24 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 21 Februari 1928.
dan is die, naar de meening van Burgemeester en Wet
houders, in deze gemeente voldoende, maar er is altijd
een zeer sterke drang van de beurtschepen om zoo dicht
mogelijk bij de veemarkt te liggen. Als wij het Nieuwe
Kanaal er bij nemen, is de los- en laadgelegenheid wel
twee maal zoo groot, als die, welke wordt gebruikt,
maar daar willen de menschen niet liggen, hoewel het
zoo langzamerhand wel noodzakelijk is gebleken om ook
aan het Nieuwe Kanaal verschillende schepen te doen
liggen, omdat er geen plaats meer was.
Het door spreker genoemde bekende groene stuk wal
is nu het eenige, waarmee de gelegenheid zou kunnen
worden uitgebreid, maar Burgemeester en Wethouders
hebben er tot nu toe tegen op gezien, om daar een wal-
muur te maken, die nog al wat geld kost. Dit toch is
een eigenaardig werk, omdat zoo'n muur èn den kant
van den weg èn de straat moet keeren, zoodat hij dus
zeer solide moet zijn. Als de heer De Boer nu een goed-
kooper oplossing weet, die minstens even goed is, zullen
Burgemeester en Wethouders die graag tot zich nemen,
maar of dat de oplossing zal zijn, is misschien een
tweede kwestie. Burgemeester en Wethouders zullen
echter gaarne hun aandacht aan deze zaak blijven
schenken.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het adres sub g wordt voor kennisgeving aange
nomen.
h. dat Burgemeester en Wethouders
a. bij openbare aanbesteding hebben gegund
de levering van 40.000 K.G. grof turfstrooisel ten
behoeve der Gemeentereiniging voor 174.50 per
10.000 K.G.,
het bouwen van een transformatorhuisje bij het ge
bouw der vereeniging ,,de Harmonie", ten behoeve van
het Gemeentelijk Electriciteitbedrijf, aan H. Jongedijk,
alhier, voor 987.
het herstellen van den gashouder no. 3 op het terrein
der Gemeentelijke Gasfabriek aan de N. V. Pletterij
voorheen L. J. Enthoven en Cie te Delft;
b. ter Secretarie hebben benoemd
tot commies-chef der afdeeiing Financiën, voorloopig
voor den tijd van één jaar, ter voorziening in de vacature
T. Froentjes, Mr. P. J. Vellinga, thans commies,
hebben bevorderd tot adjunct-commies le klasse den
adjunct-commies 2e klasse J. Feddema en tot adjunct
commies 2e klasse den klerk W. S. de Vries,
hebben aangewezen tot secretaris der Commissie voor
Georganiseerd Overleg T. Bakker, commies-redacteur
ter Secretarie.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
i. De Voorzitter merkt op, dat verder nog ter inzage
heeft gelegen een stuk, waarvan hij geen mededeeling
heeft gedaan, maar waarover hij, als er over gesproken
zou worden, liever een besloten vergadering zou hou
den er is toch nog een andere zaak, waaromtrent
spreker zou willen voorstellen een besloten vergadering
te houden.
Het stuk, dat spreker bedoelt, betreft de kwestie van
de slachtrechten. Heeft een van de leden daaromtrent
een opmerking te maken of vindt de Raad het goed, dat
het college van Burgemeester en Wethouders voorloo
pig de proef, die de directeur van het Slachthuis aan
geeft, neemt
Dienovereenkomstig wordt met algemeene stemmen
besloten.
2. Benoeming van een arts, belast met de genees-
en heelkundige behandeling van behoeftigen in de ge
meente, wegens periodieke aftreding van W. F. J.
Uffelie.
Overeenkomstig de aanbeveling van Burgemeester en
Wethouders wordt met algemeene stemmen benoemd
W. F. J. Uffelie, arts, alhier.
3. Benoeming van een lid der Commissie van Toe
zicht op het Middelbaar Onderwijs, wegens periodieke
aftreding van S. Nijholt.
Overeenkomstig de aanbeveling der Commissie wordt
met algemeene stemmen benoemd S. Nijholt, alhier.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan H. Veensira als
leeraar aan de Gem. H.B.S. met 3-jarigen cursus en
daarop aansluitende Hoogere Handelsschool.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
goedkeuring der rekeningen, dienst 1926, van:
a. het Nieuwe Stads Weeshuis;
b. de Stadsarmenkamer
c. het Stads Ziekenhuis.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van de begrooting der Stads Armenkamer,
dienst 1927.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging der Gemeentebegrooting, dienst 1928.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 47.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Sumatra-
straat aan T. D. Wijma en J. Suierveld.
Dit voorstel luidt als voigt
T. D. Wijma en J. Suierveld, alhier, hebben bij adres
sen van 21 October 1927 en 7 Januari 1928 ons College
verzocht te bevorderen, dat hun in erfpacht worden
afgestaan de blokken XX en XXI van de gemeentelijke
bouwterreinen ten Zuiden van de Sumatrastraat, of een
zoodanig gedeelte van genoemde bouwblokken als in
verband met de aanwezigheid van een mestvaalt ter
plaatse, kan worden uitgegeven.
Tegen de uitgifte van het geheele bouwblok XX
bestaat geen bezwaar. Van blok XXI kan voorloopig
slechts een Westelijk gedeelte worden afgestaan, aan
gezien de op het Oostelijk gedeelte aanwezige mest
vaalt eerst dient te worden verplaatst, alvorens het
hierbedoelde terreingedeelte kan worden uitgegeven.
De adressanten hebben zich intusschen verbonden, na
verplaatsing van de mestvaalt, het Oostelijk terrein,
zoover mogelijk, in erfpacht aan te nemen.
De prijs van het terrein is gesteld op 7.per M-.
voor zooveel het op de hierbij behoorende situatie-
teekening met enkele roode arceering aangeduide ter
rein betreft en op 6.per M2. voor zooveel betreft
het achtergelegen met roode kruisarceering aan
geduide terrein. Deze prijzen zijn voldoende te achten.
Met de gebruikelijke voorwaarden hebben de adres
santen genoegen genomen.
Onder overlegging van stukken geven wij U mits
dien in overweging te besluiten
aan T. D. Wijma en J. Suierveld te Leeuwarden tot
31 December 1990 in erfpacht af te staan bouwblok
XX, benevens een Westelijk gedeelte van bouwblok XXI
der gemeentelijke terreinen aan de Sumatrastraat, zooals
op de bijbehoorende teekening is aangegeven, ter
grootte van ongeveer 816 M2. voor zooveel het met
enkele roode arceering aangeduide terrein betreft en
van ongeveer 230 M2. voor zooveel betreft het met
roode kruisarceering aangegeven terrein, de juiste
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad
grootten nader door een landmeter van het kadaster
uit te meten, zulks op de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon wordt, bij een rentevoet van
6 per jaar, berekend naar een grondwaarde van
7.per M2. voor zooveel het met enkele roode ar
ceering en van 6.— per M2. voor zooveel het met
roode kruisarceering aangeduide terrein betreft;
2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis hebben bekomen, een bedrag van 355.ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hun, na voldoening daaraan, op aanvraag zal worden
teruggegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door
den dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. de erfpachters moeten, op straffe van vervallen
verklaring van hun erfpachtsrecht, op eerste vordering
van Burgemeester en Wethouders in erfpacht aannemen,
voor den duur, naar den rentevoet en op dezelfde voor
waarden als hierboven is vermeld en naar een grond-
pi ijs van 7.— per M2., het overblijvende door hen
aangevraagde gedeelte van bouwblok XXI, eventueel
voor zoover dat na verplaatsing van de op het hier
bedoelde terrein aanwezige mestvaalt kan worden uit
gegeven, komende de kosten van de deswege op te
maken acte van uitgifte in erfpacht, de kosten van uit
meting door een landmeter van het kadaster daaronder
begrepen, ten laste van de erfpachters;
6. voor den afstand in erfpacht zijn verder van toe
passing voor zoover mogelijk en met het boven
staande niet in strijd de bepalingen betreffende de
uitgifte in erfpacht van bouwterreinen gelegen tusschen
Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoorende aan
de gemeente Leeuwarden.
De Voorzitter merkt hierbij op, dat Burgemeester en
Wethouders dit voorstel ongewijzigd bij den Raad wil
len indienen, maar dat zij daarbij nog machtiging vragen
om, indien blijkt waar te zijn wat hun kort voor den
aanvang dezer vergadering is ter oore gekomen, n.l. dat
er misschien nog recht van voetpad over dit terrein zou
bestaan vanaf een van de perceelen aan het Vliet naar
de Sumatrastraat, dan met de heeren Wijma en Suier
veld in overleg te treden om die kwestie te regelen.
Burgemeester en Wethouders kunnen op het oogenblik
niet uitmaken of de aanspraak op het recht van voetpad
terecht is of dat iemand slechts meent daarop recht te
hebben, maar als dat recht onomstootelijk zou komen
vast te staan, hopen Burgemeester en Wethouders die
zaak op de eene of andere manier te schikken en zij
vragen daartoe bij dezen machtiging van den Raad.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
en wordt de bij monde van den Voorzitter gevraagde
machtiging aan Burgemeester en Wethouders verleend.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Ibisstraat
cn de Kwartelstraat aan W. van der Meij en T.Jellema.
Dit voorstel luidt als volgt
Van het gemeentelijk bouwterrein ten Noorden van
den Harlingerstraatweg wordt door W. van der Meij
en T. Jellema, alhier, een perceel in erfpacht gevraagd,
gelegen aan de Ibisstraat en de Kwartelstraat.
Adressanten hebben met de gebruikelijke voorwaar
den en een grondprijs van 8.per M2., welk bedrag
voldoende is te achten, genoegen genomen.
van Leeuwarden van Dinsdag 21 Februari 1928. 25
Onder overlegging der stukken geven wij U in over
weging te besluiten
aan W. van der Meij en T. Jellema, alhier, tot 31 De
cember 1990 in erfpacht af te staan een perceel bouw
terrein, gelegen aan de Noordzijde van de Ibisstraat en
de Zuidoostzijde van de Kwartelstraat, vormende een
Westelijk gedeelte van het bouwblok ter plaatse, zooals
op de bijbehoorende teekening met roode omlijning is
aangegeven, ter grootte van ongeveer 1804 M'-'., de juiste
grootte nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks op de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 8.per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis hebben bekomen, een bedrag van 722.ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hun, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den
dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag be
bouwing door derden niet plaats hebben;
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tus
schen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo
rende aan de gemeente Leeuwarden.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer M. Molenaar merkt op, dat, als hij het be
geleidend schrijven van den heer Maas ziet, de heeren
Jellema en Van der Mey een gedeelte van het betrek
kelijke bouwblok aanvragen, n.l. een blok grond aan de
Noordzijde van de Ibisstraat en de Zuidoostzijde van de
Kwartelstraat. De heer Maas geeft in overweging het
geheele blok uit te geven, maar die kwestie was voor
de raadsleden moeilijk te beoordeelen, omdat de teeke
ning, waarover door den heer Maas in zijn begeleidend
schrijven werd gesproken en waarop een en ander met
rood en geel was aangeduid, niet aanwezig was.
Het maakt nu op spreker den indruk dat dit voorstel
het advies van den heer Maas niet volgt, omdat hier
staat: „vormende een Westelijk gedeelte van het bouw
blok ter plaatse". Het is nu moeilijk voor den Raad
te beoordeelen, wat hier eigenlijk de kwestie is.
De heer Fransen (wethouder) zegt, dat de teekening,
die bij de stukken heeft gelegen, het terrein aangaf,
zooals dat eerst door de beide heeren is aangevraagd,
rood omlijnd en geel gearceerd
De Voorzitter maakt den heer Fransen opmerkzaam
dat die teekening niet bij de stukken heeft gelegen.
De heer Fransen (wethouder)Lag er geen teeke
ning bij Ja, dan kan ik het ook moeilijk vertellen, maar
in elk geval is het zoo, dat het heele blok is aangevraagd
en dat is toegestaan.
De Voorzitter: Zij vroegen een deel van het blok en
toen heeft de heer Maas geadviseerd: dat deel kunnen
ze niet krijgen, maar wèl een ander deel daar was
geen bezwaar tegen öf het geheele blok. Nu nemen
ze het geheele blok.
De heer M. Molenaar: Maar hier wordt gesproken
van een Westelijk gedeelte.
De heer Fransen (wethouder): De gemeente heeft