28 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Januari 1917 drie honderd vijftig gulden 350.voor het ge- heele perceel; no. 1426, huis en erf, groot 35 c.A., van A. .1. van der Noord, Spoorstraat no. 14, en Sjouke Jacobs van der Noord, koopman, beiden alhier, voor de soin van een duizend zeven honderd gulden .1700. no. 1127, bergplaats, bovenwoning en erf, groot 70 c.A., van G. Y\'. Pot, stoombootkapitein te Dok- kum, C. 11. van Woerden, kaashandelaar, Akkrum, A. Pot te Aalsum, en D. van der Bogt, Reinders- buurt 7, alhier, voor de som van vijf duizend gul den 5000.—) no. 1431, erf, groot 21 c.A., van A. de Vries, weduwe H. van lJs, Wissesstraat 25, alhier, voor de som van van twee honderd gulden 200. no. 9, huis, groot 48 A., van A. Eygelaar, Noordersingel 4, alhier, en Anne Zijlstra te Wels- rijp, voor de som van zeven honderd vijftig gulden U.i 50.--); iios. 1354, huis en erf, groot 35 c.A., 1355, huis, groot 31 c.A., 1356, huis, groot 30 c.A., 1357, huis, groot 30 c.A., en 1358, huis, groot 31 c.A., van W., A. J. berssenbrugge, gehuwd met G. J. R. Wassmanu, beiden alhier, voor de som van zeven duizend negen honderd dertig gulden 7930.—); aanvaarding en betaling bij den aanvang der werkzaamheden tot verbetering van de volkshuis vesting ter plaatse en in geen geval vóór 12 Mei 1917; tot. de aanvaarding blijft de eigenaresse op de bestaande voorwaarden in het genot van de vóór de perceelen liggende bleekvelden; in de op den datum der aanvaarding verschuldigde lasten (brandassurantie, grondlasten, enz.) draagt de ge meente pondspondsgewijze bij, terwijl bovendien voor alle perceelen de kosten up de overdracht en de levering vallende, alsmede die voor de levering van een notarieel afschrift der koopakte voor het gemeente-archief door de ge meente worden gedragen. De beraadslaging wordt geopend. De heer Dykstra wil eene opmerking maken ten aanzien van de woning Klamstra-Kleisma. Er is spreker gezegd dat de woningen worden overge nomen op taxatie van drie deskundigen, n.l. een door de eigenaars, een door do gemeente en een door deze beiden benoemd. Deze woning is ge>- taxeerd op ƒ450,Vandaar het adres-Kleisma, daar het voorstel luidt om de woning te betalen met 350, Spreker zou gaarne nader worden ingelicht. De Voorzitter zegt dat de aanvankelijke schat ting van Burgemeester en Wethouders 300, was. Toen heeft Klamstra evenwel aangeboden zyn helft af te staan naar een waarde van 350, en Burgemeester en Wethouders hebben daarmee genoegen genomen. Het is juist, dat later de wo ning door deskundigen op 450,is getaxeerd. Burgemeester en Wethouders evenwel vonden deze taxatie te hoog. Waar een der eigenaren zich bereid had verklaard zijn helft naar 350,af te staan, vinden Burgemeester en Wethouders het onbillijk om den ander meer te geven. De lieer üykstra geeft te kennen dat hem dit alles bekend is. Het komt evenwel, meent spreker, ten slotte aan op de taxatie door de deskundigen. Naar spreker is ingelicht heeft de heer Feddema de woning getaxeerd. Wat zin heeft nu een taxatie als men er zich niet aan houdt. Klamstra heeft toe gegeven, misschien heeft hij (laar zijn redenen voor, Kleisma evenwel niet. Deze zegt, evenals spreker, dat bet geen zin heeft de woning te laten taxeeren als de uitbetaling toch niet naar de taxatie ge schiedt. Wanneer toch drie deskundigen in hun oordeel homogeen zijn is het billijk dat de uitbe taling naar de taxatie geschiedt. Die taxatie is 450,en daarom vraagt Kleisma 225,—. Hét is wel geen groote kwestie, maar spreker meent dat naar de getaxeerde waarde moet worden ui the taald. De Voorzitter meent dat de heer Dijkstra te veel gewicht hecht aan de taxatie. Waar de eene eige naar bereid is zijn helft af te staan naar 350,—, meenden Burgemeester en Wethouders deu anderen niet meer te mogen geven. Er zijn ook wel voorstellen bij, waarbij Burgemeester en Wet houders boven den taxatieprijs gaan. De Directeur der Gemeentewerken heeft ook eene taxatie ge maakt en die taxatie kwam Burgemeester en Wet houders goed voor. Als een bewijs dat de taxateurs ook nog al wat kunnen verschillen, noemt spreker het geval dat drie taxateurs een woning hebben geschat op respectievelijk 300,600,en 900,Dan is het toch zeker moeilijk om zich aan de taxatie te houden. Burgemeester en Wethouders meenden aan bet aanbod van den eenen eigenaar eenig houvast te hebben. De heer Dijkstra zal er niet meer van zeggen. Hij dankt voor de inlichtingen, maar vindt liet onbillijk dat de eene eigenaar meer krijgt voor zijn helft dan de andere. De heer Tiemersma doet opmerken, dat bij no. 9, lniis, eigenaar A. Eygelaar, staat aangegeven 18 Are, dit moet zeker zijn 48 c.A. 48 Are vindt spreker wat ruim groot. De Voorzitter zegt dat deze opmerking juist is. De beraadslaging wordt gesloten. Met aigeineene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 4. (Punt 5 der agenda.) Voorstel van Burgemeester en Wethouders om de woning Overijsselsche straatweg no. 1 te verhuren aan den opzichter der stadsreiniging A. D. Andriessen. Dit voorstel luidt als volgt: Krachtens artikel 15 zijner Instructie is de ter- reinopzichter (straks eerste opzichter) bij de Stads reiniging, zoolang hij als zoodanig in dienst is, verplicht de woning Overijsselsche straatweg no. 1 tegen een prijs van J 78,'s jaars van de gemeente te huren en te bewonen. In verband met zijn voorgenomen huwelyk zou hij gaarne van die verplichting ontheven worden, terwijl hij als waarnemend directeur van dien diensttak in overweging geeft die woning voortaan aan den tegenwoordigen hulpopzichter (straks tweeden opzichter) A. Andriessen, die voor den dienst op het aschland bestemd is, tegen denzelf den prijs als dienstwoning te laten betrekken, doch de westelijke kamer te bestemmen voor kantoor. Andriessen neemt hiermede genoegen, terwijl bij ons daartegen ook geen bezwaar bestaat, zoodat wy bereid zijn de instructies van de betrokken ambtenaren te zijner tijd in dien geest te wijzigen. De bestemming van een vertrek in die woning tot kantoor achten wij met den directeur nood zakelijk. Vroeger was dat by den directeur aan huis, doch tijdens de vacature wordt kantoor ge houden in een lokaaltje op het aschland, dat zich daarvoor, als zijnde er niet op ingericht, niet leent. Bovendien is het publiek genoopt telkens over het aschland te gaan, om den directeur te kunnen spre ken, wat nocli in het belang van den dienst, noch in dat van het publiek is. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Januari 1917 29 1 Urn tot deze veranderingen te kunnen komen, is het evenwel noodig dat door U besloten wordt tot ontbinding van de huurovereenkomst met den ter reinopzichter, I). P. Boft inga, en eveneens van die met Andriessen, die tot nog toe de woning der ge- meentej Westerplantage no. 13, bewoont tegen 75,'s jaars. Voorts zal dan besloten dienen te worden hem eerstbedoelde woning te verhuren. Een en ander kan dan geschieden met ingang van een datum, welke door ons met het oog op de be langen van den dienst en, zooveel mogelijk in over leg met belanghebbenden, nader kan worden be paald en op dezelfde wijze als is geschied bij raads besluit van 27 Februari 1912 (raadshandeliugen blz. 32). Ons voorstel strekt alzoo l te doen besluiten: met ingang van een nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum: A. te ontbinden de huurovereenkomst: 1. aangegaan krachtens raadsbesluit van 27 Fe bruari 1912, no. 61R/38, met Douwe Bottiuga, ter- feinopziehter by de Stadsreiniging, alhier, voor de woning Overijsselsche straatweg no. 1 2. aangegaan krachtens raadsbesluit van 22 Maart 1910, no. 92 R 40, met Albert Andriessen. alhier, voor de woning Westerplantage no. 13; B. aan Albert Andriessen, hulpopzichter bij de Stadsreiniging, alhier, voor den tijd van één jaar feu vervolgens met stilzwijgende verlenging van jaar tot jaar, tenzij de huur door de ge meente wordt opgezegd of hij ophoudt op zichter bij de Stadsreiniging te zijn, te ver huren de woning Overijsselsche straatweg no. 1, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, uo. 4944, als huis en stal, groot 2 A. 10 e.A. met uitzondering van de westelijke voorkamer, voor de som van acht en zeventig gulden 78,— -) "s jaars en verder op de door Burgemeester en •Wethouders noodig geachte voorwaarden; C. de westelijke kamer van de ouder B bedoelde Woning te bestemmen voor kantoorlokaal ten dien ste van de Stadsreiniging. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig' het voorstel van Burgemeester en Wet houders. c 5. (Punt 6 der agenda.) Voorstel van Burgemeester en Wethouders om ten behoeve van hel doortrekken van de 6e Saskiadwarsstraat, enz. bouwverbod te leggen op de perceelen sectie G. nos 8027, 9877, 9804, 9806, 9810, 3484 en 9815. Dit voorstel luidt als volgt: Ten einde op den duur te geraken tot doortrek king van de 6e Saskiadwarsstraat, de Willem Loréstraat, de Rembrandtstraat en de Oever- dwarsstraat en om in verband daarmede de ver binding van de verlengde 6e Saskiadwarsstraat met de Willem Loréstraat mogelijk te maken, is, naar aanleiding van het daartoe door ons gedaan voorstel door U bij besluit van 28 November 1916. no. 569R/268, bepaald, dat de op het bierbij over gelegd kadastraal uittreksel met A, E, F, G, H, I, |B, C en D aangeduide, rood gearceerde strookeu grond in de naaste toekomst voor straataanlog be Oen id zijn. Daar de strookeu grond bestemd voor /stratenaanleg niet meer dan een derde gedeelte van den in het plan begrepen grond van een en denzelfden eigenaar innamen, behoeft niet te wot kien overwogen waarom niet tot aankoop of out Ifeigening daarvan wordt overgegaan. 1. Overeenkomstig het bepaalde bij het 4e lid van art,. 27 der Woningwet heeft het ontwerp-besluit tot vestiging van een bouwverbod op bovenaange- duido strookeu grond met uitvoerige kaart en tee- kening den vereiseiiteu tijd ter visie gelegen. Br zwaren zijn hiertegen niet ingebracht, zoodat hei ontwerp thans tot besluit kan Worden verbeven. Wij hebben de eer 1 alzoo voor te stellen te be sluiten Vast te stellen liet in ontwerp overgelegd er» ter visie gelegen hebbend besluit, waarbij het ver boden is, dat gebouwen worden gebouw of hor bouwd op strookeu grond, deel uitmakende van de perceelen kadastraal bekend gemeente Leeu warden in Sectie G. nos. 8027, 9877, 9804. 9806, 981U. 3484 en 9815. ONTWERP De Raad der gemeente Leeuwarden; gelet op zijn besluit van den 28 November 1916, no. 569R/268, waarbij is bepaald, dat in de naaste toekomst voor den aanleg van straten ten behoeve van de doortrekking van de 6e Saskiadwarsstraat, de Willem Loréstraat, de Rembrandtstraat en de Oeverdwarsstraat, bestemd is de navolgende grond, te weten: a. van het kadastrale perceel gemeente Leeu warden, sectie G, no. 8027, eigen aan Douwe Swart te Leeuwarden, de strook op bijgaand kadastraal uittreksel, gemerkt A rood gearceerd, ter grootte van 2 Are 33 centiare; b. van het kadastrale perceel gemeente Leeu warden, sectie G, no. 9877, eigen aan Gerrit Gerrits Postma te St. Anna Parochie, de strook op bij gaand kadastraal uittreksel gemerkt E rood ge arceerd, ter grootte van 1 Are en 35 centiare; c. van bet kadastrale perceel gemeente Leeu warden, sectie G, no. 9804, eigen aan Gerrit Dijkstra R.Hzn. te Leeuwarden, de strook op bij gaand kadastraal uittreksel gemerkt F rood ge arceerd, ter grootte van 2 Are en 60 centiare; d. van de kadastrale perceelen gemeente Leeu warden, sectie G, nos. 9806, 9810 en 9815, eigen aan Hillc Visser te Vledder: 1. de strook op bijgaand kadastraal uittreksel gemerkt G rood gearceerd, tor grootte van 42 centi are; 2. de strook op bijgaand kadastraal uittreksel gemerkt H rood gearceerd, ter grootte van 2 Are en 60 centiare; 3. de strook op bijgaand kadastraal uittreksel gemerkt B rood gearceerd, ter grootte van 4 Are en 20 centiare; 4. de strook op bijgaand kadastraal uittreksel gemerkt C rood gearceerd, ter grootte van 4 Are en 29 centiare; 5. de strook op bijgaand kadastraal uittreksel gemerkt 1) rood gearceerd ter grootte van 3 Are en 65 centiare; e. van het kadastrale perceel gemeente Leen warden, sectie G, no. 3484, eigen aan Johannes Lubertus Hoeben te Leeuwarden, de strook op bij gaand kadastraal uittreksel gemerkt 1 rood gear eeerd, ter grootte van 1 Are en 84 centiare; Overwegende dat het wenschelijk is dien grond daartoe met bouwverbod te bezwaren; Overwegende, dat genoemde strookeu niet meer dan één derde gedeelte van den in het plan begre pen grond van één en denzelfden eigenaar inne men, zijnde toch perceel no. 8027, groot 9 Are en 80 c.A., perceel uo. 9877, groot 12 Are en 22 c.A., perceel no. 9804, groot 25 Are en 15 c.A., perceel no. 9806, groot 3 Are en 80 e.A., perceel uo. 9810, groot 22 Are en 56 c.A., perceel 3484, groot 7 Are en perceel no. 9815, groot 1 Hectare, 6 Are en (58 c.A.. zoodat niet behoeft te worden overwogen, waarom niet tot aankoop of onteigening van de

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1917 | | pagina 3