naam, zoodat in dat opzicht geen verandering aan
gebracht wordt.
Krachtens artikel 26 van het Grootboekbesluit
1913 (Staatsblad 1913 No. 345) moeten bij het ver
wisselen van inschrijvingen in de Grootboeken A in
inschrijvingen in de Grootboeken B de bepalingen
in acht genomen worden, die voor overschrijvingen
gelden.
Daarom wordt daartoe vereisclit een door Gede
puteerde Staten goedgekeurd besluit van den Raad.
Op grond van een en ander stellen wij U voor tot
gezegde verwisseling der inschrijvingen te beslui
ten en alzoo te nemen het in ontwerp volgend be
sluit.
Met algeineene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders.
De Voorzitter stelt eerst aan de orde de ontwerp-
begrooting van de gasfabriek.
De algemeene beraadslagingen worden geopend.
De heer Hiemstra wenscht een enkel woord in het
midden te brengen naar aanleiding der Memorie van
Antwoord op het sectieverslag en wel in de eerste
plaats ten opzichte van de kwestie van de Zondags
rust der stokers en de loonen. Burgemeester en W et-
houders hebben gezegd dat de regeling der Zon
dagsrust tot de competentie van dat college behoort.
Spreker gelooft niet dat iemand dat ontkend heeft.
Het staat echter vast dat de Raad het recht heeft
controle uit te oefenen over de wijze, waarop Bur
gemeester en Wethouders van hunne bevoegdheid
gebruik maken en tevens om daarop, zoo noodig,
critiek uit te oefenen. Spreker zal niet in breede be
schouwingen treden over de regeling van de Zon
dagsrust der stokers. Dat is een vrij ingewikkelde
kwestie waar de Raad weinig aan heeft. Hij wil
echter op één zaak wijzen die hem opgevallen is, n.l.
deze, dat de stokers, die den 8-uren dag hebben, des
Zondags in den regel 12 uren werken. De zaak is
n.l. deze, dat deze arbeiders om een geheel vrijen
Zondag om de drie weken te hebben, langer moeten
werken op bepaalde dagen, zoodat zij feitelijk hun
vrijen Zondag reeds te voren hebben verdiend. Er
heerscht dan ook een vrij groote ontstemming onder
deze arbeiders en het doet spreker genoegen dat het
rapport van den Directeur der fabriek is ingeko
men. Hij hoopt dat het tot eene billijke regeling mag
leiden.
In Arnhem bestaat bjjna eene gelyke regeling als
hier, maar bovendien hebben de stokers om de acht
dagen een vrijen dag. Spreker zal geen voorstel
doen, dat zal ook wel niet kunnen, maar wil er bij
Burgemeester en Wethouders op aandringen deze
kwestie zoo spoedig mogelijk op te lossen. Het sto-
kerswerk is bijzonder zwaar.
Door Burgemeester en Wethouders wordt toege
geven dat er enkele stokers ziek zijn geworden ten
gevolge van hun werk. Bij informatie is spreker ge
bleken dat alleen de sterkste mannen het kunnen
volhouden. Dat is ook een reden om aan de bestaan
de regeling een einde te maken.
Wat nu de kwestie van het loon aangaat, ook daar
over heeft de Raad niets te zeggen. De commissie
is echter met het onderzoek dienaangaande bezig
en spreker vleit zich met de hoop dat zij zoo spoe
dig mogelijk tot een resultaat zal komen, opdat er
iets in het belang der stokers kan worden gedaan.
Spreker wenscht nog over een zaak iets in het
midden te brengen. Die kwestie is reeds in de sectie
ter sprake gebracht, n.l. het verstrekken van cokes
tegen den kostenden prys aan on- en minvermogen
den.
Burgemeester en Wethouders nemen in deze zaak
niet eene tegemoetkomende houding aan. Zij zeggen
dat ter tegemoetkoming aan uit de tegenwoordige
omstandigheden voortvloeienden nood andere maat
regelen zijn getroffen en dat men met de verstrek
king van cokes zou komen op het terrein van Ar
menzorg. Over dit antwoord heeft spreker zich ten
zeerste verbaasd. Wat toch is het geval. De Raad
weet dat door de gemeente is aangekocht een partij
aardappelen. Deze worden nu aan de mensehen die
gesteund worden of aan hen die er om vragen, te
gen den kostenden prijs verstrekt. Door nu deze
aardappelen te verstrekken aan hen, die tengevolge
der huidige omstandigheden gesteund moeten wor
den, is reeds uitgemaakt dat dit buiten de armen
zorg valt. De gemeente verstrekt nu aardappelen,
die zij zelf moet koopen tegen den kostenden prijs,
waarom kan zij nu niet op dezelfde wijze cokes ver
strekken, een product dat zij zelf heeft. Dezelfde
reden om aardappelen te verstrekken tegen den
kostenden prijs bestaat ook voor cokes. Spreker
weet dat in het algemeen de steun hier niet slech
ter, ja in vele gevallen beter is dan elders. De steun
is echter nauwelijks toereikend om de menschen in
het leven te houden. Als men die menschen nu door
het verstrekken van goedkoope cokes iets kan te
gemoet komen zou dit overweging verdienen. Spre
ker hoopt dan ook dat Burgemeester en Wethou
ders ditmaal hun verzet zullen loslaten en genegen
zullen blijken een dergelijken maatregel te treffen.
De heer Lautenbach wijst erop dat het wel be
kend is dat de Raad de regeling van de Zondags
rust gerust aan Burgemeester en Wethouders kan
overlaten, daar de Voorzitter zijn sympathie daar
voor meermalen niet onder stoelen of banken heeft
geschoven. Het heeft spreker echter verwonderd,
dat de Directeur der gasfabriek bijna een jaar noo
dig heeft gehad om met zijn rapport gereed te ko
men. Men kan zich toch wel zoo lang in een zaak in
werken, dat het een kunst is er weer uit te komen.
Sedert 1 Januari toch is de proef met eene rege
ling opgehouden en nu pas komt de Directeur met
een rapport dienaangaande. Er moest wat vlugger
gewerkt worden. Wat de indeeling in de loonklas-
sen betreft, die behoort niet bij den Raad. Spreker
meent evenwel eene opmerking niet achterwege te
mogen houden. Het blijkt toch dat de nieuwe men
schen zoo bang zijn om boven de retorten te werken,
dat spreker in alle bescheidenheid onder de aan
dacht van Burgemeester en Wethouders wil bren
gen of het niet mogelijk is voor deze menschen een
andere loonregeling te treffen dan die bestaat voor
de werklieden beneden de retorten. Van twee der
nieuwe werklieden is het bekend dat zij tengevolge
van het werk ziek zijn geworden en het zal niet on
bekend zijn spreker wil niets op de keuring af
dingen dat de meesten niet voor het werk bere
kend zijn. Dat is een reden om dat werk beter te be-
loonen. Spreker hoopt en vertrouwt dat Burge
meester en Wethouders alle moeite zullen doen om
spoedig met eene goede oplossing te komen èn wat
betreft de loonen èn wat aangaat de Zondagsrust,
opdat aan deze chronische ellende een einde wor
de gemaakt.
De Voorzitter zal bij afwezigheid van den Wet
houder, meer in het bijzonder belast met de voorbe
reiding der werkzaamheden de gasfabriek betref
fende, antwoorden. Spreker kan geen antwoord ge
ven op de opmerking dat het werk boven de retor
ten zooveel zwaarder is dan daar beneden en ook niet
of door opkomst onder de wapenen van het overige
personeel meer wordt gevraagd. Hij zal daarom
trent een onderzoek instellen.
Hij wil doen opmerken, dat men evenwel niet da
delijk uit de memorie van Antwoord de gevolgtrek-
Kin"- moet maken de heer Hiemstra heeft dat ook
gedaan dat de twee stokers ten gevolge van het
zware werk ongesteld zijn geworden. Spreker weet
dat aan de gasfabriek te den Haag het stokerswerk
tot den betrekkelijk lichten arbeid wordt gerekend.
Spreker is niet voldoende met de werkwijze hier
aan de fabriek op de hoogte, maar hij kan zich niet
begrijpen dat het zoo zwaar is. De stokers toch heb
ben heele tijden niets te doen en spreker kan dan
ook niet voetstoots aannemen, dat de menschen ten
gevolge van te groote inspanning ziek zijn gewor
den. Zeker is het geen gevolg van de indeeling van
het werk. Wat de regeling der Zondagsrust betreft,
die is overal een struikelblok. W7anneer men het
eene doet, dan is dat nadeelig voor de retorten, doet
men het andere, dan benadeelt men het personeel.
Het is een moeilijk op te lossen probleem en men
moet tusschen verschillende klippen weten door te
zeilen. Dat wordt hier ook geprobeerd. Spreker wil
nog doen opmerken, dat men, voorzoover hem be
kend, den Directeur der gasfabriek niet de schuld
moet geven dat er nog geen nieuwe regeling is.
Spreker geeft toe dat het lang duurt, maar er be
stond een meeningsverschil tusschen Burgemeester
en Wethouders, de gascommissie en den Directeur,
en dat is de oorzaak van het oponthoud. Spreker
heeft niet den indruk dat de schuld bij den Direc
teur ligt.
Wat de ontstemming betreft, waarover door den
heer Hiemstra is gesproken, deze is niet het gevolg
ervan dat de regeling zoo ongunstig is, maar omdat
de proef met de vorige regeling te lang heeft ge
duurd. Die vorige regeling deugde niet. Sommige
stokers toch werkten slechts 40 uren, terwijl daar
tegenover plaatswerkers waren die 72 uren had
den te werken. Het gevolg was dat één groep van
menschen tegen betaling natuurlijk een veel
te langen werktijd had, om aan de stokers Zondags
rust te kunnen geven.
Het laat zich hooren dat de stokers met deze re
geling, welke bijna 2 jaar heeft geduurd, ingenomen
waren. Nu men daarop terugkomt en eene regeling
maakt die minder voordeelig is, verwondert het
spreker niet dat er gemopper komt.
Ten opzichte van de kwestie der cokesverstrek
king is spreker door de redeneering van den heer
Hiemstra niet bekeerd. De vergelijking, door dat
raadslid met de verstrekking van aardappelen ge
maakt, gaat mank. Men moet toch eene scheiding
maken tusschen bedrijf en bedeeling. De aardappel-
verstrekking nu is een soort ondersteuning, die
deels over de Armenkamer, deels over het Steun
comité gaat. Nu is het principieel verschil of men
een bedrijf met zoo iets zal belasten of niet. Voor
eene goede boekhouding is het niet goed een pro
duct van het bedrijf beneden den prijs beschikbaar
te stellen, omdat men daardoor niet een juisten
blik krijgt op de uitkomsten van het bedrijf. Er
zou dan ook geen enkele reden zijn waarom de ge
meente niet gas of electriciteit beschikbaar zou
stellen tegen den kostenden prijs. Burgemeester en
Wethouders meenen zich te moeten houden aan het
geen in de Memorie van Antwoord is gezegd.
De heer H. P. de Haan zou niet gaarne willen dat,
nu de Wethouder der bedrijven afwezig is en de
Voorzitter niet in staat is de vragen van den heer
Hiemstra volledig te beantwoorden, de indruk werd
gevestigd dat hier het tegenovergestelde van Zon
dagsrust bestaat. De heer Hiemstra heeft erop ge
wezen dat de stokers, niettegenstaande het drie-
ploegenstelsel is ingevoerd, 's Zondags 12 uren
moeten werken en hjj heeft zich op Arnhem beroe
pen. Wat de heer Hiemstra heeft gezegd is volko
men waar, maar het gebeurt om aan een andere
ploeg een geheel vrijen Zondag te geven. De beide
andere ploegen werken dan langer, d.w.z. zij blijven
langer aan de fabriek. Spreker is een voorstander
van Zondagsrust, maar er zijn bepaalde bedrijven,
waarbij absolute Zondagsrust onmogelijk is. In den
landbouw toch moeten 's Zondags de koeien ook ge
molken worden. Bij de gasfabriek moeten geduren
de den Zondag de ovens op temperatuur blijven.
Wil men nu de vaste stokers meer Zondagsrust ge
ven, dan moet men andere krachten oproepen. Door
dergelijke hulpkrachten is men in Arnhem in de
gelegenheid de stokers om de acht dagen een vrijen
dag te geven. Het wil spreker voorkomen dat ab
solute Zondagsrust aan de gasfabriek onmogelijk
is. Hij zal evenwel het rapport van den Directeur
met belangstelling afwachten.
Verstrekking van cokes tegen den kostenden
prijs meent spreker te moeten ontraden. Verschil
lende gemeenten zijn op dien weg voorgegaan en
vele gemeentebesturen hebben er grooten spijt van.
Wanneer men de gelegenheid open stelt voor on- en
minvermogenden om cokes te verkrijgen tegen ver
minderden prijs dan betreedt men daarmee een ge
vaarlijken weg, omdat daardoor de gelegenheid om
te knoeien wordt geopend. Men moet dan allen er
mee begunstigen, die niet of in de le klasse van den
Hoofdelijken Omslag zijn aangeslagen. De gelegen
heid tot wederverkoop aan anderen wordt er door
geopend. Wanneer de gemeente eenmaal dien weg
is opgegaan kan zij bezwaarlijk meer terug. Men
verhooge liever de loonen, want de eene categorie
van menschen moet bij een gemeentebedrijf niet
anders worden behandeld dan de andere.
De heer Hiemstra zegt van den heer de Haan te
hebben gehoord dat de verstrekking van cokes te
gen den kostenden prijs groote moeilijkheden zal
opleveren en dat er gemeenten zijn die dezen maat
regel hebben ingevoerd, maar die er gaarne weer
af willen.
Spreker kan mededeelen dat het aantal gemeen
ten zich uitbreidt en men schijnt dan ook niet bang
te zijn dat de regeling onuitvoerbaar is. De fraude,
waarvoor de heer de Haan vreest, zou kunnen
worden tegengegaan door de menschen een weke-,
lijksch rantsoen te verstrekken. Zij zullen er geen
handel in drijven evenmin als zij dat met de aard
appelen zullen doen.
De Voorzitter heeft gezegd niet bekeerd te zijn
en er op gewezen dat de verstrekking van aardap
pelen iets anders is dan die van cokes. Door de cokes-
verstrekking toch, zegt de Voorzitter, zal er wan
orde in de boekhouding ontstaan en zal men geen
juist overzicht kunnen krijgen van de resultaten
van het bedryf. Spreker is van oordeel dat dit be
zwaar kan worden ondervangen door met de cokes
te handelen als met de aardappelen is gedaan.
Evengoed als de gemeente aardappelen in het land
kan koopen, kan zij cokes van de fabriek koopen en
dan wordt het voor de fabriek een kwestie van een
iets kleiner winst. Dit laatste acht spreker niet be
zwaarlijk.
Met den Voorzitter is spreker het eens dat de
kwestie van de Zondagsrust een moeilijke, ingewik
kelde kwestie is en dat het niet gemakkelijk zal zijn
daarvoor eene oplossing te vinden. Dat die in het
geheel niet te vinden is, is spreker niet eens met den
heer de Haan. Dit raadslid is ook onjuist met zijne
214 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 17 November 1914.
2. De ontwerpbegrootingen van de baten en lasten der
gemeentelijke lid it fabrieken en de onticerp-beg rooting der
gemeente, alle dienst 1915 (Bijlagen nos. 1, 2 en 3
van 1915 en nos. 32 en 33 van 1914).
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 17 November 1914. 215