28 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Februari 1923.
De aanbeveling luidt als volgt
W. de Vries, leeraar M. O., alhier.
Wordt benoemd W. de Vries voornoemd met alge-
meene stemmen.
2 (Agenda no. 3). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan F. Hoeksma te Snakkerburen en
F. Tiemersma alhier in erfpacht af te staan een per
ceel bouwterrein aan de zuidzijde van de Fonteinstraat.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij Uw besluit van den 12 September 1922 no.
368r/248 werd o. m. aan F. Hoeksma te Snakkerburen
en F. Tiemersma alhier in erfpacht afgestaan een plek
bouwterrein aan de Fonteinstraat, gelegen ten noorden
van het gemeentelijk sportterrein aldaar. De genoemde
personen wenschen thans een perceel bouwterrein, ge
legen onmiddellijk naast en ten westen van het voor
melde sportterrein, in erfpacht te ontvangen. Wij hebben
de belanghebbenden met de voorwaarden van even-
tueelen afstand in kennis gesteld. Ze zijn dezelfde als
zijn gesteld in het bovenbedoelde raadsbesluit. De be
langhebbenden verklaarden zich daarmee te kunnen
vereenigen. De Directeur der gemeentewerken heeft,
blijkens zijn overgelegd advies, geen bezwaar tegen deze
uitgifte in erfpacht.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
aan F. Hoeksma te Snakkerburen en F. Tiemersma
alhier tot 31 December 1990 in erfpacht af te staan een
gedeelte van het perceel kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden Sectie D no. 1753 aan de Fonteinstraat,
gelegen onmiddellijk naast en ten westen van het reeds
aan hen in erfpacht afgestane terrein aldaar, als op een
bijbehoorende situatieteekening is aangeduid, ter diepte
van 30 M. en ter breedte van 19.80 M., alzoo groot
ongeveer 594 M2., zulks op de volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een waarde van
9.per M2. en een rentevoet van 6 per jaar
2. de rooilijn ter plaatse wordt 5.40 M. uit den ach
terkant van het trottoir aan de Fonteinstraat en 2.70 M.
uit den achterkant van het trottoir van de straat, welke
onmiddellijk naast en ten westen van het bedoelde
bouwterrein zal worden aangelegd
3. de erfpachters zorgen voor de plaatsing van een
schutting van 2 M. hoogte aan de zuidzijde van het
aangevraagde terrein en houden die schutting steeds in
goeden staat, een en ander ten genoegen van Burge
meester en Wethouders
4. de erfpachters moeten gedoogen, dat de gemeente
desverlangd op een afstand van minder dan 2 M. van
de sub 3 genoemde schutting op haar terrein boomen
doet planten;
5. de erfpachters doen afstand van de rechten, hun
toegekend in artikel 714 van het Burgerlijk Wetboek
ten opzichte van de sub 4 bedoelde boomen, die op het
terrein, dat aan de gemeente toebehoort, staan
6. voor den afstand van het terrein zijn verder van
toepassing voorzoover mogelijk en niet in strijd met
het bovenvermelde de bepalingen betreffende de uit
gifte van bouwterrein, gelegen tusschen Oostersingel en
Cambuursterpad en toebehoorende aan de gemeente
Leeuwarden.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
De heer Tiemersma onthoudt zich, op grond van het
bepaalde bij art. 46 der Gemeentewet, van stemming.
3 (Agenda no. 4). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om te bekrachtigen den aankoop in openbare
veiling van de perceelen Turfmarkt nos. 4 en 6 en om
Burgemeester en Wethouders te machtigen tot amotie
van het huis aan de Turfmarkt, hoek Handelskade enz.
Dit voorstel luidt als volgt
De aankoop van de vier perceelen aan de Handels
kade, de Voorstreek en de Turfmarkt, waartoe ons
college in de geheime raadsvergadering van 13 dezer
gemachtigd was, heeft den 15 daaraanvolgende zijn
beslag gekregen, zoodat de gemeente voor de som
van 38.258.(- 150.voor overname eigenares
is geworden van voor de verkeersverbetering ter plaatse
zeer waardevolle panden. Hoewel ongetwijfeld de ver-
breede Handelskade op den duur aangewezen is om een
deel van het verkeer van den Groninger- naar den Over-
ijselschen straatweg op te nemen, kunnen, waar hiertoe de
Meelbrug eene geheele verandering zal moeten ondergaan,
niet dadelijk plannen tot die verbreeding*) worden inge
diend. Iets anders is het echter om het aan de Handels
kade gelegen perceel reeds terstond af te breken, om
deze kade zoo te verbreeden, dat zij veel meer dan thans
beteekenis gaat krijgen voor het verkeer. De Handels
kade is nu gesloten voor bespannen voertuigen, motor
rijtuigen en rijwielen, terwijl met handkarren daar alleen
mag worden gereden in de richting Voorstreek; kunnen
deze bepalingen worden opgeheven dan is hiervan het
gevolg dat de Koningsstraat, waar herhaaldelijk opstop
ping van allerhande voertuigen is, aanmerkelijk zal wor
den ontlast. Het verdient wellicht overweging deze dan
voor het verkeer in een bepaalde richting te sluiten.
Zoodra gebleken is hoe het verkeer zich dan ontwikkelt,
kan overwogen worden of ook van de andere per
ceelen nog een gedeelte aan den nieuwen verkeers
weg moet worden toegevoegd.
De Handelskade zal met klinkers kunnen worden be
straat. Voorloopig zijn hiermee dus weinig kosten ge
moeid en waar deze aankoop geschied is met het oog
op deze verbreeding zal geen bezwaar bestaan hiermee
terstond te doen aanvangen.
Wij hebben de eer U voor te stellen te besluiten
I. goed te keuren den aankoop in openbare veiling
van de navolgende perceelen
1°. huis met tuin Turfmarkt no. 4, kadastraal be
kend Sectie B no. 3061, groot 3.63 Are;
2°. autogarage Turfmarkt no. 6, kadastraal bekend
Sectie B no. 2470, groot 3.85 Are,
voor de som van 38.258.met 150.overname
en de hierbij komende kosten
II. Burgemeester en Wethouders te machtigen tot
amotie van het huis aan de Turfmarkt, hoek Handels
kade en hun een crediet te verleenen om den vrijko
menden grond aan de openbare straat toe te voegen.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer De Vos: Ik wensch hier in het openbaar te
verklaren, dat ik mij tegen het koopen van deze per
ceelen heb verzet, dat ik mijn stem daaraan niet heb
gegeven. Ook wil ik zeggen dat ik het betreur dat Bur
gemeester en Wethouders tot zulk een hooge som de
perceelen hebben aangekocht. Voorzoover ik weet ston
den ze op 29,000.en ik meen dat Burgemeester en
Wethouders er nog een 10.000.op hebben gebracht
om ze in eigendom te krijgen. Ik heb gemeend dat even
te moeten zeggen.
De heer Fransen: Ik zal mij niet verzetten tegen dezen
aankoop, omdat in de vorige geheime vergadering
Burgemeester en Wethouders is opgedragen deze pan
den te koopen en men nu de goedkeuring daaraan niet
mag onthouden. Ik meen echter op een ander punt de
aandacht te moeten vestigen. In de toelichting bij de
stukken staat hier
„Hoewel ongetwijfeld de verbreede Handelskade
op den duur aangewezen is om een deel van het ver
keer van den Groninger- naar den Overijselschen
leesverbetering.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Februari 1923. 29
straatweg op te nemen, kunnen, waar hiertoe de
Meelbrug eene geheele verandering zal moeten onder
gaan, niet dadelijk plannen tot die verbetering worden
ingediend."
Het bevreemdt mij dat hier geschreven wordt het
verkeer van den Groninger straatweg naar den Over
ijselschen straatweg te leiden langs de Handelskade.
Wil men nu langs school 11, Oostersingel en Booms-
brug, of langs de Gasfabriek, de Kazerne en den drukker
Eisma over de Tweebaksmarkt Ik meende dat er voor
het verkeer van den Groninger straatweg naar den
Overijselschen straatweg andere plannen bestonden er
zijn toch ook plannen genoemd om dat verkeer te leiden
langs de Oosterkade, waartoe het gebouw van de oude
Vischmarkt daar reeds is weggebroken en de straat daar
is verbreed, eveneens de Keizersgracht en verder langs
het Ziekenhuis, waartoe, om den weg daar te verbree
den, de huizen reeds zijn aangekocht. Ik meende dat
daarlangs het verkeer zou worden geleid en daarom be
vreemdt mij deze toelichting. Wil men den weg soms
voeren langs de Voorstreek, Ainelandspijp, Handelskade
en zoo de Tweebaksmarkt Ik begrijp de bedoeling van
de toelichting van Burgemeester en Wethouders niet,
waarom ik alleen maar wil vragen wat die bedoeling
is, welk plan men thans heeft om het verkeer te leiden
van den Groninger- naar den Overijselschen straatweg.
De heer Dijstra: Ik heb hoofdzakelijk bezwaar tegen
punt II, de laatste zinsnede van het voorstel, waarin
wordt verzocht
„Burgemeester en Wethouders te machtigen tot
amotie van het huis aan de Turfmarkt, hoek Handels
kade en hun een crediet te verleenen om den vrij
komenden grond aan de openbare straat toe te
voegen."
Ik weet niet of dat nu inderdaad op dit oogenblik
absoluut noodzakelijk is, ik kan daar niet over oordeelen.
Maar neem aan dat dit het geval is, dan zou ik toch
vooraf een begrooting willen zien wat dat zal kosten.
De heer Westra: Ik heb in de vorige geheime ver
gadering niet den indruk gekregen dat Burgemeester en
Wethouders deze machtiging tot aankoop hebben ge
vraagd om tegelijkertijd over te gaan tot amotie van
het huis. Mijn indruk was deze, dat wellicht later zou
kunnen blijken dat eigendom van deze panden voor de
gemeente noodig was, als de Amelandspijp en de Meel
brug veranderd werden, waarom ik mij wel voor aan
koop heb kunnen verklaren. Iets anders is het echter,
dat men thans tot amotie wil overgaan; dat beteekent
dat de gemeente den kostprijs van het huis feitelijk zou
moeten uitgeven, terwijl die anders in den vorm van
huren bestaan blijft. Die uitgaaf acht ik niet in overeen
stemming met wat bereikt wordt met verbreeding van
de Handelskade. Het staat ook nog niet zoo vast dat,
als er verandering zal komen, die dan werkelijk wordt
gevonden door verandering van de Amelandspijp en de
Afeelbrug. Het is heel goed mogelijk, als de oude ge
dachte van demping van de Tuinen nog eens wordt
verwezenlijkt, dat heelemaal geen amotie van het huis
behoeft te geschieden. Laten wij daarom niet op de
plannen vooruitloopen. Ik zou willen voorstellen niet
tot amotie van het pand over te gaan.
De Voorzitter wil beginnen met den heer Fransen
eenige inlichtingen te geven op wat hij vraagt over den
zin, die hier staat. Het zal de vergadering zijn opge
vallen of misschien ook niet dat de heer Fransen
direct het goede woord heeft gebruikt; hier moest staan
in regel 13 van boven af, waar „verbreeding" staat,
„verbetering". Het merkwaardige was nu dat, toen de
heer Fransen dien zin voorlas, hij voor het woord „ver
breeding „verbetering" las, zoodat hij eigenlijk precies
heeft gevoeld wat er moest staan
De heer De Boer Hij heeft een gevoelige natuur.
De heer Fransen Dank je.
De Voorzitter: Nu is de kwestie: wat beteekent
die zin Deze is eenigszins als een reactie te beschou-'
wen op wat hier meer over die zaak besproken is. Hier
is gesproken spreker heeft dat de vorige vergadering
ook verteld en het is toen ook besproken indien
het mogelijk is, moeten wij dan hebben alleen het pand
op den hoek, het oude perceel van wijlen mej. Weber,
of moeten wij het andere er bij hebben Er waren hier
den vorigen keer leden die er voor waren het pand van
mej. Weber in handen te krijgen maar niet de garage,
maar ten slotte kon men er in meegaan dat Burgemeester
en Wethouders machtiging kregen ook de zaak in haar
geheel te koopen met het idee of het ook mogelijk zou
zijn de garage eventueel weer van de hand te doen.
Burgemeester en Wethouders hebben zelfs tot korten
tijd na den koop gemeend dat het perceel van mejuffrouw
Weber voldoende zou zijn, maar achterna bekeken en
ook na overleg met den Commissaris van Politie
zooals gebruikelijk is bij zaken betreffende het verkeer
in de stad zijn Burgemeester en Wethouders ten slotte
tot deze conclusie gekomen, dat, nu men de zaak toch
had, het beter zou zijn de garage te behouden en wel
uit verschillende oogpunten. Het eerste oogpunt is dat
het mogelijk zal zijn en dat bedoelt ook deze zin
de Amelandspijp een beetje te verlengen, daarin op te
nemen de Meelbrug en dan het verkeer te leiden langs
de Voorstreek, voorbij het Amelandshuis, de Meelbrug
over, langs de Handelskade en zoo verder over de Turf
markt. Als de heer Fransen zei dat er een verbinding
diende te komen tusschen den Groninger- en den
Overijselschen straatweg, waarvoor al aangekocht zou
den zijn de panden op den hoek bij het Ziekenhuis en
waarvoor de Oosterkade en Keizersgracht al verbreed
zouden zijn, dan gelooft spreker dat de heer Fransen
dit niet moet zeggen in verband met de verbinding
Noord en Zuid. Voor de verbinding langs den oostkant
der stad zou men toch liever niet de verbinding kiezen
langs Gasfabriek en Kazerne maar over de nieuwe
Oosterbrug, langs de Keizersgracht, langs de Beurs en
zoo naar het station. Dat zou echter nooit een voldoende
verkeersweg zijn, als er niet een nieuwe brug kwam over
het Vliet. Als die brug komt tegenover de Bleeklaan,
dan is die verkeersweg wel goed, maar zoo lang er geen
andere verbinding is over het Vliet dan de Blauwe- en
Witte- en Booinsbrug, is het niet aan te raden om langs
dien weg het verkeer te leiden.
Burgemeester en Wethouders hebben, in overleg met
den Commissaris van Politie, zich de zaak zoo voor
gesteld indien ooit te zijner tijd de Amelandspijp wordt
verlengd naar den kant van de Wortelhaven en als
daarin dus wordt opgenomen de Meelbrug, zou, bij vol
doende ruimte langs de Handelskade, dwars door de
binnenstad langs Handelskade, over het nieuwe brug-
gencomplex en langs de Voorstreek een verkeersweg
zijn van voldoende breedte.
De Tuinen zou misschien ook gedempt kunnen wor
den, zegt de heer Westra. Dat is zeer zeker waar; er
zijn nog meer grachten in Leeuwarden, die ook wel
konden worden gedempt, maar dat scheen in den ouden
tijd gemakkelijker te gaan dan tegenwoordig. Wanneer
men de geheele Voorstreek ging dempen, kreeg men
ook een schitterenden verkeersweg, maar dat zal wel
niet kunnen, omdat er geen geld voor is.
Burgemeester en Wethouders hebben gezegd als
we toch de garage hebben, is het dan niet beter haar
te behouden en dat wij trachten haar te zijner tijd te
verhuren Burgemeester en Wethouders weten ook
dat er verschillende gegadigden zijn, die de garage
willen huren.
Wat spreker thans heeft meegedeeld beteekent een
verbetering van het verkeer, waarmee afbraak van de