VergiMg van Dttg 5 April 1927.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 5 April 1927. 59
Tegenwoordig 26 leden, te weten: de heeren Fransen,
Visser, O. F. de Vries, Wölcken, M. Molenaar, K. de
Boer, Van der Schoot, Hofstra, Van der Veen, Lauten-
bach, Koopmans, Dijkstra, H. de Boer, Scheltema, Hooi-
ring, Cohen, Weima, Beekhuis, Tiemersma, Posthuma,
lj. de Vries, mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi, de
heeren Botke, B. Molenaar, Muller en Westra.
Afwezig met kennisgeving de heer Oosterhoff.
Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
I. De verslagen der vergaderingen van 11 en 25
Januari en 8 Februari 1927 worden onveranderd
vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de
Raadsbesluiten
d.d. 8 Maart 1.1. tot wijziging van het Raadsbesluit
van 21 December 1926 tot verkoop aan de firma
Strikwerda en Hogendijk van een terrein aan de Dok
kumer Ee, tot overneming van een strook grond aan
den Harlingertrekweg, verhuring van een perceel grond
ten Noorden van het Vliet, afstand in erfpacht aan
onderscheidene aanvragers van terreinen beoosten de
Engelschestraat;
d.d. 22 Maart 1.1. betreffende het gebruik van het
koffiehuis c.a. in den Prinsentuin door den pachter der
buffetten en tot het in gebruik afstaan van de boven
verdieping van het koffiehuis aan de Vereeniging ,,het
Friesch Natuurhistorisch Museum"
2. proces-verbaal van de opneming van de kas en
boeken van den gemeenteontvanger en rapporten om
trent de opneming van de kassen van het bedrijf der
Gemeentewerken en van het Gemeentelijk Grondbedrijf;
3. schrijven van den Voorzitter van het Centraal
Stembureau, geleidende afschrift van het besluit van dat
Stembureau, waarbij mevr. T. Fernee geb. Heerema is
benoemd verklaard tot lid van den Gemeenteraad,
vacature K. de Boer.
De mededeelingen sub 13 worden voor kennis
geving aangenomen.
4. verslag over den toestand van het Middelbaar
Onderwijs te Leeuwarden over het jaar 1926.
Ligt nog eenigen tijd voor de leden ter visie.
5. dat het Scheidsgerecht voor de ambtenaren in
dienst der gemeente Leeuwarden is samengesteld als
volgt
de heeren Mr. C. W. Stheeman, Voorzitter, tevens lid,
Mr. J. A. Stoop, plaatsvervangend Voorzitter, tevens
plaatsvervangend lid,
beiden benoemd bij Raadsbesluit van 8 Februari 1927;
Mr. C. B. Menalda,
Mr. P. D. Poelstra, leden,
S. Brandsma Jzn.,
W. Wachter, plaatsvervangende leden,
Mr. R. Römer, secretaris,
T. Bakker, plaatsvervangend secretaris,
allen benoemd door Burgemeester en Wethouders;
J. A. Collet,
A. H. Veenbaas, leden,
Dr. O. Norel,
S. Nijholt, plaatsvervangende leden,
allen benoemd door de ambtenaren, op wie het Ambte
narenreglement van toepassing is.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
III. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
1 (Agenda no. 2). Benoeming van een bestuurslid
der Woningvereeniging Leeuwarden"wegens perio
dieke aftreding van mevr. L. de Vries—Jacobs.
Overeenkomstig de aanbeveling van Burgemeester en
Wethouders wordt benoemd mevr. L. de VriesJacobs,
Eewal no. 51a, met 25 stemmen; 1 biljet is in blanco
ingeleverd.
2 (Agenda no. 3). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot afstand in erfpacht van bouwterrein
aan de Zuidzijde van de Fonteinstraat en op den Zuid
westelijken hoek van de Engelschestraat en de Molen
straat aan F. Hoeksma en F. Tiemersma, zoomede tot
wijziging van de rooilijn aan de Molenstraat Z.Z.
Dit voorstel luidt als volgt
Blijkens adressen van 2 Alaart 1927 en van 19 Fe
bruari 1927 wenschen F. Hoeksma en F. Tiemersma,
alhier, twee perceelen bouwterrein, onderscheidenlijk
gelegen aan de Zuidzijde van de Fonteinstraat en op
den Zuidwestelijken hoek van de Molenstraat en de
Engelschestraat, in erfpacht te ontvangen.
Deze perceelen zijn op de bijbehoorende situatie-
teekeningen met roode arceeringen aangegeven.
De belanghebbenden hebben met de gebruikelijke
voorwaarden genoegen genomen.
Als grondslag voor de berekening van de canons is
vastgesteld voor het terrein aan de Fonteinstraat een
bedrag van 10.per M2. en voor het terrein aan de
Engelschestraat en de Molenstraat een bedrag van
ƒ11.per M-\, voor zoover betreft een diepte van 25
M., gemeten uit de Engelschestraat en een bedrag van
8.per M2. voor zoover betreft het overige terrein.
Deze bedragen komen ons voldoende voor.
Teneinde een goed verband te verkrijgen met de rooi
lijn aan de Oostzijde van de Deinumerstraat, is het ge-
wenscht, dat de rooilijn voor de bebouwing van het
Noordwestelijk gedeelte van het terrein eenigszins wordt
gewijzigd, in voege als mede op de teekening is aan
gegeven.
Onder overlegging van de stukken geven wij U der
halve in overweging te besluiten
I. aan F. Hoeksma en F. Tiemersma, alhier, tot 31
December 1990 in erfpacht af te staan
a. een perceel bouwterrein aan de Zuidzijde van de
Fonteinstraat, ter breedte van 20 M. langs den weg ge
meten en liggende onmiddellijk naast en ten Westen
van het bouwterrein, dat aldaar aan H. J. Visser in erf
pacht is afgestaan, zooals op de bijbehoorende situatie-
teekening met een roode arceering is aangegeven, ter
grootte van ongeveer 560 M2., de juiste grootte nader
door een landmeter van het kadaster uit te meten
b. een rechthoekig perceel bouwterrein, gelegen op
den Zuidwestelijken hoek van de Engelschestraat en de
Molenstraat, ter breedte van 28.65 M. langs de Engel
schestraat gemeten en ter breedte van 39.20 M. langs
de Molenstraat gemeten, zooals op de bijbehoorende
situatieteekening met een roode arceering is aange
geven, ter grootte van ongeveer 1123 M2., de juiste
grootte nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten,
een en ander op de volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde
van 10.— per M2. voor het onder a bedoelde terrein
en naar een grondwaarde van ƒ11.per M2. voor het
onder b bedoelde terrein, voorzoover dit ligt binnen
25 M. afstand van de Engelschestraat en naar een grond
waarde van 8.per M2. voor het overige terrein
2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis hebben bekomen, een bedrag van 836.ten
kantore van het gemeentelijk grondbedrijf, als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hun,