ViigaMg van Dinsdag 8 Juni 1928. Verslag van de handelingen van den gemeenteraid van Leeuwarden van Dinsdag 8 Juni 1926. 95 Tegenwoordig 26 leden, te weten: de heeren Lauten- bach, H .de Boer, Visser, O. F. de Vries, Posthuma, Hofstra, K. de Boer, Fransen, Wölcken, Hooiring, Van der Veen, Muller, Dijkstra, Oosterhoff, Van der Schoot, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Tie- mersma, Weima, Koopmans, Scheltema, B. Molenaar, Westra, Beekhuis, Botke, IJ. de Vries en Cohen. Afwezig met kennisgeving de heer M. Molenaar. Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma, Burgemeester. 1. Wordt medegedeeld 1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de raadsbesluiten van 13 April 1.1. tot kosteloozen afstand in bruikleen van grond, gelegen aan den Sneekertrekweg, aan de Nederlandsche Tramweg Maatschappij en tot kostelooze overneming in eigendom van die maatschappij van grond aan en nabij den Westersingel van 11 Mei 1.1. tot uitgifte van bouwterrein in erf pacht aan J. de Vries (Molenstraat) en aan R. Dijkstra (Deinumerstraat) en tot verhuring van het perceel Turfmarkt no. 6 aan A. van den Hoven 2. verslag van Burgemeester en Wethouders inge volge art. 58 der Woningwet opgemaakt, van hetgeen met betrekking tot verbetering der volkshuisvesting in de gemeente Leeuwarden over 1925 is verricht 3. rapporten omtrent de opneming der kas van de gemeente-gasfabriek en het gemeentelijk electriciteit- bedrijf. De mededeelingen sub 13 worden voor kennis geving aangenomen. 4. schrijven van G. de Vries e. a., bewoners der gemeentewoningen aan de Jacob Binckesstraat, hou dende verzoek deze woningen dit jaar van binnen en van buiten te verven. Wordt voorgesteld dit schrijven in handen van Bur gemeester en Wethouders te stellen ter afdoening. De beraadslagingen worden geopend. De heer Muller zegt dat, wanneer hij hierover het woord vraagt, dit niet is, om hier een ander voorstel te lanceeren; hij gelooft dat dit het eenigste is, wat Burgemeester en Wethouders kunnen voorstellen. Als hij toch deze zaak ter sprake brengt, is dat, omdat hij hoopt, dat deze „afdoening" niet zal wezen wat die in den regel is. Spreker zei zoopas dat hij niet met een ander voor stel zal komen en hij doet dat daarom niet, omdat wij als Raad deze zaak niet kunnen beoordeelen en de meesten van ons ook niet naar aanleiding van dit adres den toestand ter plaatse hebben onderzocht. Spreker heeft dat wèl gedaan hij heeft eenige woningen van binnen nagezien en meent dat het inderdaad juist is wat in dit schrijven staat, dat het hoogst noodzakelijk is dat deze woningen van binnen worden opgeknapt. Spreker laat er de bewoners voorloopig maar eens buiten, maar als wij eenigszins in het belang van de gemeente willen handelen, dan is het een gemeentebelang dat deze wo ningen van binnen geschilderd worden, want ieder jaar, dat zij langer in een dergelijken toestand blijven ver- keeren, wordt de toestand inderdaad slechter. Wij weten allen dat deze woningen in de oorlogsjaren zijn gebouwd en dat er toen een zeer slechte verf op is gekomen. Het gevolg is dat de woningen er van binnen zoodanig uitzien, dat het allernoodzakelijkst is dat daarin ver andering komt. Spreker zou daarom graag deze vraag willen stellen: Kan het college ook mededeelen wat het bij het in handen nemen van dit adres ter afdoening van plan is Hij zou daar graag een antwoord op hebben. De heer Fransen (wethouder) kan namens Burge meester en Wethouders wel deze toezegging doen, dat de zaak nogmaals zal worden onderzocht, alhoewel spreker den toestand zelf reeds heeft onderzocht en daarbij tot een andere conclusie kwam dan de heer Muller. Naar aanleiding van dit adres zal echter nog eens een ernstig onderzoek worden ingesteld en als dan werkelijk blijkt dat het noodig is, zal zeer zeker dat gebeuren wat noodig is. De heer Muller spreekt dan het vertrouwen uit dat nu, na het inkomen van dit adres, deze zaak dan mis schien met een paar andere oogen door den wethouder zal worden bekeken dan deze voorheen heeft gedaan. Spreker kan zich niet indenken dat, als de wethouder van Openbare Werken de woningen heeft gezien, zooals spreker ze heeft gezien, hij dan op het oogenbiik nog tot de conclusie kan komen, dat het niet noodzakelijk is. Misschien heeft de wethouder bij donker weer de zaak bezien, maar spreker hoopt dat, als de wethouder deze zaak nader onder de oogen zal nemen, aanstonds, als begonnen zal worden met het van buiten verven van de woningen, deze dan ook van binnen geverfd zullen worden. De beraadslagingen worden gesloten. Het adres sub 4 wordt in handen van Burgemeester en Wethouders gesteld ter afdoening. 5. schrijven van de afdeelingen Leeuwarden van den Centralen Nederlandschen Ambtenaarsbond en van den Nederlandschen bond van personeel in overheidsdienst, houdende verzoek het door Burgemeester en Wethou ders op het adres van den Nederlandschen bond van gemeente-ambtenaren om toelating tot het georgani seerd overleg uitgebrachte prae-advies te verwerpen, c. q. te verwijzen naar het georganiseerd overleg ten fine van advies. Op verzoek van den Voorzitter doet de Secretaris lecture van dit schrijven dat, als zijnde te laat inge komen, niet ter inzage heeft gelegen. 6. De Voorzitter doet nog mededeeling van een pas ingekomen schrijven van voorzitter en secretaris van de Vakgroep Gemeente-ambtenaren van de afdeeling Leeu warden van den Centralen Nederlandschen Ambtenaars- bond, houdende mededeeling dat vorengenoemd adres niet kan worden beschouwd als ingezonden namens en met instemming van de Vakgroep, die in een daartoe gehouden vergadering had besloten, zich buiten deze kwestie te houden De Secretaris doet ook lecture van dit schrijven. De punten sub 5 en 6 worden gevoegd bij de stukken, die onder punt 6 der agenda voor heden aan de orde zijn gesteld. 7. dat Burgemeester en Wethouders I. aan de straten tusschen den Weg naar Cambuur en de Javastraat de volgende namen hebben toegekend: a. aan de meest noordelijke straat van het thans in uitvoering zijnde stratenplan, loopende van uit den Weg naar Cambuur in oostelijke richting, den naam van tnsulindestraat b. van de, halverwege tusschen den Weg naar Cam buur en Javastraat, uit die sub a in zuidelijke richting loopende en eerlang aan het Noordvliet uitkomende, straat, den naam van Soendastraat c. aan de onmiddellijk ten noorden van de bestaande bebouwing aan het Noordvliet, uit den Weg naar Cam buur in oostelijke richting loopende straat naar die sub bden naam van Batist raat d. aan de straat loopende in oostelijke richting uit die sub b, iets ten noorden van het punt waar de straat

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1926 | | pagina 1