A. in eigendom over te nemen van H. Hoven, alhier, den grond van de stoepen, gelegen voor de perceelen Minnemastraat nos. 2, 4 en 6, kadastraal bekend ge meente Leeuwaren, Sectie A nos. 1573 (ged.) en 1369, zulks onder de volgende voorwaarden B. de onder A bedoelde strooken grond te bestem men voor den publieken dienst. I*. 118 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 3 Juni 1930. naam te geven, passende in de Vogel-, Bloemen-, Staatmans- of Zeeheldenbuurt enz., maar om een be staande straat, waarvan de naam is ingeburgerd, om te doopen, daarvoor zou ik aan Burgemeester en Wethou ders geen machtiging willen laten üe heer J. de Boer (wethouder)Waarom komt men daar nu mee en vroeger niet Dat is toch wel meer gebeurd. De heer IJ. de Vries: Dat is wel zoo, maar ik stel mij voor dat het voor meerderen onaangenaam is, wanneer deze weg wordt omgedoopt in „Mr. P. J. Troelstraweg". Wanneer er een belangrijke nieuwe weg wordt aange legd, heb ik er absoluut geen bezwaar tegen om deze naar Troelstra te noemen, maar ik heb wel bezwaar dat te doen met den Stienserweg. Ik zou dus het voor stel willen indienen om dezen weg niet om te doopen. De heer Hofstra: Deze mededeeling heeft mij ook wat vreemd aangedaan en ik zou daarvoor ook de argu menten kunnen opsommen, die hier al eerder zijn ge zegd. Ik zou niets liever willen, ook gezien de waai- deering, welke ik heb voor Mr. P. J. Troelstra, dat het gemeentebestuur een anderen weg, n.l. een nieuwe straat kiest voor het toekennen van dien naam, maar ik vind het ook een eigenaardig iets, dat men een bestaande straat dezen naam geeft en dan nog wel een straatweg, waarbij, zooals de heer Feddema terecht heeft opge merkt, het kiezen van den naam een goede gedachte is geweest van onze voorvaderen, een gedachte, waarop men nu inbreuk gaat maken. Ik voel daarom veel voo* het voorstel van den heer IJ. de Vries om wel een zeer voorname weg naar Troelstra te noemen maar niet den Stienserweg. omdat dit naar mijn meening een eigen aardige manier van doen is. De heer J. de Boer (wethouder)Ik begrijp het argu ment van den heer IJ. de Vries niet al te goed. Hij heeft het er over, dat het wat al te ver gaat, wanneer men bestaande straatnamen verandert, maar dat is toch in dertijd ook gebeurd met het Kalverdijkje; daar heeft ook officieel die naam op een naambord gestaan en later is die naam veranderd in Ramstraat. En zooiets is niet alleen in Leeuwarden het geval geweest, maar ook in Den Haag. Daar heeft Dr. Abraham Kuyper gewoond in de Kanaalstraat en die straat is later de Dr. Abr. Kuyperstraat genoemd. Wat is er nu tegen dat dit hier ook gebeurt, vooral als men niet tegen het idee zelf is. En de heeren Hofstra en IJ. de Vries hebben toch niets tegen het idee, het plan zelf ontmoet bij hen geen bezwaar, zij geven blijk van hun hooge waardeering voor Troelstra en zij wen- schen wel, dat hij op die manier wordt herdacht in Leeuwarden. Waar nu in andere plaatsen ook in een dergelijk geval straatnamen in dien geest zijn gewijzigd en ook hier wijziging van een straatnaam reeds eerder heeft plaats gehad en men geen bezwaar heeft tegen het plan op zichzelf, daar vind ik het eigenaardig, dat men hier op het oogenblik opstaat en zegt op deze wijze wèl bezwaar te hebben; ik begrijp niet, welke motieven daaraan ten grondslag liggen. De Voorzitter: Er is een voorstel ingekomen van de heeren IJ. de Vries en Feddema, dat luidt als volgt ..Ondergeteekenden stellen voor de Stienserstraat- weg niet om te doopen in de Mr. P. J. Troelstraweg." De heer H. de Boer: Is het dan niet beter het voorste! van Burgemeester en Wethouders in stemming te brengen De Voorzitter: Dat kan ook, ik kan ook het besluit van Burgemeester en Wethouders om den naam van den I Stienserweg wèl te veranderen als voorstel beschouwen en dit in stemming te brengen. De heer VromenIk zou dan even deze verklaring willen afleggen. Als U dat voorstel van Burgemeester en Wethouders in stemming brengt, zal ik daar tegen stemmen, omdat ik niet geloof, dat op deze wijze die naam zal inburgeren. Ik vind het dus in het belang van de nagedachtenis van Mr. Troelstra, dat men voor het geven van dien naam een anderen weg kiest en mijn tegenstemmen berust dus niet op een gebrek aan hulde tegenover Mr. Troelstra. Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi: Zou er dan dit niet aan kunnen worden toegevoegd, dat direct de eerste belangrijke straat zal worden genoemd de Mr. P. J. Troelstrastraat De Voorzitter: Dan lijkt het mij toch beter mevrouw, als de Raad hier niet aan wil, dat Burgemeester en Wet houders daar eerst nog eens nader over denken. Het lijkt mij toch niet goed om een straat zoo te noemen b.v. midden in de Vogelbuurt. De heer H. de Boer: Ik begrijp eigenlijk niet, waarom hier zooveel bezwaar bestaat. Wanneer toch hier een straat zal worden genoemd naar Pieter Jelles Troelstra, dan zal het uit het hart gegrepen zijn van de groote meerderheid hier, wanneer daarvoor juist wordt geko zen de Stienserweg, de weg, welke de verbinding vormt naar het dorp, waar hij langen tijd heeft gewoond en waar hij veel van zijn Fricsche gedichten, n.l. zijn Ris- pinge, heeft gedicht. Mij dunkt, dat men zich ten op zichte daarvan door piëteit moet laten leiden en indien er dan nog eenige bezwaren bestaan in verband met het feit, dat de naam Stienserweg zal verdwijnen, dan zou ik toch een beroep op den Raad willen doen. om dat kleine bezwaar op zij te zetten en hier dezen naam voor dien verbindingsweg tot stand te brengen. Ik heb nog geen andere stem gehoord, dan dat het juist zoo gelukkig is gevonden om den weg, die leidt naar het dorp Stiens, dezen naam te geven. Daarom zou ik wil len, nu men er wèl voor voelt om een straat naar Troelstra te noemen, dat het juist wèl de Stienserweg zal zijn; wij althans zouden het op hoogen prijs stellen, als de Raad daarop wilde ingaan. De heer IJ. de Vries: Nu zou ik toch nog graag iets willen zeggen. De heer De Boer gaat nu werken op het gevoel van de Raadsleden en nu zou ik graag als his torisch man dit willen zeggen. Ik weet niet, hoeveel eeuwen Stiens daar heeft gelegen en hoeveel eeuwen die weg daar heeft gelegen en steeds de Stienserdijk is genoemd. Maar Troelstra is nu dood en hoelang Stiens daar nog blijft, weet ik niet, doch ik meen dat historisch die weg daar moet blijven onder den ouden naam, omdat Stiens ook blijft. Dat zeg ik, omdat ik een historisch man ben; dan kunnen ook de vreemdelingen blijven zien, waar de weg naar Stiens is. De beraadslagingen worden gesloten. Het besluit van Burgemeester en Wethouders, thans als voorstel aan den Raad beschouwd, wordt met 14 tegen 11 stemmen aangenomen. Voor stemmen: de heeren Tamminga, Muller, Wes terhuis, H. de Boer, J. de Boer, Dijkstra, Ritmeester, Van der Veen, Hooiring, Botke, Tiemersma, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi en de heeren M. Molenaar en B. Molenaar. Tegen stemmen: mevrouw Van DijkSmit, de heeren Peletier, IJ. de Vries, Westra, Vromen, Visser, Lauten- bach, Feitsma, Hofstra, Oosterhoff en Feddema. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 3 Juni 1930. 119 dat Burgemeester en Wethouders bij openbare inschrijving hebben gegund aan B. Wiebenga, alhier, de levering van 200 H.L. inlandsche haver ten behoeve van de Gemeentereiniging voor 6.60 per 100 K.G.; aan de firma Nauta en Hettema, alhier, het maken van een urinoir en openbare privaatruimte in de Oude Waag voor 3475. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 3. Benoeming van a. een tijdelijk leeraar in het Nederlandsch b. een tijdelijk leeraar in de Aardrijkskunde beiden aan het Gymnasium vacature Dr. K. Poll). De aanbevelingen van Curatoren luiden als volgt a. 1. J. E. van der Laan te Alkmaar. 2. W. L. Brandsma te Groningen. b. 1. Dr. J. Theunisz te Sneek. 2. D. Havinga te Sneek. Benoemd worden sub a J. E. van der Laan, voor noemd en sub b Dr. J. Theunisz, voornoemd, beiden met algemeene stemmen. 4. Benoeming van een hoofdonderwijzeres aan ge meentebewaarschool no. 4, vacature mej. S. Colthof. De voordracht van Burgemeester en Wethouders luidt als volgt 1. mevr. D. LangevoortBuwalda te Leeuwarden. 2. mej. C. M. Prince te Franeker. 3. A. Zijlstra te Lemmer. Benoemd wordt mevr. D. LangevoortBuwalda, voornoemd, met 20 stemmen; op mej. C. M. Prince wor den 5 stemmen uitgebracht. 5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot overneming van stoepen voor de perceelen Minnema- straat nos. 2, 4 en 6. Dit voorstel luidt als volgt Van H. Hoven, alhier, ontvingen wij de mededeeling dat hij genegen is de stoepen, gelegen voor zijne per ceelen Minncmastraat nos. 2, 4 en 6 in eigendom aan de gemeente over te dragen. Vermits wij het bezit van den grond der stoepen in deze betrekkelijk smalle straat voor de gemeente wel gewenscht achten, geven wij U in overweging te besluiten 1. de koopprijs bedraagt 1.in totaal; 2. alle kosten, op de overdracht vallende, zijn voor rekening der gemeente Leeuwarden; 3. bij trottoiraanleg door de gemeente blijft het uitkomende materiaal desverlangd het eigendom van den verkooper en wordt het door de gemeente kosteloos naar een door hem aan te wijzen plaats binnen de gemeente vervoerd; 4. wanneer ten gevolge van den trottoiraanleg werk zaamheden aan de gevels van bovenvermelde gebouwen noodig zijn, geschieden deze door en voor rekening der gemeente; en overigens op de gebruikelijke en andere, door Burgemeester en Wethouders noodig geachte, voor waarden 6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aankoop van een bleek aan de Oostzijde van Olde- galileën van R. Heerema, alhier. Dit voorstel luidt als volgt De gemeente is wederom in de gelegenheid den eigen dom te verkrijgen van een der bleekjes aan Oldegalileën, waarvan sprake is in ons voorstel van 25 October 1928 in zake den stratenaanleg ten Oosten van Oldegalileën. Het betreft thans het aan R. Heerema, alhier, toebe- hoorende kadastrale perceel Sectie F no. 2071, groot 30 Centiare, hetwelk de eigenaar tegen den prijs van 10.per Centiare in eigendom aan de gemeente wil afstaan. Genoemde prijs is ook betaald voor de reeds eerder aangekochte bleekjes ter plaatse. Wij geven U derhalve in overweging te besluiten tot aankoop van R. Heerema, alhier, van het kadas trale perceel gemeente Leeuwarden, Sectie F no. 2071, groot 30 Centiare, tegen den prijs van 10.per Cen tiare, onder bepaling dat het op gemeld perceel staande hok van gemeentewege zal worden afgebroken, het hout van dit hok eigendom blijft van Heerema voornoemd en van gemeentewege zal worden vervoerd naar een aan te wijzen plaats binnen de gemeente en dat de kosten van de eigendomsoverdracht voor rekening van de ge meente komen. 7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verkoop van een perceeltje bouwterrein nabij de van Asbeckstraat en den Weg Achter de Hoven aan de N. V. P. Sluis' Pluimvee- en Vogelvoeder fabrieken te Weesperkarspel. Dit voorstel luidt als volgt De N. V. P. Sluis' Pluimvee- en VogeJvoeder- fabrieken, gevestigd te Weesperkarspel, heeft gevraagd om haar een driehoekig perceeltje bouwterrein, gelegen nabij de van Asbeckstraat en den Weg Achter de Hoven, in eigendom af te staan. Het betreffende ter- rejntje, ter grootte van ongeveer 37 M2., maakt deel uit van het aan de gemeente toebehoorende gedeelte van het kadastrale perceel gemeente Leeuwarden, Sectie G no. 12720 en is op de hierbij overgelegde situatieteekening in roode kleur aangeduid. Tegen den verkoop bestaan bij ons geen bedenkingen. De koop prijs kan worden gesteld op 5.per M2., welke prijs, de ligging van het terreintje in aanmerking genomen, voldoende is te achten en waarmede de belangheb bende genoegen heeft genomen. Wij geven U derhalve in overweging te besluiten tot verkoop tegen den prijs van 5.per M2. aan de N. V. P. Sluis' Pluimvee- en Vogelvoederfabrieken, gevestigd te Weesperkarspel, van een driehoekig per ceeltje bouwterrein, deel uitmakende van het aan de gemeente toebehoorende gedeelte van het kadastrale perceel gemeente Leeuwarden, Sectie G no. 12720, gelijk op de bijbehoorende situatieteekening in roode kleur is aangegeven, ter grootte van ongeveer 37 M2., de juiste grootte nader door een landmeter van het kadaster uit te meten, onder bepaling dat de op de eigendomsoverdracht vallende kosten, waaronder be grepen die van de kadastrale uitmeting van het terrein en van de levering van een afschrift van de acte van verkoop ten behoeve van het gemeentearchief, voor rekening van de koopster komen en overigens op de bij de gemeente gebruikelijke voorwaarden. 8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhuring van een gedeelte van het weiland de Lange Negen" aan het Vliet aan J. de Vries, alhier. Dit voorstel luidt als volgt

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1930 | | pagina 6