20 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Februari 1931. Maar een andere zaak, die mij bij art. 7 buitengewoon eigenaardig voorkomt, is deze. Als ik de verpleegprijzen vergelijk met de andere verpleegprijzen hier ter stede, dan blijkt mij, dat deze prijzen, wat de le en 2e klasse betreft, in overeenstemming zijn gemaakt met die van het Bonifacius-Hospitaa! en van het Diaconessenhuis, hoewel men ten opzichte van het laatste gesticht de prijs van 7.50 voor de 2e klas eenigszins cum grano salis moet nemen, omdat men daar een 2e klasse a en een 2e klasse b heeft. Maar nu is het merkwaardige, dat de verpleegprijs voor de 3e klasse hier belangrijk hooger is gesteld dan die in de andere ziekenhuizen. Indien nu inderdaad de verpleging in een ziekenhuis voor lijders aan besmettelijke ziekten hooger kosten mede brengt en dat dit het geval is, daarvan ben ik over tuigd dan begrijp ik niet, dat dit alleen blijkt uit een verhooging van den verpleegprijs voor de derde klasse. Dat is mij ten eenenmale een raadsel. Maar er is nog iets raadselachtigs, n.l. dat in de verpleegprijzen voor de le en 2e klasse en ook voor de 3e klasse in het Diaconessenhuis en in het Boni- faciushospitaal niet zijn inbegrepen de kosten van ge neeskundige behandeling en het verstrekken van genees- en verbandmiddelen. Hoe is het dan mogelijk, dat de gemeente in staat is de verpleegprijzen niet hooger te stellen dan in de andere ziekenhuizen behalve dan voor de 3e klasse hoe is het mogelijk, zooals de heer Westerhuis ook heeft gezegd, al was het dan om een andere reden, dat de gemeente zoo sterk kan con- curreeren ja, dat is het niet, want de barak bij het andere ziekenhuis is opgeheven, voor zoover die heeft bestaan of dat de gemeente in staat is een zoo lagen verpleegprijs van patiënten van buiten te vragen, waar door zij ook met haar tarief niets hooger komt dan de andere ziekenhuizen, terwijl zij bovendien nog garan deert vrije geneeskundige behandeling en gebruik van genees- en verbandmiddelen. Dat is in. i. een zaak, die niet klopt en waarvoor voor de gemeente geen voldoende reden aanwezig is. Een vraag, die ik daarnaast nog zou willen stellen, is: hoe stelt men zich voor ik weet wel dat het college mij hierbij kan verwijzen naar de instructies en verordeningen, die straks zullen worden gemaakt, maar ik acht het toch van belang om een antwoord te krijgen op mijn vraag, teneinde deze zaak te kunnen beoor- deelen hoe stelt men zich voor dat het tarief zal zijn voor lijders uit de stad, die ter verpleging worden op genomen Is dat gelijk of is het lager Ik begrijp deze heele figuur niet, maar het is ter beoordeeling van deze zaak en om haar te begrijpen noodig, dat wij een antwoord krijgen op de vraag hoe de verpleegprijs van patiënten uit de stad zal zijn. In ieder geval is mij een en ander onduidelijk; in de eerste plaats is de redactie van art. 7 volkomen onjuist en in de tweede plaats acht ik het verstrekken van vrije geneeskundige behandeling enz. voor dezen prijs iets, wat zeer eigenaardig aandoet, waar de algemeene ziekenhuizen, dus geen speciale barakken, eenzelfden prijs eischen zonder het verstrekken van genees- en verbandmiddelen en zonder vrije geneeskundige behan deling. Alleen de 3e klas loopt er hier met den prijs uit. Ik vind dit voorstel zeer onduidelijk. De heer Hofstra: Ik wil wel zeggen, dat ik mij in hoofdzaak wel met deze ontwerp-overeenkomst kan vereenigen, die den Raad wordt aangeboden. Maar ik kan ook voelen voor de opmerking, die de heer Vromen straks heeft gemaakt, dat het voor den Raad niet ge makkelijk is, om hierover te oordeelen, als hij niet een overzicht heeft van de exploitatiekosten. Want het is toch, zooals de heer Vromen heeft opgemerkt; wanneer wij alleen een overzicht hebben van de verpleegkosten en wij hebben daarnaast niet een overzicht van de exploitatie, dan is het toch niet zoo ook al gaat het niet aan om daar nu reeds besprekingen over te voeren dat men daar wel gerust over kan zijn. Ik wil wel zeggen, ik ben daar ook niet ten volle gerust over en ik verwacht dan ook, dat het college van Burgemeester en Wethouders nog wel met een nader antwoord zal willen komen. Een andere vraag, die met de exploitatie nauw ver band houdt en een zaak betreft, die daarbij ook in aan merking moet worden genomen, is deze. Zooals de zaak geregeld was bij de ziekenbarak, die verbonden was aan het Stads-Ziekenhuis, waren de verpleegsters van het ziekenhuis belast met de verzorging van de zieken in de barak voor lijders aan besmettelijke ziekten aan de Voorstreek, werd dus op die wijze in de ziekenver zorging voorzien. Nu hier echter deze overeenkomst met verschillende gemeenten zal worden aangegaan, zal daaromtrent toch ook door Burgemeester en Wethouders een regeling moeten worden getroffen. Ik stel mij voor dat ook het bezoek aan de barak aanmerkelijk drukker zal worden. Burgemeester en Wethouders zullen dus ook zeer zeker onder de oogen moeten zien of onder de oogen hebben moeten zien, hoe in het vervolg deze voorziening moet zijn ten opzichte van het personeel. Ik zou graag willen weten of Burgemeester en Wet houders ten aanzien daarvan reeds maatregelen hebben getroffen of hoe Burgemeester en Wethouders zich die maatregelen voorstellen. Dat zal zeer zeker ook van belang zijn, niet alleen om te weten hoe de verzorging zal zijn maar ook in verband met de kosten van deze overeenkomst. Burgemeester en Wethouders zullen daarop wel een antwoord willen geven. De Voorzitter: Ik wil beginnen met de vraag van den heer Hofstra. Deze raakt meer de interne zaken van het ziekenhuis, n.l. de verpleging zelf en waar ik dat niet zoo precies weet, zal de heer De Vries daar aanstonds wel op willen antwoorden. De heer Westerhuis vroeg, hoe de voorgestelde ver goeding voor de verpleging toereikend kan zijn en eigenlijk wordt ook door den heer Vromen dezelfde vraag gedaan. Wat betreft de kwestie dat een van de artikelen niet leesbaar is of hier en daar niet zou worden begrepen of hoe zal ik het zeggen, wel, als men misschien van medischen kant meent dat een andere redactie beter is, dan hebben Burgemeester en Wethouders daar geen enkel bezwaar tegen. Als ik hier lees Onder de verpleegkosten zijn voor alle klassen begrepen de kosten van geneeskundige behandeling en van genees- en verbandmiddelen, voor de 3e klasse bovendien de kosten van eventueele operatie" dan is dat dunkt mij voor een leek wel duidelijk, maar als de medici meenen, dat daarover kwestie kan komen, dan zullen Burgemeester en Wethouders, die hierbij tevens machtiging hebben gevraagd om de overeenkomst zoo noodig eenigszins gewijzigd vast te stellen, graag gebruik maken van de opmerkingen van den heer Vromen. Dit is echter niet de grootste kwestie. De zaak, waar het om gaat is deze: zijn de verpleegkosten, die wij zullen ontvangen, voldoende voor ons, zoodat wij daarop geen nadeelig saldo zullen hebben te boeken Nu wil ik wel zeggen, al zou er al eens een of ander nadeelig saldo aan vast zitten Burgemeester en Wethouders meenen dat dit niet het geval zal zijn dan zou men daar toch tegenover kunnen stellen, dat daarmee dan toch de mogelijkheid is geschapen om hier in Leeuwarden op het oogenblik dergelijke patiënten van buiten te doen verplegen, iets wat anders niet mogelijk zou zijn. Afgescheiden echter van de zieken verpleging in het algemeen, gelooven Burgemeester en Wethouders we! degelijk dat, wanneer Leeuwarden ook hierin als centrum optreedt, dit ook voor onze gemeente wel van eenig belang is, al is dat dan misschien niet in cijfers uit te drukken. Maar naar het oordeel van Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Februari 1931. 21 Burgemeester en Wethouders is het contract zoo ge sloten, dat èn de buitengemeenten er mee uit kunnen want zij kunnen op geen enkele manier goedkooper terecht èn het voor de gemeente Leeuwarden geen kosten geeft. De verpleegkosten per dag voor deze barakken be rusten op niets anders dan op een schatting. Wij konden ons niet baseeren op de practijk, alleen had men waar schijnlijk, als dit bij het bestaande Stads-Ziekenhuis mogelijk was geweest, precies kunnen uitrekenen wat daar de verpleegkosten per patiënt en per dag zijn met betrekking tot voeding, bewassching, brandstof, ver lichting, enz. Daarvoor was dan echter het bestaan van een zeer minutieuze boekhouding noodig geweest en nu hebben wij bij het Stads-Ziekenhuis wel een boek houding, die een zeer voldoende overzicht geeft van wat er dagelijks gebeurt, zoodat het wel mogelijk is daar eenige conclusies uit te trekken, maar om daar dergelijke finesses uit op te diepen is niet mogelijk. Het zou daar dan een dubbele boekhouding moeten zijn en dat niet alleen, maar in die boekhouding zou dan ook nog een specificatie van alles moeten zijn opgenomen, als men zou willen uitrekenen wat precies de verpleeg kosten zijn per patiënt en per dag. Men is hier dus begonnen met een schatting te maken om tot het bedrag te komen. Dat is gebeurd door den betrokken wethouder in overleg met den directeur van Gemeentewerken en met den directeur van het Stads- Ziekenhuis. De schatting, waartoe men is gekomen was, dat de verpleegkosten ongeveer 3.41 per dag zouden bedragen. Ik zeg er direct bij, dat het een schatting is, zoodat men daar niet geheel op kan vertrouwen, maar deze schatting heeft wel zoo secuur mogelijk plaats gehad. Nu zullen de buitengemeenten voor de 3e klasse moeten betalen 4.50 per dag en de bedoeling van Burgemeester en Wethouders is dat onze eigen pa tiënten t. z. t. in de 3e klasse 3.zullen moeten betalen. Dat bedrag is dus lager dan de kostprijs voor ons zelf meebrengt, maar wij meenen juist voor de 3e klas de verpleging in deze barak te moeten aan moedigen voor hen, die door een besmettelijke ziekte worden getroffen, omdat een dergelijke verpleging juist van zoo groot hygiënisch belang is en ook andere be langen daarmee worden gediend. Dat is nu nog toe komstmuziek, maar de bedoeling is dus om t. z. t. een verpleegprijs van 3.per dag voor de eigen patiënten in de 3e klasse voor te stellen aan den Raad en dan is het verder de bedoeling om 6.voor te stellen voor de 2e klasse en 8.voor de le klasse. Daar naast betalen dan de buitengemeenten respectievelijk 4.50, 7.50 en 10.—. Ik kom nu ook aan de vraag van den heer Wester huis: hoe komt het met de behandeling van de zieken door een geneesheer Er is uitdrukkelijk tegenover de buitengemeenten vastgelegd er waren ook nog andere brieven dan die, welke bij de stukken hebben gelegen, maar wij hebben die niet allen overgelegd, omdat, als men er niet erg goed in thuis is, men er niet uit wijs zou kunnen worden; er is dus wel meer correspondentie geweest er is, zooals ik zei, uitdrukkelijk tegenover de buiten gemeenten vastgelegd, dat de eenige behandelende geneesheer behalve dan voor specialistische hulp zal zijn de directeur van het Stads-Ziekenhuis. Dit is met den geneesheer-directeur overlegd en daarbij is ook een regeling getroffen voor de geneeskundige be handeling van besmettelijke patiënten, die uit andere gemeenten komen. Er is daarbij ook op gerekend dat de tarieven verschillend zijn, in hoe hooger klasse men komt, hoe grooter ook de kosten van de geneeskundige behandeling zijn, m. a. w. er is ook iets op de kosten van de geneeskundige behandeling gelegd bij de le en 2e klasse. Waarom, zoo wordt er gevraagd, komt het college nu met dezen prijs, terwijl de prijzen bij andere zieken huizen belangrijk hooger zijn Ik kan daarop geen ander antwoord geven dan dat de prijzen daar hooger zijn, maar, is dat dan de kostprijs of wordt daar dan ook iets op verdiend Wat de kostprijs is voor le klasse verpleging zou minutieus moeten worden uit gerekend, maar waar de verpleegprijs 9.is voor de le klasse, werkt men daar voor den kostprijs of met een behoorlijke verdienste of werkt men er onder Ik geloof dat men zich bij het vaststellen van een derge- lijken prijs er meer op baseert, dat men een prijs van 9.kan krijgen. Ik weet zeker, dat er in Amsterdam particuliere ziekenhuizen zijn, waar de verpleegkosten voor de le klasse vrij en vrij wat hooger zijn dan 10. per dag en dat komt, doordat men in die ziekenhuizen, door welke oorzaak dan ook, een veel hoogeren prijs dan 10.kan vragen, echter niet omdat de werkelijke kosten zooveel hooger zijn. Deze zullen misschien wel iets meer zijn, maar niet in die verhouding. Het is dus ook hierbij eenigszins een kwestie van vraag en aanbod. Het is door ons dan ook onmogelijk waar te maken, dat de prijs 8.moet zijn voor de le klasse of dat wij met een prijs van 10.net uit kunnen, maar het staat wel vast dat er met een prijs van 10.per dag voor de buitenpatiënten voor de le klasse geen verlies voor de gemeente zal zijn. Ik heb reeds geantwoord, welke prijzen wij ons voor stellen voor de patiënten uit de stad en ik geloof hiermee voornamelijk alles, wat de beide heeren in hun ongeveer gelijkluidende vragen hebben opgemerkt, te hebben beantwoord. Misschien dat de heer De Vries den heer Hofstra nog even wil beantwoorden. De heer O. F. de Vries (wethouder)Ik heb uit de vraag van den heer Hofstra dit begrepen, dat hij vraagt, hoe op het oogenblik wordt voorzien in de verpleging van patiënten in de nieuwe barak. Precies op dezelfde wijze als vroeger, met deze uitzondering, dat er op het oogenblik in de barak voor lijders aan besmettelijke ziekten een hoofdverpleegster is, die de leiding heeft en die als hoofd van den dienst altijd daar is. Verder zijn er in normale omstandigheden, wanneer er slechts eenige patiënten zijn, 2 zusters naast de hoofdver pleegster. In het Stads-Ziekenhuis zijn echter voor reserve altijd eenige zusters beschikbaar; dezen ver richten ook daar haar werk, maar als het aantal patiënten in de barak vermeerdert, kunnen die zusters worden ge roepen om te assisteeren en deze blijven dan zoo lang in de barak als noodig wordt geoordeeld. Dat is in het kort, wat ik er van heb te zeggen. Het was een beetje moeilijk om den heer Hofstra te volgen, maar zoo is de toestand. Deze is dus bijna gelijk als vroeger, alleen is er nu een hoofdverpleegster, die er voortdurend is en die er de leiding heeft onder den directeur van het Stads-Ziekenhuis. De Voorzitter: Ik heb zoopas bij mijn antwoord nog iets vergeten, doordat ik van mijn papier was afge dwaald. Ik zou nog willen opmerken, dat hier in de verpleegkosten zuiver en alleen voorkomen de wisse lende kosten voor de verpleging, terwijl in de verpleeg kosten van de andere ziekenhuizen óók het bedrag aan vaste kosten, die men heeft, is verdisconteerd. Dat zijn de bedragen voor afschrijving, rente en aflossing en der gelijke, m. a. w. de kosten, die men tóch heeft, ook al zou er geen enkele patiënt komen. De wisselende kosten per patiënt en per dag hebben wij dus geschat op 3.41 en daarin zijn dus niet op genomen de kosten van afschrijving en rente en aflos sing op gebouw en grond, enz., maar alleen, wat de verpleging kost aan voeding, kleeding, bewassching, brandstof, enz. Daarvoor betalen de buitengemeenten dus de tarieven van 4.50, 7.50 en 10.per dag, maar bovendien wordt door die buitengemeenten te zamen een bedrag

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1931 | | pagina 6