60.-. 406 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 December 1921. De heer De Boer: Bewaarscholen zijn geen onderwijs inrichtingen. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi halfjaar is wel belangrijk. De beraadslagingen worden gesloten. Het voorstel van den heer Muller wordt met 15 tegen 8 stemmen aangenomen. Vóór stemmen: de heeren Visser, O. F. de Vries, M. Molenaar, Tiemersma, Dijstra, Van der Werff, Koopal, De Boer, Lautenbach, Collet, B. Molenaar, Zandstra, Muller, IJ. de Vries en Dijkstra. Tegen stemmen: de heeren Berghuis, Van Weideren baron Rengers, Tulp, Oosterhoff, De Vos, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, Cohen en Westra. Volgno. 233 wordt onveranderd vastgesteld. Volgno. 234. Jaarwedde van den Ambtenaar be last met den aankoop en distributie van leermiddelen f 700.—. De heer Tulp (wethouder) wil even meedeelen dat door Burgemeester en Wethouders wordt voorgesteld om het salaris van dezen ambtenaar te verhoogen tot 1000.omdat aan dezen werkkring zeer veel werk is verbonden en het instituut heel gunstig werkt op het zuinig beheer en de distributie der leermiddelen. Dit komt doordat het thans in één hand zit. Het wordt al tot meerdere scholen uitgebreid. De zaak werkt heel economisch. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Volgno. 234 wordt in verband daarmee op 1000. uitgetrokken en aldus vastgesteld. Volgnos. 235240 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 241. Subsidie aan het Friesch genootschap voor geschied-, oudheid- en taalkunde f 250. De heer De Boer: Als er één schaap over den dam is, volgen er meer. Het laatste Volgnos. 242249 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 250. Subsidie aan het bestuur der Ver een iging Volksuniversiteit voor Friesland" f 500. De heer Dijstra verlangt over dezen post geen hoof delijke stemming, maar vraagt aanteekening in de notu len dat hij daar tegen is. De heeren Lautenbach, Van der Werff, IJ. de Vries, Westra en Visser sluiten zich hierbij aan. Volgno. 250 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 251259 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 260. Giften aan de armen uit de opkomsten van een aan de gemeente met die bestemming besproken legaat De beraadslagingen worden geopend. De beraadslagingen worden geopend. De heer De Boer heeft verleden jaar bij dezen post zijn critiek laten hooren over den verkeerden toestand aan het Friesch museum. Het verheugt hem nu dat daar naar zijn meening sedert een belangrijke verbetering is gekomen. De raadsleden hebben een afschrift ontvangen van een flinke catalogus en tot zijn genoegen heeft spreker ook gezien dat het aantal dagen, waarop tegen zeer lage entree toegang wordt verleend, belangrijk is toegenomen. Er is thans van het genootschap geen ver zoek om een verhoogde subsidie, maar wanneer dat het geval wel was, gelooft spreker dat de meening van den Raad te dien opzichte wel anders zou zijn als verleden jaar. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 241 wordt onveranderd vastgesteld. De heer Dijstra, daarmede niet willende terugkomen op: Volgno. 240. Subsidie aan de vereeniging „Open bare leeszaal en bibliotheek" 15,100. verzoekt aanteekening in de notulen, dat hij tegen dezen post is. De heeren Lautenbach en Van der Werff sluiten zich hierbij aan. De heer De Vos zegt dat in 1893 aan de ge meente een legaat is vermaakt van 5000. om uit de revenueen daarvan te onderhouden i het graf van den erflater. Nu vindt spreker tel kens op de begrooting weer terug een bedrag, vastgesteld op 2000.waarvan de revenuen worden gegeven aan de algemeene armen. In de sectie heeft spreker gevraagd of dit de bedoeling van den erflater wel kan geweest zijn. Daarop antwoorden Burgemees ter en Wethouders dat het bedrag, onder volgno. 260 uitgetrokken, aan den Armenraad wordt uitgekeerd dat is volkomen waar en dat weet spreker ook wel en dat onderzocht zal worden of deze gelden overeen komstig hun bestemming worden besteed. Spreker zou daarop willen zeggen; daar zal ik als Voorzitter van den Armenraad met de bestuursleden wel voor zorgen. Maar dat is de vraag niet geweest. De vraag is geweest of, waar f 5000.is gegeven, waarvan de revenuen moes ten dienen voor onderhoud van 't graf, terwijl datgene, wat daarvoor niet noodig was, aan de algemeene armen moest worden uitgekeerd, het wel juist is dat hier 2000.is vastgesteld en maar 60.aan de armen wordt uitgekeerd, temeer, waar voor het onderhoud van het graf 90.wordt besteed en men niet weet hoe men dit bedrag op zal krijgen, zoo royaal wordt de bloementuin op het graf aangelegd. Dat kan niet de be doeling van den erflater geweest zijn. De bedoeling van sprekers vraag was niet of het bedrag dat onder volgno. 260 is uitgetrokken wel voor het doel wordt besteed, maar of van het bedrag van 90.niets overschiet, wat bij die 60.— kan worden gevoegd en of dat niet de wil van den erflater is. Spreker zou willen weten wat daaromtrent in het testament staat. Waar op geen stukken na jaarlijks 90.voor het graf noo dig is, zou de Armenraad aanspraak kunnen hebben op meer dan 60.Daarom is het antwoord van het col lege geheel onvolledig. De heer Berghuis (wethouder) zegt dat het antwoord van Burgemeester en Wethouders zelfs heel volledig is, misschien nog vollediger dan de heer De Vos had ge- wenscht. De heer De Vos haspelt echter twee dingen door elkaar: ten eerste de zinsnede omtrent het bedrag van 60.en ten tweede of aan de bestemming in het testament uitvoering wordt gegeven. Op 't oogenblik is de zaak bij de archivaris in onderzoek om het re sultaat daarvan aan den Raad over te leggen. Burge meester en Wethouders hebben er geen oogenblik over gedacht of de Armenraad die 60.— wel goed besteedt, maar doelden hier op de bestemming, welke is geregeld in het testament. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 December 1921. 407 Den heer De Vos doet het genoegen dat deze uit legging aan het antwoord wordt gegeven. Hij weet nu dat Burgemeester en Wethouders ook willen, zooals hij heeft gevraagd, maar hij heeft dat niet uit het antwoord kunnen lezen en anderen met hem ook niet. Men kan daarmee twee kanten uit. Maar spreker heeft nu een heter en vollediger antwoord kunnen uitlokken. Hij dankt het college voor de gegeven inlichtingen en zal verder de inlichtingen afwachten, die zullen worden meegedeeld. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 260 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 261264 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 265. Kamer van koophandel en fabrieken f ÏOOO.—. De Voorzitter merkt op dat deze post door het college wordt teruggebracht tot 300. 1 fe De beraadslagingen worden geopend. De heer De Boer weet geen andere plaats, waarbij hij de volgende opmerking kan maken. In de Memorie van Antwoord hebben Burgemeester en Wethouders gezegd dat het treinverkeer in deze provincie hun volle aandacht heeft. Toch zou spreker Burgemeester en Wethouders willen verzoeken om, wanneer de zaak eens weer ter sprake komt, het verkeer op Zondag mede eens onder de oogen te zien. Het verkeer op Zondag is onge lukkig, terwijl het gevolg daarvan ook nog wel is, dat het personeel op dien dag nog veel meer dienst heeft dan op andere dagen bij gewonen volledigen dienst. Zoodat de Zondag in dit opzicht heelemaal niet aan zijn bestemming beantwoordt. voorloopig op het tweede plan is gebracht, omdat andere dingen voorgaan. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi: Dat is heel erg jammer. De Voorzitter: We kunnen niet alles tegelijk doen. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi zegt dat er nu al 2 jaar lang op wordt gewacht. De zaak behoeft niet veel geld te kosten en heel veel ouders kunnen van voorlich ting worden gediend bij de beroepskeuze hunner kin deren. Er zijn al heel veel jongelui verongelukt of niet terecht gekomen, doordat de keuze van hun beroep niet in overeenstemming is geweest met hun aanleg, ge zondheid, enz. Er behoort daarom een deskundige com missie te zijn, die de ouders in dat opzicht kan voorlich ten. 's Is een ding van heel veel belang in den tegen- woordigen tijd. Spreekster heeft er vorige jaren al telkens op aangedrongen en doet dat nu weer in het volle vertrouwen, dat nu eindelijk dit jaar een voorstel van het college zal komen tot het instellen eener com missie voor de beroepskeuze. De Voorzitter doet toezegging dat het punt eerst daags op de agenda van Burgemeester en Wethouders zal komen. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi: Weer een kluitje! De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 266 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 267277 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 278. Rente van geldleeningen f 441,622. De Voorzitter zegt dat door het college ook reeds ernstig op de dienstregeling op Zondag is gewezen, niet zoozeer ter wille van het personeel als ter wille van Leeuwarden en zijn ingezetenen. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 265 wordt op 300.uitgetrokken en aldus j vastgesteld. Volgno. 266. Gemeentelijke arbeidsbeurs f10,520. De beraadslagingen worden geopend. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi leest in de Me morie van Antwoord van Burgemeester en Wethouders: „Voor zoover zij weten is geen toezegging aan den Raad gedaan omtrent het instellen eener commissie voor de beroepskeuze". Er is dus geen toezegging gedaan, maar er staat ook in de Memorie van Antwoord dat de zaak nog bij Burgemeester en Wethouders in behande ling is, maar dat zij er direct nog niet mee kunnen komen. Voor 2 jaar is echter ook bij de begrooting door den heer Schoondermark gezegd, dat hij spreeksters wenk tot het instellen eener commissie voor de beroeps keuze ter harte zou nemen. En vanmorgen heef# spreek ster ook twee zulke halve toezeggingen gekregen. Zij zou nu echter bij Burgemeester en Wethouders willen aandringen om te komen met een voorstel tot het in stellen eener commissie voor de beroepskeuze. De Voorzitter kan namens Burgemeester en Wethou ders meedeelen dat het advies hieromtrent is ingeko men en dat Burgemeester en Wethouders hierover ook reeds een vergadering hebben gehad, maar dat de zaak De beraadslagingen worden geopend. De heer Oosterhoff zegt dat het den Raad misschien eenigszins zal verwonderen dat hij hier het woord heeft gevraagd. Hij wenscht dat hier te doen, niet omdat aan de uitgaven onder dit volgno. en onder volgno. 279 iets te veranderen valt. Hij wil niet spreken over de daarin genoemde cijfers, omdat die toch vast staan. Maar dit en het volgende punt der begrooting staan in ver band met de schulden der gemeente en nu meent spre ker wel dat het goed is, de aandacht van den Raad eens in 't bijzonder te vestigen op die schulden der gemeente. Die schuld is sinds 1917, dus in een tijd van 5 jaren, toegenomen met 6,450,000.en voor rente en aflos sing van het totaal bedrag aan schuld moet thans jaar lijks worden betaald 650,000.d. w. z. 20 of y5 deel van het geheele budget der gemeente. De gewone ontvangsten en uitgaven niet de bijzondere er bij komen in totaal tot een bedrag van 3,160,000.zoo dat dus het aan rente en aflossing te betalen bedrag ruim 20 daarvan bedraagt. Dat is een last, die gedu rende een reeks van jaren de gemeente blijft drukken en iedere verhooging, die er bij komt, blijft eveneens een reeks van jaren drukken. Nu heeft spreker straks bij den aanvang al gezegd dat het aanbrengen van bezui niging ontzettend moeilijk is, ten minste als die bezui niging werkelijk van eenige beteekenis zal zijn. Men kan van eenige uitgaafposten wel een 1000.afhalen, maar een bezuiniging van beteekenis is dit niet. Het blijft steeds moeilijk om in het groot te bezuinigen. Wil men dus zorgen dat de lasten der gemeente niet druk kender worden, dan moet de Raad vooral zorgen dat er niet meer wordt geleend dan absoluut noodig is. Spreker heeft een paar jaar geleden hij wil er nu hiermee niet weer op terug komen een voorstel gedaan, waaruit bleek dat het zijn innige overtuiging was, dat de raads-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1921 | | pagina 22