508 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 27 December 1920. De heer Visser: Wat zijn luxe-honden? De heer IJ. de Vries: Alle honden die niet gebruikt worden voor werk als van karrijders enz. De Voorzitter: U bedoelt zeker met Uw voorstel een verzoek aan Burgemeester en Wethouders om met een wijziging der verordening bij den Raad te komen? De heer IJ. de Vries knikt bevestigend. De heer De Vos vindt het voorstel, waarmee de heer De Vries komt, grooten onzin. Er zijn veel oude men- schen, die bepaald geen belasting kunnen betalen, die voor hun genoegen nog een hondje hebben. En die zullen op deze manier nog worden geknoeid. Dat de heer De Vries met zoo'n voorstel komt. Spreker snapt er niets van. De heer IJ. de Vries wil nog even opmerken dat men hier en daar klachten hoort over het blaffen van honden, dat men dikwijls bijna op straat de beenen breekt over de uitwerpselen van honden, dat er in den schralen tijd nog zooveel honden bestonden en dat dit aantal zich nu nog verbazend gaat uitbreiden. Als men er wer kelijk dan die honden op nahoudt, dikwijls flinke hon den, die evenveel eten als kinderen, en die kan onder houden, dan mag de gemeente daar ook wel een voor deeltje van plukken. Spreker heeft niet het oog op de honden die gebruikt worden als trekhonden, die wenscht hij er buiten te laten, omdat daarmee het in komen moet worden verdiend. Maar voor de rest kan hij geen bezwaar zien om te besluiten de belasting te verhoogen. De heer Tiemersma meent dat de zaak deze is, dat de heer De Vries wil hebben dat alles verdwijnt wat niet trekhond is; die alleen worden vrijgesteld. Die grens is Spreker echter veel te eng; voor veel menschel* is een hond onmisbaar, ook niet als trekhond. Aan spreker is een vrouw bekend, die door haar doofheid door haar hondje moet worden gewaarschuwd als er iemand aan de deur is. Moet nu die arme weduw vrouw ook die hooge belasting betalen? Die grens is spreker werkelijk te hoog. Als het alleen de werkelijk luxe honden zal gelden, dan kan spreker met het voor stel meegaan, maar als de grens zoo hoog wordt ge trokken als spreker zoopas aangaf, dan moet hij tegen stemmen. Waarschijnlijk zou het nog beter zijn dat de heer De Vries in overweging gaf de verordening zoodanig te wijzigen; dan zou later kunnen worden bepaald hoe hoog de grens zal zijn. De heer IJ. de Vries gevoelt voor dien opzet heel veel. Het is hem alleen te doen om het groote aantal honden zooveel mogelijk in te krimpen en dan van die er over blijven de gemeente voordeel te laten trekken. De heer Visser: Zou het college er misschien geen prae-advies op kunnen geven? De beraadslagingen worden gesloten. Het voorstel van de heeren IJ. de Vries en Van der Werff wordt verworpen met 15 tegen 8 stemmen. Vóór stemmen: de heeren Lautenbach, Fransen, Van der Werff, De Boer, Postma, IJ. de Vries, Dijstra en Nijholt Tegen stemmen: de heeren Schaafsma, Tiemersma, Dijkstra, Zandstra, Visser, Tulp, mevrouw Besuijen Lindeboom, de heer Van Weideren baron Rengers, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Berg huis, O. F. de Vries, De Vos, Collet, Jansen en Schoon de rm ark. Volgno. 7 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 8—22 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 23. Schoolgelden voor middelbaar onder lijs f 14,000.—. De beraadslagingen worden geopend. De heer De Boer vraagt of de toegezegde wijziging der verordeningen op de schoolgelden van het middel baar- en hooger onderwijs dit voorjaar nog aan de orde komen. Of kan het college dat niet zeggen? De Voorzitter: Vermoedelijk wel, mijnheer De Boer. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 23 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 2432 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 33. Pacht van terreinen voor het plaatsen van carroussels, enzf 15,000. De beraadslagingen worden geopend. De heer Jansen wil, nu de begrooting voor 1921 aan de orde is gesteld, de post voor pacht van het plaatsen van carroussels weer daarop voorkomt, doch de con ti acten met de kermismenschen zijn afgeloopen, voor stellen, dezen post te schrappen. Spreker gelooft niet dat de Raad hierover weer een principieel debat hoeft aan te gaan, hij is overtuigd dat de kermis uit den tijd is, dat de gevolgen van de kermis in vroegere vergade ringen in den breede besproken, van dien aard zijn, dat de Raad ze niet meer mag steunen. Spreker stelt voor dat Burgemeester en Wethouders den post terug zullen riemen. De heer De Vos had een soortgelijk voorstel willen indienen. Dit is thans overbodig; spreker kan in zoo ver nu volstaan met het voorstel-Jansen te steunen. De heer Tiemersma kan met het voorstel-Jansen niet meegaan, vooal niet, als de voorstellers spreker niet de verzekering kunnen geven dat voor de bestaande kermis die, wat spreker toegeeft, haar bestaansrecht heeft verloren niet wat anders in de plaats treedt. Men heeft het overal, waar de kermis is afgeschaft, gezien; bij de volksvermakelijkheden, die blijven bestaan, laat men de kermis herleven. Van verschillende andere plaatsen is men in den afgeloopen zomer dergelijke din gen te weten gekomen, iets nuttigs blijft niet bestaan, wanneer men daaraan niet een zekere attractie weet te verbinden. Men denke slechts aan de let, het Stadion en aan de Elta. En men kan nader bij huis blijven. Ook in Zwolle is de kermis afgeschaft, maar darvoor is in de plaats getreden een kermesse d'été op een particu lier terrein, geheel aan het oog onttrokken en waar de overheid niet kan komen. Spreker zal maar niet in her haling treden van wat daar is geschied, maar er hebben zich eveneens erge gevallen voorgedaan, de 31-Augus- tus-dag heeft men daar dit jaar ook reeds op 2 dagen gebracht. In Gouda is de kermis voor één zomer afge schaft. Spreker hoorde daar toen stemmen opgaan om den Koninginnedag tot 3 dagen te verlengen. Dergelijke comité's zijn echter in den regel schraal bij kas en er bestaat groote kans dat deze dan subsidie komen vragen uit de gemeentekas. Eigenlijk had men dus te Gouda voor dit geld maar liever een neutraal feest en als Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 27 December 1920. 509 gevolg daarvan is de kermis daar toen weer in eere hersteld. Spreker is er niet voor dat de kermis zal blijven be staan, zooals die hier bestaat; hij wenscht niet dat al die rommel er bij blijft en hij zal er ook niet voor zijn dat deze post van 15,000.per se een ontvangstpost moet blijven. Bij dergelijke dingen dient echter de over heid de leiding in de hand te houden; zij is wel in staat van de bestaande kermis iets anders en beters te maken. We hebben hier bij de kennisdebatten het idee gehad, dat ook sterk opgeld heeft gedaan, om de kermis te veredelen. Er is reeds een commissie tot veredeling der kermis geweest, maar zij is niet ver gekomen; ten slotte is het resultaat geweest dat de kermis met 1 dag is ingekort. Doch de Raad heeft het vorig jaar een beter besluit genomen, dat is de goede richting. Maar daar mee is men nog niet uitgeput, er kan nog meer ge beuren. Hiermede zijn standpunt gemotiveerd hebbende, zal spreker stemmen voor het behouden der kermis. De heer De Vos vraagt of het dan niet mogelijk zou zijn spreker hoopt dat zijn idee niet tot veel debat aanleiding zal geven dezen post voorloopig pro memorie uit te trekken en de zaak nader onder de oogen te zien. Men zou dan de kermis kunnen veredelen zooals in Zaandam. Op het afkeurend geroep naar aanleiding van deze woorden zegt spreker dat hij niet zou weten, waarom dit niet zou kunnen. Hij begrijpt dit niet. 't Is niet de bedoeling om draaimolen en caroussel te weren, er moeten andere dingen worden geweerd. Waarom zou de Raad de zaak niet eens onder de oogen zien en de kermis op een andere wijze inrichten? Spreker stelt voor dezen post pro memorie uit te trekken en de zaak nader onder de oogen te zien. De Voorzitter: Uw voorstel is dan toch dat die post van 15,000.er niet op blijft, maar dat zij voor memorie wordt uitgetrokken. Maar het is toch een post die bepaald verband houdt met de kermis met pacht van staanplaatsen voor caroussels, Corty Althoff, enz. De heer Berghuis (wethouder)Een andere post. De Voorzitter: Dat is dan niet noodig als de heer De Vos er een memorie-post van wil maken. Maar wie zal dat onderzoek moeten doen, wie moet de kermis veredelen? De heer De Vos: Een commissie. De Voorzitter Dan toch niet uit Burgemeester en Wethouders zeker? De heer Jansen meent dat de Raad niet op het idee lot veredeling van de kermis moet ingaan. Als men maatregelen ten opzichte van de kermis wil treffen, kan men ze ook gevoeglijk geheel afschaffen, 't Is hier ook reeds meer dan eens gehoord dat de kermis uit den tijd is geraakt. Ais ze echter niet wordt afgeschaft, zal spreker met een voorstel moeten komen tot droogleg ging. Want anders krijgt men weer een alcoholica-ker- mis. 't Is echter niet meer denkbaar dat de kermis be houden blijft, daarom zal spreker dit voorstel voorals nog niet doen. De Voorzitter wil alleen even opmerken dat men zijn argumenten graag gebruikt, zooals men het wil hebben. Eerst had de politie niet goed toegezien en nu is het weer door toezicht een goede alcoholvrije kermis ge weest. De heer Jansen Ik heb gezegd dat het beter had kunnen zijn. Er is iets bereikt, doch niet genoeg. Inder daad, wanneer een café-houder, die tijdens de kermis café-chantant heeft, verklaart, door de verbodsbepa lingen 1000 kaarten minder te hebben verkocht, dan mag worden gezegd dat „iets" gewonnen is geworden. De heer De Vos wil nog een voorstel doen tot het be noemen van een commissie tot veredeling der kermis. De heer Visser: Tot democratiseering van de kermis! De Voorzitter: Een raadscommissie ad hoe? De heer De Vos: Neen, 't kunnen leden van den Raad wezen, maar ook anderen. De Voorzitter: Wordt dit voorstel ondersteund? De heer Fransen: Ja. De Voorzitter wil het voorstel-Jansen in stemming brengen. De heer Nijholt dacht dat het voorstel-De Vos het eerst in stemming kwam. Dat is volgens spreker het verststrekkende. Als 't voorstel-De Vos in stemming komt kan de heer Jansen tegen stemmen. De Voorzitter: Maar als die 15,000.op de be grooting blijft staan, dan is daarmee uitgemaakt dat de gewone plaatsen op de kermis weer verpacht zullen worden. De heer De Vos: Maar 't kan toch ook even goed dat de post op 't oogenblik voor memorie wordt uitgetrok ken? Mijn voorstel is om een commissie in 't leven te roepen tot veredeling van de kermis. De heer Visser meent dat de Raad nu eerst de zaak goed moet begrijpen, 't Eene voorstel beoogt instand houding van de kermis, 't andere wil afschaffing van de kermis. De heer Jansen wil afschaffing en spreker meent dat diens voorstel meer verstrekkend is dan dat tot het benoemen eener commissie. De beraadslagingen worden gesloten. Het voorstel-Jansen wordt verworpen met 15 tegen 8 stemmen. Vóór stemmen: de heeren Lautenbach, Van der Werff, Dijkstra, Visser, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, de heeren IJ. de Vries, Jansen en Dijstra. Tegen stemmen: de heeren Schaafsma, Tiemersma, Fransen, Zandstra, Tulp, De Boer, mevrouw Besuijen l indeboom, de heeren Van Weideren baron Rengers, Berghuis, O. F. de Vries, Postma, De Vos, Collet, Schoondermark en Nijholt. Aan de orde is het voorstel-De Vos om een commis sie te benoemen tot veredeling van de kermis. De heer Jansen: Wat wordt daarmee bedoeld; een raadscommissie? De heer De Vos: Dat is niet noodig. Er kunnen raads leden in zitting hebben, maar ook anderen. De Voorzitter: Ook kermisleden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1920 | | pagina 21