256 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 6 December 1927. Wij moeten er ook rekening mee houden, dat de ge meente destijds hoewel zij het nu goedkooper zou kunnen doen het geld, dat zij als aandeelen in de Waterleiding heeft gestoken, tegen 5 heeft geleend; zij verdient dus op elke 1000.die zij in de Water leiding heeft gestoken, twintig heele guldens in een jaar en dat mag zij, naar spreker meent, voor haar risico ook wel hebben. Spreker wil opkomen tegen de bewering, dat het oppervlaktetarief niet is gekozen ter wille van de inge zetenen, maar ter wille van de Waterleiding. De Ven nootschap heeft het belang van de ingezetenen uitdruk kelijk overwogen en men meende dat dit tarief voor de ingezetenen, waarvoor de Waterleiding er toch is, het beste is. Waar er tegen het metertarief verschillende nadeelen zijn zooals ook in den brief van de Waterleiding is omschreven ook van hygiënischen aard en ten slotte ook van financiëelen aard en waar die ten slotte door de afnemers zouden moeten worden gedragen want het bedrijf betaalt ze niet, omdat het bedrijf door de afnemers moet worden betaald moet spreker de be wering, dat het metertarief voor de ingezetenen voor- deeliger zou zijn, ten sterkste ontkennen. Alleen dit wil spreker toegeven. Indien hier een metertarief was, zou dat voor sommige ingezetenen, profiteerende dat anderen voor hen betaalden, voor- deeliger zijn. Daar komt het op neer, want de totale opbrengst moet er toch wezen; wanneer iemand een groote regenbak heeft en hij zijn kraan alleen een enkele dag in den zomer eens open zet, dan brengt zoo iemand bij een metertarief voor de Waterleiding niets op. De andere ingezetenen moeten dan met elkaar de kosten van buisleidingen, pompstations, watertoevoer, enz. op brengen. De vaste onkosten zullen dan dus door de geregelde afnemers met elkaar worden opgebracht en een ander, die een groote regenbak heeft, en die mis schien, met 't oog op de kans van een heele droge zomer, ook de leiding in huis heeft om zoo noodig dan zijn kraan eens open te kunnen zetten, profiteert er van dat de anderen met elkaar de Waterleiding hebben ge maakt en dat die er is. Misschien zou het voordeeligste systeem zijn een vastrechttarief en bovendien betaling naar een afname per meter. Dat zou een eerlijk systeem zijn. Wij moeten toch met elkaar de vaste kosten van de Waterleiding betalen, dat staat als een paal boven water; men zal toch niet willen dat de een in de vaste kosten meer betaalt dan de ander, de gewone burgers niet een fabriek die er extra profijten van trekt trekken toch hetzelfde profijt van het water en zullen dus ook met elkaar de vaste kosten moeten betalen. Bovendien zou dan hij, die iets meer water neemt, ook iets meer moe ten betalen, hoewel men omgekeerd ook zou kunnen zeggen dat hij, die meer neemt, minder zou moeten be talen, omdat hij door zijn grootere afname de heele zaak helpt. Wanneer men echter naast het vastrechttarief ook nog een metersysteem invoerde, zouden daarbij de na deelen èn van het vastrechttarief èn van het metertarief beide uitkomen. Daarom heeft men gemeend dat men het beste uit was met het vastrechttarief. Nu geeft spreker toe dat een klein gezin, dat weinig water gebruikt maar in een groot huis woont, op het oogenblik meer moet betalen dan te voren. Hij wil er echter voor waarschuwen, dat men het oude tarief, zooals dat vroeger was, asjeblieft niet tot voorbeeld moet stellen als een tarief, zooals het moest zijn, want toen de gemeente de zaak heeft overgenomen, was de toestand zoo, dat er aan alle tarieven geen touw was vast te knoopen. Daar zaten de grootste onbillijkheden en ongelijkheden in, zoodat men daaraan niet kon vasthouden. Men moet de zaak zien ten opzichte van de toestan den, zooals die op het oogenblik zijn en niet met vroe ger vergelijken. Dan is het billijk, dat ook degene, die weinig water gebruikt, mee draagt in de vaste kosten en daarom is het vastrechttarief gekozen, omdat dit ten slotte het voordeeligst is voor de afnemers. Op de vraag van de heeren Westra en Vromen wil spreker nog antwoorden, dat Burgemeester en Wet houders nog gaarne het schrijven ter inzage willen leggen, tenzij de heeren daar op een andere wijze eerder kennis van hebben genomen, omdat het ter inzage leg gen dan niet noodig zal zijn. De heer IJ. de Vries heeft zich niet voorgesteld over dit punt discussie te voeren, maar heeft zijn dank be tuigd voor het uitbrengen van het rapport, naar aanlei ding van de verleden jaar bij de begrooting door hem gestelde vragen. Er kunnen verschillende systemen toegepast worden, maar spreker heeft nog de overtui ging, dat een metertarief hij heeft zich misschien te sterk uitgedrukt met te zeggen voor de inwoners, maar laat hij dan zeggen voor zeer vele inwoners met kleine huishoudingen, die in alle opzichten de zuinigheid j betrachten het voordeeligst zou zijn. Spreker zou er absoluut geen bezwaar tegen hebben, wanneer een groot huisgezin of een groot lichaam, dat meer water gebruikt, dit voor minder, voor lager bedrag zou kunnen krijgen, maar hij heeft nu het gevoel, dat er vele huisgezinnen zijn, die voor een emmer water, bij i wijze van spreken, twee kwartjes betalen tegen anderen 3 cent. Spreker heeft echter gezegd, dat hij kan begrij pen dat het vastrechttarief is vastgesteld en dat dit is genomen, omdat het voor de waterleiding het beste, het gemakkelijkste en het voordeeligste is. Het was spreker evenwel niet om discussie te doen en het was hem ook niet te doen om een verkeerde indruk te ves tigen over de Waterleiding. De zaak is hem veel dui- I delijker dan verleden jaar, toen wij deze gegevens niet hadden. Spreker zal er nu niet verder meer op ingaan, maar hij kan hierin meegaan. De beraadslagingen worden gesloten. Het betreffende rapport wordt voor kennisgeving I aangenomen. 5. bericht van mevrouw mr. J. H. GoslingsLysen, dat zij niet weer voor een herbenoeming als lid der Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs in aanmerking wenscht te komen. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 6. adres van het bestuur der vereeniging „Openbare Leeszaal en Bibliotheek", alhier, om het subsidie voor die vereeniging over 1928 niet volgens het voorstel van Burgemeester en Wethouders te bepalen op 10.500.— maar het te stellen op het aangevraagde bedrag van 13.000.— 7. adres van het bestuur der Christelijke Oratorium Vereeniging te Leeuwarden, om het voorstel van Bur- gemeester en Wethouders betreffende de vermindering van het subsidie voor het Stedelijk Orkest voor 1928 niet aan te nemen en het orkest te handhaven; 8. adres van dezelfde strekking van het dagelijksch bestuur der Christelijke Oratorium Vereeniging te Sneek. De mededeelingen sub 68 zullen worden behan- deld bij de begrooting voor 1928. 9. adres van de besturen van de afdeeling Leeu- worden van den Algemeenen Bond van Politiepersoneel in Nederland e. aom een commissie uit den Raad te benoemen ter bespreking van een door de betrokken organisaties gedaan verzoek betreffende salarisverhoo- ging van het politiepersoneel, alhier. Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt besloten op dit verzoek niet in te gaan, doch het adres te voegen bij de andere adressen betreffende herziening van de salarissen van gemeente- personeel. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 6 December 1927. 257 10. adres van j. de Wilde te 's Gravenhage, om ontbinding van de overeenkomst betreffende het slach ten van vee voor uitvoer in het Openbaar Slachthuis, alhier. Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt besloten afwijzend op dit adres te beschikken. 11. dat Burgemeester en Wethouders bij openbare aanbesteding hebben gegund a. aan R. IJpeij té Witmarsum de levering van 200 H.L. witte inlandsche haver ten dienste der Gemeente reiniging voor 9.49 per 100 K.G.; b. de levering van waalstraatklinkers en wel aan W. J. Toering te Leeuwarden 300.000 stuks a 33.50 en 200.000 a 36.L. van der Meij te Leeuwarden 300.000 stuks a 33.50, N. V. Bouwmaterialenhandel J. Ph. Broekschmidt en Co. te Groningen 200.000 stuks a 33.45, alles per 1000 stuks. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 12. dat Burgemeester en Wethouders aan enkele nieuw aangelegde of in aanleg zijnde straten, de vol gende namen hebben toegekend a. aan de eerste straat ten Noorden van den Har- lingerstraatweg, loopende uit de Nachtegaalstraat in Oostelijke richting naar de Spanjaardslaan, den naam van Pelikaanstraat b. aan de eerste straat ten Noorden van den Har- lingerstraatweg, loopende uit de Nachtegaalstraat in Westelijke richting, den naam van Ibisstraat c. aan de straat, loopende uit het Merelplein eerst in Westelijke richting en daarna ombuigende naar het Noordwesten, den naam van Eksterstraat d. aan de straat, loopende onmfddellijk ten Westen van en evenwijdig aan de Nachtegaalstraat en welke de straat sub b met die sub c verbindt, den naam van Koekockstraat e. aan de straat, liggende ten Noordwesten van die sub d en loopende uit die sub c naar het Zuidwesten, den naam van Kwartelstraat aan de straat, loopende uit die sub b in Noord westelijke richting naar die sub e, den naam van Meezenstraat g. aarTde straat, loopende uit de Bleeklaan, halver wege tusschen het Noordvliet en de Jacob Binckesstraat, in Noordoostelijke richting naar den Weg naar Cam- buur, den naam van de Ruijterweg h. aan de straat tusscherTde Bleeklaan en de Jacob Binckesstraat, loopende van de Gale Hamkesstraat in Noordelijke richting naar de Maerten Gerritszstraat, mede den naam van Gale Hamkesstraat i. aan de straat, loopende'in Noordelijke richting van de Maerten Gerritszstraat naar de Bleeklaan, mede den naam van Maerten Gerrjjszstraat j. aan de straat, loopende uit de Jacob Binckes straat in Zuidoostelijke richting naar de straat sub g en vormende het Zuidoostelijk verlengde van de Auke Stellingwerfstraat, mede den naam van Auke Stelling- werfstraat. De beraadslagingen worden geopend. De heer Vromen drukt er zijn spijt over uit, dat Bur gemeester en Wethouders het noodig hebben geacht om in de Vogelbuurt sommige straten te benoemen met de namen van zulke exotische vogels als Pelikaan en Ibis. De eigen fauna is toch nog rijk genoeg. Vooral de naam van Ibis, de heilige vogel der Egyptenaren, is hier een totaal onbekende, zoodat deze naam hier toch zeker niet in de eerste plaats in aanmerking zou moeten komen. De Voorzitter: Als U eens wist wat een hoofdbreken het kost oni goede straatnamen te vinden. Een vol genden keer kunnen wij misschien wel eens bij U om advies komen. De beraadslagingen worden gesloten. De mededeeling sub 12 wordt voor kennisgeving aangenomen. 13. De Voorzitter deelt ten slotte mede, dat het in het voornemen ligt de eerstvolgende Raadsvergadering te doen houden op Dinsdag 20 December, des voor middags te 10 uur, zoo noodig voort te zetten op Woensdag 21 December en Donderdag 22 December. Wordt voor kennisgeving aangenomen. II. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. 1 (Agenda no. 2). Benoeming van een curator van het gymnasium, wegens periodieke aftreding van dr. J. C. Schreuder. De aanbeveling van Curatoren luidt als volgt 1. Dr. J. C. Schreuder; 2. Dr. A. Vonck; 3. Dr. A. Overbosch. Wordt benoemd Dr. J. C. Schreuder met 24 stemmen en 1 stem op Dr. A. Vonck, terwijl 1 biljet blanco wordt ingeleverd. De heer Lautenbach is bij deze stemming niet tegen woordig. 2 (Agenda no. 3). Benoeming van vijf leden der Commissie van toezicht op het Lager Onderwijs wegens periodieke aftreding van mevr. M. Hendriks-Buikstra en van de heeren R. Th. A. Bisschop, S. Mendels, J. van der Linden en H. Feddema Azn. De aanbevelingen der Commissie luiden als volgt a. vacature Mevr. M. Hendriks-Buikstra, meerder jarig onderwijzeres bij het O. L. O. 1. Mevr. M. HendriksBuikstra, Spoorstraat 4 boven; 2. Mej. A. Algra, Vegelinstraat 37; 3. Mej. H. Hamming, Schoppershofstraat 26. b. vacature R. Th. A. Bisschop, meerderjarig onder wijzer bij het bijz. 1. o. 1. R. Th. A. Bisschop, Willem Lodewijkstraat 47; 2. J. J. Swart. Tjerk Hiddesstraat 25; 3. j. H. Spoelstra, Schapestraat 24. c. vacature S. Mendels, vader van een kind op een openb. lagere school 1. S. Mendels, Breedstraat 60; 2. H. Frank, Slotmakersstraat 16; 3. J. van Dijk, Lijsterstraat 34. d. vacature J. van der Linden, vader van een kind op een bijz. lagere school 1. R. Visser, Kelders 33; 2. A. Slump, Emmakade 65; 3. P. Runia, van Heemstrastraat 20. e. vacature H. Feddema Azn., meerderjarig inwoner: 1. H. Feddema Azn., Emmakade 11; 2. J. H. Bekkering, Maria Louisastraat 4; 3. W. A. Beyer, Verstolkstraat 13. Met algemeene (26) stemmen worden benoemd in de vacature sub a mevr. M. HendriksBuikstra, voornoemd; b R. Th. A. Bisschop, c S. Mendels, d R. Visser, e H. Feddema Azn., De heer Lautenbach is bij deze stemming niet tegen woordig.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1927 | | pagina 2