248 erslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 September 1917. ervan hebben. In een nader schrijven aan ons col lege wordt, om in het licht te stellen dat het sub sidie slechts voor éénmaal wordt gevraagd, mede gedeeld dat het te kort, waarvoor het comité thans staat, een gevolg is van het feit dat er geen waar borgfonds gevormd is en dat men voor volgende jaren niet wederom in deze fout zal vervallen. Bij l w besluit van 13 Juni 1911 (Handelingen blz. 119) is een verzoek om een jaarlijksche tege moetkoming van 290.aan hetzelfde comité met 14 stemmen tegen 1 stem geweigerd, omdat van een algemeen belang, dat bij deze harddraverij betrok ken zou zijn, niet kan worden gesproken en dat elke feestelijkheid, ook al brengt zij den ingezetenen wellicht eenig voordeel, aan, daarom nog niet moet worden gesteund met een subsidie uit de gemeente kas. Deze gronden pleiten evenzeer tegen de onder- werpelijke aanvrage, zoodat wij de eer hebben II voor te stellen te besluiten ook daarop afwijzend te beschikken. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. Dit voorstel luidt als volgt: Het bestuur van den Nederlandse-hen bond voor werkverschaffing te Amsterdam heeft bij brief van 3 Augustus 1917 de wenschelijkheid betoogd, om het vraagstuk van de werkloosheid, zoowel met het oog op de tegenwoordige omstandigheden als op die na het eindigen van den oorlog, systematisch te behandelen en daartoe reeds nu onder voorzit terschap van een der leden van ons college een com missie in te stellen. Daarin zouden dan zitting die nen te nemen directeuren van verschillende tak ken van gemeentedienst, ook die van de arbeids beurs, en vertegenwoordigers van verschillende organisaties van werkgevers en werknemers, met wie waarschijnlijk het meest aanraking zal worden gezocht. De taak, welke die commissie zou hebben te verrichten, is in dat schrijven aangegeven. Hierover werd door U ons prae-advies verlangd. In voldoening daaraan kunnen wij U mededeelen, dat ook naar ons oordeel de instelling van een der gelijke commissie voor deze gemeente gewenseht is. Het komt ons echter juister voor, dat die com missie niet door Uwe Vergadering, maar door ons in het leven geroepen wordt en hare leden door ons worden benoemd. Daartoe zijn wij bereid. Zij kan ons dan ten aanzien van de voorbereiding en uitvoering van de verschillende werken van voorlichting dienen, terwijl haar eventueel ook ad vies gevraagd kan worden omtrent aangelegen heden, -waarvoor van Uwe Vergadering een beslis sing moet worden gevraagd. Wij hebben de eer U derhalve voor te stellen te besluiten: I. vorenstaande mededeel ingen voor kennisge ving aan te nemen; II. het bestuur van den Nederlandschen bond voor werkverschaffing te doen weten, dat op zijn brief is gelet. Met algemeene stemmen wordt besloten, overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. VIL De Voorzitter deelt mede dat de lieer Zandtstra verlof heeft gevraagd een vraag te mo gen stellen vreemd aan de orde van den dag. Spre ker stelt voor om den heer Zandstra het gevraagde verlof te verleenen. Dienovereenkomstig wordt besloten. De heer Zandstra dankt voor de hem gegeven, ge legenheid. Hij vraagt of Burgemeester en Wethou ders wel gedacht hebben aan eene regeling voor de sluiting der scholen met het oog op de brandstoffen- kwdstie. Het vorig jaar is die zaak niet goed van stapel geloopen. Spreker meent er bij Burgemeester en Wethouders op te moeten aandringen om voor alle scholen, zoo mogelijk ook voor de Ityks Hoogere Burger school eene regeling te treffen. Er zou Woensdags den gebeelen dag school gehouden kun nen worden en des Zaterdags geheel vrijaf. Dat geeft besparing van brandstof. De heer Schoonderinark (wethouder) vraagt wat er het vorig jaar aan heeft gemankeerd. Deze kwes tie is door Burgemeester en Wethouders goed on der de oogen gezien. Zij hebben vergaderd met de schoolcommissie en de hoofden der scholen en in die vergadering 2 punten besproken. Een der pun ten de heer Zandstra heeft dit zelfs niet aange roerd het huiswerk. De leerlingen hebben niet alleen behoefte aan warmte, ook aan huiswerk. Het resultaat van deze bijeenkomst is dat er waarschijn lijk maatregelen zullen wordtin genomen. Burge meester en Wethouders moeten, nog beslissen, om de uren te veranderen in 3 4 lesuren. De tijd die daardoor vrij komt kan worden besteed aan huis werk, dat in de school kan worden gemaakt. Dat zal een massa licht en kolen besparen. Ook denken Burgemeester en Wethouders erover de scholen des Zaterdags te sluiten en op Woens dagmiddag les te laten geven. Dan behoeft er twee dagen per week niet te worden gestookt. Er zijn er, die beweren dat dit geen brandstofbesparing geeft, spreker meent evenwel dat zulks wel zal gebeuren. Vrijdags toch kunnen de kachels langzaam uitgaan en ze behoeven pas Maandags te worden aangezet. Het zal dan in de lokalen wel niet zoo lekker warm zijn als anders, maar men moet zich wat schikken. Wat de Rijks Hoogere Burgerschool betreft, daar over hebben Burgemeester en Wethouders niets te vertellen. Dezen morgen heeft spreker een bestuurs lid van een bijzondere school bij zich gehad met het verzoek om mededeeling te doen van de door de gemeente te treffen maatregelen. Dat bestuur zou dan in dezelfde lijn werken. Ten slotte zal meer dan waarschijnlijk de herfstvacantie vervallen om die aan de Kerstvacantie toe te voegen. Ook dat geeft besparing van brandstof. De heer Zandstra dankt den Wethouder voor de verstrekte inlichtingen. De Raad gaat in oomité generaal ter behandeling van: Na heropening wordt de vergadering, daar niets meer te behandelen is, door den Voorzitter gesloten. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 2 October 1911. 249 Vergadering van Dinsdag 2 October 1917. Tegenwoordig 21 leden, te weten de heeren: Dijstra, Cohen, Nijholt, Zandstra, de Vos, Berghuis, Dijkstra, Collet, Hiemstra, Attema, H. P. de Haan, van Weideren baron Rengers, Oosterhoff, Fransen, Beekhuis, van Sloterdijck, Peletier, Haverschmidt, Menalda, Koopmans en Schoonderinark. Afwezig 3 leden, waarvan met kennisgeving de heeren: Tiemersma en Sohaafsma. Zonder kennis geving de heer Terpstra. Eene vacature. I. Wordt overgegaan tot behandeling der voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. Dit voorstel luidt als volgt: Tengevolge van de niet-goedkeuring van het raadsbesluit, dd. 26 Juni 1917, no. 261R/140, tot wij ziging van de gemeentebegrooting, dienst 1917, door Gedeputeerde Staten, is de commissie voor het ste delijk muziekkorps in moeilijkheden geraakt. Zij heeft voorbereidende maatregelen moeten treffen en daarvoor kosten gemaakt, terwijl het voorts noodzakelijk was de belooning van de leden van liet korps te verhoogen, om een verloop te voorkomen. Nu haar door de niet-goedkeuring de benoodig- de gelden niet kunnen worden uitgekeerd, zal zij de noodige betalingen niet kunnen voldoen. Hierdoor is het haar onmogelijk de zaken zoodanig loopende te houden, dat aan het raadsbesluit tot oprichting van het symfonie-orkest dadelijk de gewenschte uit voering kan worden gegeven, zoodra dit besluit in beroep door de Kroon mocht worden bevestigd. Om dat te bereiken, is het noodig aan de com missie voor .1917 boven het op de gemeentebegroo ting oorspronkelijk uitgetrokken bedrag van 5500 nog een crediet van 1750 te verleenen. Wij hebben de eer U voor te stellen daartoe te besluiten door vaststelling van de hierbij gevoegde ontwerpwijziging van de gemeentebegrooting, dienst 1917. De beraadslaging wordt geopend. De heer Fransen zegt dat het, als hij het goed heeft begrepen, de bedoeling is om de commissie voor liet stedelijk muziekkorps nog een crediet te verleenen, omdat de commissie de belooning der le den van het korps heeft verhoogd. Spreker zal zich daartegen niet verzetten, omdat die belooning z.i. te laag was. Als onder dat bedrag echter ook kosten zijn begrepen, welke gemaakt zijn in verband met het raadsbesluit tot oprichting van een symphonie- orkest, dan kan spreker zich nieit met het voorstel vereenigen. De "ommissie is dan te voorbarig ge weest. De heer Schoonderinark (Wethouder) moet den heer Fransen mededeelen, dat hetgeen hij veronder stelt wel juist is. De commissie is er niet voor om den Raad iets op de mouw te spelden: zij zegt zoo als het is. De heer Fransen heeft gelijk als hij zegt, dat de commissie wat voorbarig is geweest en dat zij had moeten wachten totdat het besluit van Ge deputeerde Staten bekend was. De commissie is evenwel direct na het genomen raadsbesluit aan het werk getogen omdat, als Gedeputeerde. Staten het raadsbesluit hadden goedgekeurd en er niets was gedaan, de Raad, met meer recht dan nu, het verwijt zou hebben kunnen doen: nu is er gelden er is niets gedaan. Er was veel voorbereidend werk, veel meer dan iemand, die er niet mee bekend is, zich kan voorstellen. Daarom is de commissie direct aan het werk getogen. Om een voorbeeld van voorbereidend werk te noemen, wil spreker erop wijzen dat er, als er op 1 October zou worden gerepeteerd, toch mu ziek moest zijn. Als nu de commissie had gewacht op de beslissing van Gedeputeerde Staten, was er geen muziek en konden de repetities niet beginnen. Spreker hoopt dat de heer Fransen der commissie haar ijver niet euvel zal duiden en zich zal bepalen tot het zachte verwijt dat de commissie voorbarig is geweest. De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethou ders. 2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hun een crediet te verleenen voor de oprichting van een centrale keuken. I >e beraadslaging wordt geopend. De Voorzitter wijst erop dat dit een spoed- eischende zaak is geworden door het oponthoud, dat zij heeft gehad. In beginsel bestond bij Burges meester en Wethouders reeds lang liet plan om met een dergelijk voorstel te komen. In de meeste groote gemeenten is of wordt er een Centrale keuken opge richt. Dezen winter zal daaraan wel behoefte be staan. Den vorigen winter heeft de vereeniging van huisvrouwen in de behoefte voorzien, liet laat zich aanzien dat aan een centrale keuken nu nog in sterker mate behoefte zal zijn dan verleden jaar en daarom is het beter dat de zaak van gemeentewege wordt aangepakt. De groote toestellen en het be drijfskapitaal gaan boven de kracht der vereeniging van huisvrouwen. De vereeniging heeft dit ook in gezien. Burgemeester en Wethouders hebben een onderzoek ingesteld waar de beste machines te krij gen zijn. Zij meenen die te moeten aanschaffen bij de firma Werkspoor, Amsterdam. Deze firma heeft geschreven dat de toestellen spoedig moeten worden besteld daar zij anders niet kan instaan voor de le vering. Eene openbare aanbesteding kost te veel tijd. Burgemeester en Wethouders stellen daarom voor hun tei machtigen te doen wat zij meenen dat noodig is. Zij hebben wel een crediet voor oorlogsmaatrege len en spreker meent dat deze uitgaven daaronder kunnen worden gebracht. Waar het hier evenwel een nieuwe instelling is, vonden Burgemeester en Wet houders het beter niet buiten den Raad om te gaan. De kosten voor de ketels, inhoud 2500 L., met aard appelschilmachine, groentensnijder enz., komen op pl.m. 10.000,terwijl het gebouw, zooals de Di recteur der Gemeentewerken dat heeft begroot, op 17.000,komt. De materialen zijn peperduur. Het gebouw wordt zoo eenvoudig mogelijk, daar het als tijdelijk gebouw wordt opgetrokken. De directeur ziet evenwel geen kans het goedkooper te doen. Als men rekent dat er nog iets bijkomt, zal het crediet op 30.000,moeten worden gebracht. De exploi tatiekosten kunnen worden bestreden uit den post voor oorlogsuitgaven. Spreker doet opmerken dat het een uit den grond gestampt bedrijf is. Burgemeester en Wethouders vragen daarom machtiging om eene directrice, zij meenen een geschikte te hebben gevonden, te benoe men. Als het eventueel een blijvend bedrijf zal wor den, zullen Burgemeester en Wethouders aan den Raad voorstellen de benoeming te doen. Ten slotte doet spreker opmerken, dat het nog wel een paar maanden zal aanhouden, eer de keu- 17. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het schrijven van de Commissie van Toezicht op het lager onderwijs, waarbij in overweging wordt gegeven om het aantal harer leden op 14 te brengen. Bijlage no. 18). 18. Prae-advies om Burgemeester m Wethouders op het schrijven van den Ned. Bond voor Werkverschaffing betreffende het instellen eener Commissie om het vraag stuk der werkloosheid systematisch te b'-handelen. 19. Rapport der Commissie omtrent bezwaarschriften in beroep tegen aanslagen in den Hoofdelijken Omslag, dienst 1910. 1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wij ziging van de gemeentebegrootingdienst 1917, om de commissie voor het stedelijk muziekkorps nog een cre- diet van f 1790 te verleenen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1917 | | pagina 1