192 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 October 1930.
ONTWERP.
De Raad der gemeente Leeuwarden;
gelezen een adres d.d. 24 Mei 1930 van Th. van der
Meer en anderen, erven van wijlen W. A. van der Meer,
waarin zij vergunning vragen tot straataanleg op het
hun in eigendom toebehoorende perceel, kadastraal be
kend gemeente Leeuwarden, Sectie D no. 2223, gelegen
ten Noorden van den Harlingerstraatweg;
gelet op het voorstel van Burgemeester en Wet
houders;
besluit
I. te verklaren dat de in Noordoostelijke richting
loopende, ter breedte van 15 Meter ontworpen, straat
is een straat in het rechtstreeksch belang van het
algemeen verkeer;
II. de gevraagde vergunning tot straataanleg te ver-
leenen onder de navolgende voorwaarden en bepalingen:
1. de straten worden, wat hare afmetingen en
richting betreft, aangelegd overeenkomstig de aan
duiding op de bij dit besluit behoorende teekening van
den Directeur der Gemeentewerken, gemerkt ,,bij 2067
van '30";
2. aan de adressanten wordt voorloopig vrijstelling
verleend van den aanleg van het gedeelte straat en
trottoir, ter oppervlakte van ongeveer 10 M-\, uit
makende een met een blauwe omlijning aangeduid
Noordwestelijk gedeelte van het perceel kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden, Sectie D no. 1910;
3. voor de toepassing van artikel 6 der Bouwver
ordening wordt de onder I bedoelde straat gerangschikt
in de eerste klasse, terwijl de overige straten behooren
tot de tweede klasse;
4. de slooten, welke het terrein ten Zuiden, Oosten
en Noorden begrenzen, moeten worden gedempt op de
wijze als in de Bouwverordening is voorgeschreven of
nader door Burgemeester en Wethouders zal worden
bepaald. Van de verplichting tot demping der sloot
gelegen ten Westen van het terrein wordt voorloopig
ontheffing verleend onder voorwaarde, dat de adres
santen als waarborg voor de te zijner tijd door hen uit
te voeren demping van de halve sloot een naar het
oordeel van Burgemeester en Wethouders voldoende
zekerheid stellen tot een bedrag van 2000.— Genoemd
College zal het recht hebben van dat bedrag, onder
nadere verrekening, de hierbedoelde slootdemping uit
te voeren wanneer dit niet op zijn eerste vordering door
de adressanten wordt bewerkstelligd;
5. de door Burgemeester en Wethouders vast te
stellen voorschriften in zake de hoogte, helling en ver
deren aanleg der straten, de helling en doorsnede dei-
riolen met het aantal putten en kolken, de aansluiting
onderling en aan bestaande straten en rioler en der
gelijke, moeten worden nagekomen;
6. op de tusschen de rooilijn en de straat gelegen
ruimte mogen, zonder vergunning van Burgemeester en
Wethouders, geen getimmerten, van welken aard ook,
worden opgericht;
7. op de erfscheiding ten Noorden van het terrein
moet door en voor rekening van de adressanten een
veekeerende afscheiding worden geplaatst, bestaande
uit zware jufferpalen lang 2 Meter, waarover een door
gaande vuren houten rib zwaar 10X10 cM. overhoeks
doorgezaagd en verder 4 hoog gegalvaniseerd ijzeren
gladde draden zwaar 4 mM.;
8. het trottoir langs den Harlingerstraatweg, gelijk
op de hierbij behoorende teekening in grijze kleur is
aangeduid, zal door de gemeente worden gelegd. Als
vergoeding hiervoor zullen de adressanten aan de ge
meente betalen 20.per strekkenden Meter gelegd
trottoir, de juiste lengte te bepalen bij opmetingln het
werk;
9. adressanten zullen voor het bouwrijp maken door
de gemeente van twee van hunne terreintjes aan de
Ibis- en de Kwartelstraat aan de gemeente vergoeden
een bedrag van 320.
10. de aansluiting van de aan te leggen straten aan
de Ibis- en de Kwartelstraat zal door en op kosten van
de adressanten geschieden, waartegenover de aanslui
ting van de aan te leggen straten ten Westen van het
terrein van adressanten later door en voor rekening van
de gemeente zal plaats hebben; de grond, welke voor
deze laatste aansluiting noodig is, zal bij de overdracht
der straten door adressanten mede in eigendom aan de
gemeente worden overgedragen;
11het bestek en voorwaarden van de uit te voeren
werken, voorzien van de noodige werkteekeningen,
moet, vóór dat met de uitvoering wordt aangevangen,
door Burgemeester en Wethouders zijn goedgekeurd
12. de straataanleg moet zonder onderbreking
worden uitgevoerd en voltooid zijn vóór 31 Mei 1931;
onmiddellijk na de voltooiing der straten moeten deze
kosteloos in eigendom aan de gemeente worden over
gedragen onder bijbetaling door adressanten binnen
een maand na het verlijden van de acte van overdracht,
van de bij de Bouwverordening bepaalde bijdragen in
de kosten van het voortdurend onderhoud, ten bedrage
van 1.80 per M2. straat der tweede klasse en van de
kosten van het van gemeentewege te houden toezicht
op den aanleg der straten tot een bedrag van 0.27 per
M2. van alle overgedragen straten, een en ander volgens
door den Directeur der Gemeentewerken te verstrekken
opgave na gedane opmeting, zijnde adressanten ver
plicht voor de hierbedoelde betaling op de wijze door
Burgemeester en Wethouders te bepalen en te hunnen
genoegen zekerheid te stellen en zullende eerst na de
voltooiing van den straataanleg, met inbegrip der sloot-
demping en na betaling der bovenbedoelde bedragen,
de aan de straten gestichte gebouwen in gebruik mogen
worden genomen, op straffe als bij de Bouwverordening
is bepaald;
III. als rooilijnen voor de aan de ontworpen straten
te stichten gebouwen vast te stellen de op de bij dit
besluit behoorende teekening van den Directeur der
Gemeentewerken gemerkt „bij 2246 van '30" getrokken
zware roode lijnen;
IV. a. aan de adressanten, ter tegemoetkoming in
de door hen mede ten behoeve der gemeente te maken
kosten van straataanleg en slootdemping, de volgende
bijdragen uit de gemeentekas toe te kennen
1. de helft der kosten, tot een maximum van
3534.voor het dempen van de slooten langs de
Noord- en de Oostzijde van hun terrein;
2. een bedrag van 144.voor het aanleggen van
het trottoir op de samenvloeiing van de Ibisstraat en
de Kwartelstraat;
3. een bedrag van 580.voor het rioleeren en
bestraten van het voor de gemeente bouwrijp te maken
terrein aan het verlengde van de Leeuwrikstraat;
b. voor het uitkeeren van de onder a vermelde bij
dragen een bedrag van 4258.— beschikbaar te stellen;
V. tot ruiling met de adressanten van vier aan de
gemeente toebehoorende perceeltjes grond, op de bij dit
besluit behoorende teekening in gele kleur aangegeven
en kadastraal bekend gemeente Leeuwarden Sectie D
nos. 2708 en 2794, tegen vier aan de adressanten toe
behoorende perceeltjes grond op dezelfde teekening in
groene kleur aangeduid en kadastraal bekend alsvoren
Sectie D no. 2223, zulks zonder bijbetaling van de eene
of andere zijde, indien de geruilde perceeltjes gelijke
grootte hebben, terwijl anders het meerdere terrein zal
worden betaald met 3.per M-'. De uitmeting der
perceeltjes zal geschieden door een landmeter van het
kadaster;
VI. tot aankoop van de adressanten van drie per-
ceelen grond, deel uitmakende van het kadastrale per
ceel gemeente Leeuwarden, Sectie D no. 2223 en wel
a. het op de bij dit besluit behoorende teekening
met blauwe kruisarceering aangeduide perceel ter
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 October 1930. 193
grootte van ongeveer 127 M2., de juiste grootte uit te
meten door een landmeter van het kadaster, tegen een
prijs van 5.per M2.
b. het op de bij dit besluit behoorende teekening
met groene streeparceering aangegeven perceel, ter
grootte van ongeveer 390 M2., de juiste grootte door
een landmeter van het kadaster uit te meten, tegen een
prijs van 2.per M2.
c. het op de bij dit besluit behoorende teekening
met blauwe streeparceering aangeduide perceel, ter
grootte van ongeveer 65 M2., tegen een prijs van 1.
in totaal;
VIL te bepalen, dat de in verband met dit Raads
besluit verschuldigd wordende kosten van uitmeting,
overdracht, overschrijving, de levering van notariëele
afschriften van acten ten behoeve van het gemeente
archief, enz., voor rekening van de adressanten komen.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer B. Molenaar: Ik zou graag een enkele vraag
willen stellen. Niet dat ik tegen dit voorstel ben, inte
gendeel, maar naar aanleiding van dit praeadvies en de
daarin genoemde voorwaarden zou ik een enkele op
merking willen maken.
Uit het praeadvies blijkt dat een klein deel van dit
stratenplan over een perceel van den heer U. Scheepstra
loopt en dat dit gedeelte van het plan voorloopig niet
kan worden uitgevoerd. In de voorwaarden worden de
aanvragers dan ook vrijgesteld, dat straatgedeelte uit
te voeren. Ben ik goed geïnformeerd, dan stuit deze
zaak af op de onwilligheid tot medewerking van den
eigenaar van dat perceel, den heer U. Scheepstra. Ik
weet niet, of dat juist is, maar uit de stukken krijgt
men dien indruk wel en daaruit krijgt men ook den in
druk, dat aan Scheepstra werkelijk een zeer aannemelijk
bod is gedaan, om tot overeenstemming te komen. Er
staat verder in de voorwaarden, dat de straataanleg
vóór 31 Mei van het volgend jaar voltooid moet zijn.
Ik zou nu aan Burgemeester en Wethouders willen vra
gen: mochten de erven Van der Meer tijdens den straat
aanleg en voor dien tijd niet tot overeenstemming zijn
gekomen met den heer Scheepstra, wat denken Burge
meester en Wethouders dan te doen, als straks het
stratenplan door de gemeente wordt overgenomen
De heer O. F. de Vries (wethouder)Zooals de heer
Molenaar zegt, blijkt uit het voorstel, dat Burgemeester
en Wethouders oorspronkelijk aan de aanvragers van dit
stratenplan, de fam. Van der Meer, de voorwaarde hebben
gesteld, dat men eerst tot overeenstemming moest ko
men met den eigenaar van het perceel aan den Harlin
gerstraatweg. Naar wat ik er van gehoord heb, is die
overeenstemming niet tot stand kunnen komen, hoewel
m. i. de erven Van der Meer het stukje grond op heel
billijke voorwaarden wilden overnemen, zoodat het naar
mijn meening voor den eigenaar aan den Harlinger
straatweg wel heel aannemelijk was. De overeenstem
ming is er echter niet gekomen en Burgemeester en
Wethouders hebben nu als volgt geredeneerd het is
een kleinigheid, de straten kunnen wel voorloopig wor
den aangelegd en dat stukje, waar het om gaat, behoeft
daarvoor werkelijk geen hinderpaal te zijn. Dat is niet
belangrijk genoeg om deze vergunning tegen te houden,
ook omdat er door het uitvoeren van dit plan eenige
werkgelegenheid ontstaat. Ook met het oog op het jaar
getij achten Burgemeester en Wethouders het van be
lang, dat men er mee kan doorgaan. Burgemeester en
Wethouders hebben daarom niet vastgehouden aan de
oorspronkelijk door hen gestelde voorwaarde, maar na
tuurlijk spreekt het vanzelf dat, als straks die straten
klaar zijn, de driehoek, waarover het hier gaat, bij de
straat zal moeten worden getrokken. Hoe het nu nog
zal afloopen, weet ik niet, er is nog voldoende tijd om
te onderhandelen, maar Burgemeester en Wethouders
hebben gezegd: als straks de erven Van der Meer deze
straten aan de gemeente overdragen en er is dan nog
geen overeenstemming bereikt, dan bestaat altijd nog
de mogelijkheid om dien grond te onteigenen en dat zal
dan zeer zeker ook wel geschieden. Wij hebben echter
nog hoop dat de twee partijen vóór dien tijd nog tot
overeenstemming komen, maar als dat niet gebeurt,
hebben Burgemeester en Wethouders het in de hand om
tot onteigening over te gaan.
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergadering
door den Voorzitter gesloten.