238 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 October 1916 .sen het denkbeeld ter sprake heeft gebracht om den bouw ondershands te gunnen aan den aannemer, die over het geheele land dergelijke woningen zet. Het ingekomen aanbod leek aanvankelijk wel aannemelijk, maar het resultaat van het onderzoek was van dien aard, dat liet Burgemeester en Wet houders met raadzaam voorkwam zoo te bouwen. Aan den aannemer is gezegd dat de woningen wel iets mooier konden en toen moest liet bouwen f 23.000,kosten. Daarom hebben Burgemeester en Wethouders dat denkbeeld verlaten. Wat de opmerking van den heer Fransen be treft van deze aanbesteding één bestek te maken, dat denkbeeld lacht spreker toe. Spreker gelooft evenwel dat de bedoeling geen andere is geweest dan dit werk door één aannemer te doen uitvoeren. De vraag van den heer Hiemstra, of de bouw noodzakelijk is, moet spreker helaas bevestigend beantwoorden. Hij durft den bouw niet langer uit stellen, omdat het wenschelijk is binnen den kortst mogelijken tijd behoorlijke woningen te hebben. Wat den prijs betreft, die is gelijk aan dien, welke door Groningen reeds eenigen tijd geleden is betaald. Spreker gelooft dan ook niet dat die prijs te hoog is. Al is het jammer dat het geld voor tijdelijke woningen wordt besteed, spreker doet opmerken, dat niet alles weg is, want dat het materiaal over blijft. De heer Peletier vindt dit voorstel nogal ingrij pend. Wel is het bezwaarlijk de behandeling nog 14 dagen uit te stellen, maar toch zou spreker gaar ne prae-advies van Burgemeester en Wethouders v illen hebben. De Raad is dan in de gelegenheid de kwestie beter te beoordeelen. Er wordt toch een geheel nieuw systeem binnengehaald. Spreker weet niet of nog een betere oplossing te vinden is. Als de gemeente b.v. een zeker bedrag voor woningbouw disponibel stelt, hierop dadelijk zoo veel noodig is, afschrijft en zij geeft die woningen in exploitatie bij de Woningvereeniging, dan is zij er af. Spreker vindt dit systeem niet goed. Hij zou dan ook gaarne zien dat Burgemeester en Wet houders, als zij daartoe genegen zijn, den Raad in de gelegenheid stellen, nu het voorstel grootere proporties heeft aangenomen, de kwestie nog eens te overwegen. Den heer Fransen bevreemdt den uitslag van het onderzoek niet. De opgegeven prijs voor woningen van nieuw hout was van dien aard, dat daarvoor niet veel kon worden geleverd. Met den heer Hiem stra is spreker het eens dat. het jammer is een belangrijk kapitaal voor woningbouw te besteden, dat verloren is. In een der vorige raadsvergade ringen heeft spreker zich reeds in gelijken zin uit gelaten. Spreker durft echter den bouw ook niet uitstellen gelijk de heer Peletier wil. De behoefte aan woningen is zoo groot dat hij niet de ver antwoording wil dragen tot uitstel te hebben mee gewerkt. De heer Koopmans meent dat de heeren de finan- ieele zijde van de zaak wel wat zwaar inzien. Het is wel een tijdelijke maatregel, maar de woningen kunnen wel eenige jaren, 15 misschien 20 jaren mee, zoodat een prijs van 700,tot 800,— wel te verdedigen is tegenover steenen huizen, die ca, 1.400,zullen moeten kosten, volgens den heer H iemstra. De heer Fransen: „het zijn houten woningen." De heer Koopmans vervolgt en zegt dat als deze woningen het eenige jaren kunnen doen, er van het bespaarde met rente op rente wel nieuwe woningen kunnen worden gebouwd. De heer Zandstra hoort den heer Koopmans zeg gen dat de woningen wel 15 of 20 jaar kunnen staan. Hij vraagt of dit met het oog op de Woning wet geoorloofd is. De heer Fransen: „de bouwverordening verbiedt het wel." De Voorzitter wijst erop, dat de houten woningen in Groningen al twee jaar staan en dat ze uitste kend zijn. De hier te bouwen woningen zijn niet uitsluitend van hout; ze krijgen een binnenmuur van een steen op den kant. Zij kunnen jaren mee, maar de bedoeling is dat het een geheel tijdelijke maatregel is. Als plaats om ze te zetten hebben Burgemeester en Wethouders het terrein bij den Poppeweg op het oog, n.l. de driehoek achter de centrale. Daar is vlak bij eene rioleering en de waterleiding. Spreker moet zich tegen het door den heer Peletier geopperde denkbeeld verklaren. Het is een noodmaatregel, die op tal van plaatsen is genomen. De heer Fransen heeft in eene vorige vergade ring eene opmerking gemaakt, waar spreker het niet mee eens is. Hij zal daarover echter niet verder uitweiden, maar wil erop wijzen dat Burgemeester en Wethouders ten opzichte van den noodtoestand geen blaam treft, Er bestaat dringend behoefte aan woningen en het is niet aan te bevelen nu eerst te gaan praten over gemeentelijken woningbouw. Er moeten nu zoo spoedig mogelijk goede woningen komen en het is aan te bevelen thans over alle be zwaren heen te stappen. De woningen moeten worden gebouwd zonder eene principieele beslis sing te nemen ten aanzien van gemeente-exploi tatie. Met algemeene stemmen wordt besloten over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. VII. Wordt overgegaan tot behandeling der voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. De Voorzitter deelt mede, dat hij naar aanleiding van een verzoek van een der leden het rapport der commissie voor de reclames na punt 5 der agenda aan de orde zal stellen. Dienovereenkomstig wordt besloten. 1. Rapport der Commissie, belast geweest met het onderzoek van de gemeenterekeningdienst 1915. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig de conclusie van het rapport tot voorloo- pige vaststelling der gemeenterekening, dienst 1915. 2. Rapport der Commissie, belast geweest met het onderzoek der begrooting van het Stads-Ziekenhuis, dienst 1911. De conclusie van het rapport, strekkende tot goedkeuring der begrooting, wordt met algemeene stemmen aangenomen. De Raad gaat in comité-generaal ter behande ling van: 3. Het rapport der Commissie voor de reclames omtrent bezwaarschriften in eersten aanleg tegen aanslagen in den Hoofdelijken Omslag, dienst 1910. Na heropening komt aan de orde: 4. Benoeming van een lid der commissie van Admi nistratie der titads Bank van Leening, vacature G. Pyselman. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 October 1916. 239 Met 23 stemmen wordt benoemd de heer A. R. v. d. Sluis, 1 briefje is in blanco ingeleverd. 0. Benoeming van tijdelijke leeraren aan de Burger avondschool voor het schooljaar 1916117. Achtereenvolgens worden benoemd: a. met algemeene stemmen tot tijdelijk leeraar in de Nederlandsche taal de heer P. v. d. Molen; b. tot tijdelijk leeraar in het lijn- en vakteeke- nen de heer H. C. Kruse; c. met 23 stemmen, 1 is uitgebracht op den heer van der Molen, wordt benoemd tot tijdelijk leeraar in de wiskunde - de heer 11. van Eek; d. met algemeene stemmen wordt benoemd tot tijdelijk leeraar in de natuurkunde de heer P. v. d. Molen. 6. Benoeming tot vasten leeraar aan de Burgeravond school van leeraren, die daaraan tot dusverre tijdelijk waren verbonden. Het voorstel luidt als volgt: Reeds gedurende eenige jaren achtereen moesten de klassen der Burgeravondschool, als gevolg van het groot aantal leerlingen, in parallelafdeelingen worden gesplitst, zoodat in verband daarmede het aantal leeraren tijdelijk moest worden vermeerderd. Waar het zich laat aanzien, dat ook in de toe komst. het aantal leerlingen zoo groot zal zijn, dat ook voortaan die parallelafdeelingen zullen moeten bestaan blijven, achten wij het tijdstip aangebroken bjj U stappen te doen het vaste getal leeraren bij den aanvang van het schooljaar 1916/17 uit te brei den. Er dienen nog zooveel leeraren vast te worden aangesteld als noodig is wanneer iedere klasse twee parallelafdeelingen heeft. Bovendien kan de tijdelijke aanstelling van A. Deinema tot leeraar in het boekhouden aan die in richting in een vaste worden omgezet. Onder overlegging van het bericht van den di recteur der school en de adviezen van de commissie van toezicht op- en den betrokken Inspecteur van het middelbaar onderwijs, hebben wij de eer F ter benoeming aan de Burgeravondschool, gerekend met ingang van 1 October 1916, aan te bevelen: 1. tot leeraren in de wiskunde: a. W. Bakker; b. N. Dijkema; 2. tot leeraar in de beginselen der Nederland sche taal A. C. Nubé; 3. tot leeraar in het lijn- en vakteekenen H. C. Boonstra 4. tot leeraar in het handteekenen .T. van A il- ligenburg; 5. tot leeraar in het boekhouden A. Deinema, allen thans tijdelijk als zoodanig werkzaam. De Voorzitter stelt voor deze benoemingen, in afwijking van het Reglement van Orde, op 1 briefje te doen geschieden. Dienovereenkomstig wordt besloten. Met algemeene stemmen worden benoemd: I. tot leeraren in de wiskunde: de heeren IV. Bakker en N. Dijkema. II. tot leeraar in_de beginselen der Nederland sche taal: de heer A. C. Nubé. III. tot leeraar in het lijn- en vakteekenen: de heer H. C. Boonstra, IV. tot leeraar in liet handteekenen: de heer J. van Willigenburg. V. tot leeraar in het boekhouden: de heer A. Deinema. 7. Benoeming van 2 leden en 2 plaatsvervangende leden in het stembureau voor de benoeming van drie leden der Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier op Maandag 6 November 1916. Met algemeene stemmen worden benoemd: tot leden de heeren: Mr. D. van Weideren baron Rengers; P. J. At tenia. Tot plaatsvervangende leden de heeren: Mr. A. Menalda; A. de Vos. De Burgemeester is voorzitter van het stem bureau. 8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wij ziging der begrooting voor het gemeentelijk electriciteit- bedrijf, dienst 1916. Met algemeene stemmen wordt besloten over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vast stelling van de balans en de winst- en verliesrekening van de gemeentelijke gasfabriek en van liet gemeentelijk electriciteitbedrijf, beide dienst 1915. Met algemeene stemmen wordt besloten over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot voorloopige vaststelling van leggers van onderhouds plichtigen van het voetpad van den Poppeweg over /Schil kampen tot aan Wijlaarderburen en van dat van den weg Achter cle Hoven naar de Potmarge. Dit voorstel luidt als volgt: In aansluiting met ons schrijven van den 4/6 Sep tember 1.1., no. 2954/411R, waarbij wij U ingevolge art. 7, eerste lid, der Algemeene Politieverordening- deden toekomen de door ons opgemaakte leggers van onderhoudplichtigen van het voetpad van den Poppeweg over Schilkampen tot aan Wijlaarder- buren en van dat van den weg Achter de Hoven naar de Potmarge, hebben wij de eer F mede te dee- len dat gedurende den termijn, welke die leggers opnieuw ter inzage hebben gelegen, daartegen bij U geen bezwaren zijn ingebracht. Dientengevolge kunnen wij U thans naar aanlei ding van liet bepaalde bij art, 9 der Algemeene Poli tieverordening in overweging geven deze leggers voorloopig vast te stellen. Met algemeene stemmen wordt besloten over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan mej. M. A. A. Dethmers en M. Wolthuis op hun verzoek eervol ontslag te verleenen, onderscheidenlijk als onderwijzeres en als onderwijzer aan gemeenteschool no. 8. Met algemeene stemmen wordt besloten over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om te procedeeren tot huurontbindingmet ontruiming, van de met de weduwe E. PostmaReekers gesloten overeen komst inzake huur van een gedeelte van het perceel Groot Schavernek no. 9. Dit voox-stel luidt als volgt: Trots herhaalde aanzegging blijft de weduwe I,. Postma—Reekers nalatig in de betaling van de verschuldigde huurpenningen van de bij haar in gebruik zijnde woning in het voormalig hotel „Het wapen van Friesland", Groot Schavernek no. 9.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1916 | | pagina 3