154 Verslag van de handelingen van d«n gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 Mei 1918. om zich van de waterleiding meester te maken, een overigens billijk verzoek weigerde. De lieer Collet merkt tegenover den heer Berg huis op, dat niemand met zekerheid kan zeggen, of de exploitatie duurder zal worden. De Water leidingmaatschappij maakte over 1917 nog een winst van 42.000. Wel bedroeg het dividend slechts pCt., maar spreker heeft aangetoond, dat dit verband houdt met de groote reserveering. Eu dergelijke dingen in de toekomst kan men toch moeilijk laten drukken op de rekening van nu. Als er een nieuwe persbuis moet komen, dan zal dat na- deelig werken op de balans van dan, maar daar kan men toch nu niet liet geld voor opbrengen. Dan zal dan het water vanzelf duurder worden. Het water is hier al duur, en spreker gelooft dat dit mede zijn oorzaak vindt in het feit, dat men indertijd de buis te nauw heeft genomen. De water leiding te Tilburg bijv. levert viermaal zooveel water voor de helft van de kosten. In elk geval is het gewenseht om zoo'n persbuis eerst maar klaar te hebben, dan kan men zien wat de kosten zijn. Dat de obligatierente ook in de door den heer Berghuis genoemde 40.000 is begrepen, daar is spreker niets van gebleken. Spreker vindt deze zaak niet helder. De Voorzitter merkt op dat de rekening tussehen de waterleiding en de gemeente met argusoogen wordt nagezien. De cijfers die de heer Collet geeft zijn er absoluut naast. Hoe verder de maatschappij het dividend wil regelen en de afschrijving, dat kan de gemeente niets schelen. Zij ontvangt 26 pCt. van de bruto winst, en uit zooeven voorgelezen cijfers blijkt vol komen duidelijk, dat al de laatste jaren de winst zeer gering was. Dat de uitbreidingen op de balans komen is niet in het belang van de maatschappij; er gaat natuur lijk juist altijd dwang van de gemeente uit om alle uitbreidingen als zijnde geen onderhoudskosten op de balans en niet op de rekening te brengen. De heer Collet wijst er op wat 20 pCt. verhooging beteekent. Dat maakt een meerdere winst van 23.000. De maatschappij zou dan dus een winst maken van 65.000, iets wat nog nooit is voorge komen. En dat, waar de gemeente reeds zeer tege moetkomend is geweest jegens de maatschappij. In 1910 toch werd 1/6 meer water gebruikt. De gemeen te is dus aan de waterleiding te hulp gekomen, door beperking van het gebruik. Als nu dat verzoek werd toegestaan, zou een abnormaal hooge winst gemaakt worden. De heer Hiemstra (Wethouder) is van meening dat de heer Collet in zijn betoog misschien meer den nadruk had moeten leggen op de beteekenis van de 20 pCt. verhooging, dan op de verhouding tot de gemeente. Uit de naar voren gebrachte cijfers blijkt evenwel, dat al is een winst van 5 pCt. niet hoog, de aandeelhouders toch wel deze winst hadden kun nen maken. En dan is er geen aanleiding voor een verhooging van de tarieven. Het is juist, dat de ge meente niet met de extra-reserve te maken heeft, en in gewone omstandigheden is het begrijpelijk, dat de directie zegt, we zullen voor de werken die uitgevoerd moeten worden iets reserveeren, maar nu de dividenden minder worden, is er toch geen be zwaar om de extra-reserve te gebruiken om het divi dend op 5 pCt. te brengen. In allen gevalle is er geen reden om het publiek meer te belasten. Want doordat het publiek gerantsoeneerd is in het water gebruik, iets waardoor in 1917 100.000 M3. water minder Averd gebruikt, is in wezen het water al duurder geworden dan vroeger, is de prijs dus al verhoogd. Hierdoor is de waterleiding bevoordeeld, en spreker vindt geen enkele reden om nu nog eens een extra last op het publiek te leggen. De heer Berghuis (Wethouder) merkt op, dat de vergelijking met Tilburg niet opgaat, omdat wel altijd de exploitatiekosten van de Leeuwarder wa terleiding hooger zullen zijn dan elders, omdat het water van Grouw het slechtst gezuiverd is van alle water dat gebruikt wordt. Er zijn waterleidingen die het zonder aluin doen tegenwoordig, terwijl hier in zeer korten tijd de gebruikte aluin haar waarde a'erloren heeft. Dit verschil zit hem in het enorm gele Avater van Grouw. Met het betoog van den heer Hiemstra is spreker het natuurlijk niet eens. Als de beperking van het Avatergebruik van zooveel invloed is, dan begrijpt spreker niet, dat de ingezetenen Hun contract voor vrij gebruik niet omzetten in een metercontract. In elk geval, voor de maatschappij ibcistaat steeds de kans dat al die voordeeltjes in eens Aveer weg z\jn. De beraadslagingen worden gesloten. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt verworpen met 13 tegen 9 stemmen. Vóór stemmen de heereri: Tulp, Peletier, van Weideren baron Rengers, de Vos, Haverschmidt, Oosterhoff, Menalda, Berghuis en Schoondermark. Tegen stemmen de heeren: Zandstra, Tiemersma, Schaafsma, Collet, 1 lijst ra, Hiemstra, de Haan, Dijkstra, Beekhuis, Terpstra, Fransen, Cohen en van Sloterdijck. De motie-Haverschmidt wordt door Burgemees ter en Wethouders overgenomen. Dienovereenkomstig Avordt besloten. (agenda no 6; Voortitel ran Burqe.mee.iter en Wet houders tot vaststelling ran een verordening tot beper king van het rooken door kinderen (bijlage 22). De algemeene beraadslagingen worden geopend. De heer Menalda, opmerkende dat hetgeen hij te zeggen heeft, geen zuiver algemeene beschouwing is, vindt het toch het beste om hierbij zijne mee ning omtrent artikel 2 ter sprake te brengen. Tegen dit artikel heeft spreker bezwaar, omdat hierin een verbod Avordt gegeven, dat aanleiding kan zijn dat kinderen in aanraking komen met den straf rechter. Sprekers bezwaren zijn weergegeven in het rapport van de commissie van toezicht on het lager onderwijs. Hij zal die opmerkingen niet alle herha len, maar merkt alleen op, (lat hij, hoezeer hij ook gevoeld heeft het belang dat er is om kinderen beneden .15 jaar spreker zou lieArer zien 16 jaar het rooken te beletten, niet kan meewerken om strafbepalingen jegens dergelijke kinderen in het leven te roepen. Met de commissie a'an toezicht en de gezondheidscommissie is spreker het eens, dat men alles moet doen om kinderen zoo min mogelijk met den strafrechter in aanraking te brengen. Spreker vindt ook aanleiding in de opmerking van de commissie van toezicht, dat men bij de be strijding van dit kwaad niet kan rekenen op den steun der ouders, om niet met artikel 2 mede te gaan. Integendeel, zegt de commissie, men onder vindt meer tegenwerking van die zijde. Zal men dan het rooken van het kind op straat door eene straf bepaling tegengaan, terwijl ze thuis Avel mogen rooken en dit soms zelfs wordt aangemoedigd! Spreker meent dat dit niet gaat, en dat hier een zeer zonderling soort strafwetgeving zou Avorden toege past. Verslag van de handelingen van deii gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 Mei 1918. 155 Ook Avijst spreker er op, dat in Leeuwarderadeel wel het verkoopen van tabak aan kinderen verbo den is, doch niet het rooken op straat. Door 1111 in Leeuwarden het rookverbod te gaan instellen, werkt men in de hand het rooken van de kinderen in Leeuwarderadeel. Mede hierom is het beter derge lijke gemeentelijke verbodsbepalingen achteiAvege te laten. Z. i. ligt dit eerder op den weg van den Rijks- wetgever. De heer Sehooiulermark (Wethouder) constateert dat blijkbaar de geheele Raad van meening is dat men wat moet doen tegen het rooken van kinderen, hetAvelk in vele opzichten nadeelig is. Spreker maakt melding van een ervaring van de vereeni- ging ITo Juventute te Breda, die opmerkte dat bij de bestrijding van de criminaliteit der jeugd geble ken is, dat er vaak verband bestaat tussehen het rooken en misdrijven, omdat veel kinderen de op brengst van diefstallen besteden voor sigaren en sigaretten. De argumenten van den heer Menalda tegen het voorgestelde artikel 2 kan spreker niet onderschrij ven. Als er geen medewerking van de ouders is, zou het verkeerd zijn 0111 het rooken op straat te \'er- bieden? Spreker meent, dat dit juist een motief is, om het Avel te verbieden. De ouders zullen immers de bode moeten betalen, en dan zullen zij Avel ge dwongen zijn om hun kinderen het rooken te ver bieden. Als de kinderen thuis rooken, doen ze 't ook o]) straat, en als ze 't op straat niet mogen, zullen ze '1 ook niet thuis doen. Er mag wel een beetje kracht achter, want de jongens doen graag wat verboden is; daarom moet artikel 2 er Avel bij. An ders vreest spreker, dat het practisch resultaat van het verbod zeer gering zal zijn. Van de 84 gemeen ten die een rookverbod hebben ingevoerd, zijn er een vijftig die ook de bepaling A'an artikel 2 in hunne verordening hebben. E11 wat de vrees betreft, dat de jongens in Leeu- Avarderadeel zullen gaan rooken, spreker hoopt dat LecuAvarderadeel hetzelfde zal doen als LeeuAvar- den. Deze verordening is een gevolg van het feit dat kinderen uit Leemvarderadeel naar LeeuAvarden gingen om sigaretten te koopen, die ze in eigen ge meente niet meer konden krijgen. Dat is voor Bur gemeester en Wethouders het hoofdmotief igeAveest om hier een verbod in te voeren. Blijkt het nu dat de jongens in Leeuwarderadeel gaan rooken, dan zal Leemvarderadeel zeker ook wel doen zooals hier gedaan is. Wat Ave doen, laten we dat goed doen, zegt spre ker. Een verordening zonder rookverbod geeft niets. De algemeene beraadslagingen worden gesloten. Artikel 1 van de verordening wordt zonder hoof delijke stemming aangenomen. Artikel 2 met de stemmen van de heeren Fransen, Oosterhoff, Menalda en Berghuis tegen. Vóór stemmen 18 leden, te weten de heeren: Zand stra, Tiemersma, Schaafsma, Collet, Tulp, Dijstra, Hiemstra, Peletier. de Haan, Dijkstra, van Weide ren baron Rengers, Beekhuis, de Vos, Terpstra, Ha verschmidt, Cohen, van Sloterdijck en Schoonder mark. De artikelen 3, 4 en 5 en de geheele verordening worden daarna zonder hoofdelijke stemming aange nomen. 6 1 agenda no. 7). Voorstel van Burgemeester en Wet houders tot aansluiting van de gemeente bij de opge richte N. V. „Centrale Bouwmaterialenvoorziening'' Dit Amorstel luidt als volgt: Teneinde in de gelegenheid te zijn gebruik te kunnen maken van minder hooge prijzen, is het wen- sehelijk dat de gemeente zich aansluit bij de opge richte naarnlooze vennootschap „Centrale Bouav- materialenvoorziening". Deze stelt zich ten doe'l inkoop in liet groot en daardoor goedkooper, van bouwmaterialen voor woningbouw door gemeenten of van door gemeenten gesteunde woningbouwver- eenigingen, of voor Avegenaanleg, e.d. In het aan deelenkapitaal, groot 1.500.000.op welks aan deden 10 '/o dadelijk moet worden gestort, neemt o.a. de Vereeniging van Nederlandsclie Gemeenten deel voor 350.060.Door hare bemiddeling is de gemeente in staat een aandeel in de vennootschap te verkrijgen door te nemen één of meer certifica ten van aandeden, die de vereeniging uitgeeft. Dan zal door de Centrale Bouwmaterialenvoorziening aan de certificaathoudende gemeenten worden ge leverd. Het komt ons voldoende voor dat de gemeente teekent voor 1 certificaat ad 1000.Daarvoor zal dan moeten worden gestort 100.-f- 50 ct. zegel -f de sinds 1 Mei op de 100.die de ver eeniging bereids voor de gemeente heeft betaald, verschuldigde rente. Door een abuis is de circulaire der vereeniging niet intijds in onze handen geko men, zoodat de zaak inmiddels reeds is totstand gekomen. Dit neemt echter niet weg dat deelne ming nog mogelijk is. Nog dient te worden medege deeld dat een certificaat geen stemrecht geeft. Met overlegging der stukken, Avaaronder de ont- Averp-statuten, hebben wij de eer V voor te stellen te besluiten: Burgemeester en Wethouders te machtigen van de Vereeniging van Nederlandsclie gemeenten over te nemen 1 certificaat van een aandeel in de naarn looze vennootschap „Centrale Bouwmaterialenvoor ziening", groot 1000.waarop voorloopig ver schuldigd is 100.benevens kosten van zegel en rente sinds 1 Mei 1.1. Zonder hoofdelijke stemming Avordt dit voorstel aangenomen. 7 (agenda 110. 8). Voorstel van Burgemeester en Wet houders tol nadere regeling van den prijs van het gas en den toeslag daarop (gemeenteblad 1918 no. 10). Dit AToorstel luidt als \rolgt: De Directeur van de Gasfabriek bracht bij schrij ven van 6 dezer te onzer keunis een even te aToren ook door ons reeds ontvangen circulaire van het Rijkskolendistributiebureau van 3 Mei tevoren, waarin 0.111. wordt medegedeeld dat de kolenpositie van ons land van dien aard is dat alsnog 20 door de gasfabrieken moet worden bezuinigd. Dit is aanleiding geweest tot de maatregelen, waarvan wij U in IJ Ave vorige vergadering mededeeling deden en Avelke de Directeur bij zijn evengenoemd rap port in overweging gaf. Hij stelt daarbij tevens voor, zulks om nog' meer de gasbesparing in de hand te Averken, den gasprys voor het oververbruik te verdubbelen. Deze worden dan al naar mate den aanslag in den Hoofdelijken omslag 48, 60, 80 en 100 cents per M3. voor den gewonen a'erbrui- ker; 100 cents per M3. voor zaken, bedrijven, zieken huizen, enz.; en Aveder naar den belastingaanslag 74, 80, 90 en 100 cents, als gas voor zaak of bedrijf èn huis over één meter wordt geleverd; een en ander naar de onderscheidingen opgeno men in artikel 4 der verordening op de levering en den prijs van het gas en de electrieiteit (gemeente blad 1918 110. 10). Tevens is bij deze gelegenheid onder de oogen gezien de gasprijs in het algemeen, omdat aTolgens het raadsbesluit van 5 Februari 1.1. de toen a7ast- gestelde tarieven met 1 April 1918 zouden worden

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1918 | | pagina 4