Vergadering van Dinsdag 12 October 1920. 384! Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 6 October 1920. aandacht gevestigd, in dat prae-advies stond zeer duidelijk dat de verhooging niet alleen bestemd was voor de bestrijding der blijvende verhooging van de kosten der noodzakelijke levensbehoeften, maar tevens voor verbetering van den levensstandaard. De ver hooging was dus alleen een tegemoetkoming in de grootere duurte, maar tevens een middel om den levens standaard op te voeren. Spreker heeft daar toen nog bij gezegd, dat hij hiertegen absoluut geen bezwaar had, maar dat hij het moment ongunstig achtte. Waar nu tegen deze zinsnede uit het prae-advies niet is geprotesteerd, meent spreker dat men nu niet het recht heeft te beweren, dat Gedeputeerde Staten niet het recht hadden, de loonen hier behoorlijk hoog te noemen. Deze enkele opmerking meende spreker even naar voren te moeten brengen. De beraadslagingen worden gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. II. De Voorzitter kan thans den Baad nog mee' deelen dat Hare Majesteit de Koningin het voornemen heeft te kennen gegeven, om a.s. Vrijdag te 2.45 uur 's namiddags een bezoek te brengen aan het stadhuis en aan de raadzaal. De raadsleden, die hierbij aan wezig wenschen te zijn, worden verzocht uiterlijk 's middags halfdrie in de raadzaal aanwezig te zijn. Niets meer te behandelen zijnde, wordt de verga dering door den Voorzitter gesloten. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 October 1920. 385 Tegenwoordig 23 leden, te weten: de heeren Tulp, Nijholt, Postma, Van der Werff, Schaafsma, Dijkstra, Dijstra, Fransen, Visser, Zandstra, De Boer, mevrouw Besuijen Lindeboom, de heeren O. F. de Vries, Jansen, De Vos, Lautenbach, Berghuis, Tiemersma, Collet, mevrouw Buis manBlok Wijbrandi, de heeren IJ. de Vries, Van Wei deren baron Rengers en Schoondermark. Afwezig 2 leden, waarvan met kennisgeving de heer Oosterhoff, zonder kennisgeving de heer Terpstra. Voorzitter: de heer Jhr. mr. J. M. van Beyma, Burgemeester. I. De notulen der vergaderingen van 27 Juli en 17 Augustus 1920 worden onveranderd vastgesteld. II. Wordt medegedeeld 1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de raadsbesluiten: dd. 27 Juli en 17 Augustus 1.1. tot wijziging der gemeentebegrooting, dienst 1920; 14 September 1.1. tot afstand in erfpacht van terrein bij de Tijnje aan C. van der Vegte, tot verhuring van een plek grond ten noorden van de Leliestraat aan de firma E. Jongstra Zonen, en tot wijziging van den huurprijs der gem. perceelen Waeze no. 8 en Ossekop no. 2. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 2. beschikking van den Minister van Arbeid dd. 14 September 1.1. no. 16668 afd. volksgezondheid, waarbij wordt goedgekeurd het plan voor den bouw van 70 mid denstandswoningen door de coöperatieve vereeniging Woningbouw". Wordt voorgesteld om de in deze beschikking gestelde voorwaarden, voor zoover zij niet zijn opgenomen in het raadsbesluit dd. 11 Mei/13 Juli 1920 no. 334R/168, voor zooveel noodig verbindend te verklaren ten aanzien van de coöp. vereeniging „Woningbouw". Dienovereenkomstig wordt besloten. 3. de balans op 31 Augustus 11. van de Brandstoffen- commissie alhier. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 4. verslag betreffende de Leeuwarder Werkverschaffing gedurende het seizoen 1919/1920. Ligt nog eenigen tijd voor de leden ter visie. 5. adres van het bestuur van den Leeuwarder Bestuur- dersbond om, indien de opbrengst van de plaatselijke directe belasting naar het inkomen dienst 1920, niet geheel is benoodigd, het saldo weer aan de belastingbetalers te doen toekomen. Wordt gevoegd bij de stukken die onder punt 6 der agenda voor heden aan de orde zijn gesteld. 6. adres van de vereeniging voor Volkshuisvesting om haar een voorschot te verleenen van ƒ105,000.— voor straataanleg op het door haar aangekochte terrein tusschen den Marssumerstraatweg en den Stienserstraatweg. 7. adres van dezelfde vereeniging om haar vergunning te verleenen tot straataanleg op het bovengenoemde ter rein, onder vrijstelling der betaling van de bijdrage in de kosten van het voortdurend onderhoud. 8. adres van de Leeuwarder Jeugd-commissie om tegen billijken huurprijs haar des Vrijdagsavonds de zaal van het voormalig hotel Weidema of een ander voor zang oefeningen geschikt lokaal te willen afstaan. De adressen sub 6—8 worden in handen van Burge meester en Wethouders gesteld om prae-advies. 9. adres van B. Hattuma e. a. bewoners van panden aan de Westerstraat, waarbij de aandacht wordt gevestigd op de slechte bestrating aldaar, de gebrekkige rioleering en de wenschelijkheid wordt betoogd van verbinding van het oostelijk einde dier straat met de Bleekerstraat. Wordt in handen gesteld van Burgemeester en Wet houders ter afdoening. 10. adres van mej. J. Staverman e. a., directrice en leeraressen aan de school voor M. O. voor meisjes, betref fende de belooning, door Burgemeester en Wethouders voorgesteld voor de leeraressen in de handwerken en het zingen. Wordt gevoegd bij de stukken die voor heden onder punt 14 der agenda aan de orde zijn gesteld. 11. aanbeveling van curatoren van het gymnasium voor de benoeming van een leeraar in het Hebreeuwsch aan die inrichting, vacature-de Buck: A. Bartels, leeraar aan de R. H. B. S., te Leeuwarden. Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden be handeld. De beraadslagingen worden geopend. De heer De Vos: Het spijt mij, Mijnheer de Voorzitter, dat deze benoeming heden aan de orde is gesteld. Het komt mij voor dat het beter was geweest, met het oog op de ter visie gelegen hebbende stukken, dat de leden ge legenheid hadden gehad over deze benoeming nog eenige dagen rustig na te denken en daardoor ook gelegenheid hadden gehad, zoo noodig zelf informatiën in te winnen. Ik wil er thans niet meer van zeggen, ik kom er bij het betrekkelijk punt der agenda wel op terug. De beraadslagingen worden gesloten. 12. alsvoren voor de benoeming van een tijdelijk Ieerares in de oude talen, in de vacature, te ontstaan door het door den leeraar D. M. Hoogeveen gevraagd ontslag: mej. J. Bloemen, te Utrecht. Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden be handeld. 13. rapport der commissie-ad hoe, ingesteld bij raads besluit van 26 November 1919, inzake het onderzoek omtrent den aanleg van de Noorderbegraafplaats. Blijft voor de leden ter visie liggen. Burgemeester en Wethouders stellen zich voor in de eerstvolgende verga dering ter zake nadere voorstellen te doen. 14. dat Burgemeester en Wethouders: a. voor de gemeentelijke kunstverzameling hebben aanvaard een schilderij, aangeboden door J. W. Pos- thuma, alhier; b. ter secretarie hebben benoemd: tot adjunct-commies 2e klasse J. Feddema, tot dusver klerk, tot klerk mej. M. C. Molenaar, thans schrijfster, en D. Klaassen, klerk bij de le afd. van den dienst der gemeentewerken. Wordt voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter kan nog mededeelen dat er zijn inge komen a. een vraag van den heer Fransen, luidende „De ondergeteekende vraagt beleefd verlof in de raads vergadering van 12 dezer de volgende vraag tot het col lege van Burgemeester en Wethouders te mogen richten Zijn de minimum-eischen, welke gesteld worden aan elke bouwaanvrage, ook van toepassing op Gemeentelijken bouw? Is het Burgemeester en Wethouders ook bekend, of de in de vorige raadsvergadering genomen beslissing, be treffende den bouw van 52 gemeentewoningen, daarmede in strijd is Spreker stelt voor het gevraagde verlof te verleenen en na afloop van de agenda deze vraag aan de orde te stellen. Dienovereenkomstig wordt besloten. b. een voorstel van heer Nijholt, luidende: „De Raad noodigt Burgemeester em Wethouders uit na te gaan in hoeverre de aftrek voor levensonderhoud en die voor kinderen bij de plaatselijke directe belastingen voor 1921 kan worden verhoogd en verzoekt eventueel bij de behandeling der begrooting met voorstellen daar toe te komen." Spreker kan namens Burgemeester en Wethouders mee deden dat, met betrekking tot dit punt, de medewerking van Burgemeester en Wethouders wordt toegezegd. III. Wordt ter tafel gebracht: 1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om een gedeelte van de aanslagen in de plaatselijke directe be lasting op het inkomen, dienst 1920, voorloopig niet in te vorderen (bijlage no. 48). 2. Alsvoren om voor de inrichting van het pakhuis Waeze no. 10 tot bergplaats van brandweermateriaal en het aanbrengen van electrische verlichting in brandspuit bergplaatsen een crediet te verleenen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1920 | | pagina 1