Berghuis, Haverschmidt, Zandstra,
J. Koopmans, van Messel, Feitz, Wilhelmij, Feddema,
Oosterhoff, Hartelust, Boekhuis, Lautenbach, Burger,
Vonck en Schoondermark.
Afwezig 4 loden, waarvan met kennisgeving de
heeren Menalda, do Jong en Komter.
Zonder kennisgeving de heer van der Kooi.
Voorzitterde heer mr. J. A. N. Patijn, Burge
meester.
I. De notulen der op Maandag 30 October 1.1.
gehouden vergadering worden vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld:
1. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd
de raadsbesluiten d.d. 24 October 1.1. tot verhuring
der zathe en landen op Wijlaarderburen aan L. H.
Hotsma en tot wijziging der gemeente-begrooting,
dienst 1911
2. dat door Gedeputeerde Staten voor kennis
geving is aangenomen het besluit van den raad dezer
gemeente van 10 October j.l, tot wijziging van het
reglement van orde voor zijne vergaderingen
3. bericht van den heer H. G. W. Sprenger, dat
hij de benoeming tot administrateur der stichting
van Harke Reindors en Doutjen Heeres, dez.g.n. Vijf
Bolswarder Kamers, aanvaardt.
De mededeelingen 13 worden voor kennisgeving
aangenomen
4. adres van S. Krol, pachter van de opkomsten
der Vlietster- en Boomsbruggen om hem, in verband
met den lagen waterstand gedurende een groot ge
deelte van hot jaar, in de pachtsom tegemoet te komen
5. alsvoren van S. Verhoeve om hem in koop af
te staan een gemeente-terrein, gelegen op den hoek
van de Willem Loréstraat en de Straat van Wel
gelegen.
De stukken 45 worden in handen gesteld van
Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-advies
6. adres met memorie van toelichting van de af-
deeling Leeuwarden van den Algemeenen Neder-
landschen Typografenbond, houdende verzoek om in
de voorwaarden van aanbesteding van drukwerk, be
palingen op te nemen omtrent loon, arbeidsduur, enz.
overeenkomende met de bepalingen van het „Landelijk
Loontarief van den Algemeenen Nederlandschen
Typografenbond", in de memorie afgedrukt.
Ónder mededeeling dat Burgemeester en Wethouders
in beginsel genegen zijn de in het adres uitgedrukte
wenschen bij de bestekken der drukwerken te zijner
tijd in overweging te nemen, wordt het adres aan
hun collego gerenvoyeerd ter afdoening
7. adres van H. A. Vosman om hem opnieuw
ondershands in huur af te staan het perceel weiland
achter den verschwatervijver aan den Westersingel,
kadastraal gekwoteerd sectie D no. 505, voor eene
som van 125.per jaar
8. adres van J. Nieuwenhuis om de huur van het
gardeniersland „het Hinneland" voor den nog overigen
huurtijd te mogen overdragen aan den mede-onder
teekenaar H. S. Ritman.
De stukken 78 worden in handen gesteld van
Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-advies;
9. adres met memorie van toelichting van de af-
deeling Leeuwarden van den Nederlandschen Fede
ratieven Bond van gemeentewerklieden en van den
Christelijken Bond van Nederlandsche gemeente
werklieden om, in afwijking van het besluit van
Burgemeester en Wethouders van 4 November 1.1.,
het den gemeentewerklieden toekomende meerdere
loon van 1 Juli 1911 af, hun in eens en zoo spoedig
mogelijk te doen uitbetalen.
Wordt voorgesteld dit adres voor kennisgeving aan
te nemen.
De heer Zandstra zegt dat Burgemeester en Wet
houders in de vorige vergadering hebben medegedeeld
dat het hun voornemen was, het in verband met ge
nomen raadsbesluiten aan de gemeentewerklieden
toekomende loon, in vier termijnen uit te betalen.
Spreker had daartegen geen bezwaar. Nu spreker
echter verneemt dat met die vier termijnen worden
bedoeld de maanden NovemberFebruari, wordt het
hem echter wat al te bar. Spreker zou gaarne willen
dat die vier termijnen voor Januari waren uitbetaald.
De Voorzitter wijst er den heer Zandstra op dat het
niet de bedoeling van Burgemeester en Wethouders
is om de aan de gemeentewerklieden toegekende ver
hooging in vier termijnen uit te keeren. Zij zijn van
plan om den werklieden, behalve het reeds verhoogde
loon, gedurende vier maanden wekelijksch een toeslag
te geven gelijk staande met de toegekende loonsver-
hooging. Dit leek het Dagelijksch Bestuur beter dan
uitkeering der geheele som in eens en het meende
dan ook op deze wijze het best tegemoet te komen
aan den wensch van den Raad, die de wijze van uit
voering aan Burgemeester en Wethouders moet over
laten.
De heer Zandstra heeft er niet tegen om de wijze van
uitvoering aan Burgemeester en Wethouders over te
laten, maar het tijdvak waarover het geld zal worden
verdeeld komt hem te lang voor, zoodat het te lang
duurt eer de arbeiders in het bezit komen van hun
rechtmatig loon. Spreker zou wel hard kunnen zijn
tegen Burgemeester en Wethouders, maar hij zal dit
niet doen. Wel echter wil hij zeggen, dat het Burge
meester en Wethouders niet in het hoofd zou komen
om de tractementsverhooging der Wethouders op de
zelfde wijze uit te keeren. De gemeentewerklieden
hebben recht op het geld en de gemeente behoeft
niet de administrateur der arbeiders te zijn, daar deze
hun eigen beheer wel kunnen voeren. Spreker her
haalt dat hij niets tegen uitbetaling in vier termijnen
heeft, wel dat die tot Februari zullen duren.
Spreker wil dan ook gaarne dat die uitbetaling
vóór Januari heeft plaats gehad.
De Voorzitter stelt voor het voorstel van Burge
meester en Wethouders om het adres voor kennis
geving aan te nemen, in stemming te brengen.
De heer G. W. Koopmans zou zich, als de arbeiders
niet hadden gerequestreerd, bij het besluit van Burge
meester en Wethouders hebben neergelegd. Toen
echter een request ingekomen was, heeft spreker over
de zaak ernstig nagedacht en zich afgevraagdwat
is nu eene correcte en eenvoudige houding. Spreker
heeft toen aldus geredeneerd. Wanneer hij werkgever
was en hij had aan zijn personeel eene verhooging
toegezegd vanaf 1 Juli, dan had hij dat personeel
laten komen en gezegdik denk er zus of zoo over
om jullie de toegekende verhooging uit te betalen.
Wat is daarover jullie eigen denkbeeld.
De Raad nu kan niet praktisch oordeelen over den
toestand van de arbeidersgezinnen n.l. of zij het geld