Over Februari, zoo betoogt spreker, was die ex-
tra-uitkeering begroot op 213.65. Nu is van 13
Maart tot 28 April slechts uitgekeerd 45.66, over
Mei 14.over Juni 3.33. Voor de betrokkenen
is dus de zaak, om alsnog de extra-uitkeerinig te
krijgen van 1 Februari tot en met 12 Maart van
groot belang.
De Voorzitter merkt op, dat als de commissie de
uitkeering vanaf Februari had doen geschieden, zij
zeker van de afdeeling Financiën de opmerking
zou hebben gekregen, dat zij het raadsbesluit ver
keerd had geïnterpreteerd.
Het zinnetje omtrent het zich vereenigen van
Burgemeester en Wethouders met het advies is ab
soluut uit zjjn verband gerukt. Die instemming
had betrekking op het principe.
De heer H. P. de Haan: „Ik heb alleen gezegd,
dat ik uitkeering van 1 Februari af zou hebben
voorgesteld en. zou dat gedaan hebben als Voorzit
ter der Centrale Commissie van het Leeuwarder-
Steun-comité.
Wat deze Commissie zou hebben besloten, is mij
natuurlijk onbekend."
De heer Cohen doet een voorstel om het verzoek
van adressanten wel in te willigen.
De Voorzitter. „F kunt hetzelfde bereiken door
tegen te stemmen."
De beraadslaging wordt gesloten.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt hierna verworpen met 17 tegen 5 stemmen.
Vóór stemmen de heeren: Oosterhoff, Van Slo-
terdijck, Binnerts, Menalda en Schoondermark.
Tegen de heeren: Dijkstra, Zandstra, Schaafsma,
Tiemersma, Terpstra, De Vos, Cohen, Peletier,
Hiemstra, Haversehmidt, Tulp, H. P. de Haan,
Attma, Fransen, Vonck, Beekhuis en Kbop-
mans.
Hierna wordt het verzoek van adressanten met
algemeene stemmen toegestaan.
Het prae-advies luidt als volgt:
Door Uwe Vergadering wordt ons prae-advies
verlangd omtrent een tot haar gericht verzoek van
W. Nauta Jr., meelfabrikant, alhier, om ten behoeve
van zijn bedrijf op den wal vóór zijn fabriek Vjj-
versbuurt (lees: Oostersingel) no. 64 een scheeps
elevator te mogen plaatsen en een transportkoker
van dien elevator naar genoemd fabrieksgebouw
over en boven den Oostersingel te mogen aanbren
gen, een en ander zooals op de overgelegde teeke-
ning is aangeduid en onder de door U vast te stel
len voorwaarden.
Terwijl het prae-advies hierbij wordt uitge
bracht, merken wij allereerst op, dat voor het heb
ben van den transportkoker boven de openbare
straat niet van U een vergunning noodig is. Bij ar
tikel 64, le lid, letter c, der Bouwverordeninig is het
o.m. verboden transportmiddelen over de openbare
straat te leggen. Het tweede lid van dat artikel geeft
evenwel aan ons de bevoegdheid van dat verbod
vrijstelling te verleenen onder de door ons te stel
len nadere eischen. Van die bevoegdheid zijn wij
voornemens gebruik te maken. Overigens behoort
er bij Uw besluit alleen in zooverre op dien trans
portkoker te worden gelet, dat er bij het bepalen
van de recognitie voor het hebben daarvan boven
gemeentegrond rekening mede wordt gehouden.
Wat nu den elevator betreft, tegen zijn oprichting
op gemeentegrond bestaat geen bedenking. Wel is
een dergelijke inrichting uit een welstandsoogpunt
niet aanbevelenswaardig, doch in het belang van
den handel moet zij worden geduld. De elevator
blijft evenwel achter de ter plaatse aanwezige boo-
menrjj, waardoor ook het verkeer van zijn aanwe
zigheid geen belemmering zal ondervinden. Waar
lijj echter gedeeltelijk op den walmuur zal rusten,
behoort deze door belanghebbende te onzen genoe
gen te worden versterkt. Daartoe is het aanbrengen
?an een fundeering op zijn kosten noodig. Overi
gens zal de te verleenen vergunning voorwaarden
Hebben te bevatten, waardoor gemeenteeigendom
beveiligd wordt en kosten van herstel van eventu
eel daaraan toegebrachte schade door den betrok
kene worden vergoed.
Ouder wederaanbieding van het verzoekschrift
en met bijvoeging van het advies van den directeur
der gemeentewerken hebben wij de eer U voor te
stellen te besluiten:
aan W. Nauta Jr., meelfabrikant te Leeuwar
den, en zijne rechtverkrijgenden vergunning te ver
leenen tot het maken en tot wederopzeggens heb
ben van een scheepselevator, ter oppervlakte op den
beganen grond van 2 M. x 2.25 M. en hoog 9 M., op
den walmuur van den Oostersingel, ten behoeve van
en tegenover zijn aldaar staand fabrieksgebouw,
plaatselijk genummerd Oostersingel no. 64, kadas
traal bekend gemeente Leeuwarden, sectie Gr no.
4410, onder de volgende voorwaarden:
1. De achterkant, gerekend van de gracht af,
van den elevator, is ten hoogste 2 M. uit den voor
kant van den walmuur bij een breedte van 2.25 M.,
buitenwerks gemeten, evenwijdig langs dien muur.
2. Tusschen den onder 1 bedoelden achterkant
van den elevator en den voorgevel van het fa
brieksgebouw is en blijft een afstand van ten min
ste 7.40 M.
3. De elevator wordt gebouwd en gehouden op
de plaats, welke op de overgelegde teekening is
aangegeven, op een hieronder nader omschreven
fundeering. Daartoe wordt de walmuur vóór den
elevator en ter weerszijden daarvan over een leng
te van 3 M. door en op kosten van den vergunning
houder zoover afgebroken, als door den directeur
der gemeentewerken wordt aangewezen.
Voor de fundeering worden gebruikt zes palen
van dennenhout, ieder lang ten minste 5 M., zwaar
in doorsnede op een meter afstand van het stam-
einde 20 c.M. en aan de punt .12 c.M.; over die pa
len worden vurenhouten kespen, zwaar 10 x 20
c.M., en een vurenhouten vloer, dik 5 c.M., aange
bracht; de vloer wordt ten minste 10 c.M. beneden
F. Z. P. gelegd en gehouden.
Op de fundeering wordt het metselwerk ge
maakt, dat van geen mindere hoedanigheid mag
zijn dan hieronder voor den walmuur wordt voor
geschreven.
De walmuur wordt in richting en helling, welke
door den directeur der gemeentewerken nader zul
len worden aangegeven, in metselwerk van goed
gebikte afbraaksteenen van een naar het oordeel
van dien directeur goede hoedanigheid opgetrokken
tot den onderkant van de rollaag. De specie, welke
daarbij wordt gebruikt, moet bestaan uit 1 deel
portlandcement en 5 deelen rivierzand. De rollaag
wordt gemetseld van nieuwe ,1e soort klinkertmop
in specie, bestaande uit 1 deel portlandcement en 3
deelen rivierzand. De mogelijk tekort komende
steen wordt bijgeleverd en mag van geen mindere
hoedanigheid zijn dan beste gele mop.
De aansluitingen der fundeering van den eleva
tor aan den bestaanden walmuur worden gemaakt,
zooals nader door den directeur der gemeentewer
ken zal worden bepaald.
De voor- en de bovenzijde van den walmuur wor
den netjes plat vol gevoegd en de achterzijde volge
raapt en afgekwast, een en ander in dezelfde specie,
als waarin is gemetseld.
De bestrating wordt op een voldoend zandbed ten
genoegen van den directeur der gemeentewerken
bijgewerkt en de overtollige straatsteenen naar de
gemeentelijke opslagplaats aan de Eestraat ver
voerd.
4. De walmuur wordt over een breedte vóór en
ter weerszijden van den elevatortoren van ten min
ste 3 M. door en op kosten van den vergunninghou
der en naar genoegen van Burgemeester en Wet
houders onderhouden.
5. De schade, welke gedurende den tijd, dat de
elevator zich ter plaatse bevindt, ontstaat aan den
walmuur vóór en 3 M. ter weerszijden van den ele
vator en aan de bestrating tot op een afstand van
1 M. achter en ter weerszijden daarvan, wordt door
en voor rekening van den vergunninghouder en
naar genoegen van Burgemeester en Wethouders
op eerste aanzegging van hen of hunnentwege her
steld, tenzij door den vergunninghouder wordt aan
getoond, dat die schade voortkomt uit eene andere
oorzaak dan als gevolg van de aanwezigheid of het
gebruik van den elevator met toebehooren.
6. De elevator wordt in lichte kleuren geverfd
en gehouden, alsmede steeds netjes en stofdicht on
derhouden, een en ander door en voor rekening van
den vergunninghouder en naar genoegen van Bur
gemeester en Wethouders. Op of aan den elevator
mogen geen bekendmakingen worden aangebracht.
7. Bij gebreke van behoorlijke naleving van het
onder 3, 4, 5 en 6 hiervoor bepaalde, wordt in het
gebrekkige door Burgemeester en Wethouders
voorzien op kosten van den vergunninghouder.
8. De opzegging kan bij eenvoudigen brief ge
schieden.
Binnen een maand na den dag, waartegen de ver
gunning is opgezegd of waarop zij is geëindigd,
worden de elevator en de fundeering weggenomen
en de walmuur en de bestrating hersteld door en
voor rekening van den vergunninghouder en naar
genoegen en volgens aanwijzing van Burgemeester
en Wethouders.
9. Als erkenning van den eigendom der gemeen
te op den grond, waarop de elevator staat en w7aar-
boven de transportinrichting tusschen dien eleva
tor en het fabrieksgebouw Oostersingel no. 64 zich
bevindt, wordt jaarlijks bij vooruitbetaling voor het
loopende jaar vóór den 1 Mei, voor het eerst vóór
den 1 Augustus 1917, eene recognitie van 25.
ten kantore van den ontvanger dezer gemeente be
taald.
De recognitie blijft over het geheele jaar ver
schuldigd en wordt, zoo zij reeds is betaald, niet te
ruggegeven, wanneer de vergunning in den loop
van een jaar is geëindigd.
Met algemeene stemmen wordt besloten over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet
houders.
Dit voorstel luidt als volgt:
Tusschen het Paleis van Justitie, het gebouw der
vereeniging „de Harmonie", het Zaailand en het
Ruiterskwartier ligt een terrein dat gedeeltelijk als
verkeersweg gebruikt wordt en ten deele als plant
soen is aangelegd. Het als verkeersweg gebruikte
gedeelte, dat onmiddellijk ten westen aan het Pa
leis van Justitie grenst, is eigendom van het Rijk,
en heeft een bevloering welke in minder goeden
staat verkeert. Het Rijk wenschte dit in beheer en
onderhoud aan de gemeente over te dragen en wij
waren bereid daartoe bij U de noodige stappen te
doen, mits het terrein ook in eigendom aan de ge
meente overging en de kosten van eerste vernieu
wing en een bedrag voor het gekapitaliseerde on
derhoud aan de gemeente werden betaald. Op deze
voorwaarden werd niet ingegaan. Daarentegen
werd medegedeeld, dat men dan nu voornemens
was het Rijkseigendom door een hek te doen af
sluiten en de bestrating in een gazon met heester-
perken te doen veranderen.
Voor het verkeer zal die verandering geen be
zwaren medebrengen, zoodat het niet noodig is het
met plantsoen bezette gemeenteterrein, ter vervan
ging van het andere, te doen bestraten en voor het
algemeen verkeer open te stellen. Evenwel zou door
opheffing van het plantsoen een aanmerkelijke
verbetering kunnen worden verkregen, wanneer
daarmede zou gepaard gaan de stichting van een
of meer gebouwen. Het gemeenteterrein biedt ruim
te voor bebouwing van een oppervlakte van onge
veer 900 M2. (24 x 37.50 M.), terwijl dan nog ruimte
overblijft voor een straat, ter breedte van 10 M.
langs den Rijksgrond, en voor trottoiraanleg langs
Zaailand en Ruiterskwartier.
De gemeente behoort liet echter in de hand te
hebben, dat daar alleen een gebouw verrijst, het
welk aan bepaalde eischen van welstand zal vol
doen. Dit is mogelijk door op de bouwplannen voor
af de goedkeuring van Burgemeester en Wethou
ders te vorderen. Bovendien dient er voor gezorgd
te worden, dat de grond niet met speculatieve oog
merken wordt gekocht en daardoor wellicht jaren
onbebouwd zal blijven liggen. De verkoop zou dan
behooren te geschieden onder bepaling, dat de
overeenkomst nietig is wanneer de bebouwing van
den grond niet binnen vijf jaren na de dagteeke-
ning van de koopakte ten genoegen van Burge
meester en Wethouders is voltooid.
Wanneer Uwe vergadering zich met het voren
staande kan vereenigen, wil het ons voorkomen dat
het doel het best kan bereikt worden door den
grond in het openbaar ten verkoop aan te bieden.
Of dit zal gebeuren door eene openbare inschrij
ving te openen of door den grond in veiling te bren
gen, ware aan ons ter beoordeeling over te laten.
De aanbieding, welke door ons het meest aanneme
lijk wordt geacht, zal dan nader aan U ter beslis
sing worden voorgedragen.
Thans geven wij U, in overeenstemming met het
advies der commissie voor de openbare werken, in
overweging te besluiten:
Burgemeester en Wethouders te machtigen in het
openbaar ten verkoop aan te bieden een terrein,
groot ongeveer 900 M2. (24 x 37.50 M.), kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden sectie B ongenum
merd, gelegen tusschen den rijksgrond achter het
Paleis van Justitie, het gebouw der vereeniging
„de Harmonie", het Zaailand en het Ruiterskwar
tier, en nader gearceerd op de overgelegde blauw-
drukteekening, om daarop een of meer gebouwen
te doen stichten, onder bepaling, dat de bouwplan
nen vooraf door Burgemeester en Wethouders zijn
goedgekeurd en dat de overeenkomst nietig zal zijn
wanneer de bebouwing niet binnen vijf jaren na de
dagteekening van de koopakte ten genoegen van
Burgemeester en Wethouders is voltooid, alsmede
onder de voorwaarden, welke zij noodig achten.
De beraadslaging1 wordt geopend.
192 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Juli 1917.
6'. agenda no. 7). Prae-advies van Burgemeester en
Wethouders op het adres van W. Nauta Jr. alhier,
om vergunning tot het plaatsen van een scheepselevator
op gemeentegrond aan den Oostersingel, ten behoeve van
zijn aldaar staande meelfabriek.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Juli 1917. 19.
7. (agenda no. 8). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om het gemeenteterrein tusschen het Paleis
van Justitie en het gebouw der vereeniging „de Har
monie" voor het stichten van een gebouw ten verkoop
aan te bieden