van Woensdag 12 Mei 1954 Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 12 Mei 1954 R A ADS VERG ADERIN G Aanwezig: 32 leden. Afwezig: de heren Hartstra, Heijstra en Kamstra. Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen, burgemeester. Te behandelen punten: 1. Vaststelling van de notulen van de vergaderingen van 10 en 31 Maart 1954. 2. Mededelingen. 3. Benoeming van twee leden van het bestuur van de woningstichting „Leeuwarden-Leeuwarderadeel", wegens periodieke aftreding van de heren Ds. W. van der Heide en J. Stienstrs. 4. Voorstel tot het overnemen in eigendom van stoe pen, gelegen voor de percelen Gedempte Keizersgracht 52 (oud) en Kruisstraat 27 en 29 (bijlage no. 71). 5. Voorstel tot het afstaan in erfpacht van bouw terreinen, gelegen aan de Van Leeuwenhoekstraat, hoek Pinkstraat, aan de fa. Gebr. J. en H. Hettema, alhier (bijlage no. 70). 6. Voorstel tot het verpachten van diverse garde niers- en weilanden en een boerenhuizinge aan J. A. Kamsma; J. Bottema; F. Bergsma; A. Efdé; H. Th. Fransen en D. de Jong, allen alhier (bijlage no. 69). 7. Voorstel tot het wijzigen van de gemeentebegro ting, de begroting voor maatschappelijk hulpbetoon, van het stadsziekenhuis, het openbaar slachthuis, het wo ningbedrijf, gemeentewerken, de gemeentereiniging, het grondbedrijf en de gemeente-lichtbedrijven, voor het dienstjaar 1952 (bijlage no. 66). 8. Voorstel tot het wijzigen van de gemeentebegro ting voor het dienstjaar 1953 (bijlage no. 67). 9. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het beroepschrift van bet bouw- en aannemersbedrijf „Het Noorden", alhier, tegen het besluit van dat college van 22 Maart 1954, tot weigering van de vergunning voor het bouwen van 19 woningen en twee garages op een terrein, gelegen in het verlengde van de Aert van der Neerstraat (bijlage no. 72). 10. Voorstel tot het wijzigen van de bepalingen, be- ti effende de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen (bijlage no. 68). 11. Voorstel tot het vaststellen van een verordening ingevolge art. 11, le lid, der Winkelsluitingswet 1951 (bijlage no. 73). 12. (Nagekomen) voorstel tot het deelnemen tot een bedrag van f 4.000,— in een garantiefonds voor de a.s. luchtvaa rtdagen (bijlage no. 74). Punt 1. De notulen worden onveranderd vastgesteld. Punt 2. De Voorzitter deelt mede: A. dat Ged. Staten van Friesland hebben goedgekeurd de raadsbesluiten van 10 Maart 1954 tot: 1. het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan de Prins Bernhardstraat, aan D. Keeg- stra, alhier: 2. het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan de Prins Bernhardstraat, aan H. Elde- ring, alhier; 3. het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan de Valeriusstraat, hoek Beethovenplant- soen, aan J. J. Berends, alhier; 4. het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan het Beethovenplanfsoen, hoek Valerius straat, aan de N.V. Eerste Nederlandse Verzeke ringsmaatschappij op het leven en tegen invaliditeit, te 's-Gravenhage; 5. het afstaan in erfpacht van een strook grond, gelegen aan de westzijde van het perceel Harlingerstraat- weg no. 73 c, aan Mr. G. J. van der Meij, alhier; 6. het verpachten van verschillende bouw-, gardeniers- en weilanden aan J. Koopmans, E. van Dijk, S. Jong- ma en D. de Jong, allen alhier; Voor kennisgeving aangenomen. B. dat zijn ingekomen: 1. rapporten omtrent kasopneming en controle van de administratie van het openbaar slachthuis, alsmede van de voorschotkas en de legeskas van het hoofd van de afdeling expeditie en drukkerij ter gemeente secretarie. Voor kennisgeving aangenomen. 2. een verzoek van N. van Ijs alhier, inzake het plaat sen van privaten bij de woonschepen, liggende in de Potmarge. B. en W. stellen voor dit verzoek ter afdoening in hun handen te stellen. Het is bekend, aldus de heer Rutkens, dat adressant reeds eerder een verzoek heeft ingediend om het ge timmerte in stand te mogen houden, dat door hem was geplaatst, om daarin een privaatton te bergen. Dit ge schiedde n.a.v. een schrijven van B. en W., waarin dezen hem mededeelden, dat hij, aangezien geen bouwvergun ning was verleend, dit getimmerte weer moest afbreken. Wij zijn van mening, aldus spr., dat B. en W. bij het geen zich voor het zenden van dit adres aan de raad heeft afgespeeld, niet geheel de omstandigheden, waarin de bewoners van deze woonschepen verkeren, in het oog hebben gehouden. B. en W. stellen thans bij dit adres voor, om het ter afdoening in hun handen te stellen. Wij zouden echter het voor of tegen willen laten afhangen van de vraag, in hoeverre B. en W. nadien hun zienswijze al dan niet hebben gewijzigd. In het laatste geval zullen wij niet voor het voorstel van B. en W. zijn, omdat dit dan be tekent, dat men in genendele tegemoet zal komen aan de wensen en verlangens van de bewoners van deze woonschepen. Het mag bekend zijn, dat deze mensen, gezien de omstandigheden, alles in het werk hebben gesteld om in verband met de woningnood toch een bepaalde oplossing te kunnen vinden en spr. gelooft, dat B. en W. reeds alleen om dit feit extra waardering voor deze mensen moeten hebben en dientengevolge ernstige aandacht zullen moeten schenken aan de om standigheden, waarin deze bewoners verkeren. Het is spr. bekend, dat het niet alleen de heer Van IJs is, die met dergelijke problemen zit. De bewoners van woonschepen zijn zeer verbolgen, omdat daar nog geen oplossing voor gevonden is en deze mensen die zelf moeilijk kunnen vinden, zij zouden dan ook graag zien, dat B. en W. alles in het werk stellen, opdat in overeenstemming met hun verlangens in deze omgeving een oplossing zou kunnen worden gevonden. De heer Van der Schaaf (weth.) zegt, dat het voorstel van B. en W. luidt om de zaak in hun handen te stellen voor afdoening. Dat is er als notitie bijgevoegd, omdat dit onderwerp behoort tot de competentie van het col lege. De aantekening bij dit voorstel had niet anders geformuleerd kunnen worden, zodat deze zaak dus ge heel rond ligt. En spr. zou zich hiermee van de kwestie kunnen afmaken. Hij wil echter nog wel even enkele opmerkingen maken. En wel deze, dat, wanneer de heer Van IJs niet tevreden is met de situatie, zoals hij die aantreft en waarbij hij zich moet neerleggen, dan de gelegenheid heeft zich te begeven naar de woonschepen haven, waar hij zekere faciliteiten heeft, die hij hier niet heeft. Ondertussen, hoewel deze uitwijkmogelijkheid aan wezig is, wil spr. toch wel toezeggen, dat hij deze zaak

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1954 | | pagina 1