106 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Juni 1915. ingewilligd en de belanghebbenden zijn opgeroe pen om op bepaalde uren in een gemeentegebouw te verschijnen. De afdeeling der S. D. A. P., de Coö peratie Excelsior en de Bestuurdersbond hebben zich daarop tot Burgemeester en Wethouders ge wend met het verzoek de bezorging door middel van de bakkers of de vereenigingen mogelijk te maken. Ook dat verzoek is afgewezen. Spreker betreurt de wijze, waarop deze zaak nu is ingepikt. Hij wil er in de eerste plaats den nadruk op leggen, dat de verstrekking van goedkoop brood met bedeeling niets heeft te maken. Wel trachten sommigen er gaan ten minste der gelijke geruchten de meening ingang te doen vinden dat het wel bedeeling is, maar die geruchten worden verspreid door menschen, die bevreesd zijn er schade van te zullen krijgen. Spreker herhaalt dat het geen bedeeling is, evenmin als het bedeeling is wanneer iemand zijn zoon naar het Gymnasium stuurt. Bij eiken leerling legt de Staat 300.bij. Hier legt de Regeering nu ook geld bij om het ver strekken van goedkoop brood mogelijk te maken, maar daarom behoeft dat nog niet als bedeeling te worden beschouwd. Wanneer de belanghebbenden zich op be paalde uren moeten aanmelden, om een brood kaart, dan is dat een gang waarin toch iets verne derends ligt. Niet allen toch zullen zich opgeven, slechts een enkele van hen die het niet noodig heb ben, zooals de Leidsche burgemeester, zal dit doen. Dat deel van het volk dat het noodig heeft, heeft bovendien al zooveel te dragen, dat spreker daar aan niet nog zwaarder lasten zou willen opleggen. Spreker zou hier niet graag het schandaal willen beleven dat in den Haag heeft plaats gehad, waai de mensehen een langen tijd hebben moeten wach ten, alvorens zij geholpen konden worden. Er zijn veel bezwaren tegen de voorgestelde regeling in te brengen. A. b.v. is een arbeider, moet zich om 9 uur mel den, maar moet daarvoor, altijd als het hem wordt toegestaan, 1/2 of 1 uur verzuimen. B, een onderwij zer moet er te ÏO1^ uur zijn. Als het treft in het speelkwartier en de afstand is niet groot, zal hij het kunnen doen, anders niet. Een ander echter moet erom uit de klas, terwijl een derde, die om 9 uur op school moet zijn, ook om 9 uur aan het ge meentehuis moet zijn. De Voorzitter zal zeggen: dan kan de vrouw wel gaan, ja, maar die kan soms ook niet, vooral als zij kinderen om handen hebben. De manier waarop deze zaak is aangepakt, zij het dan ook met de beste bedoelingen, zal de oorzaak zijn dat de aanmelding minder groot wordt. Het vernederende van den gang naar het stadhuis zal ook de aanmelding in den weg staan, terwijl alle kleine burgers en neringdoenden zullen wegblijven hoewel zij het o zoo noodig hebben uit vrees hun erediet te schaden. Van die menschen moet toch vooral niet gezegd kunnen worden: hij eet ook al goedkoop brood, het zit er zeker niet meer zoo best aan. Men zal kunnen zeggen: zij zullen wel komen als zij het noodig hebben, maar spreker weet bij erva ring dat zij, die het het meest noodig hebben, niet altijd het eerst komen. Waar maatregelen worden getroffen, die hoewel ze spreker lang niet ver genoeg gaan de bedoeling hebben tegemoet te komen aan den stijgenden nood, daar moet het ge meentebestuur het zooveel mogelijk in de hand wer ken dat de deelneming zoo algemeen mogelijk wordt. Het Rijk geeft zelf het voorbeeld door voor de broodkaarten portvrijdom te verleenen. Ver schillende plaatsen hebben het voorbeeld gegeven. In Rotterdam, LTtrecht, Dordrecht, Amsterdam, 's Gravenhage, Zeist en Dokkum worden de brood kaarten door de bakkers of door derden aan de klanten verstrekt. Als dat ook hier gebeurde, zou velen een vernederenden gang naar het stadhuis Avorden bespaard. Er zullen wel bezwaren zijn, ze ker, maar spreker meent dat het Dagelijksch Be stuur die te zwaar rekent. Het controle-bezwaar is volgens spreker niet een gewichtig bezwaar. Of iemand nu zegt dat hij Peters heet, zoo en zooveel kinderen heeft enz., geeft geen zekerder controle, dan wanneer hij die gegevens op een formulier in vult en onderteekent. Morgen nu begint reeds de aangifte A7oor de kaarten en, als Burgemeester en Wethouders nog genegen mochten zijn een ander systeem in te voeren, zullen zij vlug moeten aanpak ken. Het is echter uitvoerbaar door n.l. heden in de courant nog eene verklaring te plaatsen dat de broodkaarten ook door derden kunnen worden aan gevraagd tegen overlegging van een schriftelijke verklaring. De pers zal daaraan nog Avel ruchtbaar heid willen geA-en. Spreker heeft een motie samengesteld, waarvan de bedoeling is dat de Raad zich aansluit aan spre kers verzoek om de deelneming zoo algemeen mo gelijk te maken. Hij hoopt dat de indiening ervan niet noodig is, doordat Burgemeester en Wethou ders eene tegemoetkomende houding aannemen. Hij zal dan ook gaarne van Burgemeester en Wethou ders vernemen of zij alsnog genegen zijn de brood kaarten oj) de door hem geschetste Avijze beschik baar te stellen. Den Voorzitter spijt het dat hij den heer Hiem- stra zal moeten teleurstellen. Burgemeester en Wet houders zullen in deze den interpellant niet tege moet komen. Spreker gelooft evenwel dat deze te leurstelling voor den heer Hiemstra niet zoo heel erg groot zal zijn, omdat het hem na het onderhoud van de vorige Aveek Avel duidelijk zal zijn gebleken welk standpunt Burgemeester en Wethouders in nemen. De heer Hiemstra kan dan ook niet ver- wachten dat Burgemeester en Wethouders zoo spoedig op hun besluit zouden terugkomen. Het doel van den maatregel toch is controle. De Regeering stelt tanvemeel beschikbaar tegen een lagen prijs, zij legt 11.toe op .100 K.G. meel, Avaarvan 140 brooden worden gebakken. Het ge- vaar ontstaat daardoor dat het meel verbruikt wordt voor doeleinden, waarvoor het niet is be stemd. Er moet dus controle op de bakkers zijn. Burgemeester en Wethouders nu hadden, daar zij meenden dat de regeeringscontröle niet voldoende Avas. een ander systeem van controle voorgesteld, maar de Regeering heeft daaraan niet gewild. Toch blijven Burgemeester en Wethouders er verant- Avoordelijk voor dat er zoo weinig mogelijk mis bruik wordt gemaakt. Zij kunnen niet zeggen: nu kan het ons niet meer schelen, maar als uitvoerders van den regeeringsmaatregel zijn zij verplicht te trachten misbruik te voorkomen. En nu zijn Burgemeester en Wethouders er niet gerust op, dat op een der manieren, door den heer Hiemstra verdedigd, de controle voldoende is. Er wordt voorgesteld de bakkers formulieren te laten indienen. Spreker meent dat dit voor Fries land zeker niet te aanvaarden is, omdat men hier een bijzondere toestand heeft. De bakker toch ver koopt het brood aan den karrijder en deze levert het aan de consumenten. Een gevolg daarvan is dat de bakker zijn klanten zelfs niet altijd kent. Er zou den zeker veel vergissingen plaats hebben in de op gaven. Bovendien is de verleiding A7oor de bakkers groot spreker wil niemand verdenken maar con trole is tegen misbruik allen, A7an Avie ze weten Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Juni 1915. 107 In de tAveede plaats wordt dan voorgesteld de aanvragen van de vereenigingen te doen uitgaan. Het zal moeilijk zijn het aantal vereenigingen te beperken en zal aan alle vereenigingen, Avaarvan niets ongunstigs bekend is, moeten worden toege staan broodkaarten aan te vragen. Burgemeester en Wethouders zijn dan afhankelijk van de mindere of meerdere nauwkeurigheid Aran de secretarissen of penningmeesters en het gevaar voor vergissin gen is daardoor ook niet kleiner dan bij aanvraag door de bakkers. Er is nog een bezwaar ATan anderen aard. Toen de heer Hiemstra bij spreker is geAveest heeft hij een blad achtergelaten, waarin staat hoe het in Dor drecht is gegaan. Teekenend is de wijze waarop de Coöperatie, die daar met de opgave is belast, dit haar leden mededeelt. Er staat n.l.: „Onze Dordtsche Coöperatie was er al heel vlug „bij. NauAvelijks Avas de nieuwe voedingscirculaire „bekend of reeds ontvingen Avij onderstaande cir culaire. Een activiteit die navolging verdient door „andere coöperaties al naar de ter plaatse geldende „wijze A'an controle". Spreker A7raagt of het gevaar nu niet groot is dat op deze Avijze de broodverstrekking Avordt gebruikt als propagandamiddel? Spreker wil niet beweren dat het ongeoorloofd is, maar de bedoeling van de regeering is het toch zeker niet. Zou het dat hier ook niet worden? De door den heer Hiemstra ge houden interpellatie stelt spreker op dit punt niet gerust. Een bezwaar tegen het verstrekken van brood kaarten, zoowel door de bakkers als door vereeni- gingen is dit, dat men den menschen het brood als het ware opdringt. De heer Hiemstra heeft gezegd dat de gang naar het stadhuis een vernedering is. Tot op zekere Ihoogte geeft spreker dit toe en hij vindt liet jam mer dat het niet anders kan. Hij hoopt eveiiAvel dat Burgemeester en Wethouders er in zullen slagen, het lange Avachten der menschen te voorkomen. Zij gaan den eenen kant in en den anderen uit. Hebben zij de aangifte gedaan, dan krijgen zij de brood kaart toegezonden. En dan meent spreker dat de heer Hiemstra op den vernederenden gang naar het Stadhuis te veel nadruk legt. Voor hoevelen zal het een vernederende gang zijn? Spreker toch is niet van meening dat ieder een kaart moet aanvra gen. Integendeel moeten zij, die het dure brood wel kunnen betalen, zich schamen als zij een kaart aan vragen. Spreker staat dan ook niet op het stand punt van den heer Hiemstra. Dit raadslid heeft deze kAvestie vergeleken met liet onderwijs. Die ver gelijking gaat absoluut niet op. Het onderwijs toch is staatszaak, de volksvoeding tot nu toe nog niet. Sprekers idee is dit. Al heeft de Minister uit ad ministratief oogpunt gemeend de broodverstrek king niet te moeten beperken tot on- en minvermo genden, het beste deel der natie zal ervoor bedau- ken voor rijks rekening brood te eten, als het zijn brood zelf betalen kan. Er is echter een midden moot. Die tusschenmoot willen Burgemeester en Wethouders zooveel mogelijk tegemoet komen, maar aan hen kan de controle niet worden opge offerd. De heer Hiemstra heeft bezwaar gemaakt tegen het uur van aangifte. Spreker hoopt dat de arbeiders nu zoover noodig door hun Averkgevers in de gelegenheid zullen Avorden gesteld zich aan te melden. Als dat niet kan, dan hoopt spreker dat de vrouwen zullen komen en als dat ook niet gaat, dan zal de ambtenaar worden geïnstrueerd de zaak zoo min mogelijk bureaucratisch te behandelen. Burge meester en Wethouders kunnen hun stelsel niet prijs geven, daar zij zich dan niet verantwoord ge voelen. De heer Hiemstra heeft den Voorzitter hooren zeggen dat spr. wel kon vermoeden dat Burgemees ter en Wethouders niet A'an hun standpunt zouden terugkomen. Spreker kon dat niet vermoeden om dat er feitelijk geen principiëele bezwaren Avaren aangevoerd. Het Avaren alleen bezwaren van admi nistratieven aard en van controle. Spreker heeft gedacht: als de Raad mijn denkbeeld deelt dan zul len Burgemeester en Wethouders wel te bewegen zijn een andere Avijze van doen in te voeren. Waar nu geen principiëele bezwaren te berde zijn ge bracht, kon spreker verwachten dat de Raad zijne meening deelde en hij had dan ook niet verwacht dat Burgemeester en Wethouders zoo beslist zou den hebben gezegd: wij blijven ons standpunt hand- ha'ven. De Voorzitter heeft eenige bezwaren te berde ge bracht en spreker moet erkennen dat die, wel ke bij gehoord heeft ten opzichte van het aanvra gen der broodkaarten door de bakkers, juist zijn. Als spreker verder de bezwaren goed voelt, \7reest men dat spreker erop uit is er een stuk propaganda uit te slaan. De heer de Vos was daarvoor al zoo benauwd, dat hij een poging heeft aangewend om de interpellatie tegen te houden. Wat van de bak kers is gezegd, datzelfde kan niet Avorden gezegd van de vereenigingen. Dezen hebben geen belang bij fraude. De Voorzitter heeft gezegd alle vereeni gingen in de gelegenheid te moeten stellen om broodkaarten voor hare leden aan te A7ragen. Spre ker onderschrijft dat. Men vreest nu dat de rooien het meest actief zullen zijn en als de anderen zich dan verslapen, het een stuk propaganda zal zijn voor de S. D. A. P. Spreker kan zich niet begrijpen dat de voorzitter dit argument haalt uit hetgeen staat in den coöperatieven gids. Wat de propaganda uitwerkt? Dat de coöperaties Aveer sterker zullen worden. Is dat zoo erg? Spreker heeft nu een ongezochte gelegenheid om voor de coöperaties te propageeren hij zou dit terrein niet hebben betreden, maar de Voorzitter heeft hem er toe genoodzaakt. Wat, zal nu het gevolg zijn van de hier gevolgde Avijze van handelen? Dat de aanmelding zeer klein Avordt. En spreker gelooft dat, hoe minder liefheb bers zich aanmelden, hoe lieA7er de Voorzitter het heeft. In deze manier van doen toch zit een stuk A7erzet tegen de politieke maatregelen, die de Re geering neemt. Spreker heeft den indruk gekregen dat Burgemeester en Wethouders deze gedachte zijn toegedaan: de maatregelen achten wij verkeerd en nu zullen wij ze wel niet opzettelijk tegenwer ken, maar toch trachten het zoo in te pikken dat het de minste kans A7an slagen biedt. De propaganda-kwestie kan dan ook niet als ar gument dienst doen. De Voorzitter heeft gezegd dat er eenige verwar ring kan komen. Dat zal misschien Avel gebeuren, maar dat is geen ernstig bezwaar. Veel grooter be zwaar is het dat er kleine neringdoenden, om hun erediet, Aveg zullen blijven. De Voorzitter heeft verder bezwaren van administratieven aard. Die kosten misschien één uur van 20 cent aan de ge- dat ze hun brood eten, op te geven. Handteekenin- gen zijn altijd Avel te krijgen en anders zetten de bakkers die desnoods zelf. Van aanbestedingen Aveet spreker hoe huiselijk hiermee dikwijls wordt omgesprongen. Wanneer men de bakkers laat aan vragen zullen zij zooveel mogelijk op de lijst bren gen, want het is hun belang zooveel mogelijk goed koop meel te halen. Dan is de controle geen cent Avaard.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1915 | | pagina 6