50 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 Februaii 1918
dat de aanvoer van kool dezen winter veel te ge
ring is; hoewel er dezen herfst in Holland vol
doende, 40 of .12.000.000 K.G. is gereserveerd.
Hier is echter niets. Spreker vraagt nu, welke
maatregelen Burgemeester en Wethouders hebben
genomen om daarin verandering te krijgen. Hij
acht dit zeer noodzakelijk, daar de inkoopsprijs op
de veiling Burgemeester en Wethouders kunnen
zich daarvan overtuigen ongeveer driemaal zoo
hoog is als de maximum kleinhandelsprijs.
Hen heer Njjholt heeft het verwonderd dat op
de agenda voor heden geen voorstel voorkwam
over de melkvoorziening, n.l. om goed te keuren,
wat Burgemeester en Wethouders in dit opzicht
hebben gedaan en een crediet te erlangen om daar
mee voort te gaan. Spieker meent dat dit behoort
tot de bevoegdheid van den Raad. Wat de vleesch-
kwestie betreft, spreker heeft een week of 4 ge
leden zijne verwondering uitgesproken over het
feit dat Burgemeester en Wethouders dergelijke
zaken niet eerder ter kennis van den Raad bren
gen. Nu komt er bij de „mededeelingen" weer een
dergelijk voorstel in den Raad. Spreker meent dat
dit niet de juiste manier is. Indertijd bij de behan
deling der begrooting heeft de Raad uitdrukkelijk
uitgesproken, dat hij in deze zaken medezeggen
schap wil hebben. Worden de voorstellen aange
bracht op de manier, zooals nu geschiedt, zoodat
de gelegenheid ontbreekt om vooraf ervan kennis
te nemen en erover na te denken, dan maakt men
van de medezeggenschap van den Raad wel wat
een carieatuur.
De heer Tiemersma dankt voor de mededeelin
gen. Een ervan heeft ongerustheid gewekt n.l. die
dat de vorige week de laatste zeep is verstrekt. Dit
is waar in zooverre, dat het de laatste lijnoliezeep
is. De regeering denkt de nog 'aanwezige lijnolie
voor menschelijk voedsel te benutten. Er zijn reeds
proeven genomen om een andere zeep te fabricee-
ren en die proeven zijn tamelijk gelukt. Men is
bezig de andere grondstoffen voor de bereiding
van zachte zeep door binnenlandsche industrie te
fabriceeren.
De Voorzitter zegt >dat het verkoopen van var-
kensvleesch en slaclitvet op bons onmogelijk is, om
dat men niet weet hoeveel er is. Bij de vetdistribu-
tie van Rijkswege kan het wel. Het vet uit de slage
rijen gaat rechtstreeks naar de smelterijen en daar is
controle mogelijk. Bij de gemeente is dergelijke con
trole onmogelijk. Wat de koelhuisboter betreft, dat
de winkeliers was niet groot en zij hebben slechts
tfe helft gekregen. Als die hoeveelheid over alle in
woners moest worden verdeeld, kreeg elk een be
lachelijk kleine hoeveelheid. Het gaat alleen aan op
bons te verkoopen als het een algemeen gebruikt
artikel betreft, dat in voldoende hoeveelheid, voor
handen is. De heer Dijkstra heeft een vraag ge
daan met betrekking tot de kool. Spreker zou wil
len vragen: welke maatregelen wil de heer Dijk
stra dan wel dat Burgemeester en Wethouders
zullen nemen! Burgemeester en Wethouders we
ten niet wat zij in deze moeten doen. Zij hebben
een en andermaal aangedrongen op toezending van
meer kool, maar hebben eenvoudig af te wachten.
Zij kunnen de kool niet hierheen halen.
De heer Nijholt heeft formeel gelijk. Burgemees
ter en Wethouders hadden een crediet moeten vra
gen voor de melk. Zij doen zulks dan bij deze. Melk
is echter een artikel, dat wel valt onder de Dis-
tributiewet. Daarom is het misschien niet tot Bur
gemeester en Wethouders doorgedrongen om een
crediet te vragen. Waar het hier echter eene afwij
king geldt is de bewering te verdedigen dat de uit
gaaf hiervoor niet gedekt is door de uitgaven voor
de distributie. Als niemand der leden dan ook be
zwaar heeft, neemt spreker aan dat aan Burge
meester en Wethouders een crediet is verleend.
Niemand verklaart zich hiertegen.
De Voorzitter vervolgt en vraagt hoe het moge
lijk is dat drie weken geleden een voorstel kon wor
den gedaan zooals de heer Nijholt bedoelt..
De heer Nijholt bedoelt dat hij wensdht dat der
gelijke voorstellen den leden des Zaterdags met de
agenda bereiken.
De Voorzitter heeft hedenmorgen pas gehoord
dat hij de nu voorgestelde maatregelen kan nemen.
Als Burgemeester en Wethouders in de gelegen
heid zijn dergelijke voorstellen op de agenda te
plaatsen, zullen zij dat doen. Het is echter ook wel
eens wenschelijk geen ruchtbaarheid aan die zaken
te geven.
De heer Schaafsma zegt dat de Voorzitter zich
heel gemakkelijk afmaakt van het verkoopen van
spek en vet op bons. Hij zegt dat het niet moge
lijk is, maar in Zwolle gebeurt het al 5' maanden en
ook in Leeuwarderadeel wordt niet anders ver
kocht. Het is toch niet onmogelijk te zeggen dat
ieder ingezetene een bepaiald kwantum vet en spek
kan krijgen. Als de keurmeester de slachtbeesten
keurt, zou het vet erbij moeten zijn. Spreker zou
niet weten waarom hier onmogelijk is wat in an
dere gemeenten wel kan. Spreker zou het ten op
zichte van het vet graag willen om knoeierij te
voorkomen. Die heeft nu wel plaats. Toen de Minis
ter den maximumprijs voor vet op 1.40 per K.G.
bepaalde, was er geen rauw vet meer, maar wel
gesmolten tegen 2.per pond. Met bonnen en
inbeslagname kan dat worden voorkomen.
De Voorzitter zal er de aandacht van Burgemees
ter en Wethouders op vestigen.
IAT. De Voorzitter herinnert den Raad, dat deze
destijds heeft besloten tot den aankoop vian een
sleepboot voor 7500.en een vrachtschip voor
10.000.Burgemeester en Wethouders hebben
inmiddels inlichtingen ingewonnen naar oude en
nieuwe vaartuigen. Het is hun gebleken, dat geen
van beide schepen voor de toegestane credieten te
krijgen is. Zij hebben nu een aanbod van een sleep
boot voor 10.500.Deze boot doet nu reeds
dienst voor het slepen van de pramen van de rei
niging en zij voldoet uitstekend. De machines zijn
in goeden staat en de deskundige, die de boot on
derzocht heeft, adviseert om haar voor den aange
boden prijs te accepteeren. Spreker stelt dan ook
voor het hiervoor noodige crediet van 10.500.
te verleenen. Wel is de berekening, welke bij het
vorig voorstel is gevoegd niet geheel juist, maar
er blijft toch een belangrijk voordeel. Het zand dat
met de sleepboot wordt gehaald kost j 1.56, terwijl
het nu op 3.per M3. komt. De raming, welke
voor het vrachtschip is gemaakt, moet verder over
schreden worden. Daarvoor wordt 16.000.ge
vraagd. Maar het is dan ook een nieuw schip. Bur
gemeester en Wethouders hebben vergeefsohe
moeite gedaan om een ander te krijgen. De prijzen
waren te hoog of de schepen te slecht. Het aan
schaffen van een motorboot is niet raadzaam nu er
geen benzine is, maar als de gemeente een zeilschip
koopt, kan zij daar altijd een motor in plaatsen.
De prijs van 12.000.— voor het schip zonder
tuigage is naar de berekening van den Directeur
der Gemeentewerken alleszins billijk. Het schip in
kwestie is gebouwd in 1913. De tuigage Burge
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 Februari 1918. 51
meester en Wethouders hebben beslag gelegd Dp
een mast zal ruw berekend 3 a 4000 gulden kos
ten. Het kan dus nog wel wat meevallen. Als men
eens nagaat, wat er in het laatste jaar is aange
voerd nl. 800.000 waalsteen, 400 ton grind, 80 ton
rivierzand en 4300 riolen, dan kan men nagaan, dat
er voor het schip wel werk is. Die aanvoer zal nog
grooter worden. Als toch de oorlog voorbij is zullen
er meer materialen worden gebruikt, terwijl het
transport moeilijk is. En, waar nu de vracht 6.—
is per 1000 steenen, daar zal die met het eigen schip,
volgens de overgelegde exploitatierekening, 3.08
worden. Bovendien zal het schip, als het gedurende
een gedeelte van het jaar niet wordt gebruikt, ver
huurd kunnen worden. De huur zal dan aan de uit
gaven ten goede komen. Burgemeester en Wethou
ders stellen dan ook voor het schip voor 16.000.
aan te koopen.
De heer Peletier vraagt of het niet mogeljjk is
deze voorstellen in de volgende vergadering te be
handelen. Hij meent dat de cijfers niet absoluut
vast staan. De vorige keer heeft spreker de opmer
king gemaakt dat de opzet hem te optimistisch
voorkwam en het is gebleken dat hij juist heeft ge
zien. De cijfers van nu schijnen hem nog te opti
mistisch. Hij kan zich niet voorstellen, dat met
eigen seheepsruimte de vracht tot de helft wordt
gereduceerd. Spreker zou de zaak dan ook gaarne
a tête reposeé bekijken. Hij begrijpt niet dat, als de
vracht naar Leeuwiarden 6.bedraagt, die met
een eigen schip maar op 3.komt. Op retour
vracht zal men niet vast mogen rekenen. Een schip
per toch die hierheen vaart, ziet voor de terugreis
weer vracht te krijgen, en dat kan met gemeente
lijke exploitatie niet steed's.
De Voorzitter: „en waarom niet!"
De heer Peletier: „ials een gemeentelijk schip
vaart zal dat niet in dezelfde mate kunnen gebeu
ren, omdat dit in hoofdzaak afhankelijk is van het
initiatief van den schipper. En, zegt spreker, als
er door de gemeente op die manier 100 van de
vracht wordt verdiend, zou ieder wel scheepseige
naar willen worden. Hij zou gaarne de cijfers op
papier hebben.
De Voorzitter ontkent dat de cijfers de vorige
keer te optimistisch waren. Er zat een fout in en
daarom zijn ze nu iets anders. Spreker heeft ook
opgekeken van deze cijfers, maar de vrachten zijn
nu ook exorbitant hoog. De heer Peletier zegt dat
ieder wel scheepseigenaar wil worden. Maar de
groote aannemers doen het dan ook. Ieder zoekt
naar een eigen schip en daarom is het zoo moeilijk
er een te krijgen. En als de toestand zoo blijft zal
dat nog minder worden. Daarom heeft de Directeur
dan ook op spoed aangedrongen. De sleepboot
heeft de gemeente tot morgen in handen en daar
om moet de Raad daarover heden eene beslissing
nemen. Hoe liet met het schip staat weet spreker
niet. Wel heeft de gemeente de mast tot morgen
in handen maiar misschien kan de beslissing over
het schip nog wel een paar weken wachten.
De lieer Peletier is een voorstander van eigen
exploitatie. Hij wil echter niet op deze cijfers be
sluiten. Als de A oorzitter die los kan maken van
het voorstel, dan wil spreker wel decideeren.
De Voorzitter: „maak U het voor mijn part los
van de cijfers".
De heer Koopmaiis was in de vorige vergadering
niet tegenwoordig. Hij zou echter vrij zeker tegen
hebben gestemd. Spreker vraagt hoe groot het
schip is. Dat heeft hij niet gehoord.
De Voorzitter: „ik meen 60' ton".
De heer Koopmans: „dan zult U voor het halen
van zand een ander schip moeten hebben. Dit is
te groot.
De Voorzitter: „het zand wordt in pramen naar
hier gesleept".
De heer Koopmans vraagt of de sleepboot al in
dienst der gemeente is.
De Voorzitter: „die is voor een jaar gehuurd en
voldoet uitstekend".
De heer Beekhuis vraagt of het vaststaat dat dit
groote schip alleen voor steenvaren wordt gebruikt.
Uit de cijfers heeft spreker den indruk gekregen
dat het ook voor zandvervoer zou dienen.
De Voorzitter: „dat wordt in pramen hierheen
gesleept. Het schip wordt alleen gebruikt voor
vervoer van steen, riolen, rivierzand en grind.
De heer Fransen vraagt of de gemeente de koop
van het schip niet 14 dagen in handen heeft.
De Voorzitter weet dat niet. De Directeur der
Gemeentewerken heeft op spoed aangedrongen.
De lieer Fransen zegt dat de prijzen alle dtageu
hooger worden. Vele fabrikanten trachten nu zelf
een schip te koopen om de buitengewoon hooge
vrachtprijzen te ontgaan. Als de gemeente geen
veertien dagen tijd heeft, ontraadt hij het om zoo
lang te wachten.
De heer Beekhuis zal zijn stem laten /afhangen
van de vraag of de gemeente 14 dagen bedenktijd
heeft of niet.
De Voorzitter zal even laten informeeren.
Na informatie blijkt dat ook het schip niet lan
ger dan tot morgen in handen der gemeente is.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wet
houders.
De heer Schaafsma wijst erop dat het voorspel
dezer vergadering zeer lang geduurd heef.t Hij
vraagt of het ook mogelijk is de punten 4, 6 en 12
aan te houden tot de volgende vergadering.
De Voorzitter nreent dat tegen aanhouding der
punten 4 en 6 geen bezwaar bestaat. Wel is dat het-
geval met punt 12. Als de Raad echter geen be
zwaar heeft zou spreker willen voorstellen de pun
ten 2, 3, 4, 6 en 11 aan te houden tot de volgende
vergadering.
Dienovereenkomstig wordt met algemeene stem
men besloten.
V. Wordt ter tafel gebracht:
1. A oordracht voor de benoeming van een on
derwijzer aan gemeenteschool no. 12 (vacature W
Bakker).
De voordracht luidt als volgt:
1. J. Hollander, onderwijzer te Steenwijk;
2. J. Klaver, onderwijzer te Zutphen.
Zal in eene volgende vergadering worden behan
deld.
2. Voorstel van Burgemeester en AVethouders
tot verlenging van den termijn van ontruiming van
onbewoonbaar verklaarde woningen.
3. Alsvoren omtrent de nadere bestemming van
het kadastrale perceel sectie G no. 3646, weiland,