116 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 18 Mei 1919.
Volgens het Koninklijk Besluit d.d. 2 December
1918, no. 51, waarbij aan deze gemeente een voor
schot uit 's Rijks kas is verleend ten bedrage van
hoogstens 500000.voor den bouw van de hier-
bedoelde 130 woningen zijn in de betaling van de
verschuldigde annuïteit aan de gemeente voorloopig
buitengewone jaarlijksche bijdragen toegekend ten
bedrage van ƒ728.03® en ƒ8101.24, te zamen ƒ9129.276.
Wij vertrouwen, dat ook van het verhoogde voorschot
ad 97000.bijdragen uit 's Rijks kas zullen worden
verkregen.
Op grond van het vorenstaande hebben wij, met
overlegging van het advies der Gezondheidscommissie,
de eer U voor te stellen te besluiten
a. aan de woningvereeniging Leeuwarden te be
richten, dat
1°. tegen het maken van een 2e zolderkamer geen
bezwaar bestaat, mits de huren der betrekkelijke
woningen met 20 cent per week worden verhoogd
2°. geen bezwaar bestaat om het binnenwerk der
woningen met Japanlak en olieverf inplaats van met
beits te behandelen, naar gelang de voortgang van
het werk dit vordert
b. tot vaststelling van het hierbij gevoegde ont
werp.
ONTWERP.
De Raad der gemeente Leeuwarden
Overwegende, dat bij Koninklijk besluit van den
2 December 1918, No. 51, aan deze gemeente een
vooorschot uit 's Rijks kas is verleend van ten hoogste
500,000.ten einde in staat te zijn een voorschot
van gelijk bedrag te verleenen aan de Woningver
eeniging „Leeuwarden" ten behoeve van den bouw
van een 129-tal arbeiders woningen en 1 winkelhuis
op een terrein aan het Cambuursterpad
dat het bestuur dier woningvereeniging zich bij
adres d.d. 7 Maart 1919, nader toegelicht bij schrijven
d.d. 18 April 1919 aan Burgemeester en Wethouders,
tot den Gemeenteraad heeft gewend met verzoek het
bovengenoemde voorschot te verhoogen met ƒ97000.
en te brengen op f 597000.daar gebleken is dat
de totale bouwkosten, volgens bij het adres overge
legde begrooting, het laatstgenoemde cijfer nabij
zullen komen
dat als oorzaak van de overschrijding der oorspron
kelijke raming de volgende omstandigheden zullen
medewerken
1. de buitengewone stijging der materiaalprijzen
en loonen
2. a. het aanbrengen van een tweede zolderkamer
in 56 der te stichten woningen, teneinde daarin meer
dere slaapruimte te verkrijgen
b. het houtwerk in de kamers inplaats van te beitsen
gedeeltelijk te behandelen met Japanlak en olieverf;
3. grooter renteverlies tijdens den bouw
dat het aanbrengen in 56 woningen van meerdere
slaapgelegenheid eene maatregel is, die behoort te
worden toegejuicht, omdat daardoor ook aan grootere
gezinnen meerdere gelegenheid tot huisvesting wordt
geboden
dat het behandelen met Japanlak en olieverf in
plaats van met beits van een gedeelte van het binnen
werk der woningen, zooals uit een onderzoek is ge
bleken ten goede zal komen aan het onderhoud der
woningen en daardoor aanbeveling verdient
dat de woningnood in deze gemeente dringend is,
weshalve het van belang is dat de woningvereeniging
hare bouwplannen kan volvoeren
Gelet op het advies der Gezondheidscommissie,
gegeven bij schrijven van 5 Mei 1919
alsmede op de bepalingen der Woningwet en van
het Koninklijk besluit van 28 Juli 1902, Staatsblad
no. 160, laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk Besluit
van 11 September 1917, Staatsblad no. 584;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders
Besluit
I. ten behoeve van de verstrekking aan de woning
vereeniging „Leeuwarden", als vereeniginguitsluitend
in het belang van verbetering der volkshuisvesting
werkzaam, toegelaten bij Koninklijk besluit van 31
Maart 1905 no 8, laatstelijk als zoodanig gehandhaafd
bij Koninklijk besluit van 18 Augustus 1906, no. 35,
aan te vragen uit 's Rijks kas
1. eene verhooging ten bedrage van 97.000.
van het bij Koninklijk besluit van den 2 December
1918, no. 51 aan deze gemeente verleende voorschot
ad 500.000.of zooveel minder als voor de te vol
tooien bouwplannen minder noodig zal blijken
2. een zoo hoog mogelijke bijdrage in de betaling
der annuïteit van de onder 1 genoemde verhooging
van het voorschot
II. onder voorbehoud dat het gevraagde verhoogde
voorschot zal worden verkregen aan de woningver
eeniging „Leeuwarden" ter tegemoetkoming in de
door haar aan te wenden kosten voor do voltooiing
van haar bouwplan ten behoeve van de volkshuis
vesting, bestaande in den bouw van 130 woningen
op een terrein aan het Cambuursterpad, een ver
hooging van het, bij raadsbesluit d.d. 23 Juli 1918
no. 308r/167 toegestane voorschot ad ƒ500,000.te
verleenen ten bedrage van ten hoogste 97,000.
onder gelijke voorwaarden als in gemeld raadsbesluit
zijn aangegeven.
De beraadslaging wordt geopend.
De Voorzitter deelt mee, dat in de overwegingen
van het besluit een voorstel gedaan wordt, dat in
het besluit zelve niet is doorgevoerd. Spreker heeft
het oog op de verhooging der huren, doch het is, na
't uitbrengen van dit prae-advies raadzaam gebleken,
om op het oogenblik niet de huren vast te stellen,
zulks omdat bij de woningvereeniging een herziening
van de huren van al de woningen in overweging is.
Werden nu deze huren thans reeds vastgesteld, dan
zou er een scheeve verhouding kunnen ontstaan tus-
schen do huren dor woningen die aan de woningver
eeniging toebehooren. Het besluit zelve behoeft
hierdoor geen wijziging te ondergaan.
De heer Fransen wenscht een vraag te doen. Inder
tijd bij het debat over den Patrimonium-woningbouw
werd opgemerkt, dat men niet wist waar men aan
toe was, omdat men het werk niet aanbesteed had.
Vandaar, zoo zei men, dat de raming zoo was over
schreden. Hier heeft men aanbesteed en heeft men
nog een ton tekort. Hoe is dat te rijmen met het
feit dat men heeft aanbesteed? Wel is waar stijgen
de bouwkosten doordat bij 56 woningen kamertjes
worden getimmerd, maar ook overigens moet er nog
al wat bij. Spreker noemt het een eigenaardige zaak
dat men bij aanbesteding nog te kort heeft.
De heer Schaafsma (wethouder) zal niet in een
vergelijking treden tusschen de Woningvereeniging
Leeuwarden en Patrimonium.
Spreker kau den heer Fransen dit ter toelichting
zeggen, dat de woningvereeniging het bouwen heeft
uitbesteed en zelf de materialen heeft gekocht. Als
de heer Fransen de stukken gelezen had, wist hij,
dat de verhooging voortvloeit uit het verschil in
prijs van materialen, hout bijv. Ook wordt in plaats
van beitswerk de binnenbetimmering geverfd, wat de
uitgaaf duurder maakt. Het tekort is dus niet een
verschil in aanbestedingskosten, maar een verschil in
den prijs der bouwmaterialen.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 Mei 1919.
117
De heer Fransen geeft toe en heeft reeds gezegd
dat enkele overschrijdingen zijn oorzaak vinden in
meer werk. Maar andore zijn 't gevolg van over
schrijding van de raming. En 't hout bijv. was al
vast gekocht, zonder machtiging van den Raad.
Spreker meende er de aandacht op te moeten vesti
gen, dat men door aan te besteden, gelijk van Patri
monium nu wordt geeischt, geen zekerheid krijgt voor
welk bedrag men er af is.
De beraadslaging wordt gesloten en met algemeene
stemmen besloten overeenkomstig het voorstel van
Burgemeester en Wethouders.
10 Agenda no. 11). Voordel van Burgemeester en
Wethouders tot onderhandsche verpachting van tollen aan
den Harlingertrekweg.
Dit voorstel luidt als volgt:
Den 12en Mei e.k. loopt de termijn af waarvoorde
tollen op Koetille, Kingmatille en te Ritzumazijl
onderscheidenlijk voor 333.ƒ315.en ƒ180.
per jaar zijn verpacht. De pachters van laatstgenoemde
tollen begeeren verlenging op de bestaande voor
waarden en zijn bereid een pacht te betalen die 25.
per jaar hooger is dan de voorafgaande jaren. De
Directeur der gemeentewerken adviseert hiermee ge
noegen to nemen, daar zij in de afgeloopen jaren
zich als goede pachters hebben doen kennen De
pachter van eerstgenoemden tol is voor de verhooging
niet te vinden. Een openbare verpachting is bereids
uitgeschreven.
Wij geven U in overweging te besluiten:
tot onderhandsche verhuring op de bestaande voor
waarden voor het tijdvak van 12 Mei 1919 tot 12
Mei 1922 van de opkomsten van den tol aan den
Harlingertrekweg te Ritzumazijl met het grasgewas
van het gedeelte van den trekweg van Leeuwarden
naar Dronrijp voor 2'/b per jaar aan Lieuwe T.
Dijkstra aldaar, en van de opkomsten van den tol aan
den Harlingertrekweg op Kingmatille met het gebruik
van de woning, staande en gelegen aan den trekweg,
kadastraal bekend gemeente Ried in sectie B. no.
78 en het genot van het grasgewas langs het ge
deelte van den trekweg van Dronrijp tot Franeker,
voor 840 per jaar aan Siemen Boorsma aldaar.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Nijholt merkt op, dat bij de behandeling
van de begrooting het vorig jaar toegezegd is, dat
pogingen zouden worden gedaan bij de gemeente Har-
lingen om te komen tot afschaffing dezer tollen. Nu
wordt evenwel weer voorgesteld de tollen voor drie
jaar te verhuren. Hebben die pogingen schipbreuk
geleden
De Voorzitter antwoordt dat omtrent dat punt een
lange missive gericht is tot Gedeputeerde Staten. De
provincie gevoelde er evenwel niets voor, om den
weg in onderhoud en beheer te nemen, omdat het
geen weg is voor het doorgaand verkeer. Leeuwarden
moest maar bij de betrokken gemeenten aankloppen
om te trachten den weg onder beheer der betrokken
gemeenten te brengen, zoo werd gezegd.
En wat de tollen betreft, Harlingen heeft geweigerd
tot de afschaffing van de tollen mee te werken, om
dat zij de opbrengst op de begrooting niet kan missen.
Zoo werd bericht bij een schrijven van 6 Februari.
Toen was de zaak dus al afgehandeld.
De heer Col lei merkt op, dat in het voorstel staat
dat de pacht jaarlijks met 25.zal worden ver
hoogd. De eerste tol, bij Ritsumazijl, deed echter
180.en nu staat in het concept-besluit een nieuwe
pachtsom van 225.Dat is zeker een vergissing,
en 't zal 205.moeten zijn.
De Voorzitter stemt toe. 't Moet 205.zijn.
De heer Van Sloterdijck had hetzelfde willen op
merken.
De beraadslaging wordt gesloten en het voorstel
met algemeene stemmen aangenomen.
11. Agenda no. 12.) Interpellatie, van den heer
Dijstra inzake het adres van de woningstichting Patri
monium tot verhooging van het bij raadsbesluit van 23
Juli 1918 toegekende voorschot voor den bouw van 108
woningen aan den weg Achter de Hoven.
De Voorzitter geeft het woord aan den heer Dijstra.
De heer Dijstra zegt, dat hij in de vorige verga
dering tot Burgemeester en Wethouders een paar
vragen richtte omtrent het voortduren van de stagnatie
in den bouw van woningen van Patrimonium, en om
te onderzoeken of de bedoeling van Burgemeester en
"Wethouders was te besluiten over deze kwestie zonder
dat de Raad daarover was gehoord.
Intusschen heeft spreker gehoord dat de zaak in
een ander stadium is gekomen, en dat het waarschijn
lijk is dat het tot een oplossing zal komen, waarmee
Burgemeester en Wethouders en het bestuur van
Patrimonium genoegen kunnen nemen.
Onder deze omstandigheden trekt spreker zijn in
terpellatie in.
12. (Agenda no. 13). Voorstel van den heer S.
Nijholt om bij den tegenwoordigen noodaanleg van gas-
en electriciteitsleidingen belanghebbenden alleen de kosten
der buizenleidingen in rekening te brengen.
Dit voorstel is van de agenda afgevoerd.
IX. Vóór tot behandeling van het laatste punt
der agenda wordt overgegaan, geeft de Voorzitter het
woord aan den heer Zandstra voor het houden van
zijn interpellatie.
De heer Zandstra zegt, na dank gebracht te hebben
aan den Raad voor 't hem verleende verlofEen
viertal weken geleden ging een adres van de af-
deeling Leeuwarden van den Bond van Ned. Onder
wijzers om prae-advies naar Burgemeester en Wet
houders.
In dat adres werd aan den Raad verzocht instem
ming te betuigen met een adres, dat een andere ge
meente (de naam is mij ontschoten)
De heer De BoerNieuwe Niedorp.
De heer Zandstra: aan de rijksregeering had gericht,
waarin werd aangedrongen op belangrijke verbeterin
gen in het wetsontwerp-De Visser, inzake de onder
wijzerssalarissen.
Het heeft ons bevreemd, dat vandaag het prae-
advies omtrent het adres der Bondsafdeeling niet op
de agenda staat. Vandaag, of in elk geval deze week,
vangt de behandeling van het wetsontwerp-De Visser
aan. Was het nu niet beter geweest, dat Burgemees
ter en Wethouders uiterlijk vandaag hun standpunt
hadden bekend gemaakt