Vergadering van Dinsdag 25 Juni 1935. 102 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 Mei 1935. en vraagt wat de heer Vromen met zijn verzoek om praeadvies bedoelt. De heer Vromen heeft daarmee alleen bedoeld Cura toren alsnog in de gelegenheid te stellen hun meening nader te motiveeren, maar nu de Voorzitter dat reeds heeft gedaan, acht spr. praeadvies niet meer noodig; de Raad kan zich nu dadelijk wel over de motie uitspreken. De heer Botke (weth.) meent den heer Terpstra zeer behoorlijk te hebben geantwoord. Deze heeft in zijn eerste speech toch ook gezegd, dat hij het houden van ouderavonden niet verplichtend wilde stellen. Wanneer die materie wel in de verordening staat, maar niet ver plichtend, en de rector en Curatoren zijn er absoluut op tegen, dan zullen er geen ouderavonden worden ge houden, terwijl, als het niet in de verordening staat en de rector en Curatoren ze wèl wenschen, ze dan zeker zullen worden gehouden. Daarom behoeft het niet persé in de verordening. Men kent spr.'s standpunt t.o.v. het houden van ouderavonden, maar Curatoren en de rector kunnen den toestand aan het Gymnasium beter beoor- deelen dan hij en zij zullen toch ook zeer zeker het belang van het Gymnasium behartigen. Men moet hun de ouder avonden niet opdringen; deze zullen, om nuttig te kun nen werken, con amore belegd moeten worden. De heer Terpstra heeft in zijn eerste speech gezegd en bedoeld, dat hij op het oogenblik nog niet gevoelde dat het in de verordening moest worden vastgelegd. Waarom Omdat een zachte wenk dikwijls eerder ter harte wordt genomen dan dwang. Waar men kan voelen en tasten, ook uit de woorden van den wethouder, dat de rector er op het oogenblik niet voor voelt, lijkt het spr. de juiste weg, dat de Raad zijn wensch uitspreekt in den geest als de motie van den heer Vromen wil, waarom spr. deze ondersteunt. De beraadslagingen worden gesloten. De motie van den heer Vromen wordt met 21 tegen 6 stemmen, die van de heeren De Boer, Hooiring, Botke, Koopal, Van der Meulen en Westra, aangenomen. Wordt overgegaan tot artikelsgewijze behandeling van de Ontwerp-verordening. Artt. 1 6 worden onveranderd aangenomen. Art. 7. De heer Vromen meent dat in het eerste lid in plaats van ,.twee dagen" ook, zooals in het tweede lid, moet worden gelezen „twee schooldagen". De Voorzitter antwoordt, dat het artikel expres zoo is geredigeerd, omdat van den chef van de inrichting eerder de afwezigheid bekend moet zijn dan van een leeraar. Artt. 732 worden, behoudens de bij monde van den Voorzitter namens Burgemeester en Wethouders aan gebrachte wijziging in art. 7, onveranderd aangenomen. Art. 13. De heer Vromen vraagt waarom het tweede lid van art. 12 oud hier niet is overgenomen. Acht men het mis schien vanzelfsprekend dat „het werken van leerlingen onder toezicht en ten huize van leeraren, bij wie zij niet inwonenook als privaatonderwijs wordt beschouwd? De Voorzitter zegt, dat Curatoren het nooit anders hebben beschouwd, maar geeft toe dat, als men het niet noemt, het er formeel niet onder gerekend behoeft te worden. De heer Vromen stelt dan ter voorkoming van moei lijkheden voor het laatste lid van art. 12 oud aan art. 13 nieuw toe te voegen. De Voorzitter zegt, dat B. en W. daar geen bezwaar tegen hebben. Art. 13 wordt aangevuld met als vierde lid „Met privaat-onderwijs wordt gelijk gesteld het werken van leerlingen onder toezicht en ten huize van leeraren, bij wie zij niet inwonen," en dienovereenkomstig aangenomen. Artt. 1422 worden onveranderd aangenomen. Art. 23. De heer Vromen betreurt het, dat niet de zomerva- cantie korter wordt genomen en daar tegenover een herfstvacantie wordt ingesteld, maar acht dit een ge schikt onderwerp om het op de nu misschien te houden ouderavonden ter sprake te brengen. Art. 23 wordt onveranderd aangenomen. Art. 24. De heer Terpstra acht het buitengewoon nuttig dat mede wordt bepaald, dat ook de ouders van de betrok ken leerlingen onverwijld in kennis worden gesteld met hun verwijdering voor eenige dagen. Spr. meent, dat hier aan een bepaalde school een kwestie is geweest, die 2 of 3 jaar heeft geduurd en die mede voortkwam hieruit, dat de ouders er zich op beriepen van de ver wijdering geen officieele kennisgeving te hebben ont vangen. Was dat wel gebeurd, dan was die kwestie voor 99 van de baan geweest. Spr. geeft daarom sterk in overweging, aan het artikel toe te voegen, dat ook de ouders een schriftelijke mededeeling met opgaaf van de redenen van de verwijdering van den rector moeten ontvangen. Hij acht dat voor de ouders van meer belang dan de formeele mededeeling aan Curatoren. De Voorzitter voelt wel iets voor hetgeen de heer Terpstra zegt, hoewel het practisch al gebeurt, al staat het niet in de verordening. Het zou ook in het huis houdelijk reglement kunnen worden opgenomen, maar wil de heer Terpstra het liever in de verordening hebben, is de kennisgeving van verwijdering als zoodanig dan niet voldoende en moet er dan ook bij „met opgaaf van redenen" Dergelijke zaken kan men toch beter bespreken dan beschrijven de ouders komen dan toch wel vanzelf bij den rector. De heer Terpstra kan zich na de toelichting van den Voorzitter met de door dezen bedoelde toevoeging wel vereenigen. De tweede zin van het eerste lid wordt gewijzigd als volgt „Geschiedt dit, dan stelt hij Curatoren, alsmede de ouders of voogden dier leerlingen, daarvan onver wijld in kennis," waarna art. 24 dienovereenkomstig wordt aangenomen. Artt. 2533 worden onveranderd aangenomen. De geheele verordening wordt, zooals die is gewij zigd, met algemeene stemmen aangenomen. Niets meer te behandelen zijnde, wordt de verga dering door den Voorzitter gesloten. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 Juni 1935. 103 Tegenwoordig 27 leden. Afwezig de heeren Van Kollem en Vromen. Voorzitterde heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma, Burgemeester. Te behandelen punten 1. Vaststelling van de notulen der vergadering van 26 Maart 1935. 2. Mededeelingen. 3. Benoeming van een hoofd van de school voor U. L. O. (gemeenteschool no. 4), vacature C. Andriesse. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot overplaatsing van mej. J. Kniphorst als onderwijzeres van gemeenteschool no. 8b naar gemeenteschool no. 7b. 5. Alsvoren tot het verleenen van eervol ontslag als lid der Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs aan mevr. J. Leignes Bakhoven.Wolters. 6. Alsvoren tot wijziging van de bedrijfsbegroo- tingen en van de begrootingen der Stads Armenkamer en van het Stads Ziekenhuis, alle dienstjaar 1934. 7. Alsvoren tot voorloopige vaststelling van ba lansen op 31 December 1934 en van de verlies- en winstrekeningen over 1934 van 1. het Gemeentelijk Electriciteitbedrijf; 2. het Gemeentelijk Grondbedrijf; 3. het Gemeentelijk Woningbedrijf; 4. de Gemeentelijke Gasfabriek; 5. het bedrijf der Gemeentereiniging; 6. het bedrijf der Gemeentewerken; 7. de Stads Bank van Leening; 8. het Openbaar Slachthuis. 8. Alsvoren tot goedkeuring van de rekeningen over 1934 van 1. het Stads Ziekenhuis; 2. de Stads Armenkamer; 3. den Armenraad; 4. het Nieuwe Stads Weeshuis. 9. Alsvoren tot wijziging van de gemeentebegroo- ting, dienstjaar 1934. 10. Alsvoren tot oninvorderbaarverklaring van aan slagen in onderscheidene gemeentebelastingen. 11. Alsvoren tot vaststelling van rooilijnen voor de bebouwing langs de Westzijde van den Lekkumerweg (bijlage no. 95). 12. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouw terrein aan den Lekkumerweg aan O. Meijer (bijlage no. 96). 13. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouw terrein aan de Bijenhofstraat aan P. de Jong en W. Stegewans (bijlage no. 87). 14. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouw terrein aan de Goudenregenstraat en de Pioenstraat aan Th. Zijlstra (bijlage no. 89). 15. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouw terrein aan den Harlingerstraatweg en de Bildtsche- straat aan M. Spandaw (bijlage no. 92). 16. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouw terrein aan de Menaldumerstraat en de Sexbierumer- straat aan J. Zeilstra (bijlage no. 94). 17. Alsvoren tot verpachting van de gemeentelijke aanplakzuilen en -borden aan S. Bouman (bijlage no. 88). 18. Alsvoren tot overneming van de stoep, gelegen voor het perceel Slotmakersstraat no. 10 van L. Gra- naada (bijlage no. 97). 19. Alsvoren tot verlenging van den ontruimings termijn van onbewoonbaar verklaarde woningen (bij lage no. 98) 20. Alsvoren om het aantal leden van de Commissie tot Wering van Schoolverzuim te bepalen op vijf (bij lage no. 91 21. Alsvoren tot opheffing van de Stads Bank van Leening, enz. en tot vaststelling eener verordening, hou dende voorschriften ingevolge art. 37, le lid, sub a, der Pandhuiswet 1910 (Staatsblad no. 321) (bijlage no. 90). 22. Alsvoren tot beschikbaarstelling van een cre- diet ten behoeve van de voorbereiding en uitwerking van een plan voor den bouw van een stadhuisvleuge! (bijlage no. 93). De Voorzitter deelt, alvorens met de behandeling der agenda een aanvang wordt gemaakt, den Raad mede, dat is ingekomen een bericht van het overlijden van den heer B. Nijholt, ontvanger dezer gemeente. Dit bericht is door B. en W. bereids met een brief van rouwbeklag beantwoord. Spr. wijdt eenige woorden aan de nagedachtenis van den heer Nijholt, dien hij schetst niet alleen als een plichtsgetrouw ambtenaar, maar ook als iemand, die in moeilijke en voor het publiek zeer belangrijke zaken met iedereen in aanraking kwam, vooral in den tijd toen de overledene Controleur der belastingen was. Zoowel van de zijde van het gemeentebestuur als van de inwoners werd altijd met veel waardeering over hem gesproken. Het gemeentebestuur zal den heer Nijholt als een goed ambtenaar blijven gedenken. De Raad hoort staande deze woorden van den Voor zitter aan. Punt 1. De notulen der vergadering van 26 Maart 1935 worden onveranderd vastgesteld. Punt 2. Wordt medegedeeld a. dat Ged. Staten hebben goedgekeurd de Raads besluiten d.d. 7 Mei 1935 voor zoover betreft ruilinq van grond met de fa. Gebr. Hettema en Spaan en d.d. 28 Mei tot afstand van bouwterrein aan de Willem Loréstraat b. dat bij Kon. besluit zijn goedgekeurd tot 1 Januari 1936 de bij Raadsbesluit van 13 Februari 1935 vast gestelde verordeningen tot heffing van schoolgelden c. procesverbaal van de opneming van kas en boe ken van den gemeente-ontvanger. De Voorzitter deelt mede, dat deze opneming heeft plaats gehad terstond na het overlijden van den heer Nijholt. De mededeelingen sub ac worden voor kennisge ving aangenomen. d. verzoek van den Bond van kleinhandelaren in visch en haring „Gezamelijk Sterk", om voor de paling en haringkramen verkoop tot x/2 uur na sluiting der kermis toe te staan. Wordt voorgesteld dit verzoek voor kennisgeving aan te nemen onder mededeeling, dat Burgemeester en Wethouders zullen overwegen of een oplossing mo gelijk is. De heer Turksma acht dit een eigenaardige manier van afdoening, die hij nooit eerder toegepast heeft ge zien en vreest, dat op deze wijze het adres met een dooddoener zal worden afgedaan. Gezien de motivee ring van den bond op grond van de concurrentie, welke vooral deze menschen ondervinden van de automaten en de uitzonderlijke positie van deze handelaren, omdat na afloop van de kermis speciaal hun waren nog gaarne worden gekocht, geeft spr. B. en W. in ernstige over-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1935 | | pagina 1