Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 22 januari 1958
RAADSVERGADERING
van woensdag 22 januari 1958
Aanwezig: 33 leden.
Afwezig: de heren Bootsma en Van der Heijde.
Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen,
burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Mededelingen.
2. Voorstel tot het benoemen van een bestuurslid
van de „Stichting Volkscrediet", wegens periodieke
aftreding van de heer J. de Boer, alhier
(bijlage no. 5).
3. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan me
vrouw S. Bloemsma-Bakker, als hoofdleidster van de
gemeentelijke kleuterschool „De Nachtegaal"
(bijlage no. 1).
4. Voorstel tot het opschorten van het ontslag van
C. L. Verbeke, onderwijzer aan de Menno van Coehoorn-
school II (g.l.o.)
(bijlage no. 2).
5. Voorstel tot het bekrachtigen van de aankoop
van het perceel Westerstraat no. 33
(bijlage no. 3)
6. Voorstel tot het bekrachtigen van de aankoop
van het perceel Blekei'straat no. 39
bijlage no. 13
7. Voorstel tot het aankopen van het perceel Nieuwe
Houtstraat no. 35 van mej. T. J. Wijnants, alhier
(bijlage no. 4).
8. Voorstel tot het aankopen van een perceel grond,
gelegen ten zuiden van de Groningerstraatweg, van
ir. I. de Vries, alhier
(bijlage no. 10).
9. Voorstel tot het verkopen van een gedeelte van
de voormalige Roordahuizumervaart aan J. Dijkstra te
Wirdum en K. van der Hem, alhier
(bijlage no. 7).
10. Voorstel tot het verhuren van grond als volks
tuin aan de Vereniging van Volkstuinders te Huizum
(bijlage no. 6).
11. Voorstel tot het afstaan in erfpacht van een
perceel bouwterrein, gelegen aan de zuidoostzijde van
de Aert van der Neerstraat, aan A. Kingma te Marrum
(bijlage no. 11).
12. Voorstel tot het onbewoonbaar verklaren van de
woningen Hegedyk nos. 32 en 34 te Wytgaard
(bijlage no. 9).
13. Voorstel tot het herzien van de gemeentelijke
b.l.o.-marge
(bijlage no. 8).
14. Voorstel om te verklaren, dat de oprichting en
de instandhouding van een onder het bestuur van de
Stichting „Vredeman de Vries" i.o. staande Academie
voor beeldende kunsten, middelbare kunst- en kunst
nijverheidsschool te Leeuwarden nodig wordt geoor
deeld
(bijlage no. 12).
Punt 1.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
A. rapporten omtrent kasopneming en controle van
de administratie van het grondbedrijf, de gemeente
lijke dienst voor sociale zaken, der openbare werken
en de geneeskundige- en gezondheidsdienst, omtrent
controle van de voorschot- en legeskas van de politie
en de brandweer, omtrent controle van de administratie
van de algemene begraafplaatsen, alsmede omtrent
controle van de voorschotkas van de afdeling finan
ciën en belastingen der gemeentesecretarie:
B. een besluit van burgemeester en wethouders tot
het vervallen verklaren van de plaatselijke benaming
van „Harlingerplein" en tot toekennen van de naam
van „Europaplein" aan dat plein;
C. berichten van verhindering van de heren Bootsma
en Van der Heijde.
Deze mededelingen worden voor kennisgeving aan
genomen.
Punt 2 (bijlage no. 5).
De voordracht van B. en W. luidt als volgt:
1. J. de Boer, alhier;
2. C. IJsbrandij, alhier.
Benoemd wordt de heer De Boer, met 32 stemmen
(1 bilj. blanco).
De heren Mani en De Vries vormden het stembureau.
Punten 3 t.e.m. 9 (bijlagen nos. 1. 2, 3, 13, 4, 10 en 7).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van B. en W.
Punt 10 (bijlage no. 6).
De heer Drentje heeft de vorige keer aanmerkin
gen gemaakt op de verhuur van deze grond. Hij kan
niet nalaten om deze keer zijn voldoening er over uit
te spreken, dat nu in alle opzichten rekening gehouden
is met de wensen van de Vereniging van Volkstuin-
ders. Er is ook tijdig overleg gepleegd. Spr. heeft daar
voor waardering.
De Voorzitter, constaterende, dat de wethouder van
het woord af ziet, kan wel zeggen, dat het college
erkentelijk is voor de waardering van de heer Drentje.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punten 11 en 12 (bijlagen nos. 11 en 9).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van B. en W.
Punt 13 (bijlage no. 8).
De Voorzitter merkt op, dat er een typefout staat
in het ontwerp-besluit en wel in de laatste regel. „31
december 1936" moet zijn „31 december 1956".
De heer R. de Jong kan niet zeggen, dat het voorstel
zijn instemming niet heeft, maar hij is eigenlijk even
getroffen door een bepaalde uitdrukking in het stuk
van de onderwijzersorganisatie, dat in de portefeuille
lag. Hierin wordt n.l. gezegd, dat de afschaffing van
de gemeentelijke marge „immoreel" wordt geacht. Men
ziet hierin een discriminatie van de leerkrachten aan
de b.l.o.-scholen en voorts denkt men, dat het voorstel
van B. en W. de pensioensgrondslag aantast, terwijl
men als motivering aanvoert, dat de bedoeling van de
overeenkomst tussen de A.N.O.F. (Algemene Nederland
se Onderwijzers-Federatie) en de regering is geweest,
dat voor hen, op de datum van inwerkingtreding van
het besluit (20 juli 1957) bij het b.l.o. in de gemeente
werkzaam, de gemeentelijke marge blijft gehandhaafd.
Spr.'s vraag is nu deze: Kan het college ook iets over
die oude rechten mededelen Zijn er inderdaad oude
rechten en hebben het college en de gemeenteraad
zich hier destijds ook aan gebonden? Zijn in het G.O.
die rechten ook erkend Heeft de raad of het college
er toen een andere visie op gehad, zodat in dezen