286 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 Juli 1920. Voortzetting der vergadering op Woensdag 14 Juli. voor 2000.tot ƒ2500.de heer Jansen 2100. tot 2600. Het amendement-Jansen wordt niet ondersteund en is dus vervallen. Het salaris van den adjunct-commies der Gemeente werken wordt overeenkomstig het voorstel van Burge meester en Wethouders vastgesteld. Het salaris van den eersten klerk der Gemeente werken wordt overeenkomstig het voorstel van Burge meester en Wethouders vastgesteld. Tweede klerk Gemeentewerken. De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen voor 1200.tot ƒ1500.de heer Jansen 1500.' tot f 1800.de heer Dijstra c.s. 1500.tot f 1800.met jeugdregeling. Het amendement-Jansen wordt niet ondersteund en is dus vervallen. Het amendement-Dijstra c.s. wordt met algemeene stemmen aangenomen, waarna het* salaris van den tweeden klerk der Gemeentewerken dienovereenkomstig wordt vastgesteld. Het salaris van den geneesheer-directeur van het Stadsziekenhuis en dat van ieder der andere artsen van den genees-, heel en verloskundigen dienst wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders vastgesteld. Vroedvrouw. De beraadslagingen worden geopend. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi wil voorstellen dit bedrag te verhoogen. Voor de gemeente zal het geen erg ingrijpende gevolgen hebben. Spreekster heeft geen amendement ingediend, maar zou het salaris nu graag van 400.op 600.brengen. Misschien dat Burgemeester en Wethouders dit bedrag willen overnemen Spreekster zou dat graag willen. Zij weet niet of de Raad het met haar eens is, maar een belooning van 15.voor elke bevalling is werkelijk niet te veel, waar de vroedvrouw ook verplicht is ieder der volgende 9 dagen nog een bezoek te brengen. Spreekster stelt dus voor het salaris te brengen van 400.op f 600'en voor iedere bevalling boven de 40 per jaar 15.toe te kennen. Zouden Burgemeester en Wethouders dit niet over willen nemen De Voorzitter: Dient U een amendement in? Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi dient een amen dement in, luidende „vroedvrouw600.15 voor elke bevalling boven de 40". De beraadslagingen worden gesloten. Het amendement-BuismanBlok Wijbrandi wordt met 17 tegen 4 stemmen aangenomen, waarna het salaris van de vroedvrouw dienovereenkomstig wordt vastgesteld. Vóór stemmende heeren Dijstra, Zandstra, Tulp, Visser, Lautenbach, Van der Werff, Dijkstra, Terpstra, Nijholt, De Boer, Jansen, mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi, de heeren Collet, Postma, De Vos, Van Weideren baron Rengers en IJ. de Vries. Tegen stemmende heeren Oosterhoff, O. F. de de Vries, Berghuis en Schoondermark. Wijkverpleegster. De Voorzitter: Burgemeester en Wethouders stellen voor 1500.tot 1800.de heer Terpstra en mevrouw BesuijenLindeboom ƒ1700.tot ƒ2000. De beraadslagingen worden geopend. Den heer Terpstra spijt het dat de verdedigster van het amendement, mevrouw Besuijen, niet aanwezig is, men heeft nu alleen de cijfers. Spreker kan echter wel meedeelen dat de wijkverpleegster in Achlum een salaris heeft van 1600.tot 2000.plus een gemeubileerde woning. Utingeradeel betaalt 1400.— tot 1700.—Gorredijk 1500 tot ƒ2000.— plus vrije woning, Groningen 1300.tot 1700. plus vrije woning, vuur en licht, een bewijs dat Bur gemeester en Wethouders met hun voorstel van f 1500.tot 1800.nog beneden kleine plaatsen in Friesland staan. De beraadslagingen worden gesloten. Het amendement-Terpstra—Besuijen Lindeboom wordt met 19 tegen 2 stemmen aangenomen, waarna het salaris van de wijkverpleegster dienovereenkom stig wordt vastgesteld. Tegen stemmen alleen de heeren Berghuis en Schoon dermark. Keurmeester van vleesch, visch en garnalen. De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen voor 1300.de heeren Dijstra, Lautenbach en Visser 1500. De beraadslagingen worden geopend. De heer Lautenbach zegt dat door hem e.a. is voor gesteld het salaris van den keurmeester te bepalen op 1500.en dat van den assistent-keurmeester op 350.Die menschen moeten hier zelfstandig op treden, een collega van den keurmeester, die onder toezicht werkt, heeft een salaris van 2400.Ver schillende dagen heeft hij een werktijd van 10 uren, andere dagen 6 a 7 uren, maar over 't algemeen toch zoo, dat zijn geheele persoon met het werk gemoeid is. Dan moet hij in zijn betrekking de belanghebbenden bezoeken, die in 't algemeen niet zoo bijzonder sym pathiek en aangenaam zijn. En nuttig is zijn werk kring zeer zeker. Het eenige gebrek is maar dat hem een te bescheiden salaris is toegedacht. De heer Berghuis (wethouder) deelt mee dat, toen indertijd deze keurmeester is aangesteld, er dadelijk bij is gezegd dat het een zeer tijdelijke positie zou zijn, omdat het college hoopte, dat zoo spoedig mogelijk de keuringsdienst zou worden gewijzigd. Wanneer wordt voorgesteld het salaris met 200.te ver hoogen en men daarmee een positie voor den keur meester wenscht te scheppen, zooals deze moet zijn, dan is hij nog niet betaald. Als de Raad echter van oordeel is dat de persoon behoorlijk moet worden bezoldigd naar zijn werkzaamheden, dan moet hij in dit geval niet op het amendement ingaan. Spreker wenscht niets op den persoon af te geven, maar ge looft dat hij zeer zeker voor zijn werkzaamheden be Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 Juli 1920. 287 Voortzetting der vergadering op Woensdag 14 Juli. hoorlijk wordt betaald. Spreker acht het beter dezen post zoo te laten bestaan tot de wijziging van den keuringsdienst. Ook lijkt hem aanhouding voor nader onderzoek niet ongewensclit. De heer Dijstra kan zich de noodzakelijkheid van eene reorganisatie van den keuringsdienst indenken. Maar wat heeft de oogenblikkelijke functionnaris hier, voorzoover dit zijn salaris betreft, mee uit te staan Zijn leeftijd en de door hem te verrichten werkzaam heden wettigen toch zeker wel een salaris zooals door den heer Lautenbach en spreker is voorgesteld. Zijn wedde bedraagt thans 1300.en blijft nog 200. beneden het bedrag van het algemeen minimum dat hier door verschillende leden is verdedigd. De heer Berghuis (wethouder) kan hierop antwoorden dat er bij aanstelling van deze persoon op gerekend is, dat hij niet in vasten gemeentedienst is. De keur meester weet dat hij niet steeds blijven kan. De heer Dijkstra krijgt wel den indruk, dat niet wordt tegengesproken, dat de functie slecht of te weinig wordt betaald. Om nu te wachten tot de reorganisatie van den keuringsdienst acht hij niet goed, daarmee krijgt de betrokkene geen cent in zijn zak. Laat de Raad dus maar vast het salaris verhoogen. In verband met de andere mededeeling van den Wethouder kan men dan later zien. Het salaris dient men echter niet langer zoo te laten. De heer De Vos kan zich met het voorstel-Lautenbach, om het salaris van den keurmeester te bepalen op 1500.wel vereenigen. De heer Lautenbach had echter ook aan den assistent moeten denken. De heer Lautenbach Dat is gebeurd. Er wordt voor dezen voorgesteld 350. De heer De Boer vraagt eenige inlichtingen. Heeft de man een volledige taak en volop werk bij de ge meente Heeft hij een volledige taak dan moet hij ook een volledige belooning daarvoor hebben; is zijn betrekking een bijfunctie, dan hangt het er van af, wat er voor de gemeente wordt gedaan. Daarom ge voelt spreker er veel voor dit punt aan te houden, dan kan den betrokkene desnoods later een salarisver- hooging worden toegekend met terugwerkende kracht. De VoorzitterDe man is in volledigen rijksdienst. De heer Lautenbach Hij is gepensionneerd. 't Is een vakman, die jaren lang voor het Rijk is geweest wat hij nu is voor de gemeente. De Voorzitter Als volle betrekking is de functie in ieder geval nooit gesalarieerd en dat is ook nooit de bedoeling geweest. Vindt de Raad goed dit punt aan te houden De beraadslagingen worden gesloten. De vaststelling van het salaris van den keurmeester en in verband daarmee tevens van het salaris van den assistent-keurmeester wordt aangehouden. Eerste klerk kantoor Gemeente-ontvanger. De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen voor 1800.tot ƒ2300.de heer Jansen ƒ2100. tot 2600.de heeren Dijkstra en Terpstra ƒ2000. tot 2600.de heer De Vos ƒ2000.—tot ƒ2500. Wordt het amendement-Jansen ondersteund? Dit blijkt niet het geval te zijn, waardoor dit amen dement is vervallen. De Voorzitter: De voorstellen van den heer De Vos en de heeren Dijkstra en Terpstra dekken elkaar. De beraadslagingen worden geopend. De heer Dijkstra zegt dat zij, die de voorstellen hebben ingediend, de overtuiging hebben, dat voor deze verantwoordelijke functie een bedrag moet worden betaald, als genoemd in de amendementen en dat deze ambtenaar daar zeer zeker in het bijzonder voor in aanmerking moet komen. De heer OosterhofF wil een vraag doen. Hij her innert zich dat bij de vorige salarisherziening de eerste klerk van den gemeenteontvanger is gelijk gesteld met een adjunct-commies eerste klasse. Spreker zou nu graag van Burgemeester en Wethouders willen weten, wat de reden is dat nu hiervan is afgeweken, omdat het eigenlijk in de oogen van den betrokkene moet zijn een terugzetting of wel een aangrijpen van verkregen rechten. De heer Berghuis (wethouder) wil in de eerste plaats antwoorden, dat het ten opzichte van dezen ambtenaar indertijd niet speciaal een gelijkstelling is geweest met den adjunct-commies eerste klasse, maar meer, dat hij hetzelfde salaris zou ontvangen. De salaris- verhooging voor dien ambtenaar is indertijd, evenals thans, bij amendement in de verordening gekomen. De heer Dijkstra zegt hier weer: deze persoon dient er in het bijzonder voor in aanmerking te komen. Dat is hier de vraag niet. Het is alleen de vraag of een dergelijk persoon, een werkkracht met die capaciteiten als de betrokken ambtenaar, voor die functie wel noodig is. En dan durft spreker gerust te zeggen„neen". Als dan ook met ingang van 1 Januari 1921 de bedrijven van het kantoor van den ontvanger verwijderd zijn, dan is die ambtenaar daar dan ook zeer zeker niet meer noodig. Maar men kan dan ook verzekerd zijn, dat het college dezen persoon dan zeer zeker in bescherming zal nemen bij de bedrijven. Het is nu niet een achteruitzetting van den persoon, maar 't is de kwestie dat de functie, waarin hij niet behoort, maar die door hem moet worden uitgeoefend, niet hoogèr mag worden ge salarieerd dan Burgemeester en Wethouders voor stellen. Met Januari 1921 krijgt hij toch een anderen werkkring, dan worden de werkzaamheden op het kantoor van den gemeente-ontvanger zeer verminderd. De beraadslagingen worden gesloten. Het amendement-Dijkstra-Terpstra-De Vos wordt met 15 tegen 6 stemmen aangenomen, waarna het salaris yan den eersten klerk van den gemeente ontvanger dienovereenkomstig wordt vastgesteld. Vóór stemmen de heeren Dijstra, Zandstra, Oos terhofF, Visser, Lautenbach, Van der Werff, Dijkstra, Terpstra, Nijholt, De Boer, Jansen, Collet, O. F. de Vries, De Vos en Van Weideren baron Rengers. Tegen stemmende heer Tulp, mevrouw Buis manBlok Wijbrandi, de heeren Postma, Berghuis, IJ. de Vries en Schoondermark. Tweede klerk kantoor Gemeente-ontvanger. De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen voor 1200.tot ƒ1600.de heer Jansen ƒ1500. tot 1800.—. Het amendement-Jansen wordt niet ondersteunden is dus vervallen. Het salaris van den tweeden klerk van den ge meenteontvanger wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders vastgesteld.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1920 | | pagina 23