254 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 December 1914.
Den heer Tflsma spijt het hij herhaalt dit— dat
liij moet opkomen tegen het eerste optreden der
schoonheidscommissie. Hij kan evenwel niet tot
eene andere conclusie komen. Wanneer het de alge-
meene opinie was dat Leeuwarden door het ver
dwijnen der plantsoentjes in schoonheid zou win
nen, was het een andere kwestie. Onze stad heeft
naast veel schoons, veel leelijks. Wanneer men dit
opsomt, gelooft spreker dat er weinigen buiten de
upper ten der aesthetisch voelenden zullen zeggen,
dat de Tweebaksmarkt in de eerste plaats voor ver
betering in aanmerking komt. Dat gedeelte moet
dan ook niet het begin van de verfraaiing der ge
meente, maar hoogstens de sluitsteen worden.
De Voorzitter heeft gezegd dat er weinig kosten
mee zijn gemoeid. Spreker is echter van oordeel dat
er met de bevloering nog al vrij wat kosten weg
gaan.
De heer Haverschmidt zegt dat opruiming wel
het radicaalste is wat men kan doen.
Men zou het toch ook nog kunnen probeeren met
bloemheesters, die men in ruime keuze voor een
paar kwartjes kan aanschaffen en die men na eeni-
ge jaren eens moet vernieuwen omdat ze anders te
wild opschieten.
Voor het verkeer kunnen de perken wel blijven
de groote rijweg is langs den Eewal; wat hier langs
gaiit zijn enkele postwagens, hotelrijtuigen en
auto's.
Misschien had men indertijd beter gedaan de
boomenrei door te trekken, maar nu men er voor
de afwisseling plantsoentjes heeft gemaakt zou
spreker die willen behouden.
De Voorzitter heeft één vraag van den heer Ha
verschmidt niet beantwoordt, n.l. die betreffende de
verbreeding der trottoirs. Spreker weet niet of ver
breeding noodig is, maar hij meent dat ze niet zoo
erg smal zijn. Bovendien zal verbreeding daarvan
geen kosten meebrengen, daar de keien grooter
waarde vertegenwoordigen dan de tegels en het
werkloon. Het trottoir aan den Stationsweg toch
is voor de gemeente een winstpost geweest, want de
keien konden ergens anders worden gebruikt. De
kosten van bevloering, 6.per M2., zijn voor het
kleine oppervlak der plantsoentjes gering. De ge
meente is dan ook van alle onderhoud van de plant
soentjes af. Die kosten kunnen wel buiten rekening-
worden gelaten.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met 14 tegen 6 stemmen wordt het voorstel van
Burgemeester en Wethouders verworpen.
Vóór stemmen de heeren: Berghuis, Fransen,
H. P. de Haan, van Weideren baron Bengers, J.
Koopmans en Komter.
Tegen de heeren: Tijsma, Lautenbach, Tiemer-
sma, Haverschmidt, Tulp, Zandstra, Peletier, Hiem-
stra, Beekhuis, Cohen, van Sloterdijck, Vonk, Oos-
terhoff en Schoondermark.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Fransen heeft zich in de vorige vergade
ring, toen het voorstel werd gedaan om 39 wonin
gen onbewoonbaar te verklaren, daartegen verzet,
omdat hij de zekerheid niet had dat er voor de uit
hunne woningen gezette bewoners voldoende on
derdak zoude zijn. In die vergadering nu is er dooi
den Voorzitter op gewezen dat er in de volgende
vergadering een plan zou worden aangeboden voor
het bouwen van 56 woningen, welk plan thans in
behandeling is. Dit plan heeft spreker evenwel niet
bevredigd en op gevaar af van wederom het verwijt
te moeten hooren dat spreker het doet uit kinder
lijke dankbaarheid voor een pluimpje op den hoed,
wil spreker een enkel woord zeggen.
Particulieren spreker heeft dit de vorige maal
ook al doen uitkomen, kunnen geen goedkoope
woningen bouwen. Dat kunnen alleen lichamen als
gemeenten en Woningvereenigingen, welke goed
koop geld kunnen krijgen. Nu neemt noch de ge
meente, noch de Woningvereeniging, noch de veree-
niging van woningverhuurders de menschen, die uit
onbewoonbaar verklaarde huizen worden gezet, als
huurders aan. Spreker had nu van de gemeente
verwacht dat zij, nu zij een zeker aantal menschen
op straat zet, ook zekerheid had gegeven dat deze
onderdak zouden krijgen. Men heeft nu in de vorige
vergadering al gezegd dat de vereeniging van wo
ningverhuurders door deze bepaling de verbetering-
der volkshuisvesting tegenhoudt. Wat doet nu ech
ter de gemeente en de Woningvereeniging? Ook
deze lichamen doen precies hetzelfde. Waar moeten
nu de uitgedreven bewoners heen? Die staan op
straat als niemand zich hunner ontfermt. Het gaat
dan ook niet aan dat de gemeente zich daaraan ont
trekt.
Tegen het plan van Burgemeester en Wethou
ders zal spreker zich niet verzetten. Het is een aar
dig plan. Hij wil echter uitdrukkelijk verklaren dat
hij, door zijn stem eraan te geven, niet gerekend wil
zijn er mee accoord te gaan met wat de gemeente
doet voor de menschen, die uit de onbewoonbaarver-
klaarde woningen worden verwijderd.
Wanneer het voorstel wordt aangenomen, wil
spreker er bij Burgemeester en Wethouders op aan
dringen het werk niet in eigen beheer uit te voeren,
maar eene openbare besteding te houden. I itvoe-
ring in eigen beheer is absoluut niet in het belang
der gemeente omdat het werk daardoor duurder
zal worden, waardoor de huurders weer meer huur
moeten betalen.
De heer Hienistra heeft een deel van het voorstel
met sympathie begroet. Ten opzichte van een ander
deel evenwel moet hij zich hij den heer Fransen aan
sluiten. Spreker en de heer Fransen gaan ditmaal
samen en als er dus straks pluimen op den hoed
worden gestoken, krijgt elk daar een van. Ook spre
ker heeft bezwaar tegen de hooge huurprijzen.
Hij weet dat dit eene moeilijke kwestie is, maai
de aankondiging van deze woningen, in de vorige
vergadering door den oorzitter gedaan, heeft bij
spreker den indruk gewekt dat er een voorstel zou
komen tot het bouwen van woningen voor de men
schen, die eerstdaags op straat worden gezet, ten
minste van een gedeelte. Het is spreker bekend dat
bij de verbetering der volkshuisvesting het opschui
vingssysteem in toepassing wordt gebracht. Hij
vreest echter dat dit systeem hier zal falen, daar de
vereeniging van woningverhuurders de menschen
uit onbewoonbaarverklaarde woningen niet op
neemt. Daardoor wordt het opschuivingssysteem
onmogelijk.
De heer Fransen heeft een verwijt gericht aan
het adres van (1e Woningvereeniging en aan dat dei-
gemeente, dat deze n.l. precies hetzelfde doen als de
Vereeniging van Woningverhuurders. Dat is even
wel niet juist.
Verslag van de handelingen van den Gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 December 1914. 255
De Woningvereeniging zegt toch niet dat zij de
menschen uit onbewoonbaar verklaarde woningen
niet wil opnemen maar zij bouwt zoo duur dat er
voor die menschen geen denken aan is. De vereeni
ging van woningverhuurders heeft woningen van
1.56 en er worden woningen van 1.50 en 1.25
onbewoonbaar verklaard, maar toch komen de be
woners dier huizen er niet in. Niet omdat het slech
te huurders zijn, maar om een tegenmaatregel te
treffen tegen de onbewoonbaarverklaring van ge
meentewege. Het is wat anders hoewel het praktisch
op hetzelfde neerkomt. Als de vereeniging van wo
ningverhuurders nu haar standpunt blijft handha
ven, zal de gemeente moeten ingrijpen en woningen
moeten bouwen voor uit onbewoonbaar verklaarde
huizen gezette menschen.
Sprekers grief tegen het voorstel is dan ook deze,
dat er woningen van 2.en 2.10 zullen worden
gebouwd, welke woningen alleen kunnen worden
betrokken door beter gesitueerde arbeiders. Hij
zal evenwel, omdat het plan zijn sympathie
heeft en omdat spoedig in de werkloosheid dient te
wordenvoorzien, voor het voorstel stemmen. Hij
had evenwel liever gezien dat de gemeente wonin
gen had gebouwd voor de menschen die straks dak
loos worden.
De heer Fransen heeft gevraagd en hij heeft
die vraag ook beantwoord, of het niet beter was het
werk uit te besteden inplaats van het in eigen be
heer te nemen. Spreker gelooft evenwel, in tegen
stelling met den heer Fransen, dat het beter is dat
het werk in eigen beheer gebeurt. De lieer Fransen
heeft gezegd dat eigen beheer duurder zal uitko
men. Dat mag waar zijn, maar men heeft dan ook
zekeheid dat men beter werk krijgt.
De laatste kwestie, waarover spreker iets in het
midden wil brengen is de kwestie van het verkoo-
pen van kleine strookjes grond. Spreker vraagt of
die ook bij het door den schenker gegeven terrein
hehooren en zoo ja of het dan wel in orde is een
deel van het geschonkene te verkoopen.
De heer Tijsma juicht het toe dat Burgemeester
en Wethouders 84000.Rijksvoorschot willen
vragen. Spreker acht het evenwel wenschelijk om
er de Begeering op te wijzen dat zij aan dat voor
schot niet de voorwaarde van het onbewoonbaar
verklaren van een aantal woningen moet verbinden.
Spreker zou nog de vraag willen stellen waarom
de schoonheidscommissie niet over dit plan is ge
hoord.
In tegenstelling met den heer Hiemstra ziet spre
ker in eigen beheer geen waarborg voor beter werk.
Een huis, door een architect gebouwd, zal toch niet
beter zijn dan een ander, door een aannemer onder
toezicht van een architect gezet. Bij publieke aan
besteding is de gemeente goedkooper uit en de Di
recteur der Gemeentewerken is er wel voor bere
kend om goed toezicht te houden.
De heer Lautenbach kan ook zeggen: dankbaar,
maar niet voldaan. Hij bedoelt dit in zachten vorm,
aangezien hij in het bouwvak geen deskundige is.
Spreker had gehoopt dat de heer Fransen had aan
getoond dat cle gemeente goedkooper kan bouwen.
Nu dit niet is gebeurd, zou spreker de vraag willen
stellen of er niet goedkooper kan worden gebouwd
ten einde in den woningnood te voorzien. Welke al
leenwonende weduwe toch kan 1.35 per week ver
wonen? Dat is een witte raaf. Hetzelfde geldt voor
gehuwde menschen, die 1.70 moeten betalen. Ver
der heeft spreker bezwaar tegen de hooge huren
van 2.65 en 3.Wie zal dat aan het Pieter-
seliewaltje gaan verwonen? Daar komt dan nog bij
dat de gemeente nu nog f 300.moet toeleggen.
De gemeente verkeert nog in de gelukkige omstan
digheid dat zij den grond ten geschenke heeft ge
kregen. Als zij die had moeten koopen zou het een
rare becijfering worden. Spreker zou daarom gaar
ne willen weten of het niet mogelijk is goedkooper
te bouwen voor hen, die behoefte aan een woning-
hebben.
De heer Komter (wethouder wenscht een paar
opmerkingen te maken naar aanleiding van het be
toog- dat het wenschelijk is te bouwen voor die men
schen, die uit de onbewoonbaar verklaarde wonin
gen komen. Er zit in die redeneering een fout en
wel deze. Als men bouwt, heeft men niet alleen het
oog op het heden, maar ook op de eerstvolgende 50
jaar. Zoo doet ook de Woningvereeniging.
Als nu de gemeente gesteld dat zulks mogelijk
is woningen gaat bouwen, zoo lichtjes en dicht
jes, dat ze voor 1.25 kunnen worden verhuurd, dan
zouden die al heel spoedig weer aan onbewoonbaar
verklaring toe zijn. Dien weg moet de gemeente niet
op. Wat er gebouwd wordt moet goed zijn. Daarmee
is echter de kwestie niet opgelost hoe het moet met
de menschen, die uit de slechte woningen komen.
Van meet af aan heeft de Woningvereeniging voor
die moeilijkheid gestaan en zij heeft gezegd dat er
geen andere mogelijkheid bestaat om die menschen
te helpen door toepassing van het opschuivingssy
steem. Wanneer de Woningvereeniging er voor
zorgt dat de menschen, die in hare woningen komen,
goedkoopere woningen ontruimen, dan blijven deze
over voor de menschen uit nog mindere woningen
en zoo wordt de toestand geleidelijk voor allen be
ter. Er wordt beweerd dat door de vereeniging van
woningverhuurders geen menschen worden aange
nomen als huurders, die uit onbewoonbaar ver
klaarde woningen komen. Dat zal misschien wel
waar zijn en die vereeniging kan dat standpunt
voorloopig gemakkelijk handhaven. Zoodra er ech
ter door aanbouw een voldoend aantal woningen
beschikbaar zal zijn, zal de toestand veranderen,
want de eigenaars zullen hunne woningen, al is het
ook aan menschen die uit onbewoonbaar verklaar
de woningen komen, liever verhuren dan ze leeg te
laten staan. Mocht deze redeneering niet geheel op
gaan dan is het beter om, in plaats van voor die
menschen te bouwen, woningen voor hen te koopen
of te huren. Toch is in dit bouwplan gestreefd naar
stichting van goedkoope woningen, door het hoofd
gebouw eenigszins als „hofje" in te richten. Van de
56 woningen zijn er dientengevolge 24, die tot ze
kere hoogte aan den norm van goedkoope wonin
gen kunnen voldoen. Herhaaldelijk heeft de Ge
zondheidscommissie of de Woninginspecteur in wo
ningen, welke onbewoonbaar moesten worden ver
klaard, één oud vrouwtje of een paar oude luidjes
aangetroffen voor wie nergens een woning te vin
den was. Om nu voor dergelijke menschen een
eenigszins passenden toestand te creëren is de
bouw van deze 24 woningen opgezet. De laagste
prijs, 1.35, is niet veel hooger dan de huurprijs van
onbewoonbare krotten.
Spreker heeft een paar opmerkingen, die ook dooi
de Gezondheidscommissie zijn gemaakt.
In de eerste plaats staat een zeker aantal wonin
gen op het Noorden en zal alzoo grootendeels van
zonlicht verstoken zijn, terwijl bij enkele andere wo
ningen de privaatton door keuken en woonkamer
moet worden verwijderd. Spreker zou dan gaarne
zien dat Burgemeester en Wethouders machtiging
werd verleend om daarin zoo mogelijk wijziging aan
te brengen.
De heer Haverschmidt zegt dat voor de allerarm-
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om
over te gaan tot het bouwen van woningen op de aan
de gemeente geschonken terreinen aan Oldegalileën enz.
Bijlage no. 36).