m I I I I I - Htft ■tWfliHB H—www Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 9 januari 1952 RAADSVERGADERING van Woensdag 9 Januari 1952 Aanwezig: 31 leden. Afwezig: cle lieren Sijbf'andij, Visser en D. Witte- veen; 1 vacature. Voorzitter: de lieer Mr. A. A. M. van der Meulen, burgemeester. Te behandelen punten: 1. Mededelingen. 2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot liet aankopen van grond, gelegen ten zuiden van de Harlingertrekvaart, van de N.V. Bouwmaterialen- handel G. G. Postma en Zn., alhier (bijlage no. 6). 3. Alsvoren tot herziening van. het uitbreidings plan der gemeente Leeuwarderadeel, met betrekking tot gronden, gelegen tussen de Aert van der Neer straat, de d'Hondecoeterstraat en de Frans van Mierisstraat, alsmede tot vaststelling van de daarbij behorende bebouwingsvoorschriften (bijlage no. 4). 4. Alsvoren tot herziening van de rooilijnen aan de westzijde van een gedeelte van de Sweelinckstraat (bijlage no. 11). 5. Prae-advies van burgemeester en wethouders op verschillende verzoeken om een tegemoetkoming in de kosten van vervoer, bedoeld in art. 13 der L.O.- wet 1920 (bijlage no. 1). G. Alsvoren op het verzoek van de heer D. Witte- vèên, oud-wethouder dezer gemeente, om toekenning i van een wachtgeld (bijlage no. 2). 7. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het van overeenkomstige toepassing verklaren van het „Gratifieatiebesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1951" (K.B. van 20 November 1951, no. 491) ten aanzien van het daarvoor in aanmerking komend personeel der gemeente (bijlage no. 3). 8. Alsvoren tot het garanderen van de betaling van rente en aflossing van een door de N.V. Bouwkas Noord-Nederlandse Gemeenten te verstrekken lening aan F. Wesseling, alhier (bijlage no. 8). 9. Alsvoren tot het garanderen van de betaling van hoofdsom, renten, aflossingen en kosten van een rekening-courant-overeenkomst, aan te gaan door de Stichting Volkscrediet met de Hervormde Kerk, beide alhier (bijlage no. 9). 10. Alsvoren tot het verbouwen en uitbreiden van een gedeelte van het stadhuis (bijlage no. 10). 11. Alsvoren tot a. het van overeenkomstige toepassing verklaren van'het Koninklijk besluit van 15 September 1951, no. 423, betreffende de salarisregeling van leerling- verplegenden en van verplegenden, die een opleiding volgen voor de aantekening kraamverpleging of kinderverpleging, ten aanzien van het daarvoor in aanmerking komend personeel der gemeente; b. het vaststellen van een verordening tot wijzi ging van de Bezoldigingsverordening 1948; c. het vaststellen van een verordening tot wijzi ging van de Toelageverordening 1951 (bijlage no. 7). 12. Voorstel van de commissie voer de strafver ordeningen tot het vaststellen van verordeningen tot wijziging van de Bouwverordening voor de gemeente Leeuwarden en van de Bouwverordening voor de ge meente Leeuwarderadeel, voorzover van toepassing binnen het gebied der gemeente Leeuwarden (bij lage no. 5). Punt 1. De Voorzitter deelt mede: a. dat bij Koninklijk besluit van 7 December 1951, no. 6, is goedgekeurd het raadsbesluit van 5 Juli 1951, tot het vaststellen van de verordening tot heffing van schoolgeld voor het onderwijs aan de gemeente lijke cursus tot opleiding van kleuteronderwijzeres sen b. dat gedeputeerde staten van Friesland hebben goedgekeurd 1. het raadsbesluit van 31 October 1951, tot het overnemen in eigendom van een gedeelte van de Sneekertrekvaart en van de daarnaast gelegen trek- weg van de gemeente Sneek; 2. het raadsbesluit van 21 November 1951, waarbij wordt verklaard, dat de instandhouding van de ge meentescholen nos. 26, 27, 28 en 29 ingevolge art. 19 der L.O.-wet 1920 wordt gevorderd; 3. het raadsbesluit van 12 December 1951, waarbij burgemeester en wethouders worden gemachtigd om gedurende het dienstjaar 1952 overeenkomsten tot credietverstrekking in rekening-courant aan te gaan met de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 's-Gravenhage; de mededelingen sub a en b worden voor kennis geving aangenomen; c. dat gedeputeerde staten van Friesland hun goedkeuring hebben onthouden aan het raadsbesluit van 5 Juli 1951, tot aankoop van grond, gelegen ten zuiden van de Borniastraat, van de fam. Steenhuizen. Voorgesteld wordt dit voor kennisgeving aan te nemen. De heer Schootstra vraagt, of B. en W. niet over wegen, bepaalde stappen in dezen te doen, om toch tot goedkeuring van dit raadsbesluit te komen. Dit is destijds met algemene stemmen aangenomen. De raad heeft daar dus toen de belangrijkheid van in gezien. De heer Geerts (wetli.) zegt, dat, toen deze n iet goedkeuring in B. en W. kwam, inderdaad besproken is, of er iets moest gebeuren, m.a.w. of B. en W. de raad moesten voorstellen, in beroep te gaan. Want het is zo, dat de raad in beroep zou moeten gaan, niet het college van B. en W. De raad zou B. en W. dan moeten machtigen het nodige te doen. B. en W. hebben gemeend, dat hier geen beroeps procedure van gemaakt moet worden, omdat het een zeer moeilijk geval is. Het gaat hier om een gevoels kwestie. De raad en B. en W., voorgelicht door hun ambtenaren, menen, dat de prijs van f7,50 goed, zelfs heel goed, verantwoord was, maar men kan niet met bepaalde argumenten zeggen, dat dit 1111 de prijs voor dit terrein is. Van B. en W. is geen voorstel om in beroep te gaan te verwachten. De heer Pols meent, n.a.v. de woerden van de wet houder, dat er juist wel wat gedaan moet worden. Aan de ene zijde staan ambtenaren en gemeenteraad en aan de andere zijde ambtenaren en gedeputeerde staten. Het geval is misschien wel niet zo belangrijk, maar spr. zou toch willen, dat een derde instantie het beoordeelt. De hear Van der Meer seit, dat, doe't de foarige kear it utstel yn de l ie west hat, de gemeente doclis hi lang by dy groun hie en dat sil li ja der noch by haw we. Hoe moat hja nou oan dy groun kóm-me?

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1952 | | pagina 1