Vergadering van Woensdag 26 Januari 1936.
6
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 5 Januari 1938.
dat ongedaan te maken. Als de financiën beter waren
en de Raad vrij was in zijn beslissingen, dan zou spr.
voor subsidie stemmen, omdat hij een busdienst nood
zakelijk acht.
De Voorzitter antwoordt den heer IJtsma, dat, als
er ooit een practisch onderzoek gedurende jaren is
geweest, dit wel dat der tegenwoordige ondernemers
is geweest, die alles hebben gedaan wat mogelijk was
en uit den busdienst hebben trachten te halen wat er
in zat.
B. en W. kunnen wel een theoretische berekening
opzetten over een busdienst met zoo of zooveel passa
giers, maar B. en W. weten niet, of die ooit in de bus
komen. De ervaring heeft B. en W. de berekening
gemakkelijk gemaakt, want de ondernemers werken
steeds met een groot tekort. Noch de vorige noch deze
ondernemers hebben kans gezien de inkomsten te ver-
grooten; het publiek van Leeuwarden schijnt nu een
maal niet rijp te zijn voor een busdienst.
Als de indertijd aangenomen motie, om B. en W.
een onderzoek naar de mogelijkheid van een busdienst
te laten instellen, instand blijft of niet, het is misschien
eigenlijk toch maar een doekje voor het bloeden. Er is
een zekere categorie in Leeuwarden, die druk gebruik
van den busdienst maakt, maar deze is te klein en
breidt zich niet uit. Zoolang dat niet verandert en de
constellatie van de stad zoo blijft, is een busdienst niet
rendabel te maken.
De heer Posthuma neemt niet voor zijn rekening de
door hem aangehaalde zinsnede uit het praeadvies. Dat
behoeft ook niet, dat doen B. en W. zelf wel. Overigens
wordt de Raad er op aangezien, wat de Raad doet en
B. en W., wat zij doen.
Zooals de situatie in Leeuwarden is, zal een bus
dienst alleen met een zeer behoorlijk subsidie in stand
zijn te houden. Een klein subsidie, bijv. om de helft
van het tekort te dekken, baat den ondernemer niet.
Alleen in zeer rijke tijden zou een groot subidie mogelijk
zijn, want zelfs in normale tijden zou een subsidie, om
een dergelijk groot tekort te dekken, eigenlijk te groot
zijn.
De heer IJtsma wijst er op, dat de Raad indertijd een
busdienst voor Leeuwarden van zoo groot belang
achtte, dat een matig subsidie daarvoor wel gewettigd
was.
Het gemeentebestuur moet beter worden ingelicht
dan door de door exploitanten overgelegde cijfers.
Misschien zou men dan een anderen kijk op deze zaak
krijgen. Zoo ziet spr. b.v. bij de inkomsten geen post
voor de vrij belangrijke reclame, welke op de bus staat,
die toch zeker wel iets zal opbrengen. B. en W. kunnen
daarnaar toch een onderzoek instellen en de mogelijk
heid nagaan om een busdienst, zij het dan misschien op
andere wijze, in stand te houden. Het Leeuwarder pu
bliek is weliswaar over het algemeen niet rijp voor een
dergelijk vervoermiddel, maar er is toch ook een be
langrijke groep oudjes en gebrekkigen waarvoor
wel iets mag worden gedaan. Spr. heeft gaarne van
B. en W. de toezegging zonder elkaar daarbij iets
voor te spiegelen, en het is geen doekje voor het bloe
den dat zij de motie als aangenomen willen blijven
beschouwen.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van B. en W.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 26 Januari 1938. 7
Tegenwoordig 28 leden. Afwezig de heer Hooiring.
Voorzitterde heer Jhr. Mr. J. M. van Beijma,
Burgemeester.
Te behandelen punten
1. Vaststelling van de notulen der vergaderingen
van 24 November en 15 December 1937.
2. Mededeelingen en rapporten.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
verkoop en koop van strookjes grond aan den Gro
ningerstraatweg aan en van C. Reisma, voor nader te
noemen lastgever (bijlage no. 6).
4. Alsvoren tot het verleenen van vergunning tot
stratenaanleg aan M. Boetes op zijn terrein bij de Swam-
merdamstraat (bijlage no. 5).
5. Alsvoren tot het vernieuwen en verbeteren van
de Tuinster-, de Vlietster- en de Boomsbrug, tot be
schikbaarstelling van de gelden daarvoor en tot het
aangaan van een leeningsovereenkomst met den Staat
der Nederlanden (bijlage no. 4).
6. Alsvoren tot wijziging van de verordening op de
heffing van een vergunningsrecht en een verlofsrecht
ingevolge de Drankwet (bijlage no. 1).
7. Alsvoren tot intrekking van de belooning als
plaatsvervangend hoofdonderwijzeres aan de gemeente
lijke bewaarscholen (bijlage no. 2).
8. Alsvoren in zake verlaging van jaarwedden en
belooningen van onderwijzend personeel en het nemen
van andere maatregelen met betrekking tot het onver
plichte onderwijs, met nader voorstel te dier zake (bij
lagen nos. 157 van 1937 en 3 van 1938).
Punt 1. De notulen worden onveranderd vastgesteld.
Punt 2. Wordt medegedeeld
a. dat Ged. Staten hebben goedgekeurd de Raads
besluiten van 15 December 1937 tot wijziging van de
verordening op het beheer der gemeentelijke gasfabriek,
tot verhuring van terrein aan de Vondelstraat, en van
de gardenierslanden genaamd „Blokkeland' en „Hinne-
land" en tot aankoop van perceel Weg naar Cambuur
no. 118;
b. bericht van den heer H .de Jong, dat hij de be
noeming tot curator van het Gymnasium aanneemt.
Voor kennisgeving aangenomen.
c. verzoeken van de Ned. Ver. voor Vrouwenbe-
langen en Gelijk Staatsburgerschap, van den Bond van
Onderwijzeressen bij het Voorbereidend Onderwijs, van
de afd. Leeuwarden van den Bond van Ned. Onder
wijzers en de Vereeniging van Leeraren en Onderwijzers
in de Lich. Opvoeding, afd. Friesland, van de afd.
Leeuwarden van het N.O.G. en van de Vereeniging
voor Chr. Schoolonderwijs omtrent de voorgestelde
maatregelen in zake het onverplicht onderwijs.
Te behandelen bij punt 8 der agenda.
d. verzoek van de Neutrale Melktappers Vereeniging
LeeuwardenHuizum om te bevorderen, dat de ver
strekking van melk door Maatschappelijk Hulpbetoon
aan armlastigen via eigen tapper kan geschieden.
Wordt voorgesteld voor kennisgeving aan te nemen.
De heer Bos meent, dat het in het adres gevraagde
den Raad niet competeert, maar toch wil hij er iets over
zeggen.
De melktappers vragen hun vroegere klanten, die nu
melk via M.H. krijgen, zelf te mogen bedienen, waai
alles voor te zeggen is, ook uit hygiënisch oogpunt.
Het vervoer van melk op de straat mag niet in open
vaten gebeuren en nu wordt 's morgens melk gehaald
in open pannetjes, enz. Op grond hiervan spreke de
Raad uit, dat M.H. zal bevorderen, dat de melkleve-
rantie op bonnen door de eigen leveranciers geschiedt,
gelijk ook in Groningen gebeurt. De menschen. die toch
al zoo diep door de crisis zijn getroffen, behoeven dan
niet met de melk over de straat te gaan, zoodat ieder
kan zien, wie melk via M.H. krijgt.
De heer Van der Schoot sluit zich hierbij aan. Welke
bezwaren zijn er om de melk op bonnen door den eigen
melktapper te laten leveren Zulks ware in het belang
van de verschillende categorieën.
De heer Turksma sluit zich bij de vorige sprekers
aan.
Het adres spreekt van enkele leveranciers voor de
levering van melk via M.H. Wie zijn dat?
Door het thans gevolgde systeem is verschillenden
melktappers een deel van hun inkomsten ontnomen. Bij
levering van de melk door den eigen melktapper of het
instellen van een rouleersysteem kunnen alle melk
tappers worden ingeschakeld.
De heer Buiël meent, dat de Raad heeft uitgemaakt,
dat zaken als deze niet tot zijn competentie behooren.
Denkt de Raad echter, dat dit wel het geval is, dan
moet hij dit adres ondersteunen. En anders zij men
consequent en spreke men er niet over.
De heer Posthuma verheugt het, dat gelegenheid
wordt geboden deze zaak te bekijken.
Ook spr. meent, dat het thans gevolgde systeem
schade voor de melktappers beteekent en pijnlijk is voor
de armlastigen, nu ieder kan weten, wie daartoe behoort.
Het rouleersysteem wil spr. niet aanmoedigen, maar
hij vraagt B. en W. bij M. H. aandrang uit te oefenen,
dat ieder, die melk op bonnen krijgt, door zijn eigen
melktapper wordt bediend.
De heer Van der Geest sluit zich bij de vorige spre
kers aan. Al behoort dit adres misschien niet tot 's Raads
competentie, het betreft echter een algemeen belang,
waar de Raad niet aan voorbij kan gaan.
Welke bezwaren zijn er bij M. H., dat dit niet wil
voldoen aan het gevraagde in het adres
De Voorzitter zegt, dat deze zaak alleen M. H. com
peteert. Hij heeft den Raad alleen uiting willen laten
geven aan zijn meening misschien kan M. H. zijn voor
deel daarmee doen.
De heer Westra (weth.) acht deze zaak inderdaad
minder geschikt voor openbare behandeling.
Het tot nu toe toegepaste rouleersysteem heeft altijd
bestaan, maar de melktappers hebben M. H. verzocht
dit systeem te veranderen, omdat de melkverstrekking
zooveel uitgebreider is geworden en zij hebben met spr.
een onderhoud gehad.
Spr. zal gaarne het hier gesprokene mededeelen aan
het bestuur van M. H., dat, zooals bekend, zijn beslis
singen in het belang van de gemeente pleegt te nemen.
Den betrokkenen is medegedeeld, dat in den loop van
1938 wel op deze zaak wordt teruggekomen.
De heer IJtsma meent, dat zaken, welke van hooger
hand worden gedecreteerd, niet in den Raad thuis hoo-
ren, hetgeen echter niet beteekent, dat de Raad in deze
zaak, welke door een door den Raad aangewezen college
namens hem wordt uitgevoerd en waarvoor de Raad het
geld voteert, geen wenken mag geven.
De Voorzitter zegt, dat van hooger hand opgelegde
zaken hier dikwijls wèl in den Raad komen, al wil hij
niet ontkennen, dat zij er misschien niet thuis hooren.
Het Bestuur van M. H. is echter een zelfstandig lichaam,