260 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 October 1917 en het trottoir ter plaatse teruggebracht in een toe stand ten genoegen van Burgemeester en Wethou ders. Bij gebreke van een. en ander zal dit door dezen op kosten, van den nalatige worden uitge voerd. 8. De hiervoren genoemde werken en werk zaamheden worden uitgevoerd en onderhouden op kosten van dengene, aan wien deze vergunning is verleend, overgegaan of overgedragen en ten ge noegen van Burgemeester en Wethouders. 9. Als erkenning van liet eigendomsrecht der gemeente op den grond, waarin de smalsporen zijn gelegd, wordt door de vergunninghoudster ieder kalenderjaar vóór of op den ten Mei, voor het eerst vóór of op den ten Mei 1918, ten kantore van den ontvanger dezer gemeente een recognitie van 1. per smalspoor betaald. Dienovereenkomstig wordt met algemeene stem men besloten. 7 agendo no. 8). Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot overneming van de Bissch pst raat Dit voorstel luidt als volgt: Ten vierde male is bij Uwe Vergadering een ver-, zoek aanhangig gemaakt, dat de gemeente de Bis schopstraat overneme. Bij Uwe besluiten van 8 Juni 1909 en 9 Juli 1912 zijn soortgelijke adressen afgewezen, en is aan adressanten medegedeeld dat de straat alleen op den voet als bjj artikel 6 der Bouwverordening is bepaald voor overneming dooi de gemeente in aanmerking kan komen, dat is tegen bijbetaling van 1.of 1.50 per M2. straat (al naarmate de klasse der straat) voor voortdurend onderhond, en 15 cents per M2. voor toezicht op den aanleg. De genoemde straat was niet onder de wer king der Bouwverordening en derhalve niet met de verplichting tot overdracht aan de gemeente aan gelegd. Eindelijk werd bij raadsbesluit van 24 Sep tember 1912 een aanbieding om 455.671/2 bij te betalen geweigerd, omdat dit bedrag te laag was en 592.50 had moeten zijn. Dit bedrag wordt bij het thans aan de orde zijnde adres beschikbaar gesteld. De directeur der gemeentewerken merkt echter op dat de straat met deze bijbetaling nog niet zou worden overgenomen, evenals dat met nieuw aan gelegde straten liet geval is, en. wel omdat de staat van onderhoud veel te wenschen overlaat. In de verbetering hiervan, alsmede in de kosten van latere doortrekking der straat, en in die van de akte van overdracht is evenwel alsnog een som van 110.toegezegd, zoo- dat, al is daarmede niet alles vergoed wat de gemeente om de straat in behoorlijken staat te brengen zal moeten offeren, wij gemeend heb ben, U te moeten voorstellen thans de overdracht aan de gemeente niet langer te weigeren. Boven dien is de verklaring door de betrokken eigenaren afgelegd, dat, bij doortrekking in de richting van de Wybrand de Geeststraat, de bleekgrond, waar over de doortrekking zal moeten plaats hebben, kosteloos aan de gemeente zal worden overgedra- gen. Wij stellen U dus voor te besluiten: I. tegen bijbetaling eener som van 702.50 in eigendom over te nemen de navolgende gedeelten van de Bisschopstraat, als van: P. Feenstra het gedeelte straat van het kadastrale nummer 9858 in sectie G. J. Klok alsvoren van no. 9859 idem 9860 N. Damsma 9861 idem 9862 alsvoren van no. 9863 9864 9865 9866 9867 9868 G. Heijsters Mej. A. Dijkstra E. P. van der Kleij Mej. T. van der Weide J. H. Speckmann idem «juo 11. te aanvaarden de toezegging van den eme- naar van bovengenoemd no. 9868 en van S. idzerda te Huizum, eigenaar van het perceel G 6530 om, voorzoover de voor straataanleg bestemde ge deelten van hunne eigendommen thans nog als bleekveld worden gebruikt, die bij doortrekking der Bisschopstraat tot de Wybrand de Geeststraat kosteloos en zonder eenige formaliteiten aan de ge meente over te dragen. De beraadslaging wordt geopend. De heer Beekhuis wenseht eene kleine opmerking te maken. Spreker leest in het voorstel: „Boven dien is de verklaring door de betrokken eigenaren afgelegd, dat, bij doortrekking in de richting van de Wybrand de Geeststraat, de bleekgrond, waar over de doortrekking zal moeten plaats hebben, kosteloos aan de gemeente zal worden overgedra gen." Spreker kan zich met het voorstel vereenigen; en in zekeren zin ook met deze bepaling. Hij zou echter liever eene andere redactie hiervoor willen hebben, n.l. deze, dat de gemeente reeds nu eigena resse wordt van den grond, maar dat de tegen woordige eigenaar het gebruik ervan behoudt tot dat de doortrekking plaats heeft. Een dergelijke bepaling heeft juridisch meer waarde dan de toe zegging om den benoodigden bleekgrond te zijner tijd kosteloos te zullen overdoen. Wel zou de ge meente, als de eigenaar den grond verkoopt zonder de bepaling erbij te maken die in het voorstel staat, schadeloosstelling kunnen vragen, maar zij heeft daarmee den grond niet. Wat spreker wil is een verschil in vorm. De oorzitter zegt dat het besluit is genomen ia eene vergadering, waar hij niet tegenwoordig was. Hij heeft dezelfde opmerking gemaakt, maar is ge zwicht voor het mtotief', dat de gemeente den grond ten allen tijde kan onteigenen. Spreker kan echter niet toegeven dat wat de heer Beekhuis wil, slechts in vorm verschilt met het voorstel van Burge meester en A ethouders. Hij stelt voor alsnog te probeeren om den eigendom direct te krijgen en in geval de betrokkenen daar niet voor zijn te vinden het voorstel aan te nemen zooals het hier ligt. De heer Beekhuis meent nog te moeten opmerken dat het niet hetzelfde is: kosteloos afstaan of ont eigenen. Onteigenen brengt altijd kosten mee. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethou ders, aangevuld zooals door den Voorzitter is voor gesteld. 8 agenda no. 9). Prae-advies op het adres van de Coöperatieve vereeniging „Excelsior" tot het maken van een inrit in het trottoir vóór het perceel Hazebuurtje no. '28. Dit prae-advies luidt als volgt: Door den directeur der Coöperatie Excelsior" te Leeuwarden is tot Uwe Vergadering het verzoek gericht om een inrit te mogen hebben in het trottoir vóór het perceel Oldegalileen no. 28 (Hazebuurtje). De gemeentelijke Inspecteur voor het Woningtoe zicht, wiens gevoelen omtrent dit verzoek werd ge vraagd, bericht ons dat het kan worden ingewilligd onder de gewone voorwaarden, behoudens dat de Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 October 1917. 261 inrit met gebakken of vierkant behakte keien wordt bestraat. Waar wij ons met dat advies kunnen vereenigen, hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten: aan de coöperatie „Excelsior" te Leeuwarden en hare rechtverkrijgenden vergunning te verleenen om in het trottoir vóór haar perceel Oldegalileen no. 28 (Hazebuurtje), kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie F no. 1836, te maken en tot we- deropzeggens toe te hebben een inrit op de nader door of vanwege Burgemeester en Wethouders aan te wijzen plaats, onder bepaling dat worden in acht oenomen de voorwaarden, gesteld bij raadsbesluit van 26 Januari 1909 no. 12R/10, voor zoover naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders toe passelijk, met dien verstande, dat de inrit niet bree der is dan 1.65 M., bevloerd is met vierkant behakte of gebakken keien, en dat als termijn, waarop de recognitie, ad 1.ten kantore van den gemeente ontvanger moet zijn betaald, worde gesteld_ 1 Mei, voor het eerst echter vóór 1 November 1917. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. 9 agenda no. 10). Prae-advies op liet adres van het genootschap van leeraren aan Xederlandsche gymnasia en de vereeniging van leeraren hij het middelbaar onder- Wijs tot herziening van de jaarwedden der leeraren hij het Hooger en Middelbaar onderwijs. Dit prae-advies luidt als volgt: In onze handen werd om prae-advies gesteld het hierbij weder overgelegd adres van het bestuur van het genootschap van leeraren aan Nederland- schei gymnasiën en het hoofdbestuur van de ver eeniging van leeraren bij het middelbaar onderwijs. Met een beroep op de moeilijke tijden, welke in het bijzonder op de ambtenaren, die een vast sala ris hebben, drukken, en met de opmerking dat de verhooging van alle belastingen en de duurte van alles wat het leven eischt in menig ambtenaarsge zin schier onoverkomelijke bezwaren brengen, ver zoeken adressanten, voor zoover hierin met het oog op de tijdsomstandigheden nog niet is voorzien, de tractementen van de rectoren', de conrectoren, de directeuren en de leeraren van gemeentelijke in richtingen van voorbereidend hooger- en middel baar onderwijs zoo spoedig mogelijk tijdelijk met 25 te verhoogen. Naar aanleiding van het verzoek worde in her innering gebracht, dat door Uwe Vergadering be reids een besluit is genomen, om aan de ambtena ren en werklieden der gemeente, in verband met de tegenwoordige abnormale tijdsomstandigheden, een duurtebijslag te verleenen. Volgens de daar voor laatstelijk bij raadsbesluit van 24 Juli 1917 no. 314R/162 vastgestelde regelen wordt die Ibijslag verleend aan hen, wier overeenkomstig die regelen berekend jaarloon 2000.niet bereikt. A an- neer dit voor de door adressanten bedoelde ambte naren lager is, kunnen zij eventueel reeds op bij slag aanspraak maken. In het andere geval is er evenwel geen reden voor het onderwijzend perso neel van het gymnasium en het middelbaar onder wijs in deze gemeente een hoogere loongrens te stellen dan voor andere categorieën van gemeente ambtenaren en -werklieden. Wij meenen LT dan ook te moeten raden, adres santen te doen weten dat, waar hier reeds regelen zijn gesteld voor het toekennen van duurtebijslag aan ambtenaren en werklieden in dienst dezer ge meente, er geen termen zijn aan hun verzoek te voldoen. De beraadslaging wordt geopend. De Voorzitter deelt mede dat de heer Peletier een motie van orde heeft ingediend om de behan deling van dit punt aan te houden. De heer Peletier heeft dit voorstel gedaan, om dat de Raad deze zaak pas onder de oogen heeft gehad en er ambtenaren zijn, die niet hebben kun nen prof'iteeren van de gunstige bepalingen van het Rijk. Deze zaak zal toch bij de begrooting mpe- ten worden besproken. Daarom stelt spreker aan houding der behandeling voor. De Voorzitter wijst erop dat er geen verschil is tusschen dit verzoek en dat van zooeven. Spreker meent echter, dat dit punt niet moet worden aan gehouden tot de begrooting maar totdat de regeling van den duurtetoeslag moet worden herzien. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van den heer Peletier. 10 agenda no. 11). Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van P. X. van Zuylen om vergunning tot hut leggen van een dam in de sloot tus schen zijn perceel, kadastraal hekend sectie D.no. 113(1 aan den Stiensericeg. Dit prae-advies luidt als volgt: Bij Uw besluit van den 26 Juni 1.1. werd om prae-advies in onze handen gesteld een adres van P. N. van Zuijlen, bloemist alhier, die daarbij verzocht ten behoeve van de stichting van een woonhuis op het perceel aan den Stienserweg, kad. bekend sectie D. no. 1136, aan hem in koop te wal len afstaan de helft der sloot, voor zoover strek kende langs genoemd perceel en dit afscheidende van den opeubaren weg. De tijdsomstandigheden zijn echter oorzaak ge weest dat van Zuijlen aan. zijn voornemen geen ge volg heeft kunnen geven, waarom hij zijn verzoek heeft ingetrokken, terwijl hij voornemens is ge noemd perceel geheel in te richten voor bloemis terij. Thans verzoekt hij bij het overgelegd adres, dat wij ter bevordering van spoed reeds dadelijk tot het uitbrengen van prae-advies tot ons hebben ge nomen, hem te vergunnen in bovengenoemde sloot een dam te mogen leggen en daarop een afsluithek te plaatsen. Noch bij den Directeur der gemeentewerken, noch bij ons bestaat tegen het verleenen der ver gunning bezwaar. Met dien ambtenaar zijn wij ech ter van oordeel dat de vleugels van den dam niet van gewapend beton, zooals adressant zich voor stelt, moeten worden gemaakt, daar bij het bouwen van een woning aldaar door hem de sloot voor het huis geheel moet worden gedempt en de vleugel muren zullen moeten worden afgebroken. Mate riaal van oude dakpannen acht hij in dit getval beter. Wij hebben de eer U in overweging te geven te besluiten: aan P. N. van Zuijlen en zijne rechtverkrijgenden vergunning te verleenen tot het leggen en tot we- deropzeggens hebben van een dam in de sloot tus schen zijn oerceel kad. bekend gemeente Leeuwar den sectie D no. 1136 en clen Stienserweg, ter plaatse nader in overleg met den Directeur der ge meentewerken te bepalen onder de volgende voor waarden: 1. de dam mag niet breeder zijn dan 3 M. en de reed moet met een tonrondte van 1 op 40 over de breedte regelmatig aansluiten aan de bestrating van den Stienserweg ter plaatse; 2. de vleugels moeten goed sluitende worden op-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1917 | | pagina 4