Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Juli 1918. betalen, 't gaat moeilijk 0111 daaromtrent nu een besluit te nemen. Eerst zal precies moeten worden nagegaan, wat aan den heer Meijers is voorgesteld. Is hem voorgesteld, dat hij. er af was met de kosten die gemaakt zijn, dan kan men he-m niet nu nog deze kosten, die tengevolge van een misverstand nog moeten worden gemaakt, opleggen. Maar is de overeenkomst zoo algemeen gesteld, dat ook de kosten van alle nawerk voor zijn rekening zijn, dan is er iets voor te zeggen. Eerst moet evenwel worden nagegaan hoe de afspraak is gemaakt. Als de Raad kan goedvinden, dat dit wordt nagezien, dan kan men alvast beginnen met dat besluit te nemen. De heer Haversehmidt is van meening, dat alle kosten, voortvloeiende uit de verlenging van den weg, ten laste komen van den heer Meijers over eenkomstig diens aanbod van October 1916; de heer Beekhuis heeft dat ook zoo begrepen, toen hij zeide, dat de lieer Meijers de beide opritten in orde zal maken, uit te voeren door de gemeente op zijn kosten. Burgemeester en Wethouders kunnen dit nader onderzoeken. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel wordt met algemeene stemmen aan genomen. 4 (agenda no. 5). Voortzetting der behandeling van het prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van de Woningvereeniging Leeuwarden"tot het verleenen van steun voor het bouwen van 130 ivoningen aan het Cambuursterpad, met het daarop ingediend voorstel-Beekhuis, en herstemming over het amendement Tiemersma-Schaa fsma. De Voorzitter zal thans eerst in stemming bren gen het amendement van de heeren Tiemersma en Sehaafsma, waarover in de vorige vergadering de stemmen staakten. Vóór het amendement stemmen de heeren: Sehaafsma, Dijkstra, Zandstra, Attema, Nijholt, Collet, Tulp, Tiemersma, Van Wel deren baron Rengers, Fransen en Hiemstra. Er tegen stemmen de heeren: Dijstra, De Vos, Van Sloterdijck, De Haan, Oosterhoff, Prletier, Haversehmidt, Cohen, Beekhuis en Schoon der mark. Het amendement is dus aangenomen met 11 te gen 10 stemmen. De Voorzitter vraagt thans, vóór hij het voorstel- Beekhuis in nadere behandeling brengt, of de Raad bereid is de bijdrage te verleenen. Spreker wenseht dus eerst een beslissing over het geheele voorstel, uitgezonderd voor zoover het voorstel-Beekhuis daarop betrekking heeft. Met algemeene stemmen wordt 'het voorstel, met deze uitzondering, aangenomen. Vervolgens wordt het amendement-Beekhuis aan de orde gesteld. De beraadslagingen worden heropend. De heer Beekhuis wil alleen dit nog zeggen, dat, waar hij de vorige maal alleen onderstellenderwijze kon spreken omtrent de meening van het bestuur der Woningvereeniging, omdat hij slechts enkele bestuursleden gesproken had, hij thans van de ge legenheid gebruik gemaakt heeft om zich nader op de hoogte te stellen. Hij heeft schriftelijk van het bestuur gevraagd zijn meening in dezen, en schrif telijk het antwoord ontvangen, waaruit blijkt, dat het bestuur bij een onveranderde aanneming van het voorstel van Burgemeester en Wethouders het bouwplan niet zal kunnen uitvoeren. Als niet een vaste jaarlijksche bijdrage zoo zij 't noemen wordt toegezegd, meent het bestuur de risico niet te kunnen dragen. Het bestuur billijkt daarnaast evenwel ook sprekers amendement, om, indien een vaste bijdrage voor de exploitatierekening wordt toegezegd, voor de exploitatie van dit bouwplan de laatste drie woorden moeten, nog in het amen dement worden tusschengevoegd de huren jaar lijks door den Raad te doen vaststellen. De Voorzitter antwoordt, dat niet de meening moet postvatten, alsof Burgemeester en Wethou ders twijfelden aan de bewering van het bestuur van de Woningvereeniging, dat ze 't dan niet zou den doen. Dat - zegt spreker hebben wij altijd ondervonden. Het bestuur heeft altijd gezegd: als 't niet conform onze plannen is, dan doen wij 't niet. Evenwel blijft liet bezwaar bestaan, dat volgens de. laatste Koninklijke besluiten deze bepaling niet kan worden gehandhaafd. Dan zou dus de zaak op nieuw on'der 't oog moeten worden gezien. Maar 't is te probeeren. Verder heeft spreker bij de vorige behandeling er reeds op gewezen, dat Burgemeester en Wet houders vreezen, dat het Rijk, dat wel de vereeni- ging zou bijspringen, heel weinig bezwaar zou heb ben om de gemeente met het tekort te laten zitten. De lieer Van Weideren baron Rengers komt op tegen de woorden van den voorzitter, waar die sprak van een dreigement van de zijde van de Wo ningvereeniging. De Woningvereeniging heeft dat volstrekt niet als een dreigement bedoeld. Maar waar het hier gaat om een tekort van 14600. per jaar voor den tijd van 50 jaar, daar ziet het bestuur der Woningvereeniging er wel tegen op om den opzet te beginnen, indien de bijdragen van rijk en gemeente maar voor vijf jaar worden gegaran deerd. Die financieele risico durft de Woningver eeniging niet op zich te nemen. De beraadslaging wordt gesloten en het amende ment-Beekhuis in stemming gebracht, dat met 14 tegen 7 stemmen wordt aangenomen. Vóór stemmen de heeren: Sehaafsma, Dijkstra, Dijstra, Nijholt, Collet, A an Sloterdijck, De Haan, Tulp, Tiemersma, Van Wel de ren. baron Rengers, Fransen, Peletier, Haversehmidt en Beekhuis. Tegen stemmen de heeren: Zandstra, Attema, De Vos, Oosterhoff, Cohen, Hiemstra en Schoon de rmark. 5 (agenda no. 6). Voortzetting der behandeling van het prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van de Woningstichting Patrimoniumom haar ten behoeve van hare bouwplannen aan den weg Achter de Hoven in koop af te staan een gedeelte van het ka dastrale perceel sectie G. no. 3637en voorts voor dien bouw steun te verleenen, en herstemming over het amen dement Tiemersma-Schaa fsma. De beraadslagingen worden heropend. De heer De Haan wenseht zijn stem te motivee- ren. Hij heeft in de vorige vergadering en ook zoo even tegen het amendement Tiemersma-Schaafsma gestemd, doch zal thans voorstemmen, nu de be slissing ten gunste van dit amendement is geval len, bij de plannen der andere woningvereeniging. Naar sprekers inzien moeten de beide zaken ge lijk behandeld worden. De heer Peletier vraagt of nu, waar de woning Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Juli 1918 195 stichting „Patrimonium" haar bedrijf verder uit breidt, het noodig is by wijze van controle spre ker wil niet vooropstellen, dat controle zoo zeer noodig is, maar eentig gevaar bestaat er toch, ge zien het eenigszins eenzijdige standpunt der ver- eeniging en het feit, dat de woningen voor betrek kelijk lage huurprijzen zullen worden verhuurd van gemeentewege één lid het bestuur der ver- eeniging aan te wijzen. Dat kan voorkomen, dat de woningen op eenzijdige wijze worden uitge geven. In dit verband wijst spreker er nog op, dat de clausule uit het advies van den directeur van ge meentewerken omtrent het houden van toezicht bij den bouw niet door Burgemeester en Wethouders is overgenomen. Mogelijk achten Burgemeester en Wethouders toezicht op den bouw niet noodig, doch spreker zou althans wel toezicht op de wijze van exploitatie wenschen. De beraadslaging wordt gesloten en het amen dement Tiemersma-Schaafsma, strekkende tot ver hooging der jaarlijksche bijdrage tot 120G0, in stemming gebracht en aangenomen met 17 tegen 4 stemmen. Vóór stemmen de heeren: Sehaafsma, Dijkstra, Zandstra, Dijstra, Attema, Nijholt, Collet, Van Sloterdijck, De Haan, Tulp, Tiemersma, Van Wei deren baron Rengers, Fransen, Peletier, Beekhuis, Hiemstra en Schoondermark. Tegen stemmen de heeren: De Vos, Oosterhoff, Haversehmidt en Cohen. De Voorzitter antwoordt, dat het toezicht op den bouw niet uitdrukkelijk behoeft te worden ge noemd. Dat toezicht zal immers toch wel altijd uit geoefend worden op grond der Bouwverordening. Wat aangaat het denkbeeld om een lid van den Raad aan te wijzen in het bestuur der woningstich ting, is het spreker niet bekend of de statuten, der stichting zulks toelaten. Een dergelijke bepaling zou dus licht oponthoud kunnen geven. De heer Peletier: 't Behoeft niet beslist een be stuurslid te wezen, 't Zou ook kunnen als toege voegd lid. De Voorzitter: Zoudt u dan misschien uw voor stel willen preciseeren! De heer Peletier: Ik heb enkel het idee gelan ceerd, als het geen instemming vindt Dit blijkt wel het geval. Teneinde nu vertraging- in de uitvoering der bouwplannen, te voorkomen, stelt de Voorzitter voor Burgemeester en Wethou ders te machtigen met. het bestuur overleg te ple gen omtrent de wijze, waarop het bedoeld toezicht kan worden uitgeoefend. Spreker meent te weten, dat toezicht bij het bestuur wel geen bezwaar zal ontmoeten. Dienovereenkomstig wordt met algemeene stem men besloten. De heer Dystra stelt voor het voorstel, dat de heer Beekhuis deed ten opzichte van de „Woning vereeniging Leeuwarden", ook geldig te doen zijn ten opzichte; van de Woningstichting „Patrimo nium", wat betreft deze bouwplannen. Deze zaken staan precies gelijk. De Voorzitter vraagt, of het nog noodig is over dit voorstel te stemmen. De heer Hiemstra (wethouder) wil niet. de toe zegging geven, dat de gemeente voor de tekorten zal staan, zonder de bepaling, dat de raad ook de huurprijzen vaststelt. En we weten niet zegt spreker of „Patrimonium" daarin meegaat. Het gaat. niet aan om de bepaling der huurprijzen daar vrij te laten. Spreker wil vasthouden aan dezelfde bepaling omtrent het jaarlijks vaststellen der huur prijzen door den Raad. De Voorzitter: Dat stelt de heer Dijstra juist voor. De heer Hiemstra (wethouder)De heer Dijstra heeft alleen gesproken van de bijdrage van de ge meente. De Voorzitter: De lieer Dijstra heeft precies het zelfde voorgesteld, als wat liet voorstel-Beekhuis inhield. De lieer Dystra beaamt-dit. De heer Sehaafsma vreest, clat door het verbin den van nieuwe bepalingen aan deze bouwplannen, de bouw weer wordt uitgesteld. E11 we hebben de woningen zoo noodig. Hoe langer de bouw wordt uitgesteld, hoe grooter de kans is, dat de woningen met a.s. Mei nog niet klaar zijn. De heerDykstra wijst er op, dat de lieer Beekhuis de verzekering kon geven, dat het bestuur der 0- ningvereeniging met de bepaling meeging. Spreker heeft ondershands den heer Dijstra gevraagd, of die dit ook kan verklaren voor Patrimonium, doch die vraag werd niet bevestigend beantwoord. Als 1111 liet. bestuur van Patrimonium hierin niet meegaat, dan geeft dit weer vertraging. De lieervan Weideren baron Rengers heeft toe vallig met bestuursleden van Patrimonium over deze zaak gesproken, en den indruk gekregen, dat dit bestuur één lijn trok met het bestuur van de Woningvereeniging. Absolute zekerheid kan spre ker niet geven, maar hij vermoedt, dat deze be paling geen bezwaar zal opleveren. De heer Beekhuis merkt op, dat men de vrees, dat de uitvoering der bouwplannen vertraging zal ondervinden, kan coupeeren, door aan de koor- waarde toe te voegen: Mocht de vereeniging Pa trimonium hierin niet meegaan, dan geldt het voor stel van Burgemeester en Wethouders. De Voorzitter kan zich niet voorstellen, dat het bestuur tegen een. dergelijke bepaling bezwaar zal hebben. De gemeente heeft immers altijd de macht in handen. Het kapitaal der Woningstichting be draagt 10.De gemeente heeft derhalve door het bepalen der bijdrage altijd de beslissing in han den hoeveel huur zal moeten worden geheven. Een dergelijke bepaling beteekent dus geen verminde ring van. de macht der Woningstichting. Ondertussohen vraagt spreker, of de heer Dijstra geen bezwaar heeft tegen het sub-amendement van den heer Beekhuis. De heer Dijstra: Neen, mijnheer de A oorzitter. Aldus aangevuld wordt, daarop het amendement van den heer Dijstra met algemeene stemmen aan genomen. Het geheele voorstel, aldus gewijzigd, wordt met algemeene stemmen aangenomen. 6 (agenda no. 7). Voorstel van Burgemeester en Wet houders om aan J. Hosier, alhier, in erfpacht af te

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1918 | | pagina 3