154 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 12 October 1938. Voortzetting der vergadering op Donderdag 13 October 1938. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Volgno. 55. Aanschaffing dienstkleeding. De heer Van der Geest is tegen deze verlaging. Vooral zij, die bij de privaten werken, hebben eerder meer uniformkleeding noodig dan minder. Thans wordt alleen nog maar een pet gegeven, welke meestal ver sleten is voordat een nieuwe wordt verstrekt, zoodat zij dikwijls hun eigen pet moeten opzetten. Door deze ver- laging vreest spr., dat zelfs geen pet meer kan worden verstrekt. Beter ware het, dezen menschen, gezien hun loon, ook eenige kielen per jaar te geven, waarvoor zij thans zelf moeten zorgen. De heer De Boer (weth.) zegt, dat blijkens de uit gaven over het vorige jaar, 150.— kan worden be spaard zonder den dienst te benadeelen. Het kan echter zijn, dat deze post het volgende jaar weer moet worden verhoogd. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De heer Van der Geest wil geacht worden te hebben tegengestemd. Volgnos. 31 t/m 36 van het Openbaar Slachthuis, volgno. 41 en de verspreide post: overuren, van het Gasbedrijf, volgnos. 204, 207, 209, 212, 264, 273, 347, 358, 397, 412, 852, 56, 99, 160 en 162 van de gemeente- begrooting, volgnos. 38, 11 en 17 van het Gasbedrijf en volgnos. 197 en 204 van Gemeentewerken. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Wijzigingen van de begrooting 1938, door B. en W. bovendien voorgesteld. Volgnos. 1, 2, 4, 20, 27, 33, 34c, 34d, 54, 55, 94, 106, 115, 122, 123, 126a, 129, 132, 146, 147, 149, 150, 161, 163, 164, 165, 166, 168, 169, 170, 171, 172, 173, 175, 197, 199a, 220, 221a, 222 en 229 worden met alg. stemmen vastgesteld, zooals B. en W. voorstellen. Volgno. 239. Bevolkingsregisters en huisnummering. De heer Bos raadt, n.a.v. het voorstel om 1.235. beschikbaar te stellen voor overuren, ernstig aan, daar voor los personeel in dienst te nemen, omdat hij het niet verantwoord acht gedurende 3 maanden 15 uren per week te laten overwerken. De arbeidsprestatie moet daaronder lijden. Als er zooveel werk is, dan zal dit met eenigen goeden wil wel door werklooze hoofd arbeiders zijn te verrichten, onder toezicht van het per soneel van Bevolking. In dit verband wijst spr. op de Min. circulaire aan de groote werkgeversvereenigingen, om overwerk zooveel mogelijk te beperken door los personeel aan te stellen. Spr. gelooft dat zulks, in over leg, ook hier zou kunnen gebeuren. De Voorzitter antwoordt, dat de bedoeling is, waar mogelijk, los personeel in dienst te nemen, speciaal voor het typewerk. De controle van de gezinskaarten moet echter gebeuren door personeel, bekend met de bevol kingsboekhouding. Na ampele bespreking acht men dit de beste oplossing. Volgnos. 239. 244, 265, 341, 347, 355, 366, 367, 375, 409, 438, 451, 468, 469, 472, 474, 480, 487, 536 en 537 worden met alg. stemmen vastgesteld zooals B. en W. voorstellen. De heer Koopal is intusschen ter vergadering gekomen. Volgno. 619. Onvoorziene uitgaven. De Voorzitter zegt, dat B. en W. voorstellen „On voorzien met 5.368.71 te verminderen. Door bijvoe ging van eenige posten in het laatste stadium van samenstelling der begrooting is deze post echter niet juist opgezet. Spr. stelt, namens B. en W. voor volgno. 619 te ver minderen met 8.511.95 in plaats van met 5.368.71 en dus te brengen op 24.236.83. Met alg. stemmen wordt volgno. 619 vastgesteld zooals het bij monde van den Voorzitter is gewijzigd, behoudens wijziging als gevolg van de door den Raad genomen besluiten. Volgnos. 642, 659, 660, 666, 703, 703a, 713, 714, 769, 770, 771c, 77\d, 772, 813, 825, 826, 831, 860, 8716, 919, 921a en 9216 worden met alg. stemmen vastgesteld, zooals B. en W. voorstellen. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van bijl. no. 130: sub a en 6, zooals de Raad deze nader heeft gewijzigd: sub c, overeenkomstig het voorstel van B. en W. Te 9.35 uur nam. wordt de vergadering geschorst. Te 9.55 uur nam. wordt de vergadering voortgezet. De heeren Botke en Hellema zijn aanvankelijk afwezig. Punt 14. De heer Stobbe zegt, dat de Dir. van Gem.werken vernieuwing van de verlichting van het Stadsverzor- gingshuis noodig acht, wat 1.150.— vordert. Spr. zoekt hier niets achter, maar er is reeds 25.000.— uit getrokken voor restauratie van het gebouw en spr. is niet overtuigd, dat het onmogelijk is dezen „tegenvaller" daaruit te bestrijden. Elk werk heeft tegenvallers, doch er zullen ook wel meevallers zijn en bovendien is bij den opzet ruim op tegenvallers gerekend. Spr. aan vaardt zonder nadere, bevredigende, toelichting deze verhooging niet. De heer Praamsma onderschrijft het betoog van den heer Stobbe. Bij de behandeling destijds van de ver betering van het Stadsverzorgingshuis heeft spr. ge zegd. dat de Raad nimmer zoo n uitvoerige, gedetail leerde, begrooting had gehad. Niets was vergeten, dus kan worden aangenomen, dat de zaak deskundig was opgenomen. Voor wijziging van het electrisch licht was 360.uitgetrokken, zoodat spr. mag aannemen, dat onderzocht was wat daaraan gebeuren moest. Boven dien was voor „onvoorzien 562.en voor winst en reserve 2.230.geraamd, zoodat, daar er naast tegenvallers op een dergelijk werk ook wel meevallers zullen zijn, het niet noodig is opnieuw gelden toe te staan. De heer De Boer (weth.) antwoordt, dat de elec- trische installatie destijds van z.g. oorlogsmateriaal is vervaardigd, en niet van gemeentewege is aangelegd. Zij werd niet door Gem.werken onderhouden en stond niet onder voortdurende controle. (De heer Praamsma: Wist men dat bij de samenstelling van de begrooting niet Toen heeft men gelet op wat voor de uitbreiding noodig was, en eerst toen met het werk was begonnen, bleek, dat de oude installatie niet deugde. De Dir. van het G.E.B. achtte het niet verantwoord de uitbreiding daarop tot stand te brengen. Vooraf was echter nimmer over de installatie geklaagd. Daarom komen B. en W. noodgedwongen met deze begrootingswijziging, want het spreekt vanzelf, dat dit groote bedrag niet uit „onvoorzien" kan worden geput. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 12 October 1938. 155 Voortzetting der vergadering op Donderdag 13 October 1938. De heer Praamsma vereenigt zich met het eerste deel van des wethouders betoog, doch bestrijdt, dat dit bedrag niet voor een deel uit „onvoorzien" kan worden geput. Waarvoor dient die post dan Het werk is nog niet zoo ver gevorderd, dat men precies kan zeggen hoeveel totaal noodig is en toch vraagt men voor dit onderdeel een nieuw crediet. Dat lijkt spr. niet juist. In de voor dit werk zeer volledig gespecificeerde be grooting zitten toch zeker ook diverse posten, die be neden de raming kunnen blijven De Voorzitter kan zich voorstellen, dat, waar ver bouwing van oude gebouwen altijd tegenvalt, men huiverig is te zeggen, er zal wel 1150.overblijven. Thans een nieuw crediet te vragen, lijkt spr. een goede voorzorg en blijft bijv. 300.over, dan wordt het bedrag op den Kap.dienst zooveel minder. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 15 (bijl. no. 137). De heer Turksma kan zich voorstellen, dat de wensch wordt geuit om in de hoofdstad der provincie een schietbaan op te richten, nu hier geen oefengelegenheid bestaat en men voor wedstrijden naar Beetsterzwaag en Harlingen moet. Spr. kan niet beoordeelen of 5.000.voor een schietbaan voldoende is en ver neemt gaarne of B. en W. zeker weten, dat er geen tegenvallers komen. Verschillende vereenigingen heb ben toegezegd, de baan te zullen huren, maar voor hoe lang Voorts acht spr. de huur van het terrein, 25.per 36% are, zeer laag. Wordt deze, berekend naar los land, bijv. op 35.— gesteld ook de Voorzitter erkende indertijd dat los land meer opbrengt -, dan zal de exploitatie duurder worden. Ook verneemt spr. gaarne, of er bezwaar bestaat tegen afschrijving in korteren tijd. De heer Molenaar vraagt of, nu de gemeente een schietbaan opricht, zij ook controle op de verschillende vereenigingen, die daar schieten, uitoefent, en of dit voorstel ook aanleiding kan zijn tot controle op par ticuliere schietgelegenheden hier ter stede. De heer Bos wijst er op, dat B. en W. een commissie voor de exploitatie willen benoemen, terwijl zij de ver huring van het sportterrein „Cambuur" in eigen hand wilden houden. Wel bestaat daarvoor een Comm. van advies, maar deze heeft geen zeggenschap in de ver huringen. Is er thans geen aanleiding ook voor die exploitatie een commissie te benoemen De Voorzitter antwoordt, dat de Dir. van de Nor maal Schietschool te 's-Gravenhage hem heeft verze kerd, dat voor 5.000.een uitstekende schietbaan te krijgen is; misschien kan het zelfs goedkooper. Wat de garantie voor het verhuren betreft, spr. heeft met verschillende vereenigingen gesproken of gecorrespondeerd, waarop enkele toezeggingen zijn gegeven. Voor hoe lang, weet spr. niet, want contrac tueel is nog niets vastgelegd. Gemeentepolitie, B.V.L. en particuliere schietvereenigingen willen de schietbaan gebruiken. Naar spr. heeft gehoord, zal de Rijkspolitie daar misschien niet oefenen, maar op die had hij bij den opzet ook niet gerekend. De bedoeling is, dat de Dir. van Gem.werken zich voor de nadere uitwerking der plannen in verbinding stelt met de Normaal Schietschool en intusschen zullen B. en W. in verbinding treden met belanghebbenden om b.v. een contract voor 5 jaar aan te gaan. Mogelijk wordt de opbrengst meer dan 600.maar ook kan een enkele vereeniging terugkrabbelen. Van de belang rijkste heeft spr. toezegging op schrift en deze wil 125per jaar betalen. Doch voor met dit werk wordt begonnen, weten B. en W., welke vereenigingen mee doen. De geschatte terreinhuur ad 25.per 36% are, is aan den veiligen kant, omdat deze grond bij gewone verhuur niet zooveel zal opbrengen, omdat het exer citieterrein is geweest en niet gedraineerd is. Wat den afschrijvingstermijn betreft, als de schiet baan behoorlijk wordt aangelegd en onder toezicht van Gem.werken komt, is er tegen een termijn van 20 jaar geen bezwaarwaarschijnlijk heeft zij een langeren levensduur. De heer Molenaar meent, dat hier ter stede verschil lende schietgelegenheden zijn. Spr. weet, dat er in de „Groene Weide" een overdekte gelegenheid is om met de flobert te schieten, maar van andere gelegenheden buitenshuis heeft spr. nooit gehoord. B. en W. hebben niet gesproken over de controle op het schieten b.v. door verboden vereenigingen, maar de mogelijkheid daartoe bestaat zeer zeker. De schietbaan schept voor de gemeentepolitie gele genheid om het wapen, dat tot haar uitrusting behoort, practisch te oefenen. Dit geldt eveneens voor de ge meenteveldwachters. 15 gemeenten zullen gevraagd worden om mee te doen en het zal wel geen bezwaar zijn b.v. 12.per jaar te betalen. Spr. is overtuigd, dat hoogere instanties het oefenen met den revolver zeer op prijs stellen; voor de veiligheid der politie en van anderen. Hoe de exploitatie precies zal geschieden, weten B. en W. nog niet. In de commissie van exploitatie zou naast een vertegenwoordiger van B. en W., b.v. een vertegenwoordiger van de Rijkspolitie zitting kunnen hebben en als verschillende andere gemeenten meedoen, ook een vertegenwoordiger van de Ver. v. Ned. Gem. en iemand van de gemeentepolitie. Het wordt dan niet een commissie van advies, maar een commissie, die de verhuringen zelf regelt. Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 16 (bijl. no. 128). De heer Turksma kan zich niet vereenigen met de afwijzende beschikking van B. en W. Naar spr. meent, maakt de Dir. van het G. E. B. een berekening van de winstderving over 3 jaren. Dit lijkt absurd, omdat, als de firma niet aan de verplichting van opzegging met 6 maanden heeft voldaan, men toch alleen in rekening kan brengen de gederfde winst over 6 maanden, van den datum van opzegging, i.e. 27 Mei, af tot 27 November. Met de jaren 1939 en 1940 heeft men niet te maken. De tot 27 November gegarandeerde hoeveelheid stroom was 45.000 kWu. Van 1 Januari tot 31 Mei was afgenomen 16.000 kWu, zoodat resteert 29.000 kWu. De Frico nu is bereid dit restant over te nemen. De winst zal dan wel iets minder zijn, maar de gemeente kan toch billijkheidshalve niet verder gaan dan de Vedehaschoenfabrieken in rekening te brengen het bedrag, dat de gemeente door haar vertrek niet als winst zal ontvangen. Spr. kan zich niet indenken, dat men een firma, die genoodzaakt is een contract op te zeggen, omdat de zaak niet kan bestaan, iets in reke ning wil brengen, dat niet is geleverd. De heeren Botke en Hellema zijn intusschen weder ter vergadering gekomen. De heer Rom Colthoff zegt, dat de heer Turksma heeft getracht medelijden met de Vedehaschoenfabrieken te wekken en dat de gemeente op die gronden haar tegemoet moet komen. (De heer Turksma; Op grond van redelijkheid.)

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1938 | | pagina 10