Vergadsrino vaa Dinsdag 9 Augustus 1927. 156 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 18 Juli 1927. aan den ontvanger wordt opgedragen. Waarom kan dat hier dan niet Als het in andere plaatsen kan, dan moet het hier óók kunnen. Dat is geen onzin De heer H. de Boer (wethouder)Men kan hem er toch niet toe verplichten. De heer MullerEr is in het rapport uitdrukkelijk gezegd dat een centrale incassodienst, verbonden aan een ophaal- en stortingsdienst, voor een gemeente als Leeuwarden van het grootste belang zou zijn. Er is door het college van Burgemeester en Wethouders bij de bestrijding van dit rapport gezegd, dat natuurlijk een centrale incassodienst misschien voordeel voor de gemeente zou kunnen opleveren, maar dat dit niet uit sluit dat, als men de zaken afzonderlijk beschouwt, een ophaal- en stortingsdienst eventueel een tekort zou kunnen opleveren, dat niet zou worden gedekt door een eventueelen gecentraliseerden incassodienst. Spreker is van oordeel dat, als het werkelijk waar is dat een ophaal- en stortingsdienst voor Leeuwarden noodzakelijk en noodig is, dan bij het organiseeren van een centralen incassodienst, waardoor eenige winst op die diensten kan worden gemaakt, het de moeite waard is om tevens het instellen van een ophaal- en stortings dienst onder de oogen te zien. Nu zegt het college van Burgemeester en Wethouders in dit stuk ,,Het ligt dan ook in onze bedoeling om, bij aan neming van het onderhavige voorstel, de invoering van een centralen incassodienst nader te overwegen." Spreker geeft toe dat, indien men hier zonder meer op het oogenblik een ophaal- en stortingsdienst inrichtte met een of misschien meer ambtenaren en met loopers, het dan in de eerste plaats op verlies zou uitloopen. Dat geeft hij toe, maar wanneer men zoo'n dienst zou onderbrengen bij een geheel georganiseerden incasso dienst, meent spreker dat dit toch absoluut mogelijk zou zijn. Spreker maakt zich nu geen illusie, dat deze Raad tegen dit praeadvies zal stemmen, maar hij wenscht er den nadruk op te leggen, dat hij het college van Burgemeester en Wethouders met den meesten aan drang verzoekt deze zinsnede goed tot zich te nemen, opdat wij binnen zeer korten tijd voorstellen van Bur gemeester en Wethouders zullen krijgen ten opzichte van de reorganisatie en organisatie van een centralen incassodienst. Spreker wil dit wel toezeggen dat hij, mochten wij daar het volgend jaar nog niets van hebben gemerkt, een uitspraak van den Raad zal uitlokken om hier een centralen incassodienst te krijgen. Spreker meent dat hij er thans voldoende van heeft gezegd. Hij hoopt dat deze zinsnede, die hierin voor komt, nog eens nader zal worden besproken en hij geeft de verzekering dat, indien aan de hand van die zinsnede de incassodienst er is, hij ook hoopt in deze 4-jarige periode den ophaal- en stortingsdienst er te krijgen. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi zal niet veel zeggen. Ook na lezing van dezen raadsbrief is zij niet overtuigd dat een ophaal- en stortingsdienst niets voor Leeuwarden is en zij zal daarom ook tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders stemmen. De heer H. de Boer (wethouder) zal stemmen voor dit praeadvies en wel om deze reden, dat in het prae advies ligt opgesloten de bereidverklaring van het col lege van Burgemeester en Wethouders om na te gaan of men zal kunnen komen tot een centralen incasso dienst. Juist daarom sluit spreker zich daarbij aan, omdat hij zich ook overtuigd houdt van de uitvoerbaar heid van een ophaal- en stortingsdienst hier ter plaatse. Aangezien nu de centrale incassodienst niet slechts als denkbeeld onder de oogen wordt gezien, maar hier uit drukkelijk staat dat deze in nadere overweging zal worden genomen, gelooft spreker zeer zeker dat er op deze wijze eerst zal komen een begin van organisatie en nu meent hij juist dat die organisatie van den cen tralen incassodienst de basis zal vormen van het gebouw van den ophaal- en stortingsdienst, dat hier zoo zeker zal verrijzen als 2 X 2 4 is. Het is nu verstandiger dat gene binnen te halen, wat binnen te halen is, want als men alles wil hebben, krijgt men het deksel op den neus. Spreker zal met zijn beste krachten, voor zoover hij daartoe in staat is, trachten binnen te halen wat binnen te halen is. Hij hoopt dat de Raad dat met algemeene stemmen zal doen; hij althans wil hier voor stemmen, omdat hij het op het oogenblik voelt ais de beste weg, datgene binnen te halen, wat hij meent dat bereikbaar is. De Voorzitter meent dat het praeadvies voor zichzelf spreekt. Er zullen altijd wel een paar menschen over blijven, die nooit geheel te overtuigen zijn en dat is dus wel in de eerste plaats aan de voorstellers van het voorstel niet kwalijk te nemen. Spreker gelooft dat die leden in dezen toch wel in de minderheid zullen blijven, zoodat dan deze zaak toch als afgedaan kan worden beschouwd. Voordat deze zaak echter wordt afgedaan, meent spreker wel namens den Raad te kunnen spreken, wanneer hij den heer Van Zandbergen een woord van dank brengt voor wat hij heeft gedaan. De heer Muller heeft gezegd: Burgemeester en Wet houders weerleggen het rapport van den gemeente ontvanger van Zwolle, den heer Van Zandbergen. Spre ker zou zeggen: dat rapport wordt niet weerlegd, daar is op zichzelf niet veel tegen te zeggen. Burgemeester en Wethouders bepalen zich tot het constateeren van feiten en ook wijzen zij er op, zooals spreker den vorigen keer ook reeds heeft gezegd, dat de heer Van Zand bergen niet heeft gezegd hoe het in Leeuwarden wèl zou kunnen. Het praeadvies van Burgemeester en Wet houders is dus niet een weerleggen van het rapport, maar meer een attenteeren op de punten, die daarin niet zijn genoemd. Spreker herhaalt dat hij gelooft wel namens den Raad den heer Van Zandbergen dank te mogen zeggen voor het werk dat deze, geheel belangeloos, heeft gedaan. De beraadslagingen worden gesloten. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt met 22 tegen 2 stemmen aangenomen. Vóór stemmen de heeren Weima, Fransen, Post- huma, Botke, M. Molenaar, Hooiring, IJ. de Vries, Hof- stra, mevrouw FerneeHeerema, de heeren B. Mole naar, Dijkstra, De Boer, Koopmans, Beekhuis, Wölcken, Van der Schoot, Westra, Lautenbach, Visser, O. F. de Vries, Cohen en Tiemersma. Tegen stemmen: mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi en de heer Muller. Niets meer te behandelen zijnde, wordt de verga dering door den Voorzitter gesloten. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 Augustus 1927. 157 Tegenwoordig 24 leden, te weten: de heeren Visser, Fransen, Wölcken, Posthunra, Tiemersma, Muller, O. F. de Vries, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, mevrouw FerneeHeerema, de heeren Hooiring, Oosterhoff, Van der Veen, Dijkstra, Scheltenra, De Boer, B. Molenaar, Westra, Van der Schoot, Cohen, Weima, Beekhuis, Hot- stra, Botke en IJ. de Vries. Afwezig, zonder kennisgeving, de heeren Lautenbach, AL Molenaar en Koopmans. Voorzitter: de heer Mr. C. Beekhuis, wethouder. I. De notulen der vergaderingen van 8 en 21 Juni 1927 worden onveranderd vastgesteld. II. Wordt medegedeeld 1. dankbetuiging van Hare Majesteit de Koningin- Moeder voor de Haar namens Raad en burgerij aange boden gelukwenschen op 2 Augustus 1.1. 2. dat Gedeputeerde Staten voor kennisgeving heb ben aangenomen de mededeeling van Burgemeester en Wethouders van de toelating als raadsleden van de heeren D. Blanson Henkemans, H. de Boer, J. de Boer, C. Botke, mevrouw H. C. BuismanBlok Wijbrandi, de heeren L. Dijkstra, H. Feddema, J. A. Feitsma, W. Fransen Jzn., Th. Hofstra, IJ. G. Hooiring, D. Lauten bach, B. Molenaar, M. Molenaar, J. Muller, J. Ooster hoff, H. J. Peletier, G. Ritmeester, B. Tamminga, H. Tie mersma, A. van der Veen, M. Visser, O. F. de Vries, IJ. de Vries, AL Vromen, P. B. Westerhuis en P. F. J. Westra 3. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de Raadsbesluiten d.d. 18 Juli 1.1. tot afstand in erfpacht van bouwterreinen aan den Harlingerstraatweg, aan de Sumatrastraat, aan de Bleeklaan en de Engelschestraat en tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van een te bouwen muziektent in den Arends- tuin 4. bericht, dat mevrouw A. H. Enkvan Marle hare benoeming tot lid der Commissie van Toezicht op het lager onderwijs aanneemt. De mededeelingen sub 14 worden voor kennis geving aangenomen. 5. adres van het bestuur van de afdeeling Leeu warden der vereeniging „Volksonderwijs", houdende verzoek het aantal gemeentelijke inrichtingen voor fröbelonderwijs uit te breiden. Wordt in handen van Burgemeester en Wethouders gesteld om praeadvies. 6. adres van de afdeeling Leeuwarden van den Bond van Onderwijzeressen bij het voorbereidend onderwijs, waarbij adhaesie wordt betuigd aan het adres van het bestuur der afdeeling Leeuwarden der Vereeniging „Volksonderwijs", houdende verzoek tot uitbreiding van het aantal inrichtingen voor fröbelonderwijs over te gaan. Wordt bij de desbetreffende stukken gevoegd. 7. adres van de Roomsch-Katholieke Schoolveree- niging, gevestigd alhier, houdende verzoek gelden be schikbaar te stellen voor de aanschaffing van 3 school banken voor de school voor lager onderwijs aan de Speelmansstraat 8. adres van de Roomsch-Katholieke Schoolveree- niging, gevestigd alhier, houdende verzoek gelden be schikbaar te stellen voor de aanschaffing van school banken en een schoolbord voor de scholen voor lager onderwijs aan de Tweebaksmarkt. Ten aanzien van de adressen sub 7 en 8 wordt be sloten de gevraagde medewerking te verleenen. 9. dat op Dinsdag 23 Augustus a.s., des namiddags 71/2 uur, ten Stadhuize de officiëele ontvangst door Burgemeester en Wethouders zal plaats vinden van het hoofdbestuur, de afdeelingsbesturen en leden van den Nederlandschen Bond van Gemeente-Ambtenaren. Wordt voor kennisgeving aangenomen. III. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor lieden op den oproepingsbrief vermelde punten. (Agenda no. 2). Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan mej. C. M. E. Fooy en mej. L. Z. Harkema, op haar verzoek, eervol ontslag te verleenen als leerares aan de School van Middelbaar Onderwijs voor Meisjes, onderscheidenlijk in de Handwerken en in de Staatswetenschappen. AAet algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 2 (Agenda no. 3). Benoeming van een tijdelijk leerares in de Handwerken aan de School van Mid delbaar Onderwijs voor Meisjes. De aanbeveling van Burgemeester en Wethouders luidt als volgt 1. mej. R. J. Bakker te Leeuwarden; 2. J. C. Koldijk 3. A. P. M. Koene te Utrecht. De Voorzitter deelt mede dat intusschen een verzoek is ingekomen om, naar aanleiding van dit punt, even in geheime zitting over te gaan. Wordt in geheime vergadering overgegaan. Na heropening der openbare vergadering wordt be noemd mej. J. C. Koldijk, voornoemd, met 15 stemmen en 9 stemmen op mej. R. J. Bakker. 3 (Agenda no. 4). Benoeming van tijdelijk onder wijzend personeel aan de Middelbare Avondhandelsschool voor het schooljaar 19271928. Overeenkomstig de voordracht van Burgemeester en Wethouders worden met algemeene stemmen benoemd: a. tot directeur A. Deinema, hoofd van gemeenteschool no. 14b; b. tot leeraar in Duitsch en Nederlandsche corres pondentie C. Andriesse, hoofd der school voor uitgebreid lager onderwijs c. tot leeraar in aardrijkskunde, lezen en Neder landsche correspondentie G. Steegstra, hoofd van gemeenteschool no. 13/;; d. tot leeraar- in boekhouden, handelsrekenen en Nederlandsche correspondentie H. v. d. Heide, hoofd van gemeenteschool no. 12; e. tot leeraar in stenografie en machineschrijven W. Röben, leeraar in die vakken allen thans reeds als zoodanig werkzaam. 4 (Agenda no. 5). Benoeming van tijdelijk onder wijzend personeel aan de Lagere Avondhandelsschool voor het schooljaar 19271928. Overeenkomstig de aanbeveling van Burgemeester en Wethouders worden met algemeene stemmen benoemd: a. tot directeur A. Deinema b. leeraar in Nederlandsche taal en lezen O. Nieuwenhuis c. boekhouden en handelsrekenen S. Posthuma d. Duitsch W. Suskind e. Engelsch M. Steunebrink machineschrijven en schrijven W. Röben

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1927 | | pagina 1