b. hebben benoemd tot 2en klerk aan de gemeente
lijke gasfabriek J. W. Brinkhof, alhier;
420 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 December 1921.
De aanbeveling luidt als volgt:
1. Mr. J. A. Stoop.
2. Mr. C. W. Stheeinan.
3. Mr. J. L. van Sloterdijck.
Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden be
handeld.
6. schrijven van A. Limburg, dat hij de benoeming
tot lid van de Commissie van toezicht op het Middel
baar Onderwijs aanneemt.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
7. adres van de afdeeling Leeuwarden van den
Bond van Nederlandsche onderwijzers om vast te stel
len eene regeling betreffende de uitbetaling van de
salarissen der leerkrachten bij het vervolgonderwijs in
geval van ziekte en daarbij de rijksregeling bij het lager
onderwijs te volgen.
Wordt bij de desbetreffende stukken gevoegd.
8. adres van het comité ter bevordering van genees
kundig onderzoek voor het huwelijk om aan hen, die
huwelijksaangifte doen, door den ambtenaar van den
Burgerlijken Stand een exemplaar van een propaganda
geschrift van dat comité te doen uitreiken.
Wordt voorgesteld het adres in handen te stellen
van Burgemeester en Wethouders ter afdoening.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Muller zou naar aanleiding van dit adres er
bij Burgemeester en Wethouders op willen aandringen
om een gunstige beslissing te nemen ten opzichte van
deze kwestie. Hij acht dit een vrij belangrijke zaak en
zou er voor wezen dat Burgemeester en Wethouders
vandaag of morgen bij den Raad kwamen om deze
vereeniging te subisidieeren.
De Voorzitter: Ik zal Uw verzoek bij Burgemeester en
Wethouders overbrengen en dezen zullen het in ernstige
overweging nemen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Punt 8 wordt in handen gesteld van Burgemeester en
Wethouders ter afdoening.
9. adres van den Bond van Werklieden in Overheids
dienst, afdeeling Leeuwarden, om het loon van de
werklieden in dienst bij de gemeentelijke waterleiding
in overeenstemming te brengen met de loonregeling der
andere gemeentewerklieden.
De Voorzitter deelt mede dat deze zaak in bewerking
is en spoedig haar beslag kan krijgen. Het concept is
klaar.
10. rapport der commissie voor de gemeente-reini
ging omtrent de verplaatsing van het aschland.
Wordt gedrukt als bijlage tot het raadsverslag en bij
de leden rondgezonden om in een volgende vergadering
te worden behandeld.
11. dat Burgemeester en Wethouders:
ci. ingevolge artikel 77 der Gemeentewet voor het
jaar 1922 den in jaren oudsten aanwezigen wethouder
hebben aangewezen, om den Burgemeester bij onge
steldheid, afwezigheid of ontstentenis te vervangen;
c. bij openbare inschrijving hebben verhuurd van
1 Januari 19221 Januari 1927 het perceel gardeniers-
land Achter de Hoven, kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden, sectie G no. 7319, aan J. Bosma te Schin-
gen voor 120.per jaar;
d. in erfpacht hebben uitgegeven eene oppervlakte
van pl.m. 972 M2. van bouwblok Q der terreinen tus-
schen Groningerstraatweg, Cambuursterpad en Kalver-
dijkje aan K. Posthumus en J. Stelma alhier, waarde
pl.m. 17,776.jaarlijksche erfpachtsom 466.56.
12. dat sinds de laatste opgaaf fop 25 Januari 1921)
door onderscheidene belastingschuldigen aan te weinig
geheven plaatselijke directe belasting naar het inkomen
is bijbetaald een bedrag van 21,396.43.
De punten sub Hen 12 worden voor kennisgeving
aangenomen.
De heer M. Molenaar heeft niet gehoord dat de Voor
zitter heeft voorgelezen de mededeeling omtrent de op
neming van de boeken en kas van de gasfabriek. Spre
ker zou daarover wel even het woord willen hebben,
De Voorzitter merkt op dat het is voorgelezen. Hij
doet opnieuw lecture daarvan (punt 3)
De beraadslagingen worden geopend.
De heer M. Molenaar zegt dat bij de kasopneming
aan de gasfabriek de verificateur heeft aangeteekend,
dat daar was een kwitantie betreffende een voorschot
aan Schalkwijk, ten bedrage van 400.Kunnen Bur
gemeester en Wethouders ook meedeelen met welk doel
dit voorschot is gegeven?
De Voorzitter deelt namens Burgemeester en Wet
houders mede dat het college de bespreking van deze
zaak liever wenscht aan te houden tot in de besloten
zitting. Spreker vraagt of de Raad bezwaar heeft om
het punt, als straks in besloten zitting wordt overge
gaan, te behandelen.
De beraadslagingen worden gesloten.
De Raad maakt hiertegen geen bezwaar, zoodat dien
overeenkomstig wordt besloten.
II. Wordt ter tafel gebracht:
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het
op verzoek eervol ontslag verleenen aan:
mej. C. O. Schönfeld als hoofd van gemeenteschool 3.
mej. A. E. W. Jansen als onderwijzeres aan school 3.
mej. R. de Vos als anderwijzeres aan school 13.
O. Braaksma, onderwijzer school 1.
K. Fokkema, P. van der Molen, G. Steegstra, onder
wijzers school 4.
A. Okkinga, onderwijzer school 7.
J. Brandenburg, 8.
K. Venema, 9.
Th. van der Veen, 11.
2. Alsvoren tot overplaatsing van onderwijzend per
soneel aan scholen voor lager en uitgebreid lager on
derwijs.
3. Alsvoren tot verlenging van den termijn van aan
neming van onderscheidene onderhoudswerken der ge
meente.
4. Alsvoren om hun een crediet te verleenen voor
de verbouwing van het perceel Wissesdwinger no. 62
tot woning van den concierge van het gymnasium.
5. Alsvoren tot vaststelling van eene verordening
op de heffing van 100 opcenten op de vermogensbelas
ting (bijlage no. 60).
6. Het 8e suppletoir kohier van de plaatselijke
directe belasting naar het inkomen, dienst 1919.
De punten sub 16 hebben ter visie gelegen om nog
heden te worden behandeld.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
vaststelling van eene verordening voor de gemeentelijke
Hoogere Burgerschool met daarop aansluitende dag
handelsschool en van eene verordening op de bezoldi
ging van het onderwijzend personeel.
8. Alsvoren tot wijziging der salarisverordening 1919.
De stukken sub 7 en 8 worden gedrukt als bijlagen
tot het raadsverslag en bij de leden rondgezonden om
te zijner tijd te v/orden behandeld.
9. Alsvoren tot het aanvaarden der garantie van
Kingma's Bank dat de in 1919 aangegane geldleening
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad
a 5 groot 1,000,000.blijft doorloopen tegen
6 van 1 Juni 19221 Juni 1925.
De Voorzitter zou dit laatste punt heden wel monde
ling willen aanbrengen.
Zooals den Raad bekend is en spreker mag het
nog wel even memoreeren is in 1919 met Kingma's
Bank aangegaan een geldleening van 1,000,000.— a
5 welke leening aflosbaar is na 3 jaar en zoodoende
loopt tot 1 Juni 1922. Thans is er een aanbieding van
dezelfde Bank om de 5 leening, welke de gemeente
in 1919 met haar heeft gesloten, te laten doorloopen,
mits (en hier citeert spreker uit het schrijven der Bank)
,,de gemeente besluit de rente dier leening met
1 te verhoogen en te brengen op 6 gedurende
de eerstvolgende 3 jaar, aanvangende 1 Juni 1922,
de betrekkelijke coupons worden afgestempeld of
op andere wijze, in overleg met ons, den houders
mededeeling wordt gedaan van de renteverhooging
c. q. met- of zonder aanteekening op de stukken,
de gemeente bereid is voor onze rekening deposito
kwitanties af te geven voor die stukken, waarvan de
houders absolute aflossing wenschen, waardoor de
mogelijkheid voor ons geschapen wordt terstond tot
herplaatsing dier stukken over te gaan, zonder 1 Juni
1922 af te wachten, de risico voor het afwachten van
dien datum zou ons anders te groot zijn.
Deze garantie wordt door ons verstrekt tegen s/8
provisie over het geheele, thans nog uitstaande
bedrag der leening.
Voorts deelen wij U mede bij den Minister van
Financiën bezig te zijn met informeeren of aanleiding
tot het opnieuw heffen van Effectenzegel bestaat.
Persoonlijk zijn wij van meening dat in dit geval géén
herhaalde zegeling noodig is."
Ondertusschen is van den Minister bericht ingeko
men dat, indien op de stukken zelf niet door afstempeling
van de verandering van den rentevoet melding is ge
maakt, geen nieuwe zegeling noodig is.
Burgemeester en Wethouders stellen nu voor, waar
zij van verschillende kanten zijn overtuigd, dat deze
aanbieding zeer acceptabel is, het aanbod te aanvaar
den. Anders zal het gevolg zijn dat de leening op 1 Juni-
1922 zal zijn afgeloopen en er dan toch weer een nieuwe
geldleening zal moeten komen, omdat de gemeente deze
1 millioen'niet kan missen. Het wordt thans een 6
leening, terwijl enkel als kosten verschuldigd zal zijn
s/g provisie. Daarom stelt het college voor op dit
aanbod in te gaan.
Dat de zaak thans mondeling is aangebracht, berust
op een klein misverstand, anders was zij zeer zeker
schriftelijk aangebracht. Bovendien is de wethouder van
Financiën ongesteld. Spreker heeft nog getracht hem
telefonisch te bereiken maar ook dat is hem niet gelukt.
Waar nu de voorlaatste coupon van de obligaties op
1 Januari vervalt, moet Kingma's Bank voor dien tijd
weten of de leening zal doorloopen om dit thans ook
aan de obligatiehouders mede te deelen. Anders hebben
dezen misschien op 1 Juni al een andere bestemming
aan hun geld geven en eischen zij dit dan op.
Burgemeester en Wethouders stellen dus voor dat ten
aanzien van deze leening worde besloten overeenkom
stig den brief, die van Kingma's Bank is ingekomen.
Dienovereenkomstig wordt met algemeene stemmen
besloten.
III. De Voorzitter kan nog meedeelen dat van de
heeren Zandstra, Lautenbach, Visser en Dijstra is inge
komen het volgende voorstel:
„Ondergeteekenden stellen voor de raadsvergade
ringen te houden op den len en 3en Dinsdag der
maand."
Op voorstel van den Voorzitter besluit de Raad het
van Leeuwarden van Dinsdag 27 December 1921. 421
voorstel, dat vreemd is aan de dagorde, in overweging
te nemen.
Naar den Voorzitter door de voorstellers mondeling
is meegedeeld, is het voorstel een uitvloeisel hiervan,
dat de Statenvergaderingen steeds op dezelfde dagen
vallen als de raadsvergaderingen. Zooals men 't vorige
jaar heeft meegemaakt, komt het zoodoende voor, dat
de heeren Staten-raadsleden hier of daar mankeeren, of
dat zij van de eene vergadering naar de andere moeten
overvliegen.
Omdat spreker nu heeft gehoord dat de volgende
vergadering van Provinciale Staten over 14 dagen zal
vallen en omdat de volgende raadsvergadering ook over
14 dagen zou vallen en de Raad ook pas een week ge
leden vergadering heeft gehad, zou hij willen voorstellen
in Januari alleen een vergadering te houden op den 3en
Dinsdag en ondertusschen het voorstel van de heeren
in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders
om prae-advies, welk voorstel zal moeten worden be
schouwd als een voorstel tot wijziging van het Regle
ment van Orde. Burgemeester en Wethouders kunnen
zich dan op de hoogte stellen of de voorgestelde wijzi
ging werkelijk doel zou treffen, zoo, dat een combinatie
van bedoelde vergaderingen er voortaan mee zou wor
den vermeden. Ter voorkoming van alles wil spreker
nu voorstellen de eerstvolgende vergadering te houden
op den 3en Dinsdag in Januari; dan zal de raadsver
gadering niet samen treffen met de Statenvergadering,
tenzij deze ook over 3 weken mocht plaats hebben.
Spreker vraagt of de Raad tegen deze regeling en tegen
het uitbrengen van prae-advies op het voorstel door
Burgemeester en Wethouders bezwaar heeft.
De Raad maakt hiertegen geen bezwaar.
De Voorzitter stelt dan vast dat de eerstvolgende
raadsvergadering zal vallen op den derden Dinsdag in
Januari, "waartoe met algemeene stemmen wordt be
sloten.
IV. De Voorzitter zou nog een paar punten monde
ling willen aanbrengen. Hij heeft bij zich gehad de
heeren van het bestuur van de tentoonstelling van ras
konijnen, kippen enz., welke tentoonstelling zou worden
gehouden in het afrekenlokaal van de Beurs. Door dezen
werd hem meegedeeld dat is gebleken dat het aantal
inschrijvingen zoo reusachtig groot is geworden dat,
al zet men de kooien ook 3 hoog op elkaar, zij er toch
niet allen in kunnen. Daarom zou spreker namens Bur
gemeester en Wethouders willen voorstellen dat het
raadsbesluit tot het afstaan van de Beurs voor genoemde
tentoonstelling zoo wordt gewijzigd dat voor „het af
rekenlokaal" wordt gelezen „de Beurszaal". Daar is
meer plaats en, waar het zich Iaat aanzien dat het een
belangrijke tentoonstelling zal worden, zal deze daar
dus meer tot haar recht komen. Men komt er niet mede
in conflict met het gebruik van de Beurs op Vrijdag.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
V. De Voorzitter wil als derde mondeling aan te bren
gen punt den Raad nog verzoeken achterna er zijn goed
keuring te hechten, dat door Burgemeester en Wet-
houdeis in openbare veiling is aangekocht het perceel
met tuin, plaatselijk gekwoteerd Droevendal no. 1.
Het perceel is gekocht voor den prijs van 15,678.
de kosten van overname bedragen 250.Door Bur
gemeester en Wethouders wordt thans 's Raads goed
keuring op dien koop gevraagd en een crediet voor de
kosten, om dan het besluit aan de goedkeuring van
Gedeputeerde Staten te onderwerpen.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Lautenbach zou graag willen weten welk
huis dat is. Waar staat dat?