14 L «tf Y 15 De suggestie van de heer Van der Meer om B. en W. te machtigen namen van de ene groep naar de andere over te hevelen, is ook niet mogelijk, evenmin als de suggestie van de heer De Vries. Deze zaak is bij de vaststelling van de Verordening voor de slagersbedrij- ven ook in deze beide opzichten volledig bekeken. Spr. herhaalt, dat de raad, als hij op zijn standpunt blijft staan, zes groepen moet vaststellen met de da tum per groep en de namen en adressen van elke groep. Een andere mogelijkheid ziet spr. niet. Hij heeft inderdaad bij het voorlezen de drie namen, door de heer Van der Meer genoemd, over het hoofd gezien, doordat ze op een afzonderlijke plaats stonden vermeld. Spr. hoort het woord „schorsen" noemen. Als de ver schillende fracties behoefte hebben zich over de ver deling nader te beraden, wil hij de vergadering met genoegen schorsen. (Stemmen: Niet schorsen!) De raad moet hier uitkomen. Spr. meent hem ter uitvoe ring van het genomen besluit een concept-verordening op de basis, als door hem zojuist besproken, te moeten voorleggen. De concept-verordening ter vaststelling van een va- cantieregeling voor winkels voor aardappelen, groen ten en fruit wordt met 24 tegen 10 stemmen (die van de heren Van Balen Walter en Vellenga, mevr. Blank- sma-Kok en de heren Ras, Van der Veen, Van der Schaaf, Tiekstra, J. K. Dijkstra, Pols en G. de Jong) aangenomen. Punt 26 (bijlage no. 117). De heer Pols vraagt, of het niet mogelijk zou zijn uit de raad een commissie van bijstand voor de brandweer te benoemen. Voor alle bedrijven is er zo'n commissie en spr. acht het in verband met de onderhavige materie, die nog altijd vrij ingewikkeld is, zeker wenselijk. De Voorzitter zegt, dat een commissie van bijstand uit de raad bijstand aan B. en W. verleent. Dezen heb ben zich echter nog niet over dit punt beraden en spr. kan de heer Pols dus moeilijk nu al namens het college antwoord op zijn vraag geven, maar misschien neemt de heer Pols er genoegen mee, dat B. en W. zich er alsnog over beraden. Meer kan spr. op dit ogenblik werkelijk niet zeggen. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 27 (bijlage no. 133). De hear Van der Meer c.s. is dit ütstel tige nei it sin. Men moat der bliid mei wêze, dat de 5 gemeentebistjü- ren, dy't men allegearre wol ken, foet by stik halden hawwe en dat öizze nou de frijheit hawwe om seis to bisluten hwat hja wolle. Dêr wie it spr. syn fraksje yn it earste plak om to dwaen. As de minister nou seit: it is ek yn it foardiel fan de gemeente om it gas to leverjen sa't it üt de groun komt en as de deskundigen hjir ek ta dy konklüzje kommen binne, is der neat op tsjin om dy wei op to gean, mar spr. c.s. binne yn elts gefal tige wiis mei de frijheit, dy't de gemeente nou hat om dat to dwaen of to litten. De heer Pols wil zich aansluiten bij de heer Van der Meer, maar wil eigenlijk wel even verder gaan en her halen wat hij ook in de financiële commissie heeft gezegd. De raad besluit hier vanavond aardgas af te nemen en kan in de toekomst nog bekijken, of zal worden over gegaan tot kraken of tot leveren van puur aardgas. Dit is natuurlijk een zuiver technisch vraagstuk. Als de gemeente Leeuwarden speciaal voor research gelden zal moeten uitgeven, heeft spr. daar geen be zwaar tegen. Spr. heeft alle lof voor wat hier is gebeurd. De heer Mani zegt, dat het voor het college wel een grote voldoening moet zijn, dat de onderhandelingen, die langdurig en zeer moeizaam zijn geweest, tot dit resultaat hebben geleid, moeizaam ook, omdat er in stanties in Leeuwarden zijn geweest, die zich z.i. on tijdig met deze zaak hebben bemoeid en op een wijze, die, ook weer naar spr.'s mening, niet altijd er toe heeft medegewerkt, dat het college in een sterke po sitie kwam te staan. Spr. wilde in deze openbare bij eenkomst daar toch even op wijzen en de hoop uit spreken, dat dergelijke dingen zich in de toekomst niet zullen herhalen. Spr. c s. verheugen zich ten zeerste over het resul taat der onderhandelingen. Straks moet een beslissing worden genomen, hoe met dit gas zal worden gehan deld, maar het feit, dat de gemeente nu zelf kan we ten, hoe zij met het gas wil doen, is toch wel verheugend. De heer K. de Jong wil, in aansluiting aan wat de vorige sprekers gezegd hebben, ook blijdschap uitspre ken, dat de raad dit besluit kan nemen. Aanvankelijk is wel eens een andere indruk gewekt, niet hier, maar in de Tweede Kamer. Daar is de vraag gesteld, of de minister bekend was met het feit, dat Leeuwarden geen aardgas zou willen afnemen. Op grond daarvan zijn hier in de stad verschillende gedachten aan verschillende breinen ontsproten en werd de indruk gewekt, dat men hier inderdaad geen aard gas zou willen afnemen. Spr. vindt het verheugend, dat de feiten nu een andere taal spreken. Hij gelooft, dat inderdaad wel gezegd mag worden, dat de positie van Leeuwarden niet altijd gemakkelijk is geweest, in de eerste plaats, omdat het hier geen normale onder handelingspositie betrof. Het was geen kwestie van partij tegenover partij en het door overleg tot een be paalde gedragslijn komen, maar er werd een aanbod gedaan, waarop de gemeente al of niet kon ingaan. Het is ook zeer verheugend, dat 5 grote gemeenten: Almelo, Apeldoorn, Deventer, Enschede en Leeuwarden, hier gezamenlijk zijn opgetreden en één lijn hebben ge trokken. Zij vertegenwoordigen, als spr. goed is inge licht, samen ongeveer 130.000 aansluitingen, waartegen over een totaal in het gehele land van plm. 125.000 aansluitingen op puur aardgas staat. Dit is dus een aantal, dat wel sterk spreekt. Hiermee is aangetoond, dat de genoemde steden een groot voordeel hebben be haald. Het resultaat is zeer verheugend en mag niet gebagatelliseerd worden. De Vi cent voordeel, die vol gens in de loop van deze week ontvangen gegevens is verkregen, maakt over 20 jaar voor Leeuwarden IV2 a 2 millioen gulden uit; de aanvankelijke prijs, die bij de besprekingen is genoemd, zo meent spreker, is onge veer 8 cent per kub. meter geweest. Het verschil spreekt sterker, wanneer men dieper in het verleden tast. De positie voor Leeuwarden was mede moeilijk, doordat het een erg lage kostprijs voor gas heeft gehad, op één na de laagste van het gehele land. Daardoor is de keuzebepaling voor Leeuwarden niet zo gemakkelijk geweest. Voorts moet spr. er op wijzen, dat bij het vergelijken van de prijs voor puur aardgas of geconverteerd gas met de prijs van het zelf geproduceerde gas toch uiteindelijk rekening diende te worden gehouden met de opslagen, die op de aanbie- dingsprijs van de minister in verband met het bereiken van de juiste kostprijs moeten worden gelegd. Spr. ge looft, dat dit door verschillende instanties buiten de raad niet altijd duidelijk naar voren is gebracht. Kraken of niet kraken is hier vanavond niet aan de orde, alleen een voorstel om op aardgas over te gaan. Spr. meent hiermede de aandacht te hebben geves tigd op enige dingen, die nog niet voldoende bekend waren. Hij herhaalt, dat hij c.s. B. en W. zeer erkentelijk zijn, dat ze zoveel resultaat hebben geboekt. Hij sluit zich gaarne aan bij de sprekers, die het college lof heb ben toegezwaaid. De heer Kamstra wil zich heel graag aansluiten bij hen, die zich verheugen over de behaalde resultaten. De onderhandelingen hebben lang geduurd, maar het resultaat is wel zo, dat z.i. alle raadsleden er wel vol komen tevreden over mogen zijn. Spr. c.s. menen, dat degenen, die de onderhandelingen hebben gevoerd, in welke kwaliteit dan ook, alsook het college van B. en W., oprechte dank verdienen. De heer W. M. de Jong wil aan de betuigingen van tevredenheid en dank, die de vorige sprekers hebben geuit, niet afdoen, wat betreft de prestatie van B. en W. en het resultaat van het laatste raadsbesluit, dat toen nog niet gepubliceerd kon worden. Maar spr. is volstrekt onbevredigd over de gehele positie, die Leeu warden inneemt t.a.v. de kwestie aardgas. Er is van meet af aan een enorm verschil geweest tussen kleine gemeenten en gemeenten als Leeuwarden. Het spreekt vanzelf, dat aardgas zonder enige twijfel een uitkomst was voor kleine gemeenten met soms bijna instortende fabrieken en in ieder geval met een kostprijs, die veel en veel te hoog was. Het is volstrekt geen wonder, dat die gemeenten toehapten. Dat moes ten ze doen, ze konden niet anders, maar het is even logisch, dat Leeuwarden niet direct kon toehappen. Men moest het aardgas betrekken voor een prijs, welke ook door de bijkomende kosten voor kraken of om bouw e.d. veel hoger zou liggen dan de eigen kostprijs. De cijfers wijzen ook nu nog uit, dat de prijs én bij kra ken én bij niet kraken slechts 1 10 cent goedkoper ligt dan de eigen kostprijs. Want om het veischil in kost prijs dat is het standpunt van de raad en van het college behoeft Leeuwarden niet over te gaan op aardgas. Waarom Leeuwarden dan wel overgaat op aardgas dat mag wel even in deze publieke vergadering wor den gezegd is enkel om de industrieclausule, die de minister in het aardgascontract heeft neergelegd. Die komt hierop neer, dat Leeuwarden aan de mdust.ie en daaionder verstaat men dan in dit verband afne mers van 20 000 kub. meter en meer aardgas voor 6% ct. per kuo. meter kan leveren en dat kan het krijgen voor ongeveer 5 ct., de werking van de kolen- clausule buiten beschouwing gelaten: het kan iets goedkoper worden, wanneer de kolenprijs daalt. Dat is echter maar een kleine marge; voor Leeuwarden is de prijs, die aan het Rijk moet worden betaald, te stel len op 5 ct. en dan komt daar nog het lekverlies bij. Wij weten nog niet eens, aldus spr., of wij er mee uit komen. Hij neemt maa r aan, dat het nog net gaat. Leeuwarden en de andere grote gemeencen behoeven dus om de kostprijs niet over te gaan op aardgas, om dat ze een goed geoutilleerde fabriek hebben. Nu mag er tevredenheid zijn over hetgeen de raad ten slotte heeft bereikt op het gebied van de prijzen, maar bij spr. hij herhaalt het is er geen tevreden heid over de positie van de gemeente. Z.j kan er niet aan ontkomen, maar zij kan het grote publiek niet dienen met aardgas. Nog even ingaande op de industrieclausule, wil spr. stellen, dat Leeuwarden alleen gas kan betrekken om het voor 6V2 ct. door te leveren aan de industrie, wan neer het volledig overgaat op aaidgas, al dan met ge kraakt. Het kan geen verrijkingsgas krijgen voor de industrie. Het moest kiezen tussen doorgaan met eigen productie en beneden kostprijs leveren aan de industrie, of gas van de minister nemen en de gehele gasfabriek stopzetten, alleen om de industrie te kunnen helpen. Spr. gelooft, dat de zaak van de industrie overspannen is voorgesteld. De wethouder heeft gezegd, dat men hier ontzettend veel achtei stond, bijv. bij het mijngasgebied. Het ging hier om een bedrag van ongeveer f 60 000, dat Leeuwarden zou verliezen, als het eigen geprodu ceerd gas aan de industiie levert. Spr. wil hier niet op ingaan, omdat hij het niet geschikt vindt om in het publiek te behandelen, maar wel wil hij zeggen, dat d e industrie niet profiteert van het aardgas, alleen be paalde industrieën, bijv. waarbij solderen, bakken e a. (ovens) te pas komen. Het is dus zeer problematisch, of deze aaidgaslevering werkelijk de industrialisatie in Leeuwarden zal bevorderen. En Leeuwarden heeft toch piactisch alleen voor de industrie het aardgas moeten nemen. Spr. had veel liever gehad, dat de minister een prijs had bepaald, waardoor én particulieren èn industrie hadden kunnen worden geholpen. De minister heeft b.j het vaststellen van de prijs van het aardgas voor zover spr. heeft kunnen nagaan niet gezegd: U krijgt dat gas voor mijn kostprijs plus de noimale op slagen, maar hij is uitgegaan van de prijs, die Leeu warden zelf zou moeten vragen, en hij heeft gezegd: U mag er niet veel beter van worden, maar ook niet minder. Hier is eigenlijk een faze overgeslagen. Spr. vindt het teleui stellend, dat het gas niet zo goedkoop door de regering kan worden beschikbaar gesteld, dat ook par ticulieren daarvan kunnen profiteren. Daarom is hij niet zo erg enthousiast. Men heeft hier geen eigen beslis sing kunnen nemen. Het publiek moet niet denken, dat het goedkoop gas kan betrekken. Het is alleen mo gelijk enkele industrieën iets goedkoper te bedienen, doch het maakt slechts een fractie van haar totale kostprijs uit. En daarvoor gaat onze gasfabriek ge heel weg, worden nieuwe investeringen gedaan en heeft er kapitaalvernietiging plaats. Toen spr. zovele geluiden hoorde van tevredenheid meende hij, dat de opmerkingen, als door hem gemaakt, niet mochten ontbreken, ook ter voorkoming van mis- verstend bij het publiek. Het grote publiek bemerkt niets. Zou er straks op puur aardgas worden overge gaan, dan krijgt men de hele misère van de ombouw. En volgens de cijfers, die de raad z.jn voorgelegd, is niet te voorzien, dat het gas ook maar een halve cent goedkoper zal worden voor het publiek. Het is dan nu een voldongen feit, nadat de raad reeds eerder een principe-besluit had genomen. Er is een misverstand geweest; men heeft gemeend, dat Leeuwarden niet in een onderhandelingspositie ver keerde, maar men ziet nu in, dat dat wèl het geval is geweest. De autoriteiten hebben wel degelijk geweten, dat Leeuwarden reëel onderhandelde om een prijs te krijgen, die toch nog een beetje beter lag. De burge meester van Haskerland heeft bij het opendraaien van de gaskraan te Joure dan ook gezegd: „Het aardgas, dat door het Rijk is geoffreerd voor een zeer accep tabele prijs (voor Haskerland!) was voor ons een uit komst. Andere gemeenten, die hun eigen bedrijf heb ben, gingen met de minister marchanderen over de prijs van het aardgas. Haskerland deed dat niet en applaudisseerde, als de prijs van het aardgas weer iets daalde". Het was n.l. zo, dat de minister destijds heeft gelegd, dat de eventueel lagere prijs voor Leeuwarden, enz. ook zou gelden voor de andere gemeenten. Toch is spr. het wel eens met wat de andere sprekers van zoëven hebben gezegd, n.l. dat de gemeente Leeu warden iets heeft gedaan, dat zeer reëel is geweest, en ook met de opvatting, dat deze kwestie eerst niet aan de grote klok moest worden gehangen. Anderzijds ech ter ligt deze zaak, in haar totaliteit bekeken, voor Leeuwarden niet prettig. Spr. gaat mee met het voorstel, maar had behoefte om te zeggen, dat de raad dit in een dwangpositie neemt, waarin spr. als gemeentebestuur slid niet graag verkeert. De heer Tiekstra (wsth.) wil allereerst de raadsle den dank zeggen, die het college lof hebben toege zwaaid voor het resultaat dat is bereikt. Ook heeft de raad wel begrepen, dat het besluit, dat genomen moet worden, een zeer belangrijk besluit is. Spr. gelooft te mogen zeggen, dat het gasbedrijf van Leeuwarden, dat volgend jaar 110 jaar bestaan heeft, enkele historische data heeft beleefd. Ze is in 1845 opgericht als parti culiere gasfabriek. Toen was de gasafnanre 7.000 kub. meter. In 1953 steeg dit tot 12.700 000 kub. meter. Men ziet dus, dat ze sterk is gegroeid. In 1905 is op een andere productiemethode overgegaan; toen is n.l. de watergasfabiiek in werking gesteld. Deze productiemethode heeft mede tot gevolg gehad, dat juist de gemeente Leeuwarden zeer lage taiieven kon aanbieden. En dat is de positie, die de gemeente Leeu warden in de onderhandelingen met de minister steeds heeft ingenomen. Daaruit blijkt ook wel, dat Leeuwar den op de basis, die de minister heeft gesteld, n.l. „niet beter niet slechter", inderdaad op een bepaald ogenblik ja of nee had te zeggen. Men kan critiek heb ben op de prijs, waartoe men na het onderzoek van de bedrijven te Almelo en Apeldoorn kwam, maar de mi nister heeft daar begrip voor gehad en is derhalve tot een lagere prijs gekomen. Dat is het resultaat geweest van de onderhandelingen in Februari 1953. De laagste prijs was toen 6.6 cent en daarvoor gold een prijs van 7 ct. Alleen had de minister toen nog een z.g. degres sief tarief. Hij begon bij een prr,s van 8 ct., bij een af name van 3 millioen kub. meter. Daarna heeft de mi nister één kub. meter-prijs vastgesteld voor elke hoe veelheid gas en de consequentie van de basis „niet

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1954 | | pagina 8