Vergadering yan Dinsdag 24 September 1912. b.het raadsbesluit tan f» ^stus U' tot ver- 162 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 September 1912. De Voorzitter erkent dat de opmerking juist is. Hij stelt voor te lezen „bij niet nakoming van de voorwaarden" enz. Aldus gewijzigd, wordt het voorstel van Burge meester en Wethouders met algemeene stemmen aangenomen. 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan P. Woudstra in huur af te staan de woning Achter de Hoven no. 19a. Dit voorstel luidt als volgt Het huis Achter de Hoven no. 19a, dat krachtens raadsbesluit van 14 Mei 1.1. no. 188R/79, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten bij besluit van den 23n dier maand no. 28, door de gemeente werd aange kocht en den ln November a.s. aanvaard zal worden, zal op dien datum door den tegenwoordigen huurder, P. J. de Ruiter, worden verlaten. Thans heeft P. Woudstra, Johannesbuurt 44 alhier, zich tot ons gewend met het verzoek hem die woning te verhuren, om daarin, evenals tot dusver geschiedde, een visch- en fruithandel te drijven. Zoolang dat huis nog niet voor andere doeleinden noodig is, hebben wij tegen verhuring daarvan geen bezwaar. Daarom gaven wij adressant te kennen zijn verzoek aan Uwe Vergadering ter inwilliging te zullen voordragen, mits hij een huurprijs van f 3.50 per week, welke ons billijk voorkomt en gelijk is aan dien door den tegenwoordigen huurder verschuldigd, wilde betalen en een borg stellen. Met het eerste nam hij genoegen, doch tegen het laatste had hij bezwaar, omdat hij door bijzondere omstandigheden, vermeld in nevensgaand schrijven van den Directeur der gemeentewerken, daartoe minder goed in staat is. Echter was hij bereid een waarborgsom van 10.50, gelijk aan 3 weken huur, te storten. Hiermede mee- nen wij dat genoegen kan worden genomen. Waar naar ons gevoelen bij eene openbare verhu- ring geen betere uitkomsten zijn te verwachten nu slechts voor beperkten tijd kan worden verhuurd, hebben wij de eer U mitsdien voor te stellen te besluiten aan P. Woudstra alhier met ingang van 1 November 1912 van week tot week met een opzeggingstermijn van 3 maanden voor ieder der partijen, ondershands te verhuren het perceel Achter de Hoven no. 19a, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G no. 8352, huis en erf, groot 1 A. 95 cA., tegen de som van 3.50 per week bij vooruitbetaling te vol doen, met bepaling, dat vooraf een waarborgsom van f 10.50 worde gestort en verder onder de voorwaarden, welke Burgemeester en Wethouders noodig zullen achten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 15. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om in verband met de afbraak van de zwem- en badinrichting aan den Noordersingel: a. in te trekken de vergunning, laatstelijk staande ten name van P. J. Deutgen te Groningen, voor het gebruik van een gedeelte der stadsgracht aldaar b. aan Burgemeester en Wethouders machtiging te verleenen tot afbraak van het overgebleven gedeelte der gemeentelijke volks-sproeïbadinrichting Dit voorstel luidt als volgt Bij akte, den 7n April 1852 verleden voor den toenmaals alhier gevestigden notaris Mr. J. D. van .der Plaats, werd krachtens raadsbesluit van den 15n Januari t.v. no. 1/26, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten bij besluit van den ln Maart d.a.v. no. 30, aan de sociëteit „Zwem- en Badlust" te Leeuwarden, het recht van opstal verleend op een plek grond ge legen aan den stadsbuitensingel binnen den boord der stadsgracht nabij den opreed aan den Marssumer- straatweg alhier, kadastraal bekend gemeente Leeu warden, sectie C no. 967, om daarop een gebouw te hebben en te houden, dienende voor eene bad- en zweminrichting. Dit recht werd laatstelijk overge dragen aan P. J. Deutgen te Groningen, welke over dracht werd goedgekeurd bij raadsbesluit van 13 October 1906 (raadshandelingen blz. 105). Krachtens het eerstaangehaalde raadsbesluit werd bij dezelfde akte een gedeelte van de stadsgracht, voor zoover dat ten nutte van de bad- en zweminrichting dienst baar is of wordt gemaakt, tot wederopzeggens toe ten gebruike afgestaan. Het recht van opstal werd voor onbepaalden tijd verleend en zou zoolang duren, als de bad- en zweminrichting onder de bij de akte gestelde voorwaarden zou bestaan. Thans is die inrichting opgeheven en is men bezig de gebouwen af te breken, weshalve het recht van opstal eindigt. Hierdoor wordt het noodig de ver gunning tot het gebruik van het gedeelte stadsgracht in te trekken. In verband met een en ander is het mede gewenscht over te gaan tot de amotie van de van gemeentewege naast meerbedoelde inrichting gebouwde kamertjes voor volkssproeibaden, welko krachtens de ingevolge raadsbesluit van 8 Juni 1909 (raadshandelingen blz. 123) met P. J. Deutgen voornoemd gesloten overeen komst, door dezen tot 30 Juni 1912 werden geëx ploiteerd en waarvan voortaan geen gebruik meer kan worden gemaakt. Op grond van het bovenstaande hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten: Burgemeester en Wethouders te machtigen: I. het gebruik van een gedeelte der stadsgracht aan den Noordersingel, voor zoover dit ten nutte van de bad- en zweminrichting dienstbaar werd ge maakt, op te zeggen II. de gebouwtjes aan den Noordersingel, welke laatstelijk gediend hebben voor volkssproeibaden, te doen afbreken. De beraadslaging wordt geopend. De heer Tulp zegt dat, nu de zwem- en badinrichting is weggebroken, geen gelegenheid meer bestaat om te zwemmen. Hij vraagt of dit nu niet een motief is voor Burgemeester en Wethouders om spoed te maken met de plannen voor een nieuw badhuis. De Voorzitter antwoordt, dat Burgemeester en Wet houders altijd door met die plannen bezig zijn en dat zij morgen eene conferentie zullen hebben met de commissie, die zich heeft gevormd voor de oprich ting van een zwem- en badinrichting. Alle plannen die er zijn, worden voor de gemeente te bezwarend geacht. De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. De Voorzitter deelt mede dat in het voorstel niet is gevraagd de machtiging om ten behoeve van de afbraak over een crediet van 70.te mogen be schikken. Spreker vraagt hiervoor thans de machti ging van den Raad. Deze wordt verleend. Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergade ring door den Voorzitter gesloten. Verbetering. In het verslag van de raadszitting op 20 Augustus 1912 staat op pag. 146, 2e kolom, 16e regel van boven „Noorder-" moet zijn „Vrouwenpoorts" Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 September 1912. 163 Tegenwoordig 20 leden, te weten de heeren Beucker Andreae, Fransen, Berghuis, Oosterhoff, Tulp, Wilhelmij, Zandstra, G. W. Koopmans, Menalda, Boosman, Vonck, van Messel, Lautenbach, Hartelust, Schoondermark, Burger, Feitz, Komter, Haverschmidt en Beekhuis. Afwezig 3 leden, waarvan met kennisgeving de heeren: J. Koopmans en Tijsma. Zonder kennisgeving de heer Feddema. T-M.ee vacatures. Voorzitterde heer mr. J. A. N. Patijn, Burgemeester. I. De notulen der op Dinsdag 10 September 1.1. gehouden vergadering worden vastgesteld. II. Wordt medegedeeld: 1. dat Gedeputeerde Staten: A. hebben goedge keurd a. de raadsbesluiten van 10 September 1.1. tot verhuring van een gedeelte der gemeentelijke opslag plaats aan de N. V. „Acetylena", van twee bleek velden voor woningen aan het Oldehoofster kerkhof aan J. Akkerman en van de woning Achter de Hoven no. 19a aan P. Woudstra; koop van grond aan de Posthoornsteeg aan M. Faber en V. Frantzen; B. voor kennisgeving hebben aangenomen de hun krachtens art. 55 der Gemeentewet in afdruk toe gezonden verordening, regelende de samenstelling en den werkkring van de Commissie voor de gemeente lijke lichtfabrieken; 2. dat bij Koninklijk besluit van 2 September 1912, no. 45, is goedgekeurd het raadsbesluit van den 23 Juli 1.1. tot wijziging der verordening tot het heffen van een hoofdelijken omslag; 3. dankbetuiging van mej. M. Hartstra voor hare benoeming tot leerares in de gymnastiek aan de school van Middelbaar Onderwijs voor meisjes. De mededeelingen 13 worden voor kennisgeving aangenomen 4. schrijven van de Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier, waarbij wordt aanbevolen aan te nemen het door de Ned. Centraal Spoorweg-Maat schappij te harer kennis gebracht aanbod, om van den dag der opening van de tramlijn Drachten-Gro- ningen af, in afwachting van de totstandkoming der lijn Leeuwarden-Suameer en tegen vergoeding van de rente van het renteloos voorschot dezer gemeente voor den aanleg daarvan doorgaande tramtreinen Leeuwarden-Veenwouden-Drachten te laten loopen. Zal bij de stukken worden gevoegd; 5. bericht van dr. H. D. Verdam, dat hij wegens vertrek uit deze gemeente ontslag neemt als Voogd van het Nieuwe Stads Weeshuis. Wordt, onder dankbetuiging voor de bewezen dien sten, voor kennisgeving aangenomen; 6. adres van het bestuur der afd. Leeuwarden van het Centraal Genootschap voor Kinder-herstellings- en vacantiekolonies, houdende verzoek om subsidie uit de gemeentekas 7. adres van het bestuur der afd. Leeuwarden e. o. van den Bond van Nederlandsche Onderwijzers, waarbij wordt verzocht de gemeentelijke subsidie ad f 200. voor schoolreisjes van kinderen der kostelooze scholen alhier, te verhoogen tot 800. 8. adres van mevr. S. P. Kramer wed. U. J. Noordenbos en M. Meijer, beiden wonende alhier, houdende verzoek om het langs hunne perceelen aan de Spanjaardslaan gelegen gedeelte van de Lijkvaart voor zoover achter de rooilijn gelegen, van de ge meente te mogen overnemen, om dit slootsgedeelte daarna te dempen. Wordt voorgesteld de stukken 68 in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders om prae- advies. De heer Zandstra is wel tevreden met het voorstel om het adres sub 7 in handen te stellen van Burge meester en Wethouders ten fine van prae-advies, maar hij behoudt zich het recht voor deze zaak bij de begrooting te bespreken. De Voorzitter antwoordt dat den heer Zandstra deze vrijheid niet kan worden ontnomen. Wordt besloten overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders; 9. dat Burgemeester en Wethouders: a. hebben aangewezen als voorzitters van de com missie voor: openbare werken, den Burgemeester; de gemeentelijke bewaarscholen en die voor het stedelijk muziekkorps, den heer J. A. A. Schoonder mark de gemeentelijke lichtfabrieken, den heer J Ooster hoff W.Jz. b. bij openbare aanbesteding hebben gegund de levering van 130000 Friesche bakklinkers en wel: 80000 stuks aan de firma R. Vermeulen en Zn. voor 10.17 per 1000; 50000 stuks aan R. en J. de Ruiter te Harlingen voor f 10.24 per 1000; c. provisioneel in erfpacht hebben afgestaan aan IJ. Verhoeve alhier 500 M2. van blok XVId, der bouwterreinen gelegen aan het Nieuwe Kanaal, waarde 2500.canon ongeveer 112.50. Wordt voor kennisgeving aangenomen. III. Wordt ter tafel gebiacht: 1. Voordracht voor de benoeming van een markt meester der veemarkt, vacature N. Emmerik. De voordracht luidt als volgt 1. J. de Vries, waagmeester, keurmeester van den gemeentelijken keuringsdienst van voedingsmiddelen enz. en verslaggever van 's raads handelingen 2. H. Klaver, agent der Algemeene Friesche Levensverzekering-Maatschappij, waarnemend markt meester der veemarkt 3. J. Tadema, bevolkings-agent. 2. Aanbevelingen voor de benoeming van onder wijzend personeel aan de Burgeravondschool I. voor twee leeraren met vaste aanstelling in het lijn en vakteekenen A. no. 1. D. de Vries te Leeuwarden 2. S. Goud B. no. 1. S. Goud 2. D. de Vries II. voor een tijdelijk leeraar in het lijn- en vak teekenen no. 1. L. J. D. Sloet te Leeuwarden 2. H. C. Kruse III. voor een tijdelijk leeraar in het lijn- en vak teekenen, waarbij het handteekenen op den voorgrond staat H. C. Boonstra te Leeuwarden. IV. voor een leeraar met vaste aanstelling in de Nederlandsche taal no. 1. M. Venstra te Leeuwarden 2. A. C. Nubé

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1912 | | pagina 1