64 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Februari 1934. Voortzetting der vergadering op Donderdag 1 Maart 1934. Spr. kan zich dan ook met het voorstel van B. en W. volkomen vereenigen. De Voorzitter kan zich aansluiten bij hetgeen de heer Van Kollem heeft opgemerkt. B. en W. zijn reeds jaren lang bezig geweest over verbetering van de Rijksbrug en hoogstwaarschijnlijk was, toen indertijd de Harlin- gerstraatweg van het Rijk werd overgenomen, ook de Groningerstraatweg overgenomen, als het niet had vastgezeten op het salaris van den brugwachter van de Rijksbrug. Het Rijk was toen niet genegen de gemeente bij overname van de brug een zekere tegemoetkoming in eens hiervoor te geven. Wanneer de mogelijkheid van een vaste brug daar bestaat, zou dit bezwaar vervallen en dat zou een stap in de goede richting zijn. Nu heeft het Rijk plan een traverse te maken geheel om Leeuwarden heen. Spr. vreest dat hij en de meeste van de Raadsleden dit wel niet meer zullen beleven, maar in ieder geval heeft het Rijk te kennen gegeven dat de weg Spanjaardslaan Noorderweg Rijksbrug voorloopig als traverse zal worden beschouwd. Er is over geschreven naar den Minister, maar het is mis schien het beste het Rijk er maar buiten te laten, want veel zal dit toch niet betalen. Spr. is met den heer Van Kollem van meening dat, al is de brug slecht, er geen auto minder over zal rijden en hij begrijpt den heer Weima niet, waar deze zegt omdat er één beroerd punt in den weg zit, kan de ge- heele zaak wel overgaan. Spr. wil de mogelijkheid niet ontkennen, dat voor deze traverse een bijdrage door het Rijk zal worden gegeven. Er is echter geen bedrag voor op de begroo ting gezet, omdat men er niet veel verwachting van heeft en het zal wel het beste zijn dat de gemeente er maar aan verbetert, wat er aan te verbeteren valt, voor zoover het in haar macht ligt. De heer Westra (wethouder) geeft den heer Vro men. die vreest dat op deze wijze te veel op den Kapi- taaldienst wordt uitgetrokken en den heer Weima, die onder vraag 21 van het Sectieverslag van een tegen gestelde meening heeft blijk gegeven, maar die toch niet voor de verbetering van de Spanjaardslaan gevoelt, de verzekering, dat het bij B. en W. een ernstig punt van overweging heeft uitgemaakt verschillende zaken wel of niet op den Kapitaaldienst te brengen en het is uit een oogpunt van werkverruiming dat B. en W. dit werk alsnog daarop hebben aangebracht. Wanneer men de openbare werken te veel gaat inkrimpen, zal de dienst van de Armenzorg meer moeten worden be last, wat niet tot voordeel van de gemeente zal zijn, terwijl thans tevens aan den wensch van het lid, aan het woord in vraag 21 van het Sectieverslag, is tege moetgekomen. De heer Weima heeft bedoeld aan te dringen op werken waarin werkverruiming zit, zooals bijv. het kanalenplan. Spr. is niet tegen de verbetering van de Spanjaardslaan, maar waar deze deel uitmaakt van de traverse Groningen Leeuwarden Harlingen, zou z. i. nog eens met klem bij den Minister moeten worden aangedrongen maakt de Rijksbrug in orde. De zaak is urgent en het heeft geen zin langer te wachten. Spr. heeft er geen bezwaar tegen een groot bedrag op den Kapitaaldienst te brengen, als de werkverruiming er maar door wordt bevorderd en het voor een urgent werk is. De heer De Boer (wethouder) merkt op, dat men niet moet beginnen met de Spanjaardslaan op te lappen, om dat dan de post onderhoud straten niet als toereikend kan worden beschouwd. Het is de bedoeling ook door deze verbetering den post Onderhoud van straten te drukken en deze op den duur zoo klein mogelijk te maken (asfalt vraagt minder onderhoud). Bovendien is uitvoering in eens voordeeliger dan uitvoering in twee gedeelten, ter wijl B. en W. tevens het oog op de werkverruiming hebben gericht. De heer Vromen wil, ter voorkoming van eenig mis verstand, opmerken dat, wanneer hij voorstelt het ge deelte tusschen het Spanjaardsplein en den Mr. P. J. Troelstraweg niet in de verbetering op te nemen, dit niet is omdat hij het den bewoners, waaronder vele van zijn collega's, niet gunt. Voorts heeft spr. in het antwoord van den wethouder bewonderd de virtuositeit, waarmede langs de zaak, waarom het gaat, wordt heengepraat en waarbij niet royaal wordt gezegd het college denkt er nu eenmaal zóó over. leder, die de begrooting ziet, zal het echter opvallen dat deze post gesplitst is aangebracht, waaruit volgt dat ook bij B. en W. het denkbeeld, om de verbetering in twee gedeelten uit te voeren, heeft geheerscht. Dat een asfaltdek minder aan onderhoud vraagt dan een ander wegdek, is voldoende bekend en wanneer dat als argument wordt gebruikt tegen een voorstel om een verbetering tijdelijk uit te stellen, dan acht spr. dat geen serieus debatteeren. Het gaat er hem echter om of de vlottende schuld ook moet worden vermeerderd en daarop heeft hij geen antwoord gekregen. De Voorzitter zegt, dat B. en W. meenden dat het dit jaar er wel af kon; anders hadden zij deze verbe tering niet op de begrooting gebracht. De heer De Boer (wethouder) meent, dat de heer Vromen de uitgewerkte plannen even dient af te wach ten, waaruit dan wel zal blijken waarom de posten gesplitst zijn aangebracht. Volgno. 233 wordt met 22 tegen 7 stemmen, die van de heeren Vromen, Hettinga, mevr. Van DijkSmit, de heeren Oosterhoff, Terpstra, Wiersma en Hoogland, onveranderd vastgesteld. Volgnos. 234 236 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 237. Verbetering van den Mr. P. Troel straweg memorie. De heer Vromen vraagt of B. en W. zoo mogelijk iets kunnen mededeelen over de onderhandelingen, gevoerd met de provincie omtrent het subsidie voor de verbete ring van den Mr. P. J. Troelstraweg. De Voorzitter deelt mede, dat deze zaak binnen een zeker aantal jaren in orde moet zijn, maar dat het niet mogelijk is een definitief antwoord te geven. Het leek B. en W. echter het beste dit werk voorloopig te laten rusten in verband met het feit dat de uitvoering van het ringkanaal betrekkelijk spoedig zal plaats hebben. Waren de plannen omtrent het ringkanaal nog zwe vende gebleven, dan had men tenslotte wel tot verbete ring van den weg moeten overgaan, maar nu die plan nen vasten vorm krijgen is het naar spr.'s meening van groot practisch belang, omdat vast moet staan waar de weg het ringkanaal snijdt en de hoogte van de brug over het kanaal, deze zaak voorloopig aan te houden. Volgno. 237 wordt onveranderd vastgesteld. De heer De Boer (wethouder) vraagt in verband met volgno. 232 of de Raad er mede accoord gaat dat ten aanzien van de verbetering van den Noordersingel thans een besluit wordt genomen in dezen zin. dat de plannen, die reeds ter inzage hebben gelegen bij de Raadsstukken, niet nader in den Raad behoeven te worden besproken, met het oog op het feit, dat de Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Februari 1934. 65 Voortzetting der vergadering op Donderdag 1 Maart 1934. Noordersingel bruikbaar moet zijn, voordat de Span jaardslaan kan worden afgesloten. De Raad maakt hiertegen geen bezwaar. Volgnos. 238240 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 240a. Verbetering van de Korfmakerspijp l 4450.-, wordt met 27 tegen 2 stemmen, die van den heer Vro men en mevrouw Van DijkSmit, onveranderd vast gesteld. Volgnos. 241 en 242 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 243. Vernieuwing van den gevel van het gebouw der scholen nos. 6a en 6b f 10.000. De heer Buiel vraagt, of het niet noodig is dezen post aan te houden in verband met het voorstel dat aanhangig is i. z. de boventallige onderwijzers, gezien de heer Botke heeft betoogd dat, wanneer de boven tallige onderwijzers worden afgeschaft, de klassen voor het aantal leerlingen dat zij moeten bevatten te klein zullen zijn. De heer Botke (wethouder) zegt, dat de scholen 6a en 6b in elk geval moeten worden gerestaureerd, waar de muren zeer gehavend zijn. Wanneer de school is hersteld zullen er vier behoorlijk groote leslokalen meer zijn. Volgno. 243 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 244246 der Uitgaven alsmede de verschil lende volgnos. der Inkomsten van den Kapitaaldienst worden onveranderd vastgesteld, waarna de geheele begrooting onveranderd wordt vastgesteld. De ontwerp-begrootingen van het Grondbedrijf en het Woningbedrijf worden, na vaststelling van de ver schillende volgnos. van Baten en Lasten, met algemeene stemmen onveranderd vastgesteld. Aan de orde is de ontwerp-begrooting van de Gas fabriek. De Voorzitter memoreert dat de ontvangsten wegens geleverd gas voorloopig even buiten bespreking zouden worden gelaten. De beraadslagingen worden geopend. De heer Vromen zou het op prijs stellen van B. en W. een antwoord te krijgen op de hier gemaakte opmerking, waarbij een vergelijking is gemaakt tusschen den prijs en de kwaliteit van het gas, omdat het hem niet juist lijkt dat men zonder meer slikt de opmerking, dat de kwaliteit van het in Leeuwarden geleverde gas slecht is. De heer Ritmeester (wethouder) zegt, dat er voort durend staten komen en ook in het jaarverslag worden opgenomen, die de calorische warmtegraad van het gas aangeven. Er is altijd strijd geweest tusschen Leeu warden en Leeuwarderadeel, wie het beste gas levert. Leeuwarderadeel zegt: wij zijn wel iets duurder, maar wij leveren ook beter gas. Onze directeur ontkent dat ten sterkste en ook in het rapport van directeuren van gas fabrieken, dat voor eenige jaren is uitgebracht, wordt ontkend dat de kwaliteit van het gas hier minder is dan aan andere gasfabrieken. Op gezag van die autoriteiten kan dat dus worden ontkend. De heer Muller heeft de opmerking, welke hij wenscht te maken, niet in de sectie kunnen maken, omdat dit hem pas later ter oore is gekomen. Voor het plaatsen van een gasmeter moet volgens de verordening 2.50 worden betaald. Dat men nu, om de Gasfabriek niet te zwaar te belasten, de meters uit de leegstaande wo ningen haalt en deze dan in andere woningen plaatst, zoodat men niet een gelijk aantal meters behoeft aan te schaffen als er woningen zijn, acht spr. in het belang van het bedrijf. Maar dat men, na uit een woning, die jaren bewoond is geewest, den meter te hebben gehaald, opnieuw weer een rijksdaalder laat betalen door den nieuwen bewoner voor het opnieuw plaatsen van den zelfden meter, acht spr. een groote onbillijkheid. De Directeur zegt dat daarvoor de verordening moet wor den gewijzigd en spr. wil daarom in overweging geven dat zoo spoedig mogelijk maatregelen worden genomen dat dit verandert, omdat de meters worden uitgenomen in het belang van het bedrijf en men voor één meter op zoo'n manier wel 20 keer een rijksdaalder kan beuren. De heer Ritmeester (wethouder) zegt, dat inderdaad de gang van zaken is, zooals de heer Muller opmerkt, en dat men hier dus, zooals hij zegt, den een laat be talen en den ander niet. Misschien dat de logica dan zou meebrengen om allen maar te laten betalen, maar spr. is van meening, dat het wél behoort tot de geste van de Gasfabriek om, waar de meter er feitelijk niet meer in hoort, deze oogenblikkelijk uit een leeg huis te halen. Spr. kan niet meer beloven dan dat de zaak nog eens zal worden onderzocht. De heer Muller zegt, dat er van de electriciteitsmeters géén huur wordt gevraagd en dat men deze, juist ómdat er geen huur van wordt gevraagd, in de leege woningen laat staan. De Voorzitter kan begrijpen dat de heer Muller hier een onbillijkheid ziet, maar wil opkomen tegen de voor stelling, alsof men bij de Gasfabriek zou zeggen: ge lukkig, weer een huis leeg, dus weer een rijksdaalder verdiend. Dat is een onjuiste voorstelling. Er is nu echter een onderzoek toegezegd, dus laat men hier voorloopig verder over zwijgen. De heer Stobbe herhaalt zijn in de sectie gemaakte opmerking omtrent het kleine gebouwtje, dat half in het wagenpark staat. De toestand daarvan is wel eenigszins verbeterd, maar het gaat al weer aardig denzelfden kant uit, waarom spr. hoopt, als het niet kan worden geamoveerd, dat zal worden gezorgd dat in de toe komst het gemeente-eigendom zal worden ontzien. De heer Ritmeester (wethouder) zegt, dat V/i dag nadat de opmerking in de sectie was gemaakt de zaak weer keurig hersteld was. Als men er nu weer mee aan het afbreken is, is dat naar, maar B. en W. kunnen daar niets aan doen. De beraadslagingen worden gesloten. De verschillende volgnos. van Baten en Lasten, met uitzondering van de door den Voorzitter genoemde volgnos. der Baten, worden onveranderd vastgesteld. De vaststelling der geheele begrooting wordt voorloopig aangehouden. De ontwerp-begrooting van het Electriciteitbedrijf wordt, na vaststelling van de verschillende volgnos. van Baten en Lasten, met algemeene stemmen onver anderd vastgesteld. Te 3.45 uur nam. wordt de vergadering geschorst. Te 4.05 uur nam. wordt de vergadering voortgezet. De heer IJtsma heeft de vergadering verlaten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1934 | | pagina 22