Vergadering yan Dinsdag 11 Februari 1913.
MM
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Februari 1913. 15
Tegenwoordig alle ledente weten de heeren
Schoondermark, Fransen, Lautenbach, G. W. Koop-
mans, Boosman, Tiemersma, J. Koopmans, Tijsma,
Hiemstra, Berghuis, Tulp, van Messel, Wilhelmij,
Beucker Andreae, Menalda, Zandstra, Feitz, Beekhuis,
Haverschmidt, Vonck, Oosterhoff, Komter, Burger,
Hartelust en Bertling.
Voorzitterde heer mr. J. A. N. Patijn, Burge
meester.
I. De notulen der op Dinsdag 28 Januari 1.1. ge
houden vergadering worden vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd
de raadsbesluiten
a. d.d. 14 Januari 1.1. betreffende wijziging en aan
vulling van de bepalingen betreffende de uitgifte van
bouwterreinen, gelegen ter weerszijden van het Nieuwe
Kanaal
b. d d. 28 Januari 1.1. betreffende het gebruik van
het koffiehuis in den Stads- of Prinsentuin doorJ.de
Jong en de verhuring van het huis Doelestraat no. 1
aan H. de Boer;
c. het 3e suppletoir kohier van den Hoofdelijken
Omslag, dienst 1912.
Wordt voor kennisgeving aangenomen;
2. verslag van den toestand van het gymnasium
alhier, over 1912.
Wordt eenigen tijd voor de leden ter visie gelegd
3. adres van J. Monsma alhier om hem teruggaaf
te verleenen van een gedeelte van door hem betaalden
hoofdelijken omslag naar het inkomen, dienst 1912.
Burgemeester en Wethouders brengen reeds heden
prae-advies uit;
4. amendement van den heer mr. A. Burger om
het tweede lid van artikel 8 der ontwerp-verordening
op de winkelsluiting te doen vervallen.
Is gedrukt als bijlage tot het raadsverslag, bij
de leden rondgezonden en zal te zijner tijd worden
behandeld
5. adres van het bestuur der schippersvereeniging
„Hoop op Verbetering" in Tietjerksteradeel, houdende
verzoek de ondiepten in het vaarwater de Kurkemeer
zoo spoedig mogelijk te doen wegruimen en er zorg
voor te dragen, dat verondieping door achteloosheid
van verladers niet meer plaats hebbe.
Wordt voorgesteld, met verwijzing naar het raads
besluit van 11 Juni 1912, het verzoek af te wijzen.
De heer Fransen zegt dat het adres, als hij goed
heeft gehoord, enkele beschuldigingen bevat, n.l. dat
particulieren allerlei afval in het water werpen. Burge
meester en Wethouders zouden tegen de betrokkenen
wel eene vervolging kunnen doen instellen.
Do Voorzittor wijst erop, dat er gevraagd wordt
om den toestand te verbeteren. Dit is den vorigen keer
ook verzocht en daarop is door den Raad afwijzend
beschikt.
Dit gedeelte van het verzoek is dus precies gelijk.
Wat betreft het in strijd met de verordening handelen
der verladers, spreker wil den heer Fransen wel toe
zeggen, dat Burgemeester en Wethouders een onder
zoek zullen instellen en dat zij daartegen zooveel
mogelijk zullen waken.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
G. dat Burgemeester en Wethouders bij openbare
inschrijving hebben gegund de pacht van de tolhek
ken aan den Harlingertrekweg voor het tijdvak van
12 Mei 1913-12 Mei 1916:
a. te Ritsumazijl aan L. T. Dijkstra, aldaar, voor
230—
b. te Kingmatille aan K. Boorsma, aldaar, voor
f 252—;
c. te Koetille aan A. Pollema, aldaar, voor 208.
alles per jaar.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht:
1. Nader voorstel van Burgemeester en Wethouders
om aan den heer J. Soutendam op zijn verzoek eervol
ontslag te verleenen als directeur der Stadsreiniging,
onder toekenning van pensioen.
2. Alsvoren om aan mej B. Schultz op haar ver
zoek eervol ontslag te verleenen als leerares in do
aardrijkskunde en geschiedenis aan de school van
Middelbaar Onderwijs voor meisjes.
3. Alsvoren tot vaststelling van een rooilijn voor
de bebouwing langs den Harlingertrekweg.
De stukken 13 hebben ter visie gelegen om nog
heden te worden behandeld.
4. Alsvoren tot wijziging der gemeentebegrooting,
dienst 1912.
Heeft met het betrekkelijk rapport ter visie gelegen
om nog heden te worden behandeld.
5. Alsvoren tot vaststelling van het verslag omtrent
de wijze, waarop het op de gemeentebegrooting voor
1912 toegestane bedrag voor het in artikel 35 der
Leerplichtwet omschreven doel is besteed.
6. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
op het adres van het bestuur der afdeeling Friesland
van de vereeniging' tot bevordering der pluimveehou
derij enz. in Nederland, om vergunning tot het leggen
van rails in het Zuiderplein naar den wal van de
stadsgracht ten behoeve van haar perceel Zuiderplein
no. 29.
7. Alsvoren op het adres van J. Monsma alhier,
om hem teruggaaf te verleenen van een gedeelte van
door hem betaalden hoofdelijken omslag naar het
inkomen, dienst 1912.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om
rectificatie te verkrijgen van de tenaamstelling van
het perceel land bij het Ouddeel, kadastraal bekend
sectie F no. 721, tot koop van een gedeelte der op
vaart aldaar, kadastraal bekend in dezelfde sectie no.
723 en tot verhuring van eerstbedoeld perceel aan
H. Alves te Snakkerburen onder Lekkum.
9. Alsvoren tot vaststelling en herziening van den
pensioensgrondslag van leeraren aan het Gymnasium
alhier.
De stukken 59 zullen in eene volgende vergade
ring worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling der voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
mej. F. Bos op haar verzoete eervol ontslag te verleenen
als onderwijzeres aan gemeenteschool no. 7.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.