50 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 28 Maart 1938. Voortzetting der vergadering op Dinsdag 29 Maart 1938. Spr. kwam ter oore, dat de concierge in het stadhuis geen vacantie heeft. Zij wist niet, dat er nog één functie is, waar zulks het geval is. Kan daarin niet worden voorzien Spr. drong indertijd aan bij eventueele rooiïng van de boomen aan den Eewal deze om den anderen te kappen; nu heeft ze gezien, dat sommige boomen een kruisje hadden. Zal nu op de door haar gevraagde wijze ge rooid worden De heer Turksma sprak van een overkluizing van de Kelders. Weet hij, wat er dan met de rioleering moet gebeuren Het kostencijfer van de Gem.reiniging is ondanks de toenemende bevolking nog steeds dalende, wat, zooals de stukken vermelden, bewijst dat dit bedrijf zeer eco nomisch werkt, en de uitgaven zijn zoo eenigszins mo gelijk verminderd. Dergelijke zinnen zeggen spr. weinig; immers, dit resultaat is o.a. gevolg van verlaagde af schrijvingen. De Voorzitter constateert, dat de Raad deze begroo ting niet onvriendelijk heeft ontvangen. De begrooting 1938 is gebaseerd op die van 1937. Speciaal de begroo ting 1937 heeft B. en W. veel arbeid gekost, want men heeft allerlei vergelijkingen met andere gemeenten ge maakt, welke later bleken geheel mank te gaan, maar waarover vele malen gecorrespondeerd moest worden. Wel is door het onderzoek komen vast te staan, dat het beheer in Leeuwarden nog zoo slecht niet is geweest, als in de nota's werd voorgesteld. Die arbeid had ach terwege kunnen blijven, als men vooraf door overleg op de hoogte had trachten te komen. Dan waren de op merkingen uit Den Haag niet gemaaktspr. heeft trou wens sterk den indruk, dat die niet alleen van Den Haag afkomstig zijn. Nu heeft het veel moeite gegeven de Commissie te overtuigen echter is komen vast te staan, dat, al zijn er natuurlijk altijd wel enkele kleine posten, die geschrapt kunnen worden, het beheer, zooals dit door den Raad, B. en W. en de directeuren der bedrijven is geschied, over het algemeen goed is geweest. Blijkens een brief van Ged. St. valt voorshands niet te rekenen op een hoogere bijdrage dan die voor 1937 is toegezegd. Uit het woord .voorshands" blijkt echter, dat dit niet onomstootelijk vast staat, doch dat Leeu warden zich daaraan voorloopig moet houden indien het blijkt, dat het anders moet, dan zal men het anders doen. De begrooting 1938 verschilt niet veel met die van 1937, zooals die uiteindelijk is vastgesteld, en waarnaar de bijdrage van 190.000.is gegeven. Waarop dit bedrag echter steunt, weten B. en W. niet. Eerst was het 180.000. later 190.000. maar het klopt niet met de begrooting. Het schijnt een vrij willekeurig be drag te zijn. Steunde het op een berekening, dan zou men weten wat men over 1938 zou ontvangen. Er is opgemerkt, dat men nooit meer aan bijdrage ontvangt dan het eerste jaar is ontvangen. Er moet toch altijd eenmaal een eerste jaar zijn geweest, dat een gemeente een extra-bijdrage kreeg. Men kan zich bij het bepalen der bijdrage toch niet baseeren op begrootingen, welke afgeloopen zijn Met 190.000.— is de begrooting 1938 niet sluitend te krijgen. Natuurlijk is hier en daar nog wel iets te bezuinigen. Zoo is spr. b.v. persoonlijk over tuigd, dat in een zeker geval wel 400.gulden is te bezuinigen, welke nu iemand verdient, die anders geen inkomsten heeft en het dus noodig heeft om niet tot M.H. te vervallen en dit werk al jaren heeft gedaan. Als hij b.v. met pensioen gaat, zullen B. en W. hier zeker anders in voorzien. Maar dergelijke bezuinigingen zetten geen zoden aan den dijk. Mevr. Busscher heeft gepleit voor een parkeerverbod op de Keizersgracht. Dit en verschillende wenschen t.a.v. het verkeer, in het sectierapport uitgesproken, zullen B. en W. onderzoeken. Een parkeerverbod als zoodanig is gemakkelijk uit te vaardigen, maar er zitten vrij ernstige gevolgen aan vast. Men moet een dergelijke zaak bree der bekijken dan oogenschijnlijk lijkt, n.l. uit het oogpunt van algemeen belang, van de betrokken straten, van het publiek enz. B. en W. hebben in het sectierapport omtrent het Kanalenplan geantwoord, dat zij op spoedige beslissing hebben aangedrongen en aan een kanaal ten Zuiden van de stad voorkeur geven. Wel is in het college gesproken over een kanaal ten Noorden ook het uitbreidingsplan, dat destijds was opgemaakt in overleg met den Rijks- en Prov. Waterstaat, hield rekening met een kanaal ten Noorden. Het uitbreidingsplan is echter niet goedge keurd. Omtrent het plan ten Zuiden kan en mag het college niet meer vertellen dan hetgeen uit de dagbladen bekend is. B. en W. hebben plannen gezien, doch weten niet, of het kanaal langs of door de stad zal komen. Door de stad heeft, naar spr. meent, de minste kans, omdat zulks, al heeft het voordeelen, op groote nadeelen stuit in verband met het verkeer. Ook hebben B. en W. plannen van het kanaal ten Noorden gezien, maar als het daar komt, zal het niet de lijn volgen, destijds op het uitbreidingsplan aangegevenhet wijkt vooral in de bochten daarvan af. Bij een kanaal ten Zuiden, komt er dan een verbin ding daarvan met Leeuwarden, vraagt de heer Hellema. Zooals het kanaal thans is geprojecteerd, wordt het doorgetrokken van het Woudmansdiep naar een punt van de bestaande Harlingervaart ten Westen van de spoorbrug van den Frieschen Lokaalspoorweg, daarbij de spoorwegen naar Heerenveen en Sneek kruisende. Er komt dan van het westelijke uiteinde van het Woud mansdiep naar Schilkampen een 1000-tons kanaal voor de verbinding met de stad. De Raad zal begrijpen, dat B. en W. nooit aan een kanaal ten Zuiden de voorkeur zouden geven, als er geen behoorlijke verbinding met de stad zou komen. Of het kanaal ten Zuiden komt, durft spr. niet zeggen; de beslissing daaromtrent is aan het Rijk. Den heer Wiersma antwoordt spr., dat de rechts toestand van het politiepersoneel des Burgemeesters is. Omtrent bedoelde verordening is met de desbetreffende organisaties overleg gepleegd. Verschillende amende menten zijn ingediend, waardoor de zaak getraineerd heeft. Wettelijk moet deze verordening worden vast gesteld, maar spr. gelooft niet, dat het voor het politie personeel eenig verschil zal maken. Spr. geeft toe, dat in de correspondentie met Ged. St. wel eens een ietwat geprikkelde toon is gebruikt, maar B. en W. zijn er zich niet van bewust daarmede te zijn begonnen. Den toon van B. en W. is niet anders dan een reactie geweest. Zoo wezen Ged. St. telkens weer op art. 263 der Gem.wet, waarbij B. en W. persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor uitgaven buiten de begrooting gedaan, alsof B. en W. opzettelijk boven de begrootingsposten gingen. Zij hebben echter geen andere uitgaven gedaan dan die, welke moesten ge beuren in het belang van de gemeente. Gelukkig is de tijd voorbij, dat Ged. St. opmerkingen maakten b.v., dat het wel een verkapte wijze zou zijn om toch het geld te vinden. B. en W. antwoordden daarop, dat zij zich met verkapte methodes niet ophielden. Het is na tuurlijk beter, dat de correspondentie niet op deze wijze wordt gevoerd en dat dit gebeurde, hebben B. en W. altijd zeer betreurd. Maar als twee ruzie hebben, ver onderstelt de een altijd, dat de ander oorzaak is en zoo ook hier. Gelukkig is den laatsten tijd de toon, ook van Ged. St., vriendelijker geworden en is het contact met B. en W. verbeterd. Was het altijd zoo intensief ge weest als op het oogenblik, dan was misschien een groot deel van de correspondentie in 1937 niet noodig ge weest en had men zich wederzijds de moeite kunnen sparen ellenlange brieven te schrijven, waarbij B. en W. overigens niet zonder lauweren uit den strijd zijn gekomen. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 28 Maart 1938. 51 Voortzetting der vergadering op Dinsdag 29 Maart 1938. De heer De Boer (weth.) zegt, dat B. en W. streven naar een zoo zuinig mogelijk beheer. Eerste eisch is echter, dat een bedrijf goed functionneert en daarvoor is goed en voldoende personeel noodig. Van het per soneel wordt tegenwoordig meer geëischt dan vroeger en het moet zich groote moeite getroosten om alles zoo goed en zuinig mogelijk te doen loopen. Spr. meent daarvoor namens B. en W. wel een woord van hulde te mogen uitspreken. Wat de schoonmaakkosten van de scholen betreft, aanvankelijk meende men niet aan den eisch van de Commissie om de kosten per school, 80.bedra gende, tot 45.— a 50.— te verlagen, te kunnen vol doen,omdat de toestand hier zoo was gegroeid. Gegroeide toestanden te veranderen valt niet mee. Ernstig is echter nagegaan, welk systeem moest worden gevolgd en ten slotte hebben B. en W. 60.per lokaal gemiddeld berekend, wat een verlaging van plm. 2lYi betee- kende. Waar deze verlaging, 1 Januari j.l. ingevoerd, werd opgelegd, achtten B. en W. het aanvankelijk niet noodig het G.O. te raadplegen, maar nadat de organi saties te kennen hadden gegeven, dat zij daar prijs op stelden, is alsnog overleg gepleegd. Op de begrooting staan nog de oude posten, maar op den verzamelstaat staat een vermindering van de totale kosten voor het schoonhouden der schoollokalen. Ingevolge het rapport- Schouten zal echter niet meer dan 10 in eens mogen worden gekort. Ook van de andere gemeentegebouwen zijn de schoonmaakkosten belangrijk verlaagd, variee- rend tusschen 25 en 18 Ook hierin is het G.O. ge hoord en het heeft zich, zij het niet ten volle, met deze verlagingen vereenigd. Bovendien is gesproken over de uurloonen, volgens Rijksregeling 30 tot 35 cent bedra gende, terwijl de gemeente aan arbeidscontracters 30 ct. en aan los personeel 32 ct. betaalt. Over het rooien van de boomen aan den Eewal be stond bij de bewoners nogal verschil van meening. Thans is besloten in Mei een aantal te rooien. Het verlies van het Woningbedrijf is het vorige jaar belangrijk verminderd doordat er weinig woningen heb ben leeggestaan en de onderhoudskosten zijn verlaagd. Het geheele verlies weg te werken, daarvan kan geen sprake zijn, tenzij men de stichtingskosten zou afschrij ven. Spr. gelooft niet, dat het koopen van materialen bij Gem.werken door het gemeentepersoneel groot is, daar het 30 boven den kostprijs moet betalen, in plaats van, zooals in sommige particuliere bedrijven, dat het eigen personeel korting krijgt. Van die inkoopen zullen de winkels geen nadeel ondervinden. Zoo koopen b.v. particulieren voor den aanleg van hun tuintjes wel eens enkele keien, vooral veldkeien, omdat men dergelijke zaken niet in een winkel kan krijgen. Er kan toch niets op tegen zijn den menschen daarmede te gerieven Omtrent het verrichten van karweitjes voor zichzelf in de gemeentewerkplaatsen, is bij spr. bij herhaling verzekerd, dat dit zeer gering is. Zoo heeft b.v. iemand een huistrapje gemaakt in zijn vrijen tijd. Zulks gebeurt toch ook in particuliere bedrijven? Voorts heeft een brugwachter, die het slot van zijn deur wilde herstellen, daarvoor qebruik qemaakt van een bankschroef aan de Werf. Van B. en W. is geen voorstel te verwachten tot demping van de Voorstreek en de Kelders. De heer Algera vond, dat het rapport omtrent Gem. werken laat komt. In 1935 heeft de Comm. van O.W. rapport uitgebracht over de personeelsbezetting, met de conclusie, dat zij de volle overtuiging had, dat het zon der den dienst te schaden niet mogelijk was verandering te brengen in de personeels-bezetting bij Gem.werken. De Raad heeft zich bijna zonder discussie met dit rap port vereenigd. (De heerWiersma: Het was geen ge specificeerd rapport.) Het rapport was niet zoo uitvoe rig als het thans overgelegde, maar ook de Commissie beschikte indertijd over alle gegevens, en ieder harer leden kon inlichtingen inwinnen bij en besprekingen voeren met het personeel, zooals hij wenschte. Mevr. Busscher vraagt speelterrein beschikbaar te stellen, mede om de baldadigheid te beteugelen.Als b.v. een wijkvereeniging het toezicht en beheer op zich wil nemen, zou de gemeente zoo mogelijk speelterreinen beschikbaar kunnen stellen. Speelterreinen van verschil lende gemeentescholen zijn reeds als openbare speel plaatsen opengesteld, doch niet met groot succes. Het beheer kan alleen goed zijn, als de toezicht houdende wijkvereenigingen in stand blijven. Zoolang de leden daarvan kinderen hebben, die er gebruik van maken, willen zij wel toezicht houden, maar zoodra de kinderen te groot zijn om er te spelen, zorgen zij er niet meer voor en dan is het moeilijk daarvoor weer menschen te vinden. Het is echter op het oogenblik moeilijk terrein voor speelweiden aan te wijzen. Misschien is er bij de herziening van het uitbreidingsplan rekening mede te houden, maar een vereeniging zou de verantwoordelijk heid op zich moeten nemen. Het vraagstuk van de buiten staande aschvaten is niet zoo eenvoudig. De bewoners kunnen echter zorgen, dat de aschvaten niet zoo lang buiten staan, omdat de aschwagens op gezette tijden komen. De gemeentewoningen aan de Deli- en Balistraat staan slechts 12 jaar. Het is niet gewoonte dergelijke woningen van binnen geheel een beurt te geven, doch het komt voor, dat b.v. de keukens, welke er slecht uit zien, wel opgeknapt worden. De bedoeling is de slaapkamers, met slechte verf geverfd, een beurt te geven, b.v. ieder jaar een gedeelte, ten minste als de onderhoudspost zulks toelaat; ook in dit opzicht is de gemeente aan banden gelegd. Wat het ontsmetten van woningen betreft, de be woners van besmette woningen kunnen zich tot de Gem.Reiniging of het Woningtoezicht wenden, waarna ontsmetting, ook van gemeentewoningen, zooveel moge lijk wordt bevorderd. De salarissen van het personeel der Gem.Reiniging zijn niet meer gekort dan die van het andere personeel. Wel wordt er daar tegenwoordig intensiever gewerkt, nu, door het ophalen van vuil per auto, het tempo sneller is dan vroeger met paard en wagen. Ook heeft de mechanisatie van het bedrijf er toe geleid, dat enkele arbeiders in lossen dienst ontslagen zijn en dat vaca tures niet meer zijn aangevuld. De post, verbetering van het Stadsverzorgingshuis, moest worden verhoogd door de stijging der materiaal- prijzen. De begrooting van dit werk was reeds opge maakt vóór de devaluatie. Was deze verbetering eerder uitgevoerd, dan was men goedkooper uit geweest. Op de vraag of nog bezuinigd kan worden door samenvoeging van Woningtoezicht met Gem.werken, zegt spr., dat er geen sprake van kan zijn, dat er per soneel bij Gem.werken verdwijnt. Er zijn momenteel slechts twee opzichters voor het toezicht op het onder houdswerk, één voor alle gemeentegebouwen en één voor bruggen, wallen en straten. Dezen ook nog te be lasten met het Woningtoezicht is onmogelijk en zelfs is het niet onwaarschijnlijk, dat er op den duur meer personeel moet komen. Vergeleken bij andere gemeen ten geeft de bezetting te Leeuwarden wel een zeer sober beeld wat het personeel, belast met het toezicht en de uitvoering van de Hinderwet, de Woningwet en de Bouwverordening, betreft. Verdere inkrimping is onmo gelijk, omdat er een bepaalde bezetting moet zijn, wil de dienst functionneeren. De buizen van de centrale verwarming in het Pavil joen voor Besmettelijke Ziekten zijn, doordat het iso latiemateriaal onvoldoende was, zoodanig aangetast, dat vernieuwing noodig is. Overbrenging van een gedeelte van het archief naar school 4 was noodig, omdat de constructie van het Stadhuis een zoo zware belasting niet langer toeliet. B. en W. vonden geen vrijheid voor te stellen een nieuw

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1938 | | pagina 10