288 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 Juli 1920.
Voortzetting der vergadering op Woensdag 14 Juli.
De Voorzitter stelt aan de orde den volgenden post,
het salaris van den deurwaarder.
De heer Nijholt vraagt nog even te mogen terug
komen op den vorigen post.
De VoorzitterDie is afgeloopen.
De heer Nijholt: Ik dacht dat het salaris van den
tweeden klerk van den gemeente-ontvanger was in
begrepen in het amondement-Dijstra.
De VoorzitterDat wil ik graag aannemen, maar
het staat niet op het papier.
De heer Dijstra geeft te kennen dat het wel degelijk
de bedoeling is geweest geen uitzondering te maken.
De Voorzitter wil dan constateeren dat de heer
Dijstra zich vergist heeft.
Spreker stelt thans wederom aan de orde het salaris
van den tweeden klerk van den gemeente-ontvanger,
met het door den heer Dijstra c.s. ingediende amen
dement, dat ook van toepassing op dit salaris is ver
klaard 1500.tot 1800.met jeugdregeling).
Het amendement-Dijstra c.s. wordt met algemeene
stemmen aangenomen, waarna het salaris van den
tweeden klerk van den gemeente-ontvanger dienover
eenkomstig wordt vastgesteld. De Raad is hiermee
teruggekomen op zijn vorig besluit.
Deurwaarder.
De Voorzitter: Burgemeester en Wethouders stellen
voor 1400.tot 1700.de heeren Terpstra en
Dijkstra 1700.tot 2000.en de heer De Vos
1700— tot 2000—
Het amendement-Dijkstra-Terpstra-De Vos wordt
met 14 tegen 7 stemmen aangenomen, waarna het
salaris van den deurwaarder dienovereenkomstig wordt
vastgesteld.
Vóór stemmen de heeren Dijstra, Zandstra, Visser.
Lautenbach, Van der Werff, Dijkstra, Terpstra, Nijholt,
De Boer, Jansen, Collet, O. F. de Vries, De Vos en
IJ. de Vries.
Tegen stemmen de heeren Oosterhoff, Tulp, mevrouw
BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Postma, Van
Weideren baron Rengers, Berghuis en Schoondermark.
De salarissen van de inspecteurs van politie le, 2e
en 3e klasse en dat van den controleur der politie
worden overeenkomstig het voorstel van Burgemeester
en Wethouders vastgesteld.
Politie-dienaren le, 2e en 3e klasse.
De VoorzitterNaar aanleiding van het genomen
besluit omtrent de werklieden komen Burgemeester
en Wethouders voor de politiedienaren met een nader
voorstel n.l.
politie-dienaar le klasse 39.— tot ƒ41.per week
idem 2e 37.— 39—
idem 3e 35— 37—
Daarnaast staat het amendement-Jansen, dat respec
tievelijk wil toekennen 40.tot 42.38.tot
40.en 36.tot 38.en dat van den heer
Dijstra c.s., waarbij de cijfers respectievelijk zijn 40.
tot 42.38.tot 40.en ƒ34.tot ƒ38.
benevens een toelage voor het politie-diploma.
De heer Jansen trekt, nu Burgemeester en Wet
houders met een gewijzigd voorstel komen, zijn amen
dement in.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Dijstra heeft gister bij de algemeene be
schouwingen al in het kort het amendement op de
salarissen der politiedienaren le, 2e en 3e klasse toe
gelicht. De salarissen, door het college voorgesteld, in
verhouding genomen tot die der gemeentewerklieden,
daarbij in aanmerking nemende dat Burgemeester en
Wethouders zelf erkennen dat er tusschen de dienaren
van politie en de arbeiders in het algemeen een be
paald verschil bestaat, 't welk zijn uitdrukking vindt
in de bepaling van het loonsverschil, schijnt het spreker
toe, dat dit verschil niet genoeg tot uitdrukking komt.
Het wil spreker dan ook voorkomen dat de voor
stellers niet anders kunnen doen, dan hun amendement
te handhaven.
De heer Dijkstra kan zich niet met de tweede lezing
van Burgemeester en Wethouders vereenigen. Burge
meester en Wethouders dienen opnieuw een amende
ment in op hun eigen voorstel, wat practisch hierop
neer komt, dat het hoogste loon voor een agent van
politie zal bedragen ƒ39.tot 41.Het oorspronkelijk
voorstel van Burgemeester en Wethouders was hiervoor
37.tot 39.en het hoogste loon voor den
geschoolden vakman is bepaald op f 36.
De heer Tulp Plus 2.voor de voormannen
De heer Ds Boer: Dat zijn de inspecteurs bij de
politie.
De heer Dijkstra: Juist, de voormannen bij de werk
lieden zijn de inspecteurs bij de politie. Hoewel spre
ker goed begrijpt, dat ook de politie goed bezoldigd
moet worden, wil hij zich niet het recht toeeigenen
om te bepalen, dat de politie een loon verdient, nog
hooger dan Burgemeester en Wethouders oorspron
kelijk hebben voorgesteld. Hij grondt zijn bezwaren
in hoofdzaak op de loonen der hoogste arbeidersklas.
Als een agent van politie daar 3.boven staat
is dit voldoende. De politieagent moet eenige studie
maken en werken op Zondag en 's avonds, maar
daarvoor is een afstand in de loonen van 3.vol
doende.
De heer Tulp kan de redeneering van den heer
Dijkstra niet volgen. Er is moeilijk een vergelijking
te trekken tusschen een werkman en een agent van
politie. Zooals de heer Dijkstra zelf al zegt, moet
de agent 's avonds, 's nachts en 's Zondags werken.
Anders vechten de heeren altijd voor betaling van
overuren en nu het niet de werklieden betreft, nu
het een dienst betreft die op zichzelf gewoon is, nu
worden de agenten in verhouding tot de werklieden
te zwaar bezoldigd.
De heer IJ. de Vries heeft na den heer Tulp niet
veel meer te zeggen. Alleen dit nog: de agenten
loopen in weer en wind, bij dag en nachtzij moeten
processen-verbaal opmaken, hun overuren worden niet
bezoldigd, zij behooren hooger te staan in ontwikke
ling, zij moeten ook lichamelijk aan zekere gestelde
eischen voldoen.
Zij moeten in één woord eerste klas mannen zijn.
En zulken behooren voldoende bezoldigd te worden.
De heer Dijkstra wil het laatste, wat de heer IJ.
de Vries heeft gezegd, dat de agenten aan bepaalde
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 Juli 1920. 289
Voortzetting der vergadering op Woensdag 14 Juli.
eischen moeten voldoen, niet bestrijden. De heer Tulp
voegt hem toe dat ze bij nacht en Zondags moeten
werken. Maar spreker stelt daar tegenover de stokers
aan de gasfabriek, die ook bij nacht moeten werken
en dan hebben ze die helsche omgeving er nog bij
De heer Tulp: Die werken maar 6 uur.
De heer Dijkstra: Maar hoe? En ook op christelijke
feestdagen moeten zij werken.
De heer Jansen zegt dat het uit de huidige situtatie
bij de uitsluiting wel blijkt, dat de politie niet is te
vergelijken bij de werklieden. Zij, die daarbij moeten
optreden, verkeeren dikwijls in levensgevaar. Daarmee
moet bij de vaststelling der salarissen rekening wor
den gehouden. Dan moet de politie Zondags- en
nachtdienst waarnemen, reden waarom spreker de
voorgestelde loonen van „rechts" alleszins te ver
dedigen acht.
De heer Lautenbach wenscht hier nog aan toe te
voegen dat de dagen, voor het publiek voor ont
spanning bestemd, voor de politie dubbel inspannend
zijn. Dan moet de politie dubbel in 't getouw.
De heer Terpstra zegt dat de heer Dijstra voor
het diploma met aanteekening ƒ100.wil toekennen.
Hoe zien de heeren dat echter, moeten ze dat diplo
ma schriftelijk halen of op een school of mondeling?
Spreker zou daaromtrent wel eenige toelichting wen-
schen.
Als men de zaak van dezen kant beschouwt dat
het hier heelemaal schriftelijk moet gebeuren en als
men weet dat er in andere plaatsen mondeling les
wordt gegeven, dan mag men hier ook wel eens spre
ken over de rechtspositie. Dan moet de heele zaak
worden herzien en daarom meent spreker dat de
kwestie van het diploma hier nu niet mee te maken
moet hebben.
De beraadslagingen worden gesloten.
De Voorzitter wenscht thans het amendement-Dijstra
c. s. in stemming te brengen.
Bij nader inzien blijkt hem echter dat dit amende
ment gesplitst in stemming dient te komen. Het
aanvangssalaris naar Burgemeester en Wethouders toch
is 35.dat van het amendement 34.Eerst
dient dus in stemming te komen de kwestie of het
aanvangssalaris 34.of 35.zal zijn.
De heer Dijstra zou dan graag, als het nog kan, het
aanvangssalaris brengen op 35.
De VoorziiterDan moet U het amendement wijzi
gen. Wijzigt U het?
De heer Dijstra: Ja.
Het amendement-Dijstra c. s. wordt verworpen met
14 tegen 7 stemmen.
Vóór stemmen de heeren Dijstra, Visser, Lauten
bach, Van der Werff, Jansen, Postma en IJ. de Vries.
Tegen stemmende heeren Zandstra, Oosterhoff,
Tulp, Dijkstra, Terpstra, Nijholt, De Boer, mevrouw
BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Collet, O. F.
de Vries, De Vos, Van Weideren baron Rengers,
Berghuis en Schoondermark.
De salarissen der politiedienaren le, 2e en 3e klasse
worden overeenkomstig het nader voorstel van Bur
gemeester en Wethouders vastgesteld.
Ambtenaren ter Secretarie.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Dijstra zou als het kon, gaarne van het
college willen vernemen hoe het staat tegenover de
j adressen van de ambtenaren, die nog zijn binnen ge
komen. Uit. deze adressen blijkt dat de ambtenaren
niet bijzonder tevreden zijn. Oorzaak hiervan is dat
de verhoudingen tusschen de loonen der werklieden
en de salarissen van bedoelde personen verbroken zijn.
Indien het college tegenover nadere herziening afwij
zend staat, zal het geen zin hebben alsnog amende
menten in te dienen. Dienaangaande zou spreker wel
zekerheid willen hebben.
De heer Berghuis (wethouder) kan namens het col
lege verklaren dat dit zich unaniem heeft verklaard
als tegenstander van al deze amendementen. Als ze
eventueel mochten worden aangenomen zal er ook
volgens het hoofd der secretarie een verscheuring
van het verband plaats hebben, die tot reel moeilijk
heden aanleiding kan geven. De kwestie van de jeugd
regeling heeft spreker hiermee niet op het oog.
De beraadslagingen worden gesloten.
De amendementen van den heer Jansen op de sala
rissen van den controleur der gemeentebelastingen,
den adjunct-commies le klasse en den adjunct-com
mies 2e klasse worden niet ondersteund en zijn dus
vervallen. De overige amendementen op de salarissen
dezer ambtenaren zijn door den heer Jansen inge
trokken.
De salarissen van de ambtenaren ter secretarie, uit
gezonderd die van een klerk, den bode en den con
cierge worden achtereenvolgens overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders vastgesteld.
Klerk Secretarie.
De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen
voor 1200.tot ƒ1500.de heer Jansen 1500.
tot 1800.de heer Dijstra c.s. 1500.tot
1800.met jeugdregeling.
Het amendementJansen wordt niet ondersteund
en is dus vervallen.
Het amendement-Dijstra c.s. wordt met algemeene
stemmen aangenomen, waarna het salaris van den
klerk ter secretarie dienovereenkomstig wordt vast
gesteld.
Bode Secretarie.
De Voorzitter Burgemeester en Wethouders stellen
voor 1500.— tot ƒ1800—, de heer De Vos 1700—
tot 2000.
Het amendement-De Vos wordt met 15 tegen 6
stemmen aangenomen, waarna het salaris van den bode
dienovereenkomstig wordt vastgesteld.
Vóór stemmen de heeren Dijstra, Zandstra, Visser,
Lautenbach, Van der Werff, Dijkstra, Terpstra, Nijholt,
De Boer, Jansen, Collet, Postma, De Vos, Van Wei
deren baron Rengers en IJ. de Vries.
Tegen stemmen de heeren Oosterhoff, Tulp, me
vrouw Buisman Blok Wijbrandi, de heeren O. F.
de Vries, Berghuis en Schoondermark.
Concierge.
De heer Berghuis (wethouder) wil den Raad voor-