18 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 Februari 1929.
van de ingekomen stukken. Het voorstel, dat nu in be
handeling is gekomen, is zeker van groote beteekenis
en spreker heeft nu, als gevolg van de wijze, waarop
dit punt in behandeling wordt gebracht, heel weinig tijd
gehad om de zaak te bestudeeren. Dit geldt te meer,
waar de commissie hare taak ruimer en breeder heeft
opgevat dan oorspronkelijk in de bedoeling van Burge
meester en Wethouders heeft gelegen. Deze hebben
toch volgens den aanvang van hun praeadvies gevraagd:
„na te gaan, welke de gevolgen, zoowel financieele
als andere, zouden zijn van vermindering van het ge
meentelijk bewaarschoolonderwijs."
Dc commissie heeft deze opdracht bijzonder ruim op
gevat, zij heeft ook gesproken over de wenschelijkheid
van het onderwijs, enz. en de heer Feitsma heeft het er
nu met zijn voorstel niet beter op gemaakt, waar hij de
volledige opheffing van dit onderwijs daarbij ter sprake
heeft gebracht.
Spreker heeft persoonlijk op deze wijze niet vol
doende tijd gehad om zich in de zaak in te werken en
waar dit een punt is, waarvan de behandeling niet op
3 weken dringt, veil hij voorstellen, de behandeling van
dit punt 3 weken aan te houden.
Het voorstel-Oosterhoff wordt ondersteund.
De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders
tegen aanhouding geen bezwaar hebben.
De beraadslagingen worden gesloten.
Overeenkomstig het voorstel-Oosterhoff wordt met
algemeene stemmen besloten punt j der mededeelingen
(bijlage no. 4) met het daarbij ingediende voorstel van
de heeren Feitsma en IJ. de Vries tot de volgende ver
gadering aan te houden.
2. Benoeming van een onderwijzer in de lichame
lijke oefening aan scholen voor openbaar lager onder
wijs (vacature J. D. de Jong).
De voordracht van Burgemeester en Wethouders
luidt ais volgt
1. J. Oly, tijdelijk onderwijzer in de lichamelijke
oefening, alhier;
2. E. Statema te Bolsward;
3. C. de Jong te Leeuwarden.
Wordt benoemd J. Oly, voornoemd, met 22 stemmen
en 2 stemmen op Statema.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan dr. S. B. Hoog
houdt als tijdelijk leeraar in de natuur-, schei- en
wiskunde aan de Gem. Hoogere Burgerschool en Hoogere
Handelsschool.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan P. W. Hoogterp
als tijdelijk leeraar in de Fransche taal aan de Gem.
Hoogere Burgerschool en Hoogere Handelsschool.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein tusschen den Weg
Achter de Hoven en de Warmoezenierstraat aan M.
Spandaw.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij adres van 15 October 1928, gevolgd door een
nader schrijven d.d. 3 Januari 1929, verzoekt M. Span
daw, alhier, hem in erfpacht af te staan een bouwterrein
gelegen tusschen en begrensd door den Weg Achter de
Hoven en de Warmoezenierstraat. Bedoeld terrein heeft
aan de zijde van den Weg Achter de Hoven eene breedte
van 9 Meter en ligt ten Zuidwesten van het perceel
dat bij Uw besluit van 28 Augustus 1928 aan adressant
in erfpacht is afgestaan. Aan de Warmoezenierstraat
is het gevraagde terrein 13 Meter breed en sluit het
aan tegen den krachtens Uw besluit van 7 Augustus 1928
aan C. Th. van der Kolk uitgegeven grond. Op de hierbij
overgelegde situatieteekening is het terrein in roode
kleur aangeduid. De grondprijs kan worden gesteld op
onderscheidenlijk 8.50 en 7.per M-., welke
sommen ook voor de naastgelegen perceelen zijn be
dongen. In verband met een ten Zuidwesten van het
aangevraagde terrein geprojecteerde straat dient naast
de gebruikelijke voorwaarden de bepaling te worden
opgenomen dat, bij de bebouwing, aan de Zuidwestzijde
over de geheele diepte van het terrein een strook grond
van 2.50 Meter breedte onbebouwd moet worden ge
laten en als voortuin moet worden aangelegd en onder
houden. Adressant heeft verklaard met de gemelde
grondprijzen, zoomede met de gestelde voorwaarden
genoegen te nemen.
Wij geven U derhalve in overweging te besluiten
aan M. Spandaw, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een perceel bouwterrein, gelegen
tusschen en grenzende aan den Weg Achter de Hoven
en de Warmoezenierstraat, ter breedte langs genoemden
weg gemeten van ongeveer 9 Meter en langs de War
moezenierstraat gemeten van ongeveer 13 Meter, zooals
op de bijbehoorende situatieteekening in roode kleur is
aangegeven, ter grootte van ongeveer 512 M2., de juiste
grootte nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal bij een rentevoet van 6
per jaar worden berekend
a. naar een grondwaarde van 8.50 per M2., voor
zoover betreft het gedeelte van het terrein grenzende
aan den Weg Achter de Hoven, ter diepte van ongeveer
28 Meter en ter grootte van ongeveer 252 M-\
b. naar een grondwaarde van 7.per M2., voor
zoover betreft het gedeelte van het terrein grenzende
aan de Warmoezenierstraat, ter diepte van ongeveer 20
Meter en ter grootte van ongeveer 260 M2.
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 198.- ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven
3. de rooiïng voor de bebouwing zal, mede in ver
band met een ten Zuidwesten van het terrein geprojec
teerde straat, nader door den dienst der Gemeentewerken
worden aangegeven
4. bij de bebouwing van het terrein moet aan de
Zuidwestzijde daarvan, over de geheele diepte van het
terrein, een strook van 2.50 Meter breedte onbebouwd
worden gelaten en als voortuin worden aangelegd en
onderhouden
5. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben
6. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tus
schen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Vondelstraat
aan R. S. Okkinga te Tzummarum.
Dit voorstel luidt als volgt
IJ. de Jong, alhier, handelende namens R. S. Okkinga.
te Tzummarum, verzoekt bij adres van 1 Januari j.l. in
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 Februari 1929. 19
erfpacht te mogen ontvangen een strook grond tei
breedte van 2.50 Meter aan de Vondelstraat, gelegen
ten Zuiden van het aan adressant in erfpacht uitgegeven
terrein aan de Zuidzijde van de Fonteinstraat, ten einde
daarop een autogarage te stichten. Tegen den ge-
vraagden afstand bestaan onzerzijds geen bedenkingen.
De grondprijs kan worden gesteld op 12.per M2.,
welke som ook voor het aanliggende terrein is bedongen
en die voldoende is te achten. Belanghebbende gaat met
dezen prijs, zoomede met de te stellen gebruikelijke
voorwaarden accoord.
Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten
aan R. S. Okkinga, te Tzummarum, tot 31 December
1990 in erfpacht af te staan een strook grond ter breedte
van 2.50 Meter, aan de Vondelstraat, gelegen ten Zuiden
van en grenzende aan het aan IJ. de Jong krachtens
Raadsbesluit van 7 Augustus 1928, no. 262R/161, in
erfpacht afgestane terrein, zooals op de bijbehoorende
situatieteekening met roode kleur is aangeduid, ter
grootte van ongeveer 65 M2., de juiste grootte nader
door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks
onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 12.per M2. en een rentevoet van
6 Per jaar;
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 39.ten kan
tore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem,
na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden terug
gegeven;
3. dc rooiïng voor de bebouwing aan de Westzijde
zal door den dienst der Gemeentewerken worden aan
gegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein tusschen de Kievit
straat en de Eksterstraat aan W. Schuurmans te Cornjum
en F. van der Woude, alhier.
Dit voorstel luidt als volgt
Het nog beschikbare gemeentelijke bouwterrein, ge
legen ten Zuidoosten van de gemeenteschool no. 15.
tusschen de Kievitstraat en de Eksterstraat, wordt bij
adres van 20 December 1928 door W.. Schuurmans te
Cornjum en F. van der Woude, alhier, in erfpacht ge
vraagd. Aan het verzoek kan worden voldaan in zoo
verre, dat een strook van het bedoelde terrein, ter
breedte van 1 Meter en ter diepte van ongeveer 20 Meter,
gelegen ten Noordwesten van en grenzende aan de
eigendommen van de Vereeniging voor Volkshuisvesting
ter plaatse, niet aan de adressanten kan worden afge
staan daar deze strook voor overdracht aan genoemde
vereeniging bestemd is. De grondprijs van het uit te
geven terrein kan worden gesteld op 6.per M2.,
welke prijs, de minder gunstige verkaveling van den
grond in aanmerking genomen, voldoende is te achten.
De adressanten berichtten ons met dezen prijs, zoomede
met de gebruikelijke voorwaarden, genoegen te nemen.
Als bijzondere voorwaarde, waarmede de belangheb
benden eveneens accoord gaan, dient te worden gesteld
dat, zoo eventueel de Vereeniging voor Volkshuisvesting
de bovenvermelde strook niet mocht overnemen, deze
door de adressanten moet worden aanvaard.
Wij geven U in overweging te besluiten
aan W. Schuurmans te Cornjum en F. van der Woude,
alhier, tot 31 December 1990 in erfpacht af te staan
een perceel bouwterrein, gelegen ten Zuidoosten van
de gemeenteschool no. 15, tusschen dc Kievitstraat en
de Eksterstraat, zooals op de overgelegde situatie
teekening met een roode omlijning is aangegeven, ter
grootte van ongeveer 2410 M2., de juiste grootte nader
door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks
onder de volgende voorwaarden
1de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 6.per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis hebben bekomen, een bedrag van 723.- ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hun,
na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden terug
gegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door
den dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. de erfpachters zijn, op straffe van vervallenver
klaring van hun erfpachtsrecht, gehouden om een strook
grond ter breedte van 1 Meter en ter diepte van on
geveer 20 Meter, gelegen ten Noordwesten van en gren
zende aan de eigendommen van de Vereeniging voor
Volkshuisvesting ter plaatse, ingeval deze strook niet
door genoemde vereeniging wordt overgenomen op de
eerste vordering van Burgemeester en Wethouders in
erfpacht te aanvaarden voor den duur, naar den grond
prijs en den rentevoet en op dezelfde voorwaarden als
hierboven is vermeld;
6. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 37.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het instellen van een rechtsvordering tegen J. Vonk tot
ontruiming van de woning Beetgumerstraat no. 64 en
betaling van achterstallige huurpenningen.
Dit voorstel luidt als volgt
De huurder van het gemeentelijk perceel Beetgumer
straat no. 64, Vonk, is nalatig gebleven in de betaling
van zijn huur, waardoor hij op 14 Januari j.l. dag
waarop hem de huur is opgezegd in totaal een bedrag
van 64.08 achterstallig was. Gesommeerd tot betaling
daarvan is hij niettemin in gebreke gebleven, zoodat
een rechtsvordering tot ontruiming van de woning en
tot betaling van den achterstaliigen huurprijs zal moeten
worden ingesteld. De rechtsgeleerde raadsman der ge
meente is blijkens zijn overgelegd advies van 6 Februari
1929 van oordeel, dat tegen Vonk een rechtsvordering
kan worden ingesteld, zoodat wij U, onder overlegging
van het rechtskundig advies in overweging geven te
besluiten tot het instellen van een rechtsvordering, zoo
noodig ook in hooger beroep en cassatie, tegen J. Vonk
tot ontruiming van de woning Beetgumerstraat no. 64
met betaling van de achterstallige huur van die woning.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Lautenbach zegt, dat het hem herhaalde