60
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 7 April 1937.
of bij de bestaande radiodistributie een regeling kan
worden getroffen, die voor de gemeente grooter voor
deel oplevert dan de regeling, inmiddels ten opzichte
van de draden der radiodistributie-ondernemingen in de
precarioverordening vastgelegd.
Wordt voorgesteld voor kennisgeving aan te nemen.
De heer Van Kollem vereenigt zich er mede, het
schrijven van B. en W. voor kennisgeving aan te ne
men, omdat B. en W. zich, formeel genomen, hebben
gehouden aan het door hem ingediende voorstel. Maar
uit zijn daarbij gegeven toelichting blijkt, dat hij de zaak
anders heeft belicht. Hij heeft gezegd, dat, hoewel de
gunstigste tijd voorbij is, z.i. een gemeentelijke radio
distributie nog altijd behoort tot de mogelijkheden en
wenschelijkheden. Zij zou toch voor de gemeente en
voor hen, die er bij zijn aangesloten, een groot voordeel
zijn. Het is hem dus niet te doen om tot iederen prijs
ten koste van de radiodistribuanten de inkomsten der
gemeente te verhoogen. Spr.'s bedoeling is tot een ver
gelijk te komen in volkomen overeenstemming met de
radiodistribuanten en niet, dat het gemeentebestuur
daartoe alle middelen, welke in zijn macht liggen, zou
te baat nemen, b.v. door de vergunning tot het hebben
van draden over de openbare straat in te trekken.
Spr. behoudt zich het recht voor t.z.t. op deze zaak
terug te komen.
De Voorzitter zegt, dat blijkens het voorstel, B. en
W. wordt verzocht een onderzoek in te stellen, of een
regeling kan worden getroffen, welke voor de gemeente
grooter voordeel oplevert dan die, door middel van de
precarioverordening. In het voorstel is geen sprake van
een gemeentelijke radiodistributie, maar van een rege
ling bij de bestaande radiodistributiebedrijvenhet
woord „bestaande" is er zelfs nog apart tusschen ge
schreven, zoodat men niet kan zeggen, dat B. en W.
zich alleen formeel aan de zaak hebben gehouden.
Het schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen.
j. dat de Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen bij besluit van 11 Maart 1937 heeft
vastgesteld, dat de gemeente Leeuwarden een bijdrage
van 181.50 in de kosten der Rijks hoogere burger
school te Assen verschuldigd is op grond van artikel
36quater, 5e lid, der Middelbaar Onderwijswet.
Burgemeester en Wethouders stellen, met verwijzing
naar hetgeen dienaangaande is medegedeeld bij volgno.
482a der begrooting voor 1937 (zie de nota van wijzi
ging, behoorende bij bijlage no. 22 van 1937) voor.
ingevolge artikel 36sexies, derde lid, van genoemde wet,
tegen dat besluit van den Minister bij H.M. de Koningin
in beroep te komen.
De heer Muller vraagt, of het beroepschrift bij de
stukken heeft gelegen.
De Voorzitter zegt, dat dit niet het geval is geweest,
omdat het in bewerking was, toen de agenda uitging.
Wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B.
en W.
Punt 2. De heeren Turksma en Feitsma vormen het
stembureau.
Benoemd wordt mevr. L. de VriesJacobs met 25
stemmen. De heeren Feitsma en Turksma ieder 1 stem.
Punt 3. Benoemd wordt de heer J. de Boer met 26
stemmen. De heer Molenaar 1 stem.
Punt 4 (bijl. no. 45). Benoemd wordt de heer W. F
J. Uffelie met 26 stemmen. De heer Van Kollem
1 stem.
Punten 5 en 6 (bijl. nos. 47 en 44). Met alg. stemmen
wordt besloten overeenkomstig de voor
stellen van B. en W.
Punt 7 (bijl. no. 43).
De heer Terpstra heeft tegen het voorstel geen be
zwaar, maar vindt het eigenaardig, dat de gemeente
deze panden niet voor een ronde som per M2. koopt.
Het bedrag van 4.77 per M2. kan natuurlijk zijn ont
staan door de oppervlakte te deelen op het totale be
drag, maar opvallend is het, dat de gemeente aanvan
kelijk 4.per M2. heeft geboden, terwijl de over
drachtskosten zijn berekend op 0.77 per M2., wat spr.
overigens zeer hoog voorkomt. Betaalt de gemeente nu
wèl de kosten van overdracht Dit is in strijd met het
in het voorstel staande „vrij op naam".
De heer De Boer (weth.) zegt, dat de erven Tijsma
met de door de gemeente geboden 4.per M2. niet
accoord gingen. Zij vroegen ten slotte een totaal bedrag.
Dat bedrag, gedeeld door het aantal M2., wordt 4.77
per M-\ Daarin zullen de overdrachtskosten vermoe
delijk verdisconteerd zijn, maar hoe de verkoopers aan
dit bedrag zijn gekomen, is niet bekend.
Voor dergelijke huisjes is de prijs ongeveer 4.— a
5.per M2. B. en W. meenden, dat 4.77 een aan
neembaar bod was, vooral omdat hierdoor een slechte
toestand kan worden verbeterd.
De heer Terpstra blijft het eigenaardig vinden. De
wethouder zegt zelf, dat de overdrachtskosten in den
prijs verdisconteerd zijn, maar dan is de koop niet vrij
op naam.
De heer Hellema (weth.): De gemeente krijgt het
toch vrij op naam
De Voorzitter zegt, dat de vroeger gevraagde prijs
veel te hoog was. De gemeente heeft nu eerst 4.
per M2. geboden men begint toch niet het meeste
te bieden daarna vroegen de erven Tijsma in totaal
4166. vrij op naam. Deze som, gedeeld door het
aantal M2., geeft 4.77. Die 0.77 zijn dus niet spe
ciaal overdrachtskosten.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van B. en W.
Punt 8 (bijl. no. 46). Met alg. stemmen wordt be
sloten overeenkomstig het voorstel van B. en W.
Punt 9 (bijl. no. 48).
De Voorzitter zegt, dat onder I van het voorstel na
„ten behoeve van den bouw" en onder II na „voor het
optrekken" wordt ingevoegd volgens het daarvan
ingediende plan,", en in II in plaats van „onder II"
moet worden gelezen „onder I".
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van B. en W„ aldus gewijzigd.
Punt 10.
De heer Feitsma rapporteert namens de Commissie,
belast geweest met het onderzoek van den geloofsbrief
en bestaande uit de heeren Feitsma, Balk en Hooiring,
dat de Commissie den geloofsbrief en de daarbij over
gelegde stukken heeft onderzocht en in orde bevonden,
weshalve zij den Raad adviseert mevr. C. M. Busscher-
Sjerp als lid van den Raad toe te laten.
Met alg. stemmen wordt dienovereenkomstig besloten.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 28 April 1937.
61
Vergadering van Woensdag 28 April 1937.
des namiddags 7 uur.
Tegenwoordig 21 leden.
Afwezig de heeren Turksma, Praamsma, Wiersma,
Terpstra, Feitsma, Algera, Van der Schoot en Ooster-
hoff.
Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beijma,
Burgemeester.
Te behandelen punten
1. Beëediging van het nieuw inkomende lid, mevr.
C. M. BusscherSjerp.
2. Mededeelingen en rapporten.
3. Benoeming van een lid der Commissie voor de
Openbare Werken, vacature-J. W. Imhof.
4. Alsvoren van een lid der Commissie voor de
Gemeentelijke Lichtfabrieken, vacature-J. W. Imhof.
5. Alsvoren van voorzitters van de stembureaux in
het 3e en het 12e stemdistrict voor de verkiezing van
leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
vacatures J. W. Imhof en J. Koopal (bijlage no. 50).
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterreinen aan de Boer-
haavestraat en nabij de Frederik Ruijschstraat aan
H. J. Visser (bijlage no. 58).
7. Alsvoren tot wederverhuring van een perceel
grond voor een schiphuis aan het Vliet aan A. Winters
(bijlage no. 57).
8. Alsvoren tot verkoop van een strook grond, ge
legen aan de Fonteinstraat, aan F. Slauerhoff (bijlage
no. 52).
9. Alsvoren tot afkoop, van F. N. Wassenaar, van
het recht van reed en drift over aan de gemeente toe-
behoorende perceelen van het luchtvaartterrein (bijlage
no. 51
10. Alsvoren tot onttrekking aan het openbaar ver
keer van de Poppestraat, het gedeelte van den Poppe-
weg ten Zuiden van het Vliet en van voetpaden aldaar
(bijlage no. 49).
11Alsvoren tot onttrekking aan het openbaar ver
keer van een gedeelte van den Kanaalweg Z.Z. en van
een trottoir aan de Tijnjestraat (bijlage no. 53).
12. Alsvoren tot beschikbaarstelling van gelden
voor het aanbrengen van een reserveketel bij de centrale
verwarmingsinstallatie van het paviljoen voor besmet
telijke ziekten (bijlage no. 55).
13. Alsvoren tot beschikbaarstelling van gelden
voor het herstellen van den zijmuur van het hypotheek
en kadastergebouw aan het Gouverneursplein (bijlage
no. 56).
14. Alsvoren tot vaststelling van een plan van uit
breiding, als bedoeld in art. 36 der Woningwet, op ter
reinen ten Zuiden van den Harlingerstraatweg en van
voor- en achtergevelrooilijnen voor de bebouwing van
die terreinen (bijlage no. 54).
15. Vaststelling van een kohier wegens rioolbelas
ting aan den Harlingerstraatweg.
Punt 1.
De Voorzitter deelt mede, dat Ged. St. hebben be
richt, dat geen bezwaren bestaan tegen toelating van
mevrouw C. M. BusscherSjerp als lid van den Raad.
Mevrouw BusscherSjerp, op verzoek van den
Voorzitter door den Secretaris binnengeleid, wordt
door dezen beëedigd en legt daartoe, in handen van
dezen, de voorgeschreven beloften, bedoeld bij artikel
45 der Gemeentewet, af.
De Voorzitter wenscht, namens den Raad, mevrouw
BusscherSjerp geluk met hare intrede in den Raad.
De tijden zijn niet rooskleurig, zoodat van de Raads
leden nog meer wordt geëischt dan vroeger.
Spreker hoopt, dat zij tot voldoening van haar zelf,
haar fractie en de gemeente werkzaam zal zijn.
Punt 2. Wordt medegedeeld
a. dat bij Kon. besluit zijn goedgekeurd de Raads
besluiten van 24 Februari 1937 tot vaststelling van het
percentage voor de straatbelasting over 1937, van 22
Februari 1937 tot heffing van precariorechten (tot 1
Mei 1938), van 3 Februari 1937 tot wijziging van de
slachthuisrechten en van 14 October 1936 en 17 Maart
1937 tot vaststelling van diverse schoolgeldverorde
ningen
b. dat Ged. Staten
1hebben verdaagd de beslissing op het Raadsbe
sluit van 22 Februari 1937 tot vaststelling van achter
gevelrooilijnen op terrein aan de Westerparkstraat en
de Harlingerstraat
2. hebben goedgekeurd de Raadsbesluiten van 22
Februari 1937 tot vaststelling van voor- en achtergevel
rooilijnen aan de van Cronenburchstraat, en van 17
Maart 1937 tot aankoop van de woning Hoogpad no.
27, tot overneming van een strook grond achter het
politiebureau, tot verhuring van een schiphuisterrein
aan het Vliet en tot afstand van bouwterrein aan de
Nicolaas Tulpstraat;
c. schrijven van de N.V. Intercommunale Water
leiding Gebied Leeuwarden, houdende mededeeling dat
tot lid van den Raad van Beheer is benoemd de heer
J. A. Feitsma. aftredend lid.
Voor kennisgeving aangenomen.
d. schrijven van G. Tichelaar, houdende verzoek
om meer onderstand te mogen ontvangen.
Wordt voorgesteld aan het Bestuur van de Gem.
Instelling voor Maatschappelijk Hulpbetoon te zenden
met verzoek de behandeling over te nemen.
De heer Van der Geest gaat met het voorstel wel
accoord, maar omdat M.H. het verzoek van Tichelaar
om verhooging van steun steeds afwijst, vreest spr., dat
als de Raad het zonder meer naar M.H. verwijst, daarop
weer ongunstig wordt beschikt. Dat M.H. den aan
Tichelaar verstrekten steun te gering vindt, blijkt wel
hieruit, dat het bestuur in plaats van den steun te ver
hoogen, een dochter van Tichelaar heeft opgelegd van
haar salaris ad 6.per week 1.aan haar ouders
af te staan. Zij is kort geleden uit huis gegaan om voor
zich zelf te zorgen en daar zij in hare betrekking altijd
goed gekleed moet zijn en alles heeft moeten aanschaf
fen, kan zij niet 1.per week afstaan.
Spr. weet, dat in het gezin Tichelaar schrijnende
armoede heerscht en wil het daarom niet aan M.H.
overlaten, of die treurige toestand wordt herzien; de
Raad verklare er prijs op te stellen, dat M.H. den steun
verhoogt, zoodat de dochter niet behoeft bij te dragen.
De heer Buiël zegt, dat wanneer de Raad dit verzoek
naar M.H. verwijst, hij zich bevoegd verklaart kennis
daarvan te nemen. Nu hier altijd is betoogd, dat de
Raad over dergelijke verzoeken niet kan beslissen, lijkt
het spr. formeel beter adressant te berichten, dat hij
aan het verkeerde adres is.
De Voorzitter antwoordt, dat de Raad in dezen in
derdaad niet bevoegd is. B. en W. zijn zoo beleefd
voor te stellen dit adres, dat bij den Raad niet terecht
is, naar M.H., waar het behoort, door te zenden. Het
zou echter formeel juist zijn, het adres voor kennis
geving aan te nemen.
De heer Buiël waardeert de beleefdheid van B. en
W., maar om te voorkomen, dat telkens bij dergelijke