178 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 September 1923.
f. een reserve-onderwijzer(es) aan de openbare la
gere scholen.
De voordracht luidt als volgt
1. Mej. A. E. Glas,
2. A. de Vries,
thans op wachtgeld gestelde onderwijzeressen en
vroeger werkzaam aan school no. 10c.
Wordt benoemd mej. A. E. Glas met 24 stemmen,
terwijl 1 biljet blanco is ingeleverd.
g. ingevolge mededeelingen sub 13) een onderwijzer
in de gymnastiek aan de openbare lagere scholen, va-
cature-IJpes.
De voordracht luidt als volgt
1. P. H. Smit, tijdelijk leeraar in de lichamelijke
oefening aan de gemeentelijke hoogere burger
school met 3-jarigen cursus en daarop aanslui
tende hoogere handelsschool met 2-jarigen
cursus.
2. J. Jongejans, leeraar in de gymnastiek aan de
Christelijke Kweekschool voor onderwijzers
(essen) te Sneek.
Met algemeene stemmen wordt benoemd P. H. Smit
voornoemd.
4 (Agenda no. 5). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot vaststelling van de rekening der Stads
Armenkamer, dienst 1922.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
5 (Agenda no. 6). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan G. Post alhier ondershands te
verhuren een pakhuis aan den Wissesdwinger, kadastraal
bekend sectie A. no. 53.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij Uw besluit van 30 November 1920 no. 569R/300
werd, gerekend met ingang van 12 November 1920 tot
wederopzeggens toe, doch uiterlijk voor den tijd van
3 jaar en voor den prijs van 30.per jaar aan Gerrit
Post alhier verhuurd het pakhuisje met erf aan den
Wissesdwinger, kadastraal bekend gemeente Leeuwar
den Sectie A no. 53. De huurder heeft tot ons het verzoek
gericht om hem na het verstrijken van den bedoelden
termijn het perceel wederom in huur af te staan. Wij
hebben daartegen geen bezwaar en achten den huurprijs
van 30.'s jaars ook thans nog voldoende.
Onder overlegging van de stukken geven wij U alzoo
in overweging te besluiten tot onderhandsche verhuring
aan Gerrit Post alhier van het pakhuisje met erf aan
den Wissesdwinger, kadastraal bekend gemeente Leeu
warden Sectie A no. 53, met ingang van 12 Novembei
1923 tot wederopzeggens toe, doch uiterlijk voor den
tijd van 3 jaar, voor een huursom van 30.per jaar
en overigens op de door Burgemeester en Wethouders
vast te stellen voorwaarden.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
6 (Agenda no. 7). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan D. Jongma alhier te verhuren
een vijftal perceelen weiland aan het Kalverdijkje en
den Poppeweg.
Dit voorstel luidt als volgt
Van d.en tegenwoordigen huurder van een vijftal per
ceelen weiland aan het Kalverdijkje en den Poppeweg,
D. A. Jongma alhier, ontvingen wij het verzoek te be
vorderen dat deze eigendommen na het eindigen van den
huurtijd op 5 Maart 1924 opnieuw aan hem worden
verhuurd het betreft hier perceelen, welke indertijd
van de heeren Ladenius zijn aangekocht de laatste
huurprijs bedroeg 1535.per jaar.
De deskundige voor de gemeentelijke landerijen, in
wiens handen wij dit verzoek stelden, adviseert daarop
gunstig als huursom stelt hij voor 85.— per 36%
are, wat in totaal een bedrag van 1666.per jaar
geeft, dus nog iets gunstiger dan de laatst betaalde prijs.
Nu blijkens het advies Jongma als een goed landgebrui-
ker is te beschouwen, vinden wij vrijheid U voor te
stellen te besluiten
de weilanden aan het Kalverdijkje en den Poppeweg,
kadastraal bekend sectie G nos.
3973 groot 1.49.90 H.A.
2855 1.23.10
2832 1.64.70
7742 1.20.30 en
7741 1.62.90
Samen 7.20.90 H.A. (19.6 X 363% are)
voor een huurprijs van 19.6 X 85.1666.per
jaar voor den tijd van vijf achtereenvolgende jaren, van
5 Maart 19245 Maart 1929, ondershands te verhuren
aan D. A. Jongma alhier, onder de door Burgemeester
en Wethouders vast te stellen voorwaarden.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Westra: Ik kan mij met dit voorstel zeer goed
vereenigen. Maar ik heb bij de stukken zien liggen een
vraag van Jongma, of hij de huur mocht betalen in twee
termijnen. Is het de bedoeling van Burgemeester en
Wethouders om dat verzoek toe te staan
De Voorzitter Daar is eigenlijk niet speciaal over
gesproken, maar 't is wel de bedoeling. Ik meende dat
het land onder die voorwaarde ook is aangeboden; het
blijkt mij nu dat hij het accepteert indien de huur in 2
gelijke termijnen mocht worden betaald. Ik geloof niet
dat daar eenig bezwaar tegen is.
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
7 (Agenda no. 8). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan L. H. Geveke alhier in erfpacht
af te staan een bouwterrein aan de Franekerstraat.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij adres van 24 Juli 1923 richtte de heer L. H.
Geveke, alhier, tot ons het verzoek om aan hem in
erfpacht af te staan een perceeltje bouwterrein aan de
Franekerstraat, begrensd ten oosten door het bouw
terrein dat aan de Naamlooze Vennootschap Maat
schappij tot huizen-exploitatie „Frisia" in erfpacht is
afgestaan en ten westen door het bouwterrein, dat aan
de heeren Poelstra en Lamsma in erfpacht is toege
wezen. Wij zijn met den adressant in onderhandeling
getreden en zijn met hem tot overeenstemming gekomen.
De grondprijs, waarnaar de canon zal worden berekend,
is 7.per M2., welke prijs gelijk is aan die, welke
voor het aanliggende terrein is bedongen. De Directeur
der gemeentewerken kan zich, blijkens zijn hierbij over
gelegd advies d.d. 1 Augustus 1923 no. 1081, met dezen
afstand in erfpacht vereenigen.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 September 1923.
179
aan L. H. Geveke, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een gedeelte van het perceel ka
dastraal bekend gemeente Leeuwarden Sectie D no. 1755
en gelegen aan de Franekerstraat, onmiddellijk naast en
ten oosten van het terrein, dat aan W. Poelstra en
L. Lamsma alhier in erfpacht is toegewezen, als op de
overgelegde situatieteekening in rood is aangegeven,
ter grootte van ongeveer 126 M2., de juiste grootte nader
door een landmeter van het kadaster op te meten, zulks
op de volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde
van 7.per M2. en een rentevoet van 6 per jaar
2. de adressant stort binnen tweemaal 24 uren nadat
hij van het raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht kennis
heeft bekomen een bedrag van 44.ten kantore van
het gemeentelijk grondbedrijf, als waarborg voor de na
koming der voorwaarden, welk bedrag hem na vol
doening daaraan op aanvraag wordt teruggegeven
3. de rooilijn zal nader door den dienst der gemeen
tewerken worden aangewezen
4. voor den afstand in erfpacht zijn verder van j
toepassing voorzoover mogelijk en niet in strijd met
het bovenstaande de bepalingen betreffende de uit
gifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tusschen
Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoorende aan
de gemeente Leeuwarden.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
8 (Agenda no. 9). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan de Maatschappij tot detail-verkoop
van petroleum „de Automaat" te Rotterdam een plekje
grond in het plantsoen aan het Zuiderplein af te staan
voor het plaatsen van een benzine-pomp met onder-
grondschen tank.
Dit voorstel luidt als volgt
In Uwe vergadering van 12 September 1922 kwam in
behandeling ons voorstel om aan de maatschappij tot
detail-verkoop van petroleum „de Automaat" te Rotter
dam in gebruik af te staan een plekje grond in het
plantsoen bij het Zuiderplein. In beginsel werd toen
met 21 stemmen tegen 1 stem uitgemaakt, dat voor
een te bouwen benzine-reservoir aan deze maatschappij
gemeentegrond in gebruik zou worden afgestaan daar
entegen werd verworpen de conclusie van ons voorstel
om een plekje grond in het genoemde plantsoen voor
het beoogde doel beschikbaar te stellen. Er moest dus
naar een andere plaats gezocht worden, die echter, wijl
„de Automaat" daarop prijs bleek te stellen, tot de om
geving van het Zuiderplein diende beperkt te blijven.
Na langdurige onderhandelingen is overeenstemming
verkregen èn omtrent de juiste plaats, in het plantsoen
tegenover het perceel Zuiderplein no. 117 èn omtrent
de voorwaarden, die aan de vergunning dienen te
worden verbonden.
Wat de plaats betreft deze wordt thans voorgesteld,
gelijk de overgelegde teekening aangeeft, aan het meest
zuidelijk gelegen zijwegje in het plantsoen, terwijl zij bij
het eerste voorstel was gedacht aan den daarin gelegen
breederen weg, die een doorrit geeft van het tegenover
gelegen hotel Spoorzicht, waar vele auto's worden ge
stald, naar het Zuiderplein en de Schrans. Uit een ver-
keersoogpunt meenen wij de nieuw gekozen plaats als
een verbetering te beschouwen het doorgaand auto
verkeer zal van deze plaats geen nadeel ondervinden.
Met inrichtingen als hier bedoeld, die het stads-
schoon niet ontsieren, is bovendien een algemeen belang
gemoeid de voeding der talrijke automobielen en
motorrijwielen, welke in het snelverkeer onzer dagen een
zoo belangrijke plaats innemen.
Het blijkt echter noodig dat de grintweg in het plant
soen met waalstraatklinkers wordt bestraat, omdat de
aan- en afrijdende automobielen den vrij weeken weg
spoedig zouden stukrijden. De geraamde kosten van
deze bestrating en die van het onderhoud daarvan
moeten ten laste van de maatschappij komen.
In ons oorspronkelijk voorstel was sprake van het
afstaan in gebruik van grond voor de stichting van een
gebouwtje. Dit zal thans worden vermeden, zoodat
alleen een benzinepomp wordt geplaatst, terwijl de tank
ondergronds wordt aangebracht het plantsoen behoeft
daarvoor weinig of geen verandering te ondergaan en
de welstand zal niet worden geschaad.
Een en ander heeft tengevolge gehad, dat de ver
goeding aan de gemeente, in ons voorstel van 24 Au
gustus^ 922 aangenomen op 300.per jaar, is terug
gebracht tot 200.een bedrag dat, de andere con
dities in aanmerking genomen, voor het gebruik van
een klein plekje grond voldoende is te noemen.
Wij geven U dus in overweging, in zooverre met
wijziging van ons voorstel van 24 Augustus 1922 no.
3074/180 (zie 's Raads handelingen van dat jaar
pag. 245)
aan de Maatschappij tot detail-verkoop van petro
leum „de Automaat" te Rotterdam voor Twee honderd
gulden 200.per jaar tot wederopzeggens toe in
gebruik af te staan een plekje grond in het plantsoen
aan het Zuiderplein, tegenover het perceel no. 117 al
daar, ter plaatse als op de bijbehoorende situatie is
aangegeven, ten einde daarop te plaatsen een benzine
pomp met ondergrondschen tank voor het bewaren der
benzine, dienende voor voeding van automobielen en
motorrijwielen, onder voorwaarde dat
1. jaarlijks vóór den len Juli door de Maatschappij
ten kantore van het gemeentelijk grondbedrijf wordt
betaald een bedrag van twee honderd gulden 200.
over 1923 wordt vóór den 1 November als vergoeding
betaald ten kantore voornoemd een bedrag van vijftig
gulden 50.
2. de kosten van bestrating van gemeentewege van
den grintweg in het plantsoen met waalstraatklinkers,
geraamd op vier honderd tien gulden 410.op
eerste aanzegging ten kantore van het bedrijf der ge
meentewerken worden voldaan
3. aldaar mede worde betaald vóór den len Juli
van elk jaar een bedrag van vijf en twintig gulden
25.voor onderhoud van den weg, welk bedrag
over 1923 wordt teruggebracht tot zeven gulden
7.vóór den len November e.k. te betalen
4. alle schade, die door of tengevolge van de aan
wezigheid der benzinepomp met tank en het gebruik
daarvan aan gemeente-eigendom wordt veroorzaakt,
volgens taxatie van Burgemeester en Wethouders op
eerste aanzegging wordt vergoed
5. indien de vergunning tot het hebben en houden
der benzinepomp met tank eindigt binnen tien jaren na
den datum, waarop het raadsbesluit is genomen, door
de gemeente de waarde der dan nog aanwezige bestra
tingsmaterialen tegen een door Burgemeester en Wet
houders te taxeeren prijs wordt terugbetaald, na aftrek
van de gemaakte kosten voor opruiming na dien tijd
komt het materiaal in eigendom aan de gemeente,
zonder eenige vergoeding harerzijds.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Oosterhoff: Het is ruim een jaar geleden dat
wij ditzelfde voorstel, althans een soortgelijk, hier in be
handeling hebben gehad en toen hebt U het wenschelijk
geoordeeld, om een zuivere stemming te krijgen, dat
het voorstel in tweeën werd gesplitst. Wij hebben toen
eerst gestemd over de vraag of in het algemeen voor
soortgelijke inirchtingen gemeentegrond disponibel
moest worden gesteld. De Raad had daartegen geen be
zwaar. Daarna is gestemd over de vraag of deze door
Burgemeester en Wethouders aangegeven grond hier
voor moest worden bestemd en dat voorstel is toen met