8 Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 25 April 1951.
Zoals hij al opmerkte, heeft hij tegen de algemene
strekking ervan geen bezwaar, maar wel tegen de da
tum van ingang. Het is niet aardig om, nadat al energie
aan de verbruikers is geleverd, aan het einde van de
maand te zeggen, dat ze er meer voor moeten betalen.
Zulks is in een particulier bedrijf uitgesloten. Spr. zou
daarom de datum van ingang willen zien gesteld op
1 Mei a.s. Het zou als onrechtvaardig worden aange
voeld, wanneer achteraf een kwitantie wordt aange
boden, waarop de hogere tarieven in rekening zijn ge
bracht.
Thans wil spr. nog enkele onderdelen onder de loupe
nemen. Leeuwarden heeft zeer gedifferentieerde elec-
triciteitstarieven. Daar zal het publiek misschien niet
zo om gevraagd hebben. Het bedrijf heeft zelf die ta
rieven ingesteld en naar voren gebracht. Het geval wil,
dat in de laatste jaren het ruimte dubbel-tarief nogal
populair is geworden. Volgens het verslag over 1949
van het Gem. Electriciteitbedrijf bedraagt het aantal
kWh, geleverd volgens het ruimte enkel-tarief, onge
veer 1 van het totaal en het aantal kWh, geleverd
volgens het ruimte dubbel-tarief, 6 Spr. maakt zich
sterk, dat die verhouding in de laatste jaren nog zeer
ten gunste van het ruimte dubbel-tarief is veranderd.
Dit laatste geeft inderdaad voordelen voor de afnemers
en - dat vindt spr. juist zo aardig het is ook in
het belang van het bedrijf. Dit ruimte dubbel-tarief be
staat uit een hoog en een laag tarief. Dit laatste treedt
in werking buiten de piekuren. Het is van buitengewoon
belang voor het Electriciteitbedrijf, dat er dan een zo
groot mogelijke afname is. Nu er toeloop is naar het
ruimte dubbel-tarief, wordt eigenlijk van de gelegen
heid, die zich nu voordoet (de stijging der kolenprijzen)
gebruik gemaakt om dit tarief te verhogen, maar hier
door wordt de attractie van het tarief sterk verminderd.
De prijs van 4}/^ ct. per kWh wordt 6 ct.; dat is een
verhoging van 331f3 Weliswaar drukt dit op het
huishoudelijk budget niet buitengewoon zwaar, maar
het valt eigenlijk een klein beetje uit de toon, als men
nagaat, hoe voorzichtig op andere punten met het huis
houdboekje wordt omgesprongen. Spr. wil een voor
beeld noemen. In het ontwerp van wet van de zoveelste
wijziging van de omzetbelasting wordt voorgesteld om
in de lijst van belaste artikelen op te nemen o.a. het
artikel tafelazijn. Als de omzetbelasting hierop 6 is
en men er een kwartje per maand aan besteedt, dan
is dat een kwestie van ongeveer ct. in de maand.
Nu is een verhoging van 1J/2 ct. per kWE eiectriciteit
iets heel anders. Spr. vindt het jammer, dat men dit
hier gaat doen. De verhoging van het ruimte dubbel-
tarief maakt een groot deel uit van de totale opbrengst,
die van deze tariefsverhogingen verwacht mag worden.
Men rekent met een totaal voordeel van ongeveer
95.000,Nu komt alleen al uit het ruimte dubbel-
tarief bijna 40.000,De afnemers van het ruimte
enkel-tarief laat men 1.600,betalen, terwijl die van
het gewone enkel tarief en het piektarief ook 40.000,—
moeten opbrengen. Nu heeft spr. uit de stukken wel
begrepen, dat men deze hele verschuiving nodig vindt,
omdat er moeilijkheden met de meters ontstaan. Dat
argument heeft spr. echter niet kunnen overtuigen. Die
meters brengen toch ook een zekere meterhuur op. Als
spr. het goed begrepen heeft, zouden de meters voor
het ruimte dubbel-tarief 50,kosten en die voor het
ruimte enkel-tarief ongeveer 25,Nu is de meter-
huur voor een eenvoudige meter 13 ct. per maand en
voor een meer gecompliceerde 38 ct. Dat is bijna drie
maal zoveel. Spr. zou zo zeggen, dat het ongerief voor
de fabriek door het plaatsen van meters daar wel be
hoorlijk uit komt.
De afschrijving op de meters is bij de laatste be
groting geraamd op 42.000,op basis van 10 van
de waarde, waarop afgeschreven moet worden. Dit is
een behoorlijke afschrijving. En men rekent op een to
tale opbrengst aan meterhuur van 54.000,Daarom
vindt spr., dat het motief van de directeur, dat het op
de meters vast zit, deze zaak niet rechtvaardigt. Als
er niet een ander, belangrijk, motief is, dan voelt spr. er
eigenlijk weinig voor om zo n ingreep te doen in het
populaire ruimte dubbel-tarief, dat z.i. èn voor het be
drijf èn voor de belanghebbenden het komt zelden
voor. dat dit samengaat van zoveel belang is.
Spr. zou graag de mening van het college in dezen
willen vernemen.
De heer Kamstra kan zich indenken, dat het voor he
college niet prettig is, om met dit voorstel tot verhoging
van de gas- en electriciteitstarieven te komen.
Toen in 1950 werd overgegaan tot verlaging van de
gasprijs, nam Leeuwarden eigenlijk een uitzonderlijk
positie in. Het voornemen was toen, te komen tot een
verlaging van 1 cent, maar die werd teruggebracht tc
1/2 cent per m3, omdat toen reeds de omstandigheden
er aanleiding toe gaven. Nu berekent de directeur, da
er 47.000.— winst is gemaakt, maar daar zit 34.000,-
waardevermeerdering van de aanwezige voorraad ir.
dus eigenlijk is de winst 13.000,Spr. kan zich dan
ook voorstellen, dat het noodzakelijk wordt, de gasprij
te verhogen.
Hij denkt over de electriciteitstarieven nog even an
ders en de heer W. M, de Jong heeft ook meer d
electriciteitstarieven dan de gasprijs in het geding ge
bracht. Spr. moet hetzelfde doen. De uitkomsten van
de winst- en verliesrekening van het Electriciteitbedrijï
zijn waarschijnlijk nog niet bekend, maar spr. weet we
dat er een winstuitkering is van 275.000,Toen d
raming voor de begroting 1951 werd opgemaakt, is e
al rekening gehouden met de verhoging van de prijzen
der grondstoffen en is er reeds één loonsverhoging in
verdisconteerd. Spr. meent dus, dat het bedrag van
275.000,nog wel een stootje kan velen, want d
directeur raamt de verhoging van de kolenprijs o
85.000,Nu kan men zeggen: goed, er wordt
275.000,geraamd en wat er overblijft van de winst
is toch voor de gemeente, maar spr. meent, dat he:
doel van de bedrijven niet in de eerste plaats moet zijn
om winst te maken. Volgens hem is de verhoging de
tarieven een belasting en zelfs een belasting, waaraa
elke progressie ontbreekt. Het is voor hem de grot
vraag, of het inderdaad nodig is, dat de electriciteits
tarieven worden verhoogd en hij zou dan ook wel aan
de wethouder willen vragen, of men een begrotin
heeft gemaakt van de opbrengst der stroomlevering nic
alleen na totstandkoming van een eventuele tariefs
verhoging, maar ook van de opbrengst van het oger
blik. Dan zou het de raad kunnen blijken, of verhoging
inderdaad nodig is.
Thans komt spr. tot het punt, waarover ook de hee
W. M. de Jong sprak, n.l. het ruimte dubbel-tarief. H j
vindt de motivering van de directeur der Lichtbe-
drijven zeer eigenaardig. Deze spreekt over vermeen i
voordeel voor de verbruikers en hij wil het verbruit
remmen door dit tarief te verhogen. Het is dus eigenlijc
een straf voor degenen, die op het ruimte dubbel-tarii f
overgingen en een poging om anderen er van terug te
houden, op dit tarief over te gaan.
Spr. ziet de zaak even anders. Wanneer men h t
ruimte dubbel-tarief aanvraagt, wordt op het G.E.B. be
rekend, of dit al dan niet gunstig is voor de aanvrage
Is dat niet het geval of in zeer geringe mate, dan krijgt
men het niet. Daarom vindt spr. de motivering van de
directeur, dat hij het ruimte dubbel- en het ruim e
enkel-tarief naar elkaar toe wil trekken om het ve
bruik in het ruimte dubbel-tarief te remmen, niet juis
Het G.E.B. heeft de regeling van het verbruik imme s
zelf al in de hand. Spr. meent dan ook, dat er eigenli
geen enkele reden is, het verbruik in het ruimte dubbe
tarief te remmen, nadat men het eerst bij de Lichtbc-
drijven helemaal niet geremd heeft; integendeel, wai
neer het inderdaad voor de betrokkenen gunstiger wa
heeft toegestaan.
Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 25 April 1951.
9
De heer Vellenga wil volstaan met een paar alge
mene opmerkingen.
In de eerste plaats is het natuurlijk zo, dat dergelijke
voorstellen altijd met gemengde gevoelens worden be
groet. Destijds werd voorgesteld de gasprijs te verlagen
met ingang van 1 Januari 1950. Hiermede ging spr.'s
fractie graag en van ganser harte accoord en wanneer
spr. thans verklaart, dat zij ook met dit voorstel accoord
meent te moeten gaan. is een nadere uitleg nodig.
Deze verhoging moet worden gezien tegen de achter
grond van de ontwikkeling van de prijzen op dit terrein
over het gehele land. Spr. meent, dat de toen inge
voerde verlaging wel verantwoord was. Er waren en
kele stemmen, die zeiden, dat wel zeer goed overwogen
moest worden, of inderdaad tot deze verlaging moest
worden besloten, omdat reeds toen een stijging in de
kolenprijzen viel waar te nemen. Deze stijging was
echter niet zo sterk, dat ze niet kon worden opgevangen.
De naderhand plaats gehad hebbende gebeurtenissen
met de zo vérstrekkende gevolgen, waren toen niet te
voorzien. Jammer genoeg kunnen de grote prijsstijgingen
nu niet meer worden opgevangen en moet op zakelijke
gronden tot verhoging der tarieven worden overgegaan.
Daarbij moet niet uit het oog worden verloren, dat het
.arakter van een nutsbedrijf heel anders is, dan dat
an een particulier bedrijf. Een nutsbedrijf, dat diensten
verleent aan de gemeentenaren, mag dan ook niet
zakelijk worden vergeleken met particuliere bedrijven.
let element van de doorberekening mag naar spr.'s
mening niet in het geding worden gebracht. Toch moet
iedere fractie zich over dit punt zeer ernstig beraden
en na diepgaande discussie is spr.'s fractie tot de con
clusie gekomen, dat zij accoord meent te moeten gaan
met het voorstel van B. en W., mede omdat en dat
dan tevens een antwoord op de vraag van de heer
ols, hoewel die uiteraard niet tot spr. was gericht
'e prijzen in Leeuwarden bij vergelijking, ook na de
erhoging, nog gunstig afsteken tegen die in andere
emeenten in ons land.
Juist omdat deze tariefsverhoging moet worden ge
en tegen de achtergrond van de spanningen tussen
nen en prijzen, meende spr.'s fractie niet stilzwijgend
aar goedkeuring aan het voorstel te moeten hechten,
naar haar vóór stemmen op deze manier te moeten
motiveren.
De heer Beuving zou gaarne willen motiveren, waar-
ai hij zijn stem niet aan dit voorstel kan geven. De
eweldige prijsstijging van de-meeste gebruiksartikelen
n de daarmede niet in overeenstemming zijnde inkom-
ten maken het de huisvrouw moeilijk het gezin be-
oorlijk te verzorgen. Na de verhoging van de brand-
coffenprijzen en van de huren is de verhoging van
as- en electriciteitstarieven weer een nieuwe slag. Ook
e middenstanders en kleine zakenmensen kunnen een
erdere verzwaring van lasten niet dragen. Een ge
meentedienst moet als nutsbedrijf het belang der ge-
r eenschap dienen en niet, zoals de particuliere bedrij-
n, winst willen maken. Het heeft in de eerste plaats
een dienende taak. Spr. geeft om deze redenen de raad
in overweging hiermede rekening te houden.
lij wil graag aangetekend zien, dat hij geacht wil
orden tegen dit voorstel te hebben gestemd.
De heer Geerts (weth.) zou willen beginnen met in
gaan op wat de heer Beuving zeide, n.l., dat een
penbaar nutsbedrijf een dienende taak heeft. Het is ook
eeds de bedoeling van het gasbedrijf, dat het gas tegen
o laag mogelijke prijs aan de inwoners wordt geleverd
n dat geen winst wordt gemaakt. Toen B. en W. dan
°°k verleden jaar een mogelijkheid zagen, hebben zij,
ondanks waarschuwingen van verschillende kanten,
och verlaging van de gasprijs doorgevoerd. En dat is
oed geweest. Niettegenstaande dat de kolenprijs is
estegen en dat de lonen tweemaal met 5 werden
verhoogd, is er toch nog een winst gemaakt kunnen
worden van 13.000,Dat is dus een winst, die die
naam niet meer verdient. Men is precies rondgekomen
en dat is ook juist de bedoeling. Het kan toevallig ook
wel eens voorkomen, dat er verlies wordt geleden, maar
dat is evenmin de bedoeling, want dat zou een bepaalde
manier van subsidiëring van de inwoners zijn.
De heer Pols maakt er bezwaar tegen, dat de ge
meente een prijsverhoging wel kan doorberekenen, ter
wijl particulieren dat niet kunnen doen. De kwestie ligt
zo. De regering stelt een hogere kolenprijs vast, door
dat zij het subsidie op deze kolen afschaft. Zou de ge
meente nu de verhoging van de kolenprijs niet door
berekenen, dan zou zij precies doen wat de regering
niet wil. De gemeente zou dan immers, door verlies op
het gas te lijden, het subsidie als het ware weer geven.
Heeft de tactiek van de gasprijsverlaging succes ge
had? zo vraagt de heer Pols. Spr. kan zeggen: een be
hoorlijk succes. Hij meent, dat de omzet met 10.6
is gestegen. Daar zit ook de afname van vrij grote be
drijven onder van soms een half millioen of 250.000 m3
per jaar; dit zijn de heel goede klanten van de gemeente.
Verder is gevraagd: hoe staat het met de gasprijs in
andere plaatsen van gelijksoortige grootte? Spr. heeft
deze week telefonisch een onderzoek ingesteld. De uit
gezochte gemeenten zijn ongeveer met Leeuwarden te
vergelijken, maar zijn over het algemeen iets groter.
De gasprijs in Leeuwarden zal na de voorgestelde
verhoging voor de eerste 40 m3 dat is wat iedereen
ongeveer bereikt 5,60 bedragen.
Leiden vraagt op het ogenblik 5,95, maar de ver
hoging (hoeveel is op het ogenblik nog niet bekend)
moet nog komen.
Zeist met een grotere fabriek dan Leeuwarden
en een grote fabriek zal over het algemeen voordeliger
kunnen leveren vraagt 6,—, terwijl voorgesteld
wordt dit bedrag te verhogen tot 6,40.
Zwolle vraagt op het ogenblik 6,10, maar dit be
drag wordt ook nog verhoogd.
Haarlem, dat belangrijk groter is dan Leeuwarden,
vraagt op het ogenblik 5,80, maar dit komt op 6,20.
Dordrecht vraagt 6,20.
Arnhem, ook belangrijk groter dan Leeuwarden,
vraagt nu 5,90, maar er is een voorstel ingediend om
dit te brengen op 6,30.
Hieruit blijkt wel, dat de tarieven in Leeuwarden
belangrijk lager zijn dan in andere gemeenten, onge
veer 2 ct. per m3 voor de eerste 40 m3.
Thans stapt spr. over op de electriciteitstarieven. De
heer W. M. de Jong maakte hier bezwaar tegen het
feit, dat de verhoging in het ruimte dubbel-tarief niet 1,
maar 1J/2 ct. bedraagt. Hij komt meteen ook met de be
rekening, dat dit een verhoging is van 331/3 maar
deze berekening is niet juist. De navolgende becijfering
zal dit duidelijk maken. Als men voor het ruimte dubbel-
tarief in aanmerking wil komen, moet men ongeveer
600 kWh per jaar gebruiken. Van die 600 kWh krijgt
men 200 tegen duur en 400 tegen goedkoop tarief.
400 a 4J/2 ct. 18,
200 a 10J^ ct. 21,—.
Samen 39,
Daarbij komt een vast recht van ongeveer 15,in
totaal dus 54,
De verhoging is lJ/£ ct. per kWh; 600 X \y2 ct.
9,Dat is een zesde deel van 54,of 16
De berekening van de heer De Jong klopt dus niet
helemaal.
Verder heeft de heer De Jong bezwaar tegen de mo
tivering van de Directeur der Lichtbedrijven en de heer
Kamstra komt met hetzelfde bezwaar. Er wordt ge
zegd: dit is een aantrekkelijk tarief. Men komt op het
G.E.B. en men vraagt: welk tarief is voor mij het voor
deligst? Er wordt geen reclame gemaakt, maar het
wordt redelijk uitgezocht en dan wordt gezegd: dit