RAADSVERGADERING
van Woensdag 17 Februari 1954
Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 17 Februari 1954
7
Aanwezig: 34 leden.
Afwezig: de heer Van der Meer.
Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen,
burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Vaststelling van de notulen van de vergade
ringen van 16 December 1953 en 6 Januari 1954.
2. Mededelingen.
3. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan
G. Hof, als onderwijzer aan gemeenteschool no. 7
(bijlage no. 16).
4. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan
mevr. Dr. F. L. W. M. Buisman-de Savornin Lohman
en mevr. Ir. M. Davelaar-Boer, als tijdelijk lerares in
de aardrijkskunde, resp. in de biologie aan het stede
lijk gymnasium
(bijlage no. 18).
5. Voorstel tot het overnemen in eigendom van
grond, gelegen aan de Averkampstraat, van Mr. B. J.
Besier, alhier
(bijlage no. 17).
6. Voorstel tot het beschikbaar stellen van gelden
voor de aanschaffing van boeken voor de bijzondere
scholen voor g.l.o. aan de Druifstreek 72 en Transvaal-
straat 75
(bijlage no. 19).
7. Voorstel tot het vaststellen van het kostenbedrag
ex art. 55 bis der L.O.-wet 1920 en tot het toekennen
van een voorschot op de exploitatievergoeding aan bij
zondere schoolbesturen, beide voor 1954
(bijlage no. 14).
8. Voorstel tot het vaststellen van het kostenbedrag
ex art. 32, le lid, en art. 34, 4e lid, van het Besluit b.l.o.
1949 en tot het toekennen van voorschotten op de ex
ploitatievergoeding aan bijzondere schoolbesturen, beide
voor 1954
(bijlage no. 15).
9. Voorstel tot het vaststellen van het getal weke
lijkse lesuren vakonderwijs aan de openbare school voor
b.l.o. aan zwakzinnige kinderen en tot het toekennen
van een voorschot aan de bijzondere school voor b.l.o.
aan zwakzinnige kinderen, beide voor 1954
(bijlage no. 20).
10. Voorstel tot het vaststellen van de vergoeding
ex art. 36 van het Besluit b.l.o. 1949 aan de bijzondere
school voor b.l.o. aan zwakzinnige kinderen, over 1953
(bijlage no. 21).
11. Voorstel tot het vaststellen van het getal weke
lijkse lesuren vakonderwijs aan de openbare scholen
voor v.g.l.o. en u.l.o. en tot het toekennen van voor
schotten aan de bijzondere scholen voor g.l.o. en u.l.o.,
beide voor 1954
(bijlage no. 22).
12. Voorstel tot het vaststellen van de vergoedingen
ex art. 101 bis der L.O.-wet 1920 aan de besturen der
bijzondere scholen voor g.l.o. en u.l.o., over 1952
(bijlage no. 23).
13. Voorstel tot het doortrekken van de De Ruyter-
weg (bijlage no. 24).
Punt 1.
De notulen worden onveranderd vastgesteld.
Punt 2.
De Voorzitter deelt mede:
A. dat Gedeputeerde Staten van Friesland hebben
goedgekeurd het raadsbesluit van 14 October 1953 tot
herziening van het uitbreidingsplan met betrekking tot
gronden, gelegen tussen de Harlingerstraatweg, de
spoorlijn van Leeuwarden naar Stiens, het Schapen
dijkje en de bebouwde kom, met bijbehorende be
bouwingsvoorschriften
B. dat bij Koninklijk Besluit van 6 Januari 1954, no.
17, zijn goedgekeurd de raadsbesluiten van 11 Februari
1953 en van 24 November 1953, tot vaststelling van
verordeningen tot heffing van opcenten op de hoofd
som der personele belasting over de belastingjaren
1 Juni 1953—1954 en 1 Juni 1954—1955;
C. dat zijn ingekomen:
1. rapporten omtrent kasopneming en controle van de
administratie van de woningbouwvereniging „Beter
Wonen", de woningstichting „St. Joseph", het Ge
meentelijk Woningbedrijf en het Openbaar Slacht
huis;
2. een voorstel van het raadslid D. Rutkens om aan
het personeel in dienst der gemeente, op 5 Mei 1954
vrijaf te geven met behoud van salaris.
De Voorzitter deelt mede, dat dit voorstel is inge
komen na de laatste vergadering van B. en W., waar
door er geen notitie op is vermeld, maar thans kun
nen B. en W. voorstellen om het ter fine van prae-
advies in hun handen te stellen.
De heer Rutkens zou zich in de allereerste plaats
accoord willen verklaren met het voorstel van B. en W.
om zijn voorstel om prae-advies in hun handen te stel
len. Dit wekt echter aan onze zijde de verwachting,
aldus spr., dat hier in elk geval door B. en W. een advies
zal worden uitgebracht, dat geheel of voor het grootste
deel ten goede zal komen aan het door ons voorgestelde.
De Voorzitter zegt, dat het alleen gaat over de vraag:
prae-advies of geen prae-advies en verzoekt de heer
Rutkens zich daartoe te bepalen.
De heer Rutkens gaf zijn mening te kennen over het
feit, dat B. en W. hebben voorgesteld zijn voorstel om
prae-advies tot zich te nemen. Wij motiveren, zegt spr.,
dit voorstel aldus
De Voorzitter verzoekt de heer Rutkens zijn motive
ring anders in te kleden.
De heer Rutkens: Goed, wij zullen trachten onze mo
tivering anders in te kleden. Spr. zou n.a.v. dit voorstel
aan B. en W. ook nog enkele vragen willen stellen.
De Voorzitter zal geen vragen toestaan, tenzij be
treffende het onderwerp: prae-advies of geen prae-
advies.
De heer Rutkens: U hebt alleen een voorstel gedaan
en geeft dus een voorstel op mijn voorstel.
De Voorzitter: Als U op deze wijze doorgaat, moet
ik U het woord ontnemen. Het gaat alleen over de
vraag: prae-advies of geen prae-advies.
De heer Rutkens: Ik discussieer hier over het feit,
dat B. en W. prae-advies willen geven. Ik heb in eerste
instantie gezegd, dat ik mij daarmee accoord zou wil
len verklaren. Maar nu komt het: ik wil het waarom ik
mij daarmee accoord verklaar motiveren. En dat wilt
U mij onmogelijk maken. Mag een raadslid zijn stem
i.z. een voorstel van B. en W. motiveren of mag hij
dat niet?
De Voorzitter: Dat hangt af van de wijze waarop.
Als U dus motiveert door te spreken over de inhoud
van het voorstel zelf, dan is dat op het ogenblik niet
mogelijk.
De heer Rutkens wil aan dit voorstel nog iets anders
verbinden en zou in die zin nog enkele vragen aan
B. en W. willen stellen, zonder dat hij op dit voorstel
als zodanig ingaat.
De Voorzitter: Wij zullen deze discussie beëindigen.
Spr. vraagt, of de raad besluit, dat B. en W. dit voor
stel om prae-advies tot zich zullen nemen.
De raad gaat hiermee accoord.