Vergadering yan Dinsdag 24 Juni 1913.
8. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
omtrent bezivaarschriften tegen aanslagen in het ver
gunningsrecht, dienst 1913.
118 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Juni 1913.
meenteontvanger moet zijn betaald, worde gesteld
1 Mei, voor het eerst echter 1 Juli 1913.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
VII. De Voorzitter deelt mede dat de heer Zandstra
verlof heeft gevraagd een vraag te mogen stellen over
een onderwerp, vreemd aan de orde van den dag, n.l.
betreffende de sectievergaderingen voor de verordening
op den Hoofdelijken Omslag. Spreker stelt voor het
gevraagde verlof te verleenen.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Zandstra wijst erop, dat de raadsleden zoo
weinig tijd hebben gehad de verordening op den
Hoofdelijken Omslag te bestudeeren. Wanneer men
den berg van papieren overziet, kan met wel nagaan
dat alles in zoo'n korten tijd niet kan worden bestu
deerd. Er valt bovendien veel na te rekenen en dit
eischt tijd. Spreker had daarom wel gewild dat daar
voor meer tijd geweest ware, want morgen beginnen
de sectievergaderingen al. Maandag a.s. is de ver
gadering der laatste sectie en dan kunnen spreker en
zijn partijgenooten niet komen. Hij zou gaarne wat
meer tijd voor studie hebben.
De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wethouders
zelf met deze zaak niet buitengewoon veel haast heb
ben gemaakt. Wanneer de leden dit verlangen, kan
moeilijk geweigerd worden meer tijd voor studie te
geven. Er is echter reeds op gewezen dat het niet te
lang moet duren, (de goedkeuring van de Kroon zal ook
nog moeten worden verkregen), zal de verordening met
1 Januari in werking kunnen treden. Spreker vraagt
hoe lang de heer Zandstra uitstel zou wenschen.
De heer Komter (Wethouder) antwoordt dat deze
laatste vraag moeilijk is te beantwoorden. Dergelijke
stukken komen wel eens met kleine opmerkingen terug
en moeten dan weer denzelfden weg langs, zoodat
een en ander wel eenige maanden kan duren. Men
moet dus de stukken zeer tijdig opzenden, opdat men
met 1 Januari kan beginnen. Er komt nog bij dat
de Raad nu compleet is en dat, als de behandeling
lang wordt uitgesteld, de vacantie begint en spreker
deze zaak gaarne wil afdoen met een zooveel
mogelijk completen Raad. De einddatum van het
sectieonderzoek zou desnoods kunnen worden uitge
steld tot 23 Juni e.k., maar tot langer uitstel kan
spreker niet adviseeren.
De heer Burger vraagt wanneer de verordening
dan in den Raad kan worden behandeld. In Juli en
Augustus is de Raad altijd onvoltallig.
De heer Komter zou, als er slechts één enkel lid
is dat uitstel verlangt, niet tot uitstel willen advisee
ren. Ieder uitstel toch kan nadeeligen invloed hebben.
Een uitstel van enkele dagen zal echter de zaak niet
bederven. Van de zijde van Burgemeester en Wet
houders is verder geen vertraging te verwachten.
Wanneer het sectierapport er is, kan het antwoord
binnen enkele dagen worden tegemoet gezien.
De Voorzitter doet opmerken dat het schijnt, dat de
Raad geen sectieonderzoek noodig acht. Burgemeester
en Wethouders zijn er evenmin op gesteld. Maar
spreker is van meening dat een dergelijke en inge
wikkelde zaak rustig moet worden bestudeerd.
Den heer Zandstra is het er juist om te doen de
zaak rustig te bestudeeren. Zooals ze nu wordt be
handeld is dit afjachten. Om een goed inzicht in de
kwestie te krijgen, moeten de raadsleden alle gege
vens van Burgemeester en Wethouders naast elkaar
leggen en dit is niet in één dag spreker
en zijne partijgenooten kunnen niet anders dan op
Zondag te doen. Hij wil dan ook graag de be
handeling tot na de vacantie uitstellen. Kan de ver
ordening dan niet in één dag worden behandeld, dan
kan de zitting den volgenden dag gecontinueerd
worden. Zoo zal ze nog tijdig klaar kunnen om
haar ter goedkeuring aan de Kroon aan te bieden.
De Voorzitter zegt dat er een tusschenweg is, n.l,
deze, om den einddatum van het sectieonderzoek te
bepalen op 23 in plaats van op 16 Juni.
De heer Burger: „dat zal een raadszitting schelen''.
De Voorzitter vraagt of de heer Zandstra er genoegen
mee kan nemen om den einddatum van het sectie
onderzoek vast te stellen op 23 Juni.
De heer Zandstra zal zich erbij neerleggen. Hij
ziet wel in dat een ander voorstel toch geen kans
van slagen heeft.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van den Voorzitter.
Niets meer te behandelen zijnde wordt de verga
dering door den Voorzitter gesloten.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Juni 1913. 119
Tegenwoordig alle leden, te weten de heeren
Beucker Andrese, Zandstra, Hiemstra, Fransen, Tulp,
G. W. Koopmans, Boosman, Wilhelmij, Tiemersma,
Peitz, J. Koopmans, Lautenbach, Berghuis, Tijsma,
Hartelust, van Messel, Schoondermark, Beekhuis,
Haverschmidt, Bertling, Vonck, Menalda, Oosterhoff,
Komter en Burger.
Voorzitterde heer mr. J. A. N. Patijn, Burgemeester.
I. De notulen der op Dinsdag 10 Juni 1.1. gehouden
vergadering worden vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat zijn goedgekeurd
a. bij Koninklijk besluit van 7 Juni 1913 no. 40
de verordening tot het heffen van waagrechten, vast
gesteld bij raadsbesluit van den 29 April 1.1.
b. door Gedeputeerde Staten de raadsbesluiten
dd. 27 Mei 1.1. tot koop van het perceel Weerklank
(Krimp) no. 1
tot verkoop aan de Provincie van een gedeelte oud
trekpad, kad. gemeente Ried sectie C. no. 1910 (ge
deeltelijk) en
tot koop van een strook grond, te verkrijgen door
demping van een sloot langs den Oostersingel, van de
Naamlooze Vennootschap „Leeuwarder Brandstoffen-
handel"
2. bericht van II. K. Schippers, dat hij de benoe
ming tot onderwijzer aan gemeenteschool no. 1
aanneemt.
De mededeelingen 1 en 2 worden voor kennisgeving
aangenomen
3. adres van het bestuur der vereeniging „Open
bare Leeszaal en bibliotheek te Leeuwarden", houdende
verzoek om het gemeentelijk subsidie ad 600.te
verhoogen tot 800.per jaar.
Zal bij de begrooting worden behandeld
4. de begrootingen van uitgaven van den Armen
raad, diensten 1913 en 1914.
Worden in handen gesteld van de heeren B.Harte
lust, D. Lautenbach en W. Fransen Jzn. om onderzoek
en rapport
5. dat Burgemeester en Wethouders
a. aan den heer R. F. Kutsch Lojenga op zijn
verzoek eervol ontslag hebben verleend als brand
meester dezer gemeente, terwijl in zijne plaats is
benoemd de heer J. J. Troelstra
b. aan D. Timmermans provisioneel in koop hebben
afgestaan een gedeelte van blok VII/1 der terreinen
aan het Nieuwe Kanaal, N.Z., groot 506 M2., waarde
2783.—
c. provisioneel in opstal hebben toegewezen, ten
behoeve van den bouw van een schiphuis, aan B. ten
Cate alhier, een strook gemeentegrond van het daar
voor bestemde terrein aan het Vliet op Kleijenburg,
deel van het kad. perceel sectie G. no. 9016, tegen
betaling van een jaarlijksch recht van 17.50,
benevens 7.5Ö als jaarlijksche vergoeding voor
het gebruik van het daar van gemeentewege aange
legde voetpad
6. dat de secties tot rapporteurs over het voorstel
tot herziening der verordening op den hoofdelijken
omslag hebben aangewezen onderscheidenlijk de heeren
Boosman, Bertling en G. W. Koopmans, van wie de
heer Boosman is aangewezen als algemeen rapporteur
en dat het rapport heden is ingekomen.
De mededeelingen 5 en 6 worden voor kennisgeving
aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht:
1. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
op het adres van H. en L. Corée, alhier, om wijzi-
ziging van de rooilijn van een perceel bouwterrein
aan het Noordvliet, hoek Poppeweg.
2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging der verordening voor de Middelbare Meis
jesschool (Gemeentebladen 1905 no. 43 en 1908 no.
20) (Bijlage no. 23).
De stukken 1 en 2 hebben ter inzage gelegen om
nog heden te worden behandeld.
3. Als voren, om hen te machtigen namens de
gemeente mede te werken tot de oprichting van een
naamlooze vennootschap voor den tijd van tenminste
30 jaar, die ten doel heeft het leggen en exploiteeren
van een hoogspanningsvoedingskabel en bijbehoorende
toestellen met voorstel, dat ook de gemeente daartoe
toetrede.
Zal worden gedrukt als bijlage tot het raadsverslag,
bij de leden rondgezonden en te zijner tijd behandeld.
4. Alsvoren, om aan P. M. van Bemmel op zijn
verzoek eervol ontslag te verleenen als leeraar in het
lijn- en vakteekenen aan de Burgeravondschool.
5. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
inzake het adres van mr. T. Binnerts en 24 andere
bewoners van perceelen aan den Grachtswal of den
weg Achter de Hoven om de pont over de stadsgracht
bij het Stads Ziekenhuis te vervangen door een brug.
De stukken 4 en 5 zullen in een volgende vergade
ring worden behandeld.
IV. Rapporten.
De heer Wilhelmij rapporteert, dat de commissie,
belast geweest met het onderzoek van de rekening
en verantwoording van het gemeentelijk werkloozen-
fonds, dienst 1912, geene aanleiding heeft gevonden
tot het maken van op- of aanmerkingen, weshalve zij
voorstelt deze rekening en verantwoording goed te
keuren in ontvang en uitgaaf beide tot een be
drag van 741.795.
De Voorzitter stelt voor het rapport en de rekening
in eene volgende vergadering in behandeling te nemen,
onder dankbetuiging aan de commissie voor den door
haar verrichten arbeid.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Beekhuis rapporteert dat de commissie,
belast geweest met het onderzoek van de rekening
en verantwoording van het bestuur van het Nieuwe
Stads-Weeshuis, dienst 1912, geene aanleiding heeft
gevonden tot het maken van op- of aanmerkingen,
weshalve zij voorstelt de rekening en verantwoording
goed te keuren, in ontvangst tot een bedrag van
25614.365, in uitgaaf tot een bedrag van 25033.41,
met een batig saldo van 580.955.
De Voorzitter stelt voor de rekening en verant
woording en het rapport in eene volgende vergadering
in behandeling te nemen, onder dankbetuiging aan
de commissie voor den door haar verrichten arbeid.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Beucker Andreae rapporteert dat de com
missie, belast geweest met het onderzoek der rekening