372 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 December 1921. De heer Oosterhoff: Is dat wel juist dat deze post ook met die 5000.wordt verminderd? Ik dacht dat dit geld was voor den buitengewonen dienst. De Voorzitter: De post is nu voor Memorie uitge trokken, maar zit hier nog onder. Anders hebben we 5000.over. De bedoeling is dat er 5000.— voor wordt besteed. Volgno. 1 wordt met 14,900.verminderd en dienovereenkomstig vastgesteld. Volgnos. 219 worden onveranderd vastgesteld, waarna het totaal der Inkomsten met 14,900.wordt verminderd (volgno. 1) en aldus vastgesteld. De geheele begrooting wordt, met inachtneming van de wijzigingen der Uitgaven en Inkomsten, vastgesteld. Aan de orde is de ontwerp-begrooting der Gemeen telijke gasfabriek (bijlage no. 3). Wordt overgegaan tot artikelsgewijze behandeling. Aan de orde zijn de Lasten. Volgno. 24. Steenkolen 565,288.15. De beraadslagingen worden geopend. De heer Collet: De prijs van de kolen staat wel een beetje hoog met 35.71 per ton. Ik vermoed dat we ze het volgend jaar wel goedkooper zullen koopen. De heer Dijkstra (wethouder) zegt dat de opmerking van den heer Collet wel juist is. De kosten van 35.71 per ton, die hier momenteel zijn geraamd, zijn echter wel eenigszins te verklaren. Wanneer op het oogenblik de kostenberekening plaats had dan zou dat cijfer zeker lager zijn. Maar de begrooting van de gasfabriek is al op 2 Augustus ingediend. De directeur heeft dus zijn overzicht voor dien tijd moeten maken en kon toen met de tegenwoordige prijzen geen rekening houden. Om streeks Januari kostten de kolen nog 40.a 45. en eerst na Augustus zijn ze tegen een belangrijk lageren prijs gekocht. Daar is natuurlijk geen rekening mee gehouden. In zooverre kan spreker heel goed de ge maakte opmerking begrijpen, maar ook kan hij de ra ming hier begrijpen als hij weet hoe de stand was voor Augustus. De heer Oosterhoff wil een enkele vraag doen. In de omschrijving van den post staat: „Hieruit volgt dat be- noodigd zijn c.a. 15,830 ton steenkolen, welke een uit gaaf zullen vorderen van 565,289.30". Terwijl het bdrag, dat is uitgetrokken, 1.15 minder is. Het is spreker niet duidelijk kunnen worden, waarin dit zit. Wanneer er 1.15 minder staat, kan men ook moeilijk aannemen dat het een schrijffout is. De Voorzitter denkt dat de Raad wel geen bezwaar zal maken om beide cijfers te laten staan, om drukwerk te voorkomen. Laat de heer Oosterhoff, als hij een oogenblikje tijd heeft, het nog eens nakijken, 't Is misschien mogelijk dat er een kleine vergissing is be gaan, dat lijkt spreker de oplossing. Laat men anders voor het cijfer 565,289.30 zetten c.a. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 24 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 2527 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 28. Arbeidsloonen, zieken- en verlof- gelden 167,325.73. De beraadslagingen worden geopend. De heer Lautenbach wijst op den bij de gasfabriek jaarlijks terugkeerenden post voor overuren. Hij zou willen weten of de wethouder toezegging kan doen dat, behalve in heel noodzakelijke gevalen, dit kan worden voorkomen. Overigens is dit een post die aanleiding geeft tot zeer veel onaangenaamheden en ook komt het dikwijls voor dat het den schijn heeft dat daarin door bijzonder begunstigden wordt gedeeld. Kan de post niet verdwijnen dan is er óf gebrek aan personeel, öf de regeling is niet in orde. Maar spreker zou graag zien dat door den wethouder in die richting werd gewerkt, anders wordt deze post een bron van onaangenaam heden. De heer Dijkstra (wethouder) kan antwoorden dat het ook zijn aandacht heeft getrokken: het maken van een niet klein getal overuren. Dit heeft spreker aanlei ding gegeven, om met kennis van zaken te kunnen oor- deelen, hem alle weken een staat te doen toekomen van de gemaakte overuren. Zoo langzamerhand zal hij dan een overzicht krijgen van den gang van zaken. Het spreekt vanzelf dat aan een dergelijke fabriek overuren gemaakt moeten worden, maar spreker is het met den heer Lautenbach eens, dat dit zooveel mogelijk beperkt moet worden. Daaromtrent kan hij wel toezegging doen. De heer Oosterhoff vraagt waarom de post voor zie kengelden zooveel hooger is geraamd. Deze bedraagt ongeveer 4 maal zooveel als vroeger; dat kan toch niet zitten in de toeneming der loonen. Die post wordt nu geraamd op 11,772.Dit lijkt spreker een bijna onverklaarbaar verschil. De heer Collet: Er staat een 1 te veel in. De Voorzitter: Ja, er staat een 1 te veel in, dat is een drukfout. De 1 voor de komma moet vervallen, 't moet 1772.19 wezen. (De heer Oosterhoff merkt nog ten aanzien van volgno. 24 op dat hij zich heeft gekweten van de vereerende opdracht van den Voorzitter, door de cijfers nog eens te vermenigvuldigen, riet bijlkt hem dat het eindcijfer moet zijn 9.30. De heer Berghuis (wethouder): Laten we dan 8.15 houden, anders moeten we om dien gulden alles om werken). De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 28 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 2940 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 41. Een storting in het reservefonds, bere kend volgens de bepaling van artikel 27 der verorde ning Memorie. De beraadslagingen worden geopend. De heer Oosterhoff merkt op dat hier de post storting in het reservefonds voor Memorie wordt uitgetrokken, omdat het fonds is volgestort. Nu is dit volkomen waar, wanneer de waarde van het fonds wordt beoordeeld naar de aankoopwaarde of de nominale waarde van de beleggingen. Maar in de verordening staat er niets van aangegeven op welke wijze de waarde van het reserve fonds moet worden berekend. Nu meent spreker dat het voor de hand ligt, dat, wanneer men de effecten uit het fonds wisselt tegen de waarde van het oogenblik, men Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 December 1921. 373 dan lang niet zooveel ontvangt als thans wordt voor gesteld, omdat de koers van de effecten al gedurende een reeks van jaren aanmerkelijk naar beneden is ge gaan. Het is dus eigenlijk met betrekking tot het reserve fonds omdat dit op een gegeven oogenblik gereali seerd moet kunnen worden geen voorzichtige poli tiek, die hier wordt voorgesteld. Spreker zou in de verordening willen zien voorgeschreven dat als waarde bepaling moet gelden de waarde van het oogenblik. Men kan dan een volgend jaar, als de koers weer is gestegen, de rest, die boven de 200,000.aanwezig is, in het bedrijf storten. Het fonds moet op een gegeven oogenblik gerealiseerd kunnen worden; zooals het nu is zou men op een gegeven oogenblik zeggen: we heb ben 2 ton, maar bij verkoop van de effecten zou blijken dat het fonds lang die waarde niet had. Het staat niet in de verordening welke maatstaf men moet aannemen, maar het wil spreker logisch voorkomen dat men de waarde op den 31 December van het jaar aanneemt. De heer Berghuis (wethouder) zegt dat het maar de kwestie is, welk standpunt men inneemt. Burgemeester en Wethouders hebben bij het aanbieden van de be grooting bij dezen post gemeend geheel de lijn van den Raad te volgen, omdat bij vroegere besluiten ook werd goedgevonden dat het meerdere, dat in het reservefonds aanwezig was, aan de gemeente werd uitgekeerd tot het doen uitvoeren van buitengewone werken. Nu staan zij weer op hetzelfde standpunt, daarin is niets veran derd. Er is nu gerekend naar het oordeel van den Raad goed te handelen door dit geld te besparen op de pro ductiekosten. De heer Oosterhoff zal geen voorstel doen, maar wil zijn denkbeeld ter overweging aan Burgemeester en Wethouders aanbevelen. Hij meent dat het iets voor zou hebben, dit toe te passen. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 41 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 4151 worden onveranderd vastgesteld, waarna het totaal der Lasten wordt vastgesteld. Aan de orde zijn de Baten. Volgnos. 16 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 7Ontvangsten wegens te leveren cokes 114,048.75. De beraadslagingen werden geopend. De heer Cohen: Is het de bedoeling om het volgend jaar de kosten voor het bezorgen van cokes met 5 cent te verhoogen? Als ik mij niet vergis zijn die kosten thans 15 cent en hier staat, onderaan in de omschrij ving van volgno. 7, aangegeven 25 cent. De heer Dijkstra (wethouder) zegt dat de werkelijke kosten, die in rekening worden gebracht, zijn 15 cent per H.L. Hij wil er echter de aandacht op vestigen dat deze post er ook al op stond en dat, nadat de begrooting was opgemaakt, in de bezorging van de cokes een be langrijke wijziging is gekomen. De heer Cohen heeft gelijk, hier staat 20 cent. Hoe de directeur daaraan gekomen is, weet spreker niet, waarschijnlijk doordat de expeditie nog minder goed geregeld was. Wanneer de expeditie zoo is, dat telkens weer enkele menschen uit hun werk moeten loopen, dan zal het bezorgloon wel op 20 cent komen. Maar nu die dienst is gereorganiseerd kan het gemakkelijk voor 15 cent. De heer Cohen: Dan zal die post toch met 375. moeten worden verminderd. De Voorzitter: Doet U dat voorstel? De heer Cohen: Ik kan wel niet anders. Als het eens een tegenvaller wordt. Maar 't kan ook zijn dat er meer cokes wordt bezorgd. De Voorzitter: Dan doen Burgemeester en Wethou ders het voorstel om er 10,000 H.L. a 0.15 van te maken. Handhaaft U Uw voorstel? De heer Cohen: Neen, dan niet. De beraadslagingen worden gesloten. De Raad maakt geen bezwaar tegen deze wijziging in de omschrijving van den post. Volgno. 7 wordt overigens onveranderd vastgesteld. Volgnos. 820 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 21. Revenuen van het reservefonds Memorie. De beraadslagingen worden geopend. De heer Oosterhoff merkt op dat deze post voor Me morie wordt uitgetrokken, uit overweging dat het leservefonds aan de gemeente wordt uitgeleend en er omtrent rentevergoeding geen bepaling is gemaakt. Dat is echter maar gedeeltelijk waar, omdat een deel van het reservefonds in effecten is belegd, wat men in den staat achter in de begrooting kan vinden. Deze effecten doen toch rente, welke toch ook moet worden verant woord? Misschien komt die verantwoording wel in de begrooting voor, maar spreker heeft ze niet kunnen vinden. Als het onbelegde gedeelte al aan de gemeente wordt uitgeleend, dan doet de rest toch nog wel rente en spreker heeft niet gezien dat die rente onder de ont vangsten voorkomt. De Voorzitter adviseert dit volgno. even aan te hou den, opdat wethouder Berghuis de kwestie even kan nazien. Dienovereenkomstig wordt besloten. Volgnos. 22 en 23 worden onveranderd vastgesteld. De vaststelling van het totaal der Baten en van de geheele begrooting wordt in verband met volgno. 21 aangehouden. Aan de orde is de ontwerp-begrooting van het Gemeentelijk electriciteitbcdrijf (bijlage no. 4). De beraadslagingen worden geopend. De heer Oosterhoff zou hierbij wel in het algemeen een vraag willen doen. Hij heeft bij deze begrooting en bij verschillende andere begrootingen niet gevonden den post „Aandeel in de algemeene onkosten der ge meente", welke post wel voorkomt in de begrooting van de gasfabriek. De Voorzitter: Hier is een winstuitkeering. De heer Oosterhoff zou toch zeggen dat dit niet een juist standpunt is. Men dient eerst een aandeel in de algemeene onkosten der gemeente van het bedrijf te vorderen en dan kan men nog zien wat er overblijft als winstuitkeering. Wanneer men het doet voor het gas bedrijf dan geldt dat ook voor ieder ander bedrijf. Spreker meent dat door alle bedrijven moet worden bijgedragen in de algemeene onkosten der gemeente, zij moeten daar alle in deelen. Het moet niet een kwestie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1921 | | pagina 5